INKOOPMANAGEMENT
HOOFDSTUK 1: INTRODUCTIE
1.2 MODEL VAN MANAGEMENT EN ORGANISATIE
H2: Strategie:
o = de strategie en de doelen van een organisatie vormen het
uitgangspunt voor de invulling van de overige aandachtsgebieden
o Belangrijk, want bepaalt het verdere verloop: wat gaan we (niet)
doen?
H3 en 4: Management
o = het management is verantwoordelijk voor de strategie van de
organisatie, het uitvoeren daarvan en het behalen van de doelen
o Gaat de strategie uitvoeren die wij verwachten
o Bv. samenwerking met secundaire school
H5 en 6: Structuur
o = structuur gaar over de manier om organisaties vorm te geven en de wijze waarop het management de
organisatie wil besturen.
o De structuur om het management vorm te geven
H7: Cultuur
o = de cultuur van een organisatie is de wijze waarop medewerkers in een organisatie met elkaar omgaan. Dat is
nauw verbonden met de wijze van leidinggeven en de structuur.
o De manier waarop mensen met elkaar gaan omgaan
o Japanners hun bepaalde manieren
H8 en 9: Processen
o = processen zijn primair bedoeld om producten en/of diensten te realiseren. Processen zijn erg belangrijk om
de afnemer tevreden te stellen.
o Bedoeld om producten en diensten te realiseren
o HR afdeling, gaat mensen aanwerven (on-boarding proces), met resultaat dat je iemand aanneemt hoe
integreren
H10: Medewerkers
o = het doelmatig samenwerken van mensen is cruciaal voor het succes van de organisatie. De medewerkers
spelen hierin een belangrijke rol.
o Samenwerken: met je medewerkers
o Pop-up: wij vormen de strategische kern, maar de secundaire school ga je moeten aansturen
Organisatie: is het gehele management, alle processen samen! organiseren staat centraal!
o Een organisatie heeft nood aan marketing je wilt je pop-up op de markt lanceren
o Sociale media, advertenties…
o Juridische aspecten, verzekeringen
o Gedragwetenschap van mensen = leadership skills thalento test: hoe inzetten tijdens pop-up.
HOOFSTUK 7: CULTUUR
7.1 WAT IS CULTUUR?
Cultuur = het geheel aan gewoonten en gedragsregels/gedragsregels dat de leden van één groep of categorie mensen
onderscheidt van die van een ander
Cultuur in brede zin verwijst naar het geheel van o.a. waarden, normen, zeden en gewoonten van een tijd, volk of groep
o Waarden: zijn opvattingen over wat belangrijk en nastrevenswaardig is
Opstaan en plaats maken voor een oudere
1
, o Normen: zijn min of meer bindende verwachtingen over het gedrag van mensen normen gaat over gedrag!
Gedrag aan de UCLL, in de school
Kledingnorm in Iran: verschillende perceptie in Iran.. iedereen mag vrij zijn
Europa: vrouwen mochten een broek dragen, niet getrouwd zijn als je in katholieke school, geen BH’s meer dragen,
mannen verdienen meer dan vrouwen voor dezelfde job in privé…
7.2 DRIE SOORTEN CULTUUR
o Internationale culturen: Duitsland (punctueel, structuur, correct naleven, Engelse taal is gangbaar), Noord-
Europa: veel blonden mensen (België is vaak overheerst geweest vroeger)
o Nationale cultuur: handelen met Wallonië
o Organisatiecultuur: termen van ‘ons’ of ‘wij’ eigen organisatie, probeer na te kijken hoe de cultuur is
7.2.1 DE FUNCTIES VAN CULTUUR
Ordenende functie: cultuur helpt om gedragspatronen en manieren te ontwikkelen om te kunnen omgaan met andere
personen en de omgeving
o Zitten en beleefd antwoorden, niet tong uitsteken of handen aan de toonbank…
Worden evolueren naar een cultuur dat alles mag en kan
Communicatieve functie: binnen een cultuur worden afspraken gemaakt over de manier waarop we met elkaar
communiceren
Binnen UCLL: sommige wensen aangesproken worden op een bepaalde manier
Stagementor aanspreken: meneer/mevrouw of gewone naam
Alstublieft - dank u wel
Bindmiddel als functie
De leden van een cultuur worden verbonden door gedeelde normen en waarden, meningen en
ervaringen
Relaties worden een moeilijk verhaal met verschillende achtergronden
Bedrijf met rechtse ideeën, en jij hebt linkse gedachten moeilijk, niet op uw plaats
o Binnen de UCLL heb je een cultuur, en je hebt daarin nog onderverdelingen van studeerrichtingen… interne
cultuur verschilt
7.2.2 CULTURELE VERSCHILLEN VS NEDERLAND
Suitsupply Store: video – Nederlanders kleden de Amerikaanse man
Nederlanders hechten meer belang aan uiterlijk, kleding…
Andere eetgewoontes, comfortabel…
Cola life: kleur rood staat voor obesitas, dus een groene Cola is milieuvriendelijk en mager! Is niet echt doorgebroken
McDonalds: wil ook af van de kleur rood
7.3 CULTUURDIMENSIES VAN HOFSTEDE (BELANGRIJK)
2
, Geert (Gerard) Hendrik Hofstede (1928), een bekende Nederlandse organisatiepsycholoog, is één van de meest
invloedrijke wetenschappers op het gebied van interculturele communicatie.
Om inzicht te geven in culturele verschillen heeft Hofstede een model ontwikkeld waarin hij vijf cultuurdimensies
typeert.
Het door Hofstede ontwikkelde model voor de vijf cultuurdimensies brengt de cultuurverschillen tussen landen en
partijen in kaart.
o Vlaming kust niet zo snel hetzelfde geslacht in tegenstelling tot een Waal
o Japanners willen geen hand en niet in de ogen kijken
Cultuurdimensies van Hofstede:
Macht: Grote versus kleine machtsafstand
Macho: Masculiniteit versus femininiteit
o Secundair onderwijs
o Op examen: case is dit een masculiene of feminiene samenleving?
Zekerheid: Hoge versus lage mate van onzekerheid
Tijdshorizon: Lange termijn versus korte termijn
o LT: waar wil je als bedrijf over 5 jaar staan? Hoe zien we onze toekomst?
Groep: Individualisme versus collectivisme
o Individualisme = op jezelf gericht zijn, we zijn onafhankelijk (welvaart is hier belangrijk)
o Collectivisme = de groep is belangrijker dan het individu (zie je veel in communistische landen)
o Collectief geheugen: ‘Corona’ zit bij iedereen in het geheugen, 2020 was het ‘droomjaar’, maar wordt een
‘Coronajaar’.
o Collectief geheugen: 9/11, Wereldoorlogen, Berlijnse muur, Pop-up (hierdoor komt ruzie als bepaalde
individuen willen doordrijven)
7.3.1 CULTUURDIMENSIE 1: MACHT: GROTE VERSUS KLEINE MACHTSAFSTAND
De mate van ongelijkheid die er bestaat bij mensen met en zonder macht binnen een bepaalde cultuur.
Grote machtsafstand
o Er is een grote ongelijkheid binnen de betreffende samenleving, zoals in Arabische en Aziatische landen.
Kleine machtsafstand
o Er is sprake van gelijkheid tussen mensen, zoals in Nederland, Duitsland en België (op papier! In ons wettelijk
systeem is iedereen gelijk)
o Er is een vlakkere structuur, er is een kort overleg, er kan snel omgeschakeld w
7.3.2 CULTUURDIMENSIE 2: GROEP: INDIVIDUALISME VERSUS COLLECTIVISME
Deze dimensie kijkt naar de mate waarin individuen geïntegreerd zijn in groepen en hoe ze zich daar uiten.
Individualisme
o Hoge mate van individualisme in culturen waarin de relaties tussen burgers over het algemeen relatief los zijn.
Collectivisme
o De groep is belangrijker dan het individu.
o Marxisme, Leninisme, communisme
o Groep staat boven alles!
7.3.3 CULTUURDIMENSIE 3: MACHO:
MASCULINITEIT VERSUS FEMININITEIT
De verdeling van de rollen tussen mannen
(masculien) en vrouwen (feminien) binnen een
samenleving.
Masculiniteit
o In deze cultuur worden de leden van de
maatschappij getypeerd als onder andere
niet-emotioneel, dominant, assertief en
gericht op prestaties.
o Duitsland, Italië, VS,
3