Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Inleiding tot de rechts- en moraalfilosofie €9,98   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Inleiding tot de rechts- en moraalfilosofie

5 revues
 384 vues  27 achats

Dit is een volledige samenvatting van Inleiding tot de rechts- en moraalfilosofie van . Hierin staan alle lessen volledig en gestructureerd uitgetypt. Het vak werd gedoceerd door Jean-Marc Piret aan de VUB. Alle voorbeelden en verduidelijkingen zijn hierin verwerkt.

Dernier document publié: 3 année de cela

Aperçu 4 sur 40  pages

  • 3 mai 2021
  • 14 juin 2021
  • 40
  • 2020/2021
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (7)

5  revues

review-writer-avatar

Par: ghitaserghini • 1 année de cela

Traduit par Google

Far too briefly summarized. Many of the things the professor says are not even in it.

reply-writer-avatar

Par: justienvanstrydonck • 1 année de cela

Traduit par Google

Yes, it is possible that the professor will indeed sometimes explain something else after 3 years.

review-writer-avatar

Par: lmstas • 2 année de cela

review-writer-avatar

Par: maximlahaye • 2 année de cela

review-writer-avatar

Par: ronnylarondelle • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: leopoldbrunin • 3 année de cela

avatar-seller
justienvanstrydonck
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Inleiding tot de rechts- en moraalfilosofie
Hoorcollege 1
Meta juridische vraagstellingen

Rechtsfilosofie is geen juridische discipline maar een meta juridische discipline. Dit betekent dat ze uit een
meta (extern) perspectief reflecteren uit het recht. Rechtsfilosofische vragen zijn dus niet primair juridische
vragen maar meta juridische vragen (vragen van een hogere orde), het zijn vragen die niet gesteld worden
vanuit het geldende recht.

Voorbeeld interne (strafrechtelijke) juridische vraag:
• Welke straf er in het wetboek voorzien is voor een bepaald delict?
Voorbeeld strafrechtsfilosofische:
• Waarom worden mensen die een norm schenden bestraft?
• Hebben mensen in de maatschappij het recht op straffen?
• Moeten straffen nut hebben? (De dader weer op het rechte pad brengen of moet de straf anderen
afschrikken)
o De filosofen vinden dat straffen anderen moeten afschrikken noemen we utilitaristen, ze stellen het
nutbeginsel (utility) centraal. Belangrijke filosofen hierbij waren Jeremy Bentham & John Stuart Mill.
Hiernaast zijn er ook filosofen die vinden dat er moet gestraft worden ookal heeft dit geen nut, omdat
vergelding volgens hen de grondslag is van de straf.

Kenmerken strafrechtsfilosofische vragen:
• Niet te beantwoorden met ja of nee, veel uiteenlopende theorieën en argumenten
• Niet zwart/wit of juist/fout. De rechtsfilosofie denkt na over de verschillende theorieën en
vergelijkt/onderzoekt ze
• Meestal normatieve vraagstukken
• Het antwoord op de vraag zelf is meestal niet van belang maar eerder de discussie van de kracht van
de gronden van de argumenten die aangehaald worden om tot dat antwoord de komen.
• Het antwoord op de vraag wordt ook beïnvloed door de kijk van de filosoof op het menselijk wezen.

Filosoferen = problematiseren, zoeken naar grondslagen, expliciteren van verzwegen vooronderstellingen in
juridische leerstukken, vragen naar de legitimiteit van oordelen die opgenomen zijn in het recht, vragen naar
de legitimiteit van politieke vooronderstellingen, etc.


Modernisering & functionele differentiatie

Onder invloed van het moderniseringsproces is men ertoe gekomen om recht als een relatief autonoom
normensysteem te beschouwen (een stelsel dat zichzelf transformeert & evolueert conform zijn eigen
regels). Juridische normen komen in het moderne rechtssysteem uitsluitend tot wijze op de manier die
aanvaard en omschreven is in het juridische systeem zelf.

Niklas Luhmann (Duitse filosoof, schrijver van ‘Legitimation Durch Verfahren’) heeft dit stelselmatig
geanalyseerd. Hij is een systeemtheoreticus. Hij legt uit dat moderniseringsproces = processen van

, Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen


functionele differentiatie van de maatschappij in subsystemen of deelsystemen. Maatschappelijke
subsystemen (politiek, recht, wetenschap, kunst…) evolueren relatief onafhankelijk van elkaar. Dit heeft als
gevolg dat een concept dat in het ene subsysteem als positief/negatief aanschouwd wordt niet noodzakelijk
op dezelfde wijze gezien wordt in een ander subsysteem.

Functioneel gedifferentieerde systemen = systemen of subsystemen/deelsystemen die maatschappelijk een
andere functie vervullen (vb. het recht vervult een andere functie dan de economie). Die functionele
differentiatie is het resultaat van een lange historische ontwikkeling die ook gepaard gaat met
professionalisering en specialisatie.

Vergelijking moderne maatschappij met premoderne maatschappij:


Premoderne Maatschappij Moderne Maatschappij
- Gedifferentieerd overeenkomstig een hiërarchisch - Functionele differentiatie
patroon (één overkoepelend systeem beheerst de - Subsystemen staan als relatief onafhankelijke
andere subsystemen) functionele systemen naast elkaar
- Geen functionele differentiatie maar hiërarchische - Geen noodzakelijke complete scheiding, systemen
differentiatie kunnen invloed hebben op elkaar in bepaalde maten
- Juridische geldigheid van een norm wordt primair - juridische normen worden primair bepaald door de
bepaald door de moraal of de religie bevoegde instantie, op de wijze dat door het
rechtssysteem voorzien wordt = proceduralistische
legitimatie van het recht



Rechtspositivisme

Tussen recht en moraal staat geen concrete scheidingswand maar staat er een grens die op selectieve wijze
een uitwisseling mogelijk maakt tussen beide systemen.

Positivistische filosofen vinden dat recht en moraal feitelijk volledig van elkaar gescheiden moeten zijn. De
geldigheid van het recht mag niet afhangen van zijn morele inhoud. Twee belangrijke voorstanders van deze
beweging zijn:

- Hans Kelsen (Normenstufenbau & Grundnorm): Elke juridische norm vindt haar geldigheid en
grondslag in een hogere norm. Filosofisch gezien leidt deze redenering tot een probleem wanneer je
beland bent bij de hoogste juridische norm in de Normenstufenbau. Bij zijn theorie is er geen sprake
van substantieel inhoudelijke waarden die ten grondslag zouden moeten liggen aan die hiërarchisch
geordende normen.
- H.L.A Hart ‘Concept of Law’ (Primaire en secundaire regels): Een rechtssysteem is een
verzameling van rechtsregels die bestaan uit primaire en secundaire regels.
- Primaire regels = geboden of verboden
- Secundaire rechtsregels = veranderingsregels, berechtingsregels en herkenningsregels
(regels over regels). Regels die iets zeggen over de primaire regels.

Elk normensysteem dat uit rechtsregels bestaat met een primaire en een secundaire set van de regels is per
definitie een geldig rechtssysteem volgens Hart, ookal is de inhoud van die rechtsregels onrechtvaardig. Hij
maakt dus een duidelijk onderscheid tussen moraal en recht.

, Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen




De rechts positivistische manier van denken is zeer recent van datum in die zin dat in het grootste gedeelte
van de geschiedenis dit soort denken eigenlijk nooit dominant geweest is. Tot in de 20e eeuw en tot vandaag
toe zijn heel wat rechtsfilosofen het nog steeds niet eens met die manier van denken.

Een belangrijke filosoof hierbij was de Amerikaan Lon Fuller:
- Heeft het rechts positivistische denken en de scheiding tussen recht en moraal
proberen onderuit te halen en te bekritiseren
- Parabel van Koning Rex
- Neemt John Austin op de korrel
- Zonder de 8 beginselen in acht te nemen ontstaat er chaos

John Austin (19e -eeuwse auteur) definieert een rechtsregel als een bevel van een soevereine instantie met
een sanctie erbij. Dit soort minimalistisch denken is de aanleiding geweest voor Fuller om de parabel van
Koning Rex te verzinnen, waarmee hij wil aantonen dat dit minimalisme absurd is.

Lon Fuller wil illustreren dat er meer minimale kwaliteitsvereisten zijn die hij de inner morality of the law
noemt = inherente interne moraliteit van het recht, hij formuleert criteria die hij telkens weerspiegeld aan de
parabel.

8 beginselen inner morality of the law:

- Gelijke gevallen gelijk dienen behandeld te worden
- De wet moet op kenbare manier bekend gemaakt worden
- Wet moet algemene strekking hebben
- Regels geen terugwerkende kracht mogen hebben omdat dat natuurlijk de
rechtszekerheid rekent het rechtszekerheidsbeginsel uitholt
- Recht moet consistent zijn
- Recht moet mogelijk na leefbaar zijn
- Het recht begrijpelijk moet zijn of dat in ieder geval de consequenties ervan
- Het recht intern consistent moet zijn (als er sprake is van normen collisie van twee
met elkaar tegenstrijdige moet er een hogere norm zijn op grond waarvan beslist kan
worden welke van die twee tegenstrijdige normen in het concrete voorliggende geval
de doorslag zal geven)

Hij zegt dat als één van die kenmerken ontbreekt, het recht geen recht genoemd kan worden. De inner
morality of the law in de zin van Fuller = een morele ondergrens van rechtvaardigheid onder dewelke men
niet mag zakken.

Christelijk denken tussen recht & staat

Godsdienst is niet alleen een bron van eenheid en van maatschappelijke samenhang maar is vanaf een
bepaald moment een bron van twist en van strijd.

Het christelijk denken over recht en staat = dubbelzinnig & ambivalent
Antipolitieke ondertoon, opstand tegen de burgerlijke overheid (het leven op aarde is pas tijdelijk) <->
compromis en bereidheid, gehoorzaamheid (uitspraak ‘geef de keizer wat de keizer toekomt en geef God
wat God toekomt’)

, Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen




Gedownload door: justienvanstrydonck | Justien.van.strydonck@vub.be
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur justienvanstrydonck. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,98. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€9,98  27x  vendu
  • (5)
  Ajouter