Deel 2: hulpverlening: hoofdstuk 1: Welzijn in de
Verzorgingsstaat
1.1 Begrip verzorgingsstaat/ welvaartstaat
1.1.1 Betekenis
Definitie: De samenlevingsvorm van sommige rijke geïndustrialiseerde landen waarbij een aantal
grondrechten van de burger effectief gewaarborgd worden.
- Deze grondrechten zijn bedoeld om zijn materiële welvaart en zijn kansen tot ontplooiing te
bevorderen.
- Dit alles gebeurt binnen de parlementaire democratie en met behoud van de vrije markt-
economische - productiewijze.
Grondrechten? Mensenrechten
- Waarvoor men een ingrijpen van de overheid verwacht:
o Het recht op leven, de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van drukpers en de
godsdienstvrijheid, …
- Maar ook de sociale grondrechten
o Het recht op werk, huisvesting, gezondheid, onderwijs, ontplooiing, …
Uitbouw van de welvaartsstaat
De maatschappij waarin wij leven en mogen genieten van talrijke overheidsvoorzieningen en
financiële tegemoetkoming, wordt vaak aangeduid met de term ‘verzorgingsstaat’ of
‘welvaartsstaat’.
De welvaartsstaat kan voor professor Deleeck omschreven worden als ‘de samenlevingsvorm van
sommige rijke geïndustrialiseerde landen waarbij een aantal grondrechten van de burger effectief
gewaarborgd worden. Deze grondrechten zijn bedoeld om zijn materiële welvaart en zijn kansen tot
ontplooiing te bevorderen.
1.1.2 Kenmerken welvaartsstaat
Een welvaartstaat is dus meer dan een staat waarin welvaart heerst. Het is een staat die het op zich
neemt de welvaart van de burgers te beschermen en waar nodig uit bouwen.
- Hoog welvaartspeil:
o Kenmerkend: de hooggeorganiseerde economische ontwikkeling heeft geleid tot
zeer hoge levenstandaard. Levenstandaard voor iedereen toegankelijk is, indien er
een zekere spreiding van die welvaart tot stand komt.
o Voorwaarde: behouden van die welvaart is voortdurende economische groei die
ermee samenhangende doelstelling van werkgelegenheid.
- Overheidsoptreden:
o De manier van de grondrechten van de burger te waarborgen de overheid tussen
brede waaier van maatregelen
o De sociale zekerheid is een uitgebreid stelsel van sociale uitkering de financiële
zekerheid van burgers waarborgen.
o Veel vormen van dienstverlening door de overheid worden georganiseerd,
gecontroleerd en/ of gesubsidieerd.
- Verwezenlijking van Grondrechten (preventief):
1
, o Welvaartstaat is vooral gericht op het voorkomen van problemen.
o Preventief organiseren van de solidariteit en het uitbouwen van het zorgapparaat.
- Vrije markt en overleg:
o Dit gebeurt binnen een economisch systeem van de vrije markt en zorgt ervoor dat
beslissingen tot stand komen op basis van overleg.
o Sociaal overleg tussen de vertegenwoordigers van de ondernemingen, de organisatie
die de belangen verdedigen van de burgers en de overheid.
o Uitbouw van de welvaartstaat is niet enkel een taak van de overheid.
- Democratie:
o Is niet autoriteit
o Organiseren van de zorg en de sociale zekerheid voor inwoners is in ons systeem van
parlementaire democratie tot stand gekomen, via overleg en inspraak.
o Communistische of andere totalitaire regimes kunnen een zekere graad van welvaart
verschaffen aan hun inwoners.
o Het verschil met de definitie van welvaartstaat is echter bijzonder groot.
1.1.3 De welvaartsstaat is niet-staats en is verzuild
- Niet – staats:
o Sociale organisaties (‘middenveld’) zijn sterk betrokken:
Bij besluitvorming
inspraak bij het totstandkomen van adviezen en wetten
o Bv. Sociaal overleg (werkgever- werknemer)
En bij uitvoering van deze wetgeving:
Verlenen diensten en bouwen voorzieningen uit
o Bv. Uitbetaling van uitkering door ziekenfonds/ vakbond/….
o Overheid controleert
- Betrokken bij besluitvorming
o Sociaal overleg tussen de vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers
o Tweedelig overleg tussen deze partners met vertegenwoordigers van de overheid
o Driedelig overleg wijst het belang van de sociale organisatie bij het tot stand komen
van adviezen en wettelijke besluitvorming op sociaal vlak.
- Betrokken bij uitvoering
o De uitvoering van het sociaal beleid is niet-staats
o Overheid vertrouwt de uitvoering toe aan verenigingen en organisaties
o Uitbetalen van sociale uitkering
Bv. Werkloosheidsuitkering
o Terugbetaling van gezondheidskosten gaan ziekenfondsen
o Kinderbijslag worden uitbetaald door het kinderbijslagsfonds
o Uitvoerende taak van deze ‘middenveldorganisaties’ beperkt zich niet tot het
uitvoeren van enkele taken binnen de sociale zekerheid.
o Welzijnszorg wort grotendeels toevertrouwd aan sociaal profitorganisaties
Bouwen voorzieningen uit en verlenen diensten
De vrije markten spelen hier dus een hoofdrol
- Verzuild middenveld
o Middenveld = sociale organisaties
o Verzuiling= tal van maatschappelijke initiatieven vanuit 3 ideologieën (20 ste eeuw):
katholieken/ liberale/ socialisten
2
, o 21ste eeuw: verzuiling afgebrokkeld -> ontzuiling maar koepels nog sterk
o Nieuwe sociale beweging
Jeugdbewegingen: KSA, KLJ, Scouts, Chiro
Mutualiteiten: christelijke, liberale, socialisten
Vakbonden: ACLVB, ABVV, ACV
- Ontzuiling
o Binding tussen leden en hun respectievelijke zuil is de jongste jaren aan het
verzwakken
o Gezinnen veranderen van ziekenfonds omwille van voordelen
Mensen blijken ook meer en meer te engageren in een vereniging omwille van de inhoud en minder
omwille van een andere levensbeschouwelijke achtergrond.
Nieuwe sociale bewegingen licht zich engageren rond milieuthema’s.
Ter info: de sociale kaart (www.desocialekaart.be)
1.1.4 Welvaartsstaat: hoe ontstaan?
Aanzet:
- het ontstaan en uitbouwen van de welvaartstaat is vrij recent en uniek. De mechanisering én
de voortdurende technologische ontwikkeling leidden tot een bijzonder grote toename van
de arbeidsproductiviteit en zorgden voor een stijging van de welvaart.
- Op politiek-maatschappelijk vlak zijn er ook veranderingen gedaan
Historiek in 5 fasen:
1. Fase 1: 1800- 1880: “ de sociale kwestie”
o Iets grotere levensstandaard door industrialisatie
o Weinig overheidstussenkomst, wel vrijheid
o Hongersnood, kinderarbeid, geen sociale bescherming
o Dankzij solidariteit ontstaan coöperatieves: de ‘voorlopers’ van ziekenfondsen en
vakbonden
2. Fase 2: 1880 – 1919: de eerste sociale wetten ter bescherming van arbeiders
o Leerplicht, zondagsrust, verbod op kinderarbeid
o Meervoudig stemrecht 1893 (enkel mannen mochten stemmen)
o Oprichting vakbonden en landbonden ziekenfondsen
o Geen verplichting om te verzekeren
o Sociale zekerheid begin 20ste eeuw gebaseerd op vrijwilligheid
3. Fase 3: tussen WO.I en WO.II: sociaal overleg
o Economische crisis, werkloosheid, opkomst totalitaire regimes Europa
o Groeiend besef van belang overheidsingrijpen in de economie
o Groeiend belang sociaal overleg (overleg tussen werknemer & werkgever&
vakbonden)
o Eerste Nationale Arbeidsconferentie tot stand dit leidt tot betaald jaarlijks verlof
(6dagen)
o De pensioenen en kinderbijslag worden verplicht.
Tijdens die periode werd het overleg tussen vakbonden van werknemers en werkgevers steeds
belangrijker en kwam de eerste Nationale Arbeidsconferentie tot stand.
3
, 4. Fase 4: Na WO.II tot 1973: concrete uitbouw en bloei van de welvaartsstaat
o Uitbouw sociale zekerheid (KB, ZIV, WL, pensioenen)
o Rijkdienst werd opgericht
o Werkloosheidsvergoeding, ziekte- en invaliditeitsuitkering en de kinderbijslag
werden uitbetaald door de vakbonden, ziekenfondsen en compensatiekas.
o Uitbouw overleg en werkgevers- werknemers
o Uitbouw zorgvoorziening
o Vrouwenstemrecht en optrekken leerplicht 14-16-18
5. Fase 5: eind 20ste eeuw: naar actieve welvaarsstaat
o 1973 oliecrisis en jaren ’80 economische crisis regeringen moeten besparen
o Positief: welvaartstaat biedt bescherming, is succesverhaal
o Maar, betaalbaarheid sociale zekerheid onder druk door:
Demografische verandering (vergrijzing & ontgroening)
Andere manier van leven (eenoudergezinnen, …)
o En andere vragen bij de welvaartsstaat:
Globalisering ( flexibelere job, productiebedrijven naar ‘lageloonlanden’, …)
Milieuproblemen: grenzen aan groei
1.1.5 De actieve welvaartsstaat
Via de sociale zekerheid en de uitbouw van een uitgebreid zorgnetwerk bescherming tegen
inkomensverlies en kosten vakbonden aan bepaalde sociale risico’s.
Traditioneel welvaartsmodel in vraag:
- Verandering op demografisch vlak
- Veranderende leefpatronen
- Verregaande economische globalisering
De helft van ons nationaal inkomen gaat naar de collectieve sector en naar sociale uitgaven.
De internationale concurrentie en het voortdurend banenverlies aan de zogeheten ‘lageloonlanden’
ten slotte, doen de druk op de ketel nog meer toenemen.
Antwoord: activeringsidee:
- Meer mensen activeren > uitkering geven
- “meer mensen aan het werk”
- Basis beleid van het werk
Voorbeeld: Wijkwerken, VDAB IBO , interim-bureaus
IBO= individuele beroepsopleiding, via de VDAB
Activering: moeilijkheden
- Bepaalde groepen vinden moeilijk werk (oud-gevangenen, 60+ ers, …)
- Kwaliteit van werk?
- Combinatie gezin & arbeid?
- Onbetaalde zorgarbeid? Vrijwilligerswerk?
‘Proactief’ beleid probeert men te anticiperen op toekomstige banenverlies in sectoren die het
moeilijker hebben. Werkzoekende en werknemers worden bijgeschoold om hun kansen op blijvende
werkloosheid of jobverlies bij herstructurering te minimaliseren.
4