Inleiding integrale veiligheid
Hoofdstuk 1: Centrale concepten
1 Veiligheid: enkele definities
1.1 Veiligheid
Veiligheid = de effectieve bescherming van mensen tegen persoonlijk leed: tegen aantasting van hun
lichamelijke en geestelijke integriteit
• Lichamelijke onveiligheid versus geestelijke onveiligheid
– Lichamelijk: verwondingen, onnatuurlijke dood
– Geestelijk: angst voor dreiging van buitenaf, psychische problemen tgv onveilige situatie
1.2 Veiligheidszorg of veiligheidsbeleid
Veiligheidszorg = wat mensen doen om de lichamelijke en geestelijke integriteit te beschermen
Bv. fiets sluiten, kijken of deur op slot is, gordel omdoen
Veiligheidsbeleid = wat de overheid doet om de samenleving en haar burgers te beschermen tegen
onveiligheid
1.3 (Veiligheids)risico
• Risico
– R=pxE
• Risico = de kans op bedreiging (p) x schadelijke effecten (E)
– Risico-inschatten
• Grote kans, groot risico?
– Risico’s zijn overal en altijd aanwezig, in alle aspecten van ons leven
– Olod ‘Risicomanagement’
2.1.1 Objectieve veiligheid
= feitelijke veiligheid
Objectieve veiligheid = gemeten niveau op een vooraf bepaalde schaal van veiligheid
– Meten en tellen
o Uiterlijk waarneembare verschijnselen
o Resultaten zijn onafhankelijk van diegene die telt/meet
Bv. :
- Hoeveelheid materiële schade na een brand
- Aantal aangiften van misdrijven zoals inbraak, diefstal en geweld
- Aantal slachtoffer in het verkeer of bij arbeidsongevallen
– Hoe meten?
Officiële registraties
• Politiestatistieken → vormen een reflectie van de registratie van criminele feiten door
de politiediensten
• Dark-number problematiek = feiten die niet aangegeven zijn bv. fietsdiefstal
• Grey-number: feiten die aangegeven zijn, maar niet geregistreerd zijn bij politie
Daderbevragingen (self-report-onderzoek)
Slachtofferbevragingen
• Polsen bij een grote, representatieve steekproef
– Validiteit van de cijfers?
,– Slachtofferenquêtes
• Polsen naar slachtofferschap reeks criminele feiten bij grote, representatieve steekproef van de
bevolking
2.1.2 Subjectieve veiligheid
Subjectieve veiligheid = de mate waarin mensen zich veilig voelen
Persoonlijke zaak
Iedereen heeft eigen beleving van veiligheid en risico’s
Hoe meten?
o Vragen bv. ‘Voel u zich wel eens onveilig’
Vragen zijn niet altijd even valide, betrouwbaar, bruikbaar
Onveiligheidsgevoelens = complex samenspel van ta van factoren + niet makkelijk te
vatten in eenvoudige metingen
2.1.3 Verband objectieve en subjectieve veiligheid
Houden verband met elkaar, maar vaak minder strikt dan dat men zou vermoeden
o Soms subjectieve onveiligheid = objectieve onveiligheid
o Soms subjectieve onveiligheid < objectieve onveiligheid
o Soms objectieve onveiligheid < subjectieve onveiligheid
Als BaMV’er steeds de onveiligheidsgevoelens serieus nemen
– Oorzaken onderzoeken
– Op reageren
2.2 Sociale en fysieke (on)veiligheid
2.2.1 Sociale (on)veiligheid
Sociale onveiligheid = de onveiligheid als gevolg van leed dat mensen elkaar aandoen, waarbij leed kan
gelezen worden als materiële en/of immateriële schade
– Beschermd zijn en zich beschermd voelen tegen persoonlijk leed door misdrijven,
overtredingen en overlast door anderen
– Zowel tussen individuen of tussen groepen
– Zowel in de (semi)publieke of private ruimte
– Zowel in ‘alledaagse veiligheid’ als terrorisme en oorlog
– Los van intentie of ernst
– Zowel objectief als subjectief
, Leed in het rood :
Geen onveiligheid zonder leed!
(1) Eén-op-een-relatie of bijvoorbeeld jeugdbendes tegen elkaar
(2) Wat bedoelen we met
(1) Publieke ruimte: bijvoorbeeld overlast op een plein
(2) Semi-publieke ruimte: bijvoorbeeld zwartrijden op een trein
(3) Private ruimte: thuis (IFG), op school (pesten), werkvloer (diefstal door werknemer)
(3) Alledaagse veiligheid = woninginbraak, diefstal, vechtpartij. Opgepast: terrorisme lijkt nu meer en
meer alledaags geworden
2.2.1.1 Subthema 1: Criminaliteit
- Plegen van misdrijven
– Woninginbraak, diefstal, dronken rijden, vernieling, moord, … (direct leed), maar ook
drugverkoop, fraude (slachtoffer is onduidelijker)
– Niet per definitie ‘onveilig’ dus, maar ergens/aan iemand wordt leed aangedaan
- Door wetgever bepaald (strafrecht)
– Soms veranderen maatschappelijke opvattingen
- In vele gevallen is schade/leed helder
– Helderheid is er niet altijd bv. Verzekeringsfraude
– Ook schade veroorzaakt door activiteiten van de georganiseerde misdaad is niet altijd even
duidelijk, of onmiddellijk voelbaar
- Criminaliteit is constant in beweging en afhankelijk van plaats en tijd
• Weerspiegeling van de maatschappelijke ontwikkelingen: vb. abortus
• Criminaliteit als sociale constructie
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur HV25. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.