Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting lesnotities verbintenissenrecht (algemeen contractenrecht) €11,29
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting lesnotities verbintenissenrecht (algemeen contractenrecht)

1 vérifier
 131 vues  2 fois vendu

lesnotities van het vak 'verbintenissenrecht' gedoceerd door Ignace Claeys. Alle lessen (behalve les 3) zijn duidelijk en gedetailleerd samengevat. De voorbeelden, tips en vragen die representatief zijn met de examenvragen komen duidelijk aan bod in deze samenvatting. OOK de EXTRA NOTITIES worden ...

[Montrer plus]
Dernier document publié: 3 année de cela

Aperçu 10 sur 138  pages

  • Oui
  • 22 avril 2021
  • 25 mai 2021
  • 138
  • 2020/2021
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (61)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: esinozen • 3 année de cela

avatar-seller
rechtennugent
verbintenissenrecht
Les I

VAN NAPOLEON -> GEENS

1. Van oud BW naar (nieuw) BW
- Oud BW (aka code Napoleon)-> nu= oud BW
- Nieuw BW (aka Codex Geens)-> in 9 boeken opgedeeld

2. Indeling v/h oud en nieuw BW
- BW, voorlopig, in 9 boeken (welke? Staat op p 279 privaatrecht)
- Oud BW, slechts 3 boeken

3. Geleidelijke invulling
- Nog maar 2 v/d 9 boeken kregen effectief inhoud
 nl. boek 8 & 3

- 2 wetsvoorstellen voor 3 boeken
 Boek 2, 4 en 5

- Boek 6 en 7 bestaan nog niet, werden nog niet bekendgemaakt

4. Grootste verandering tussen oud BW en BW:
- Vooral dat i/h BW de codificatie v bestaande ontwikkelingen i/d RS en RL w
weergeven
 Vb. (puntje 24 boek!) vertegenwoordiging (art. 5.6 BW) in het oud BW kon je dit
niet terugvinden


Boek 3 (titel 3, 4, 4bis= belangrijk voor verbintenissenrecht)
- Art. 1386bis, voegde men niet toe aan boek 3 of 4, om aan te tonen dat het zowel
om contractuele als buitencontractuele relaties gaat
- LET OP! Het is niet omdat een art. in boek 3 staat dat het dan automatisch enkel
betrekking heeft op contractuele aansprakelijkheid

5. BW geen 3 boeken, maar 10 boeken

,VERBINTENIS


- Verbintenis ontstaat door een contract

Verbintenis= rechtsband tussen 2 of meer personen (schuldeiser en schuldenaar). De
schuldenaar (debiteur) moet een prestatie verrichten die afdwingbaar is. De schuldeiser
(crediteur) kan de prestatie afdwingen.

Verbintenis vanuit het perspectief v/d SA of de passiefzijde -> schuld
Verbintenis vanuit het perspectief v/d SE of actiefzijde v/d balans -> schuldvordering (= syn. V
pers recht


Vb. v verbintenis:
- Studentenkot verhuren= meerdere verbintenissen
 Huurder moet huurprijs betalen + kot onderhouden en de eigenaar moet het
goed ter beschikking stellen

Overeenkomst= contract

VERBINTENISBRONNEN (?)

1. CH (contract)
 Koopovereenkomst
 Wat is er eigen aan de koop?
~ enerzijds betalen v koopprijs, anderzijds de eigendomsoverdracht
 Huurovereenkomst

 aannemingsovereenkomst (bv, bouwwerken, maar ook dok. en adv. Horen hier
toe omdat ze advies geven) ( intellectuele prestatie of materieel)

overeenkomst/contract= wilsovereenstemming, als de wil v/d ene partij overeenstemt met de
andere partij -> contract vb. broodje gaan kopen bij de bakker
 je hebt geen contractueel doc. nodig om v/e contract te kunnen spreken

 is er altijd bewijs nodig om v/e contract te spreken? Neen, nodig bij art. 8.9 BW


2. II
 onrechtmatige daad
 Basisregel: causaal verband (fout bewijzen voor schade), fout, schade (1382 BW)
 rechtsgevolg= schadevergoeding

3. III
 Onverschuldigde betaling
 Random 10k op je rekening zien staan -> je bent verplicht tot terugbetaling (want
kwade trouw -> niet terug geven?= interest betalen)
 1k op straat vinden, heeft niet te maken met onverschuldigde betaling

4. IV
 Zaakwaarneming
 Je ziet dakpannen v buurvrouw wegvliegen -> tijdelijke zaakwaarneming (zelf iets
doen of aannemer bellen)

, 5. V
 Onrechtvaardige verrijking

6. VI
 Eenzijdige rechtshandeling
 Verloren hondje terugbrengen -> beloning krijgen


7. VII
 Vertrouwensleer




8. VIII (gaan we niet behandelen)

9. Wet is ook nog een bron

ANTWOORD op VRAAG van de dag: contract = rechtshandeling en geen verbintenis
verbintenis is geen contract
nieuw BW niet gestart op 1dec 2020

,Les 2

Komt een contract ten einde bij sterfte?
- Neen, in principe niet

1. Precontractuele fase
 Art. 1382, 1383 oud BW
 Als iets misloopt in deze fase, dan kunt u niet spreken over een wanprestatie of
contractsbreuk, want er is dan nog geen contractuele verbintenis aanwezig

 Wat kan er hier in mislopen?
 Veel, 1 v die zaken kan zijn dat de verkoper informatie niet meedeelt (informatieplicht)
vb. grond kopen om villa te bouwen, verkoper heeft niets gezegd, maar grond
was vroeger vuilnisbelt
-> vraag moet de verkoper dat melden aan de koper of niet en moet de koper
dat onderzoeken of niet.
-> regel is: men moet gaan kijken of dat een normaal zorgvuldig persoon dit
ook zou zijn overkomen

A. 1ste optie bij informatieplicht= kijken naar de specifieke wet
boek X WER (regel dat zegt dat bij commerciële samenwerkingsovereenkomst
specifieke info aan de andere partij moet w weergeven
-> vb. stel je wilt McDonalds zaak openen en blijkbaar waren er al 3 vestigingen
in Gent, maar die gingen telkens failliet, McDo zal hier welbepaalde info
moeten geven aan de koper

B. Als specifieke wet niet bestaat, wilt niet zeggen dat je geen info moet geven,
dan is art. 1382 & 1383 oud BW v belang -> alg. zorgvuldigheidsnorm


Als de informatieplichten in precontractuele fase miskend z door onderhandelende partij ->
buitencontractuele aansprakelijkheid

Terug naar vb. met de vervuilde grond, we gaan er van uit dat er een contract was, maar de verkoper
heeft zijn plicht niet vervuld, nl. info geven. Pas na v verloop v tijd komt uit dat er iets in de grond zit
waarover de verkoper niets had vermeld. De koper kan een vordering instellen bv. op basis v art. 1382,
1383, voor schadevergoeding. Als je zo’n casus krijgt, dan moet je zien dat het buitencontractueel is en
niet contractueel, want de problemen (vuilnis) was er al voor dat men een contract had aangesloten


 2de= afbreken v onderhandeling
mag dat? In principe wel, soms kan het z dat er sprake is v foutief afbreken v onderhandelingen.
-> vb. van foutief afbreken: onderhandeling m onderneming, alles was al geregeld, men ging
van AM -> BE en omgekeerd. Enkel een handtekening was nog nodig, ze hadden al
afgesproken dat er geen contract is tot dat men ondertekent. Als de handelingen al zo ver
waren gevorderd, en men breekt de onderhandeling af, dan spreken we over een foutief
afbreken v onderhandelingen, je kan dan aansprakelijk w gesteld. De rechter zou zich hierbij
weer de vraag v/d redelijke persoon stellen (ging een redelijk persoon in dit geval ook de
onderhandelingen afbreken?)

 3de= ongeldigheid

Volgens de prof is dit gwn een inleiding, bedrog kan bv. ook in de precontractuele fase
plaatsvinden
Het kan zijn, dat contracten afgesloten kunnen w vooraleer er een contract w afgesloten:
->vb. bij aankoop v een woning, men mag niet de woning gaan verkopen zoal die optie duurt

, 2. Vanaf het sluiten v/h contract

Wilsleer= leer die zegt dat een contract pas tot stand komt indien er een wilsovereenstemming
of geuite wil aanwezig is.

- 2 vragen: hoe is dat contract tot stand gekomen (totstandkoming) & is dat contract
geldig (geldigheid)?

- Kernvraag is dus: is er een wilsovereenstemming?
 Hoe weet men of dat er een wilsovereenstemming is?
-> we hebben 2 basisblokken
 A + A (aanbod aanvaard? Ja-> contract): als A=A -> CTT
Vb. bij verkoop v onroerend goed: praktijk v tandarts heeft uitzicht op zee,
projectontwikkelaar doet een bod met handtekening, tandarts gaat akkoord ->
contract, want er komt daar niet tussen
-> Briefuitwisseling (ondertekend? Ja= akte) + wilsovereenstemming -> contract

- Het is niet omdat een contract tot stand gekomen is dat het daardoor ook geldig is
 Geldigheidsvereisten staan in art 1108 oud BW:
 Wil (vb. dwaling kan leiden tot nietigheid) of toestemming
 Handelingsbekwaamheid
 voorwerp (QUID)-> voorwerp v/d verbintenis: betalen v/d verzekeringspremie
~ het moet geoorloofd, mogelijk en bepaalbaar zijn
 oorzaak (CUR)
-> antwoordt op de vraag: waarom is een verbintenis tot stand gekomen-> het moet
aan bepaalde voorwaarden voldoen:
~ moet geoorloofd zijn (appel kopen bij groenten winkel om er vergif in te stoppen, is
het contract tot aankoop v/die appel nietig? -> ja )
~ het moet bestaan
~ mag niet vals zijn


de 4 geldigheidsvereisten, zijn de algemene, je hebt ook nog wat geldigheidsvereisten die w opgenomen
in bijzondere wetten (FORMALITEITEN OF VORMVOORWAARDEN)
- vb. v formaliteiten-> vb. v projectontwikkelaar en tandarts, er wordt een formaliteit opgelegd
opdat er specifieke wetten zijn naar waar men moet kijken. De projectontwikkelaar kon de
formaliteit inroepen aangezien hij de koper is
- vb. bij een schenking (notariële akte)

wat is het rechtsgevolg indien er aan 1 v/die voorwaarden niet werd voldaan?
- Je kan de nietigverklaring aanvragen, die wordt enkel uitgesproken door de rechter.
Bv. bij bedrog kan 1 v/d partijen niet de nietigverklaring uitspreken, de rechter doet dat
 Indien de wetsvoorstel effectief een wet wordt (boek V) kan 1 v/d partijen zelf nietigheid
uitspreken door middel v bv. een brief te schrijven


Hoe noemt de rechter waarbij je niet lang moet wachten, je kunt met urgente gevallen daar terechtkomen?
- Kortgedingrechter

Als er bedrog w toegewezen aan een pers dat een goeie positie heeft en aannemelijk kan maken dat er
geen sprake is v bedrog, dan kan hij schorsing vragen v/d nietigverklaring te bekomen en voorlopige
uitvoering bevelen aan diegene die beweert dat er bedrog v sprake is. (bij de kortgedingrechter)

Buitengerechtelijke (eenzijdige) VS. gerechtelijke nietigheidverklaring
- Buitengerechtelijke is met dat vb. v indien de wetsvoorstel een wet w
- Buiten: bedrieger vordert nietigheid in, gerechtelijk: de bedrogene vordert nietigheid in

,wat z de rechtsgevolgen bij het plegen v bedrog?
- Nietigverklaring aanvragen, maar je kan ook schadevergoeding aanvragen omdat
bedrog een buitencontractuele fout is op basis v art. 1382, 1383 oud BW
- De nietigverklaring verloopt retroactief, men doet alsof het contract nooit heeft bestaan
- men kan restitutie vragen door de prestaties geleverd door het contract
 Vb. stel u hebt een stuk grond gekocht en de koop w na 2j vernietigd, dan gaat de
stuk grond terug moeten gaan naar de verkoper en gaat de verkoopprijs terug
moeten gaan naar de koper

CTT= wilsuiting + verplichtingen die voortvloeien uit de wet, gebruiken, goede trouw – de
verplichtingen die voortvloeien uit de goede trouw

- Als een koopcontract w gesloten, vb. door naar de bakker te gaan om een broodje te
kopen
- Goede trouw: brengt met zich mee dat contractspartijen tot extra verplichtingen
gehouden z buiten wat er is het contractueel document staat, buiten wat in verbruiken
staat of buiten wat er in de wet staat
- Hier: informatieverplichting in de contractuele fase (dus niet 1382, 1383, maar wel uit
de regels v goede trouw: 1134, lid 3 oud BW

Cassatie uitspraak: ging over de koop v/e sociale woning
- Een koppel woonde in soc woning en er stond in het contract dat ze het niet mochten
verkopen gedurende 20j (contractuele verplichting)
Als je dat woning toch gaat verkopen binnen 20j (wanprestatie), dan moet je een
forfaitaire schadevergoeding betalen (shadebeding: in het contract staat er dat je 60k
gaat moeten betalen als schadevergoeding)

Koppel had een verbintenis aangegaan met die schadebeding er aan gekoppeld, na 17j
is er een echtscheiding v/dat koppel, ze kunnen de afbetaling niet meet betalen
waardoor ze het huis moeten verkopen. De sociale huisvestingsmaatschappij vordert de
toepassing v/h schadebeding tegen dat koppel
 Rechtsmisbruik: sociale huisvestingsmaatschappij misbruikt haar contractuele recht
dat ze heeft uit dat schadebeding. Normaal hebben ze recht op dat schadebeding,
maar het kan de sociale huisvestingsmaatschappij ontnomen w als er blijkt dat er
sprake is v rechtsmisbruik (in dit geval was er sprake v, hoe weten we dat? Omdat je
moet nagaan of dat het gedrag van het sociale huisvestingsmaatschappij kennelijk
buiten de grenzen gaat v hoe een redelijk persoon zich in die concrete
omstandigheden zou hebben gedragen)


Als alle verbintenissen w uitgevoerd, dan loopt je contract af

, 3. Wat als je verbintenis niet w uitgevoerd?

Overmacht= hoger bevel, wet, KB

- Je moet je afvragen of dat je niet te maken hebt met overmacht (overmacht bepalen -> 2puntjes)
1. Is het onmogelijk om de verbintenis uit te voeren
2. Is die onmogelijkheid te wijten aan de schuldenaar

Vb. Corona en café uitbaters, kunnen ze zeggen dat ze de huur niet willen betalen omdat er
overmacht is (aangezien ze verplicht werden om te sluiten)
Excuus van dat ze geen geld hebben -> niet genoeg om overmacht in te roepen
De uitbaters hebben geld om de huur nog steeds te betalen, desnoods hun spaargeld

- Risicoleer: stelt de vraag; wie moet de risico v/h overmacht dragen
Iemand kan prestatie niet uitleveren omwille v overmacht

Vb. een aannemer kan een gebouw niet zetten omdat het terrein overstroomd is. De
aannemer kan zich op overmacht beroepen want je kan de overstroming niet aan hem
wijten
 In dit voorbeeld weegt de risico op de aannemer want die prestatie is onmogelijk
geworden door overmacht
 M.a.w. de aannemer kan zich beroepen op overmacht -> een tijd lang bevrijd
En de opdrachtgever die moet ook niet betalen omwille v/d risicoleer

Terug naar vb. van Café uitbater: hij kan zich niet beroepen op overmacht, dat zou nutteloos zijn
aangezien hij het nog kan betalen. De café uitbater kan dan volgens het risicoleer het volgende
zeggen: de huurbaas kan mij het goed niet ter beschikking stellen, dus ik zal dan ook niet betalen


Betaling= verbintenis uitvoeren/nakomen


- Maar wat indien men zich niet kan beroepen op overmacht? -> CTT breuk?
 Wanprestatie
 Toerekenbare niet nakoming
 Toerekenbare tekortkoming

3 SOORTEN VERBINTENISSEN: (kijk naar aparte notities voor grafiek)
- Inspanningsverbintenissen / middelenverbintenissen
 Vb. art

- Resultaatsverbintenissen/ uitslagverbintenissen
 Schuldenaar belooft resultaat, maar indien er een overmacht is hoeft hij het niet te
bekomen

- Garantieverbintenissen (meest intense vorm)
 schuldenaar moet resultaat bekomen ook al is er overmacht
 vb. wnr aandelen worden gekocht v vennootschappen. (betalen v bedrag)

uitmaken of een niet uitvoering een contractbreuk uitmaakt, moet je een aantal zaken bepalen:
- wat voor soort verbintenis is het
- is er sprake v overmacht en speelt dat een rol?
 Bij garantieverbintenis speelt dat geen rol, wel bij resultaatsverbintenis
 Bij inspanningsverbintenis moet je nagaan of er een fout is begaan door de SA

, Wat zijn de sancties wegens contractbreuk
- Schadevergoeding op grond v contractuele aansprakelijkheid
- Uitvoering v/d verbintenis
- Ontbinding (≠ nietig)
- Uitvoering door een derde (vervanging v/d schuldenaar)
- ENAC (exceptie v niet nakoming/ uitvoering)
 Partij 1 voert verbintenissen niet uit, dus partij 2 zegt ah ja dan ik ook niet



Kort herhalen, tot einde komen v lecontract, door:
- De nietigverklaring
- De ontbinding wegens wanprestatie
- De toepassing v/d overmacht en risicoleer

+ er z ook nog andere manieren
- overlijden v contractspartij
-> erfgenaam gaat dan het contract niet verder moeten uitoefenen. (alleen bij intuito
personae)
->In principe is het wel zo dat bij overlijden het contract nog voorloopt

- Opzegging v/e contract




Les 3
zie andere samenvatting




Les 4

,Contractsvrijheid
!Art. 5.18 WER!
Materiele vs. formele contractsvrijheid

Wat?

1. Materiele contractsvrijheid:
A. de vrijheid om al dan niet te contracteren, om onderhandelingen aan te vatten, maar ze
niet verder te zetten of mss helemaal geen onderhandelingen aan te knopen
B. inhoud (kan ze zelf bepalen)
C. wie: je kan zelf bepalen wie u gaat aanspreken om te contracteren

2. formele contractsvrijheid:
A. =Concensualisme: beginsel dat overeenkomsten tot stand laat komen door de loutere
wilsovereenstemming, zonder dat er een afgifte v/e goed nodig is, zonder vorm
(formaliteit)

Aard?
1. Materiele contractsvrijheid
A. Openbare orde (oo)= belangrijk voor maatschappelijke ordening
B. Contractsvrijheid is een basisprincipe
 Men zal dan ook bv. gaan kijken bij het verbreken v/e contract of dat er geen fout
werd begaan.
 Het verbreken v/e contract zal niet als een fout beschouwd w doordat de
contractsvrijheid een basisvereiste is
C. Grondrecht & Privaatrechtelijke vrijheid
 Privaatrechtelijke vrijheid: je moet dat vergelijke m/e subjectief recht
 Heel precies geschreven vs. vaag
 Er is een band -> vrijheden komen toe aan iedereen (niet zoals zakelijke enkel
op eigenaar)

Kind v 7 jaar = handelingsbekwaam, kan geen villa kopen, wel kunnen de ouders dat doen in naam
ven het kind

Vb. v/h contractsvrijheid: bloemenwinkel op universiteitsraad 4, je wilt er 1 op nr. 6 openen, mag
door het contractsvrijheid

Grondslag?
1. Materiele contractsvrijheid
A. Art. 16 Handvest v/d grondrechten v/d EU
 Vind je er niet letterlijk in terug (contractsvrijheid – ondernemingsvrijheid)

B. Art. 2-3 WER
 Boek 2, 4, 5, 6, 17, 10 (distributierecht- gaat over hoe goederen en diensten
geleverd kunnen w m tussenpersonen (groothandels-kleinhandels,…)
~ boek X= belangrijk: bv. je koopt auto – gaat kapot, wie is aansprakelijk: garage,
verkoper, maker, importbedrijf,…?)

C. Wetsvoorstel (5.18, 5.19 WER en art. 5.32 WER)

Leg uit dankzij de vrijheid om niet te binden kun je gebonden worden:
- Bij de contractsluiting heb je de keuze om te binden of niet, indien je beslist om niet te
binden dan ben je ook gebonden omdat je niet gaat binden

Waarom?

, 1. Materiele contractsvrijheid
A. Wilsautonomie
 Waarom ben je vrij om een contract te sluiten en dus gebonden te zijn. Door de wil.
Men wil men autonomie geven door de contractsvrijheid te bevestigen. Je gaat de
gebonden voorwaarden uitleggen a.d.h.v. de wilsautonomie
 Vb. je gaat iets online kopen – massale voorwaarden en regels worden je doorgestuurd

B. Efficiëntie
 Inrijden v wagenparking- op plakkaat staan er allemaal voorwaarden – je gaat daar niet over
onderhandelen – ook al lees je de voorwaarden niet, je bent er aan gebonden omdat het
efficiënt is. Want indien men bv. gaat onderhandelen zullen er langere files ontstaan

C. Rechtvaardigheid
 Vertrouwen v/d andere partij = RELIANCE
 Als je zegt dat je iets wilt doen dan gat de andere erop vertrouwen dat je dat ook gaat
doen. Vertrouwen dat diegene die iets heeft beloofd, het effectief zal doen.

Beperkingen?
- Contractsvrijheid w beperkt door rechtsregels (supletief/aanvullend recht, louter dwingend recht en
openbare orde)

1. Materiele contractsvrijheid
 Vb. huurcontracten; in sommige contracten wordt er een uitdrukkelijk ontbindend beding
geschreven. Vroeger moest men bij wanprestaties en contractuele verbintenissen naar de rechter
gaan, nu niet meer.

Uitdrukkelijk Ontbindend beding= beding dat toelaat aan een partij om 1zijdig een einde te stellen
aan een contract omdat de andere partij haar contractuele verbintenis niet na komt
(pas in 2019)


Ontbindende beding heeft wel beperkingen: bv. niet mogelijk bij de huur v/e onroerend goed
Want, als bv een huurder geconfronteerd wordt door de niet betaling v/d huurprijs, dan gaat
de verhuurder niet zomaar kunnen zeggen dat het contract beëindigd w, hij zal naar de rechter
moeten stappen om aan de rechter te vragen dat hij de ontbinding uitspreekt v/h contract. De
rechter zal dan oordelen op basis van de ernstige tekortkoming: is de niet betaling ernstig of
niet? Rechter kan dan de contract ontbinden of – aangezien dat de rechter een
uitstelbevoegdheid heeft- een uitstel geven voor betaling aan de huurder (art. 1244 oud BW)


- art 1762bis oud BW -> zegt dat de eenzijdige ontbinding niet mag


 ander bv. 10 jarige aannemer
als een aannemen contract sluit m bouwheer (opdrachtgever) voor oprichten v gebouw, dan is de
aannemer aansprakelijk voor 10 jaar voor de gebreken v/d stabiliteit.
- Vb. als dak bv. gaat invallen

Architect heeft ook 10 jarige aansprakelijkheid (art. 1792 oud BW) -> regel van openbare orde, want
het is niet alleen v belang voor de gecontracteerden. Ook voor de mensen die bv. op straat voor dat
gebouw wandelen

Nog een ander voorbeeld: consumentenrecht (art. 6.83 WER). De lijst bij dat art. gaat over-
als je ze opneemt in een B2C contract (consumentencontract) dan zijn ze nietig, geen
probleem als ze in een ander soort contract werden opgenomen


EXAMEN: geeft 1 van de in dat art. opgenomen opsomming, dan moet je zelf nagaan over

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur rechtennugent. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €11,29. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

56326 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€11,29  2x  vendu
  • (1)
Ajouter au panier
Ajouté