Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Mens, Cultuur En Samenleving €6,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Mens, Cultuur En Samenleving

 28 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Samenvatting van mens, cultuur en samenleving. Ik had een goed punt en alleen de samenvatting geleerd.

Aperçu 2 sur 8  pages

  • 13 juin 2021
  • 8
  • 2020/2021
  • Resume
avatar-seller
Hoofdstuk 5
Status: Sociale positie in de samenleving
Statusset: Ieder individu heeft diverse statussen.
Toegeschreven status: zijn vaste statussen die voor je gekozen zijn, waar je geen invloed op hebt.
Verworven status: zijn statussen die je zelf kiest (bepaalt). Door middel van je prestaties.
Masterstatus: Mensen kunnen hieruit motivatie of kracht halen.

Rolconflict: Ontstaan van een conflict  Voorbeeld van vader en docent zijn, waar kies je op dat moment
voor.
Rolspanning: In enkele status diverse verwachtingen zijn.  Voorbeeld van gevangene, in therapie
kwetsbaar in groep heel stoer.

Erving goffman  Status en rol worden maatschappelijk bepaald maar volgens Erving is hier ruimte in om in te
bewegen (construeren)
Zelfpresentatie: Een ander overtuigen door je zodanig te kleden of te gedragen dat je werkelijk die status
bent. Dit zorgt voor bepaalde verwachtingen van statussen.
Frontstage: Podium, Proberen echt de ander te overtuigen dat we die status zijn.
Backstage: Ofpodium, Positie waar je weer jezelf kan zijn en niemand hoeft te overtuigen.
Freudiaanse verspreking: Even niet voldoen aan je status en de bijbehorende rol. Jezelf verspreken meestal
vanuit een impuls of drift. Je masker valt dan.
Sociale controle: Zorgt ervoor dat mensen zich blijven gedragen volgens hun status.

Thomas Theoroma  Iets word als waar genomen omdat iemand uit een bepaalde status het zegt.  cultuur
verandert

Hoofdstuk 11.1 + 6.1
Sociale groep: Twee of meer mensen die zich met elkaar identificeren en met elkaar omgaan.
Categorie: Groep mensen met een gemeenschappelijke status (studenten, docente, etc.). Zij
kennen elkaar maar beperkt, er is geen echte band. Maar die kan er wel ontstaan en
uit bloeien tot een sociale groep.
Mensenmenigte: Losse verzameling mensen

Soorten sociale groepen:
 Primaire groep: Kleine sociale groep waarvan de leden persoonlijke en duurzame relaties met elkaar
onderhouden (gezin, clubje collega’s, clubje studentenvrienden).  Persoonsgericht
 Secundaire groep: Grote onpersoonlijke sociale groep waarvan de leden een specifiek doel of activiteit
nastreven (eerste jaar sociaal werkers).  Doelgericht

Groepsdynamiek:
 Referentiegroepen: Sociale groep die voor evaluaties en beslissingen als referentiepunt dient. (groep
waar jij jezelf in terug ziet). Je refereert je met deze groep.
 Ingroep: Sociale groep waarvoor een lid respect en loyaliteit voelt. Waarin je je identificeert.
 Outgroep: Sociale groep waarvoor een individu een gevoel van competentie of tegenstand
ervaart. Ziet als vijanden of gevaar.

Deviantie: Onderkende afwijking van culturele normen. Een groot deel van de mensen vind je gedrag
afwijkend.
Degene die deviant gedrag vertoond word door de andere als buitenstaander beschouwt.
Formeel reactie  door middel van wetshandhaving
Informeel reactie  door middel van straffen, preken, klappen, belachelijk maken, etc.
Reactie is vaak een poging to regulering

, Biologische context:  combinatie van biologische en omgevingsfactoren
Universiteit van Wisconsin(2005): Combinatie van genetische factoren en omgevingsfactoren is
een sterke voorspeller van gewelddadig en crimineel gedrag
op volwassen leeftijd.
Persoonlijkheidsfactoren:
Moffit et al (2011): Lagere score op zelfbeheersing en omgang met frustratie betekent meer
probleemgedrag
Sociale basis van Deviantie:
1. Wat voor deviant doorgaat, wordt bepaald door de gangbare normen in een bepaald cultuur.
2. Mensen worden deviant als anderen hen als deviant definieren
3. Sociale macht is een factoor die zowel een rol speelt bij de gangbare normen als bij het
definieren van norm overschrijdend gedrag.


Hoofdstuk 8
Sociale stratificatie: Indelen van groepen mensen in maatschappelijke lagen.
Sociaal-economische status: Opleidingm inkomen en beroepsniveau

Kastenstelsel:  gesloten samenleving
Geen sociale mobiliteit, het is dus niet mogelijk om op de maatschappelijke ladder te stijgen
of te dalen.  geen intergenerationeel mobiliteit, dus ook met de generaties is het niet
mogelijk om te stijgen of te dalen.
Klassensysteem  Nederland  Semi open samenleving
Je kansen, rechten en plichten worden gedeeltelijk bepaalt door je afkomst (generatie voor
jou) maar ook door de prestaties die je levert.
- Iemand die in een hoge klasse is geboren met minder talent heeft meer kans hoog te
blijven in tegenstelling tot iemand die in een lage klasse is geboren met meer talent die
toch eindigt in een middenklasse ipv van de hoge klasse
Meritocratie  droomwereld  Volledig open samenleving
Hoe meer je presteert hoe hoger je eindigt.

Hoofdstuk 13
Functies van het onderwijs
1. Socialisatie: Levenslang proces, Bv: voorbereiding als burger en voor de arbeidsmarkt.
2. Sociale mobiliteit: Op basis van talenten en cognitieve vermogens. Je achtergrond
speelt hier bij ook een rol.
Gestandaardiseerde toetsen zoals cito, etc zorgen voor bepaalde stempels en
creëren een ander werkelijk beeld.
3. Culturele vernieuwing  Zoals meisjes liepen eerst achter maar maken een inhaalslag op
jongens
4. Latente functies (onbedoeld functies): Onder andere partner/huwelijk  vaak
gelijkwaardige opleidingsniveau. Mannen boeit het minder als hun echtgenoot lager is
opgeleid in tegenstelling tot vrouwen die vaker iemand van eigen niveau of hoger willen.
5. Sociale integratie: School is een ontmoetingsplek en zorgt voor het verkleinen van de
zogenaamde culturele kloof

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur maidermirailh. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,49
  • (0)
  Ajouter