Samenvatting Positieve Psychologie in de praktijk
Frederike Bannink
Hoofdstuk 1: Wat is positieve psychologie
Positieve psychologie is de stroming die uitgaat van de sterke kanten van de mens en de
veronderstelling dat geluk te vinden is door het identificeren en gebruik maken van de sterke
kanten die iemand al bezit. Het is eind jaren 90 geïntroduceerd, voor die tijd vooral aandacht
voor problemen en klachten in de psychologie, nu steeds vaker ook op (het ontwikkelen van)
krachten. Dit vergroot de draagkracht. Ook aandacht voor momenten waarop klachten minder of
niet voorkomen en hoe de cliënt dat lukt.
Seligman stelde lijst samen met 24 persoonlijke kwaliteiten (zelftest), onderverdeeld in 5
domeinen: 1. Wijsheid en kennis 2. Moed 3. Rechtvaardigheid 4. Zelfbeheersing 5.
Transcendentie (kwaliteiten voor zingeving)
Broaden-and-build-theory Barbara Fredrickson:
“I’ve been able to show that fear closes down our minds and our hearts, whereas positive
emotions literally open our minds and hearts… They really change our mindsets and our
biochemistry”
Het cultiveren van positieve emoties leidt tot psychologische groei en verbeterd welbevinden.
Dit heeft twee gevolgen:
1. Verbreden van je arsenaal aan reacties op situaties in het hier en nu.
2. Zorgen voor aanleg fysieke en mentale energievoorraden op lange termijn.
Positive emotions broaden and opens our mind. We zien letterlijk meer. Zijn veerkrachtiger,
creatiever en presteren beter. We zien letterlijk meer. We zien de ‘big picture’.
Hoofdstuk 2: Optimisme
Uit onderzoek Seligman jaren 70 naar aangeleerde hulpeloosheid bleek dat verwachtingen
goede voorspellers zijn van gedrag. Verwachting dat er niets tegen te doen is leidt tot passiviteit,
vermijding, angst, depressie en lichamelijke ziekten. Verwachting van controle leidt tot
volhoudendheid en veerkracht.
Hierdoor is Seligman onderzoek gaan doen naar aangeleerd optimisme.
Als je iets verwacht is de kans groter dat het ook gaat gebeuren (en andersom).
Pessimistische denkstijl
schrijven negatieve gebeurtenissen vooral toe aan stabiele, globale en interne factoren.
Positieve gebeurtenissen aan tijdelijke, specifieke en externe factoren.
Dit leidt tot verwachtingen van hulpeloosheid. Lopen meer risico op depressie.
Ervaart gebeurtenissen als allesomvattend, permanent en oncontroleerbaar.
Pessimisme dwingt ons wel de confrontatie met de werkelijkheid aan te gaan.
Optimistische denkstijl
doen dit andersom. Negatieve gebeurtenissen aan tijdelijke, specifieke en externe
factoren en positieve aan stabiele, globale en interne factoren.
Ervaart gebeurtenissen als plaatselijk, tijdelijk en veranderbaar.
Positief verband tussen geluk en optimisme. Gelukkige mensen zijn optimistisch over toekomst
en hebben een betere gezondheid.
Optimisme en pessimisme zijn relatief stabiele persoonlijkheidskenmerken, maar kunnen
beïnvloed worden door de manier waarop iemand zich gedraagt en waar iemand zijn aandacht
op richt.
,Oefeningen:
- Een week zo veel mogelijk noteren waar ze in het verleden op hun best waren.
- Een week elke dag iets over sterke kanten opschrijven.
- Dankbaarheid tonen aan iemand die je nog niet hebt bedankt.
- Een week drie goede dingen noteren die er in je leven gebeurden.
- Schrijf elke avond een zin over de prettigste gebeurtenis van die dag, maak dit globaal, stabiel
en intern. Maak vervelendste gebeurtenis specifiek, tijdelijk en extern.
Hoofdstuk 3: Hoop
- Een positieve emotie die gebaseerd is op het idee dat je succesvol bezig bent om stappen
richting je doel te zetten.
- Het positieve gevoel dat we ervaren als we mogelijkheden zien voor een betere toekomst.
Reduceren van hulpeloosheid is niet hetzelfde als hoop.
Twee reacties op nare gebeurtenissen: wanhoop of hoop.
Wanhoop
Ontstaat een neerwaartse spiraal. Angst en onzekerheid geven stress, waardoor verdriet
en schaamte ontstaan. Aandacht voor positieve, en verbondenheid met anderen, gaat
verloren.
Hoop
Zorgt voor een opwaartse spiraal. Aandacht voor positieve dingen neemt toe, zorgt dat je
liefde, dankbaarheid etc kan voelen en verbondenheid met anderen groter wordt. Je kan
je sterker voelen dan ervoor. (is niet tegenovergestelde wanhoop, je ziet wel wat er aan
de hand is)
Eerste component van hoop is het formuleren van een doel. Een doel met een gemiddelde
moeilijkheidsgraad genereert de meeste hoop. Als hij te moeilijk of te makkelijk is doen mensen
niet meer hun best het te halen.
Hoopvolle mensen formuleren hun doelen duidelijker (minder vaag).
4 categorieën hoopvolle doelen:
1. Approach goals: doelen die richting een gewenste uitkomst gaan
2. Forestalling negative outcome goals: richting uitstel of ongewenste uitkomst
3. Maintenance goals: status quo handhaven (behouden wat er is)
4. Enhancement goals: doelen die positieve uitkomst vergroten
Tweede component van hoop is pathway thinking. Het bedenken van wegen (of een
stappenplan) om het doel te bereiken. Een mentale routekaart.
Hoopvolle mensen maken een gedetailleerde routekaart.
Derde component van hoop is agency thinking. Wie gaat er iets voor doen om dit doel te
bereiken. Gedachten over het eigen vermogen om richting het doel te bewegen, ook al zijn er
belemmeringen.
Hoopvolle mensen hebben positieve zelfuitspraken.
hoop is niet alleen iets wat je hebt, maar vooral iets wat je doet. Een van de drie componenten
uitlokken, beïnvloed het gehele proces van hoopvol denken.
Groei van hoop is niet lineair, ook momenten van twijfel en angst.
Valse hoop = als je de risico’s en gevaren die kent.
Hoog verband tussen optimisme en hoop.
, Oefeningen
- Stel dat je meer hoop hebt voor een bepaald doel. Wat voor verschil zou dit maken? Wat zou je
anders doen?
Hoofdstuk 4: Verwachting van de eigen effectiviteit
Self-efficacy betekent dat er wordt uitgegaan van het idee dat je zelf invloed hebt op een
gewenste uitkomst door je op een bepaalde manier te gedragen. Het gaat niet om wat je denk dat
je zult doen (toekomst voorspellen), maar om wat je denkt dat je kunt doen.
Het zorgt voor een goede psychologische aanpassing en coping. Lage verwachting van eigen
effectiviteit is belangrijk kenmerk van depressie.
Bandura zegt dat zelfcontrole centraal staat in het menselijk functioneren. Je moet zelf doelen
stellen en strategieën hanteren om deze te bereiken. Daarom voor coaches, hulpverleners etc
belangrijk om cliënt mee te laten denken over oplossingen. Plus opsporen bestaande
vaardigheden en nieuwe aanleren. Vragen naar eerdere successen.
Belangrijk om eigen sterke kanten te vinden. In onze cultuur is het echter normaal om
bescheiden te zijn, horen niet over eigen successen te praten. Belangrijk om dit wel te doen, ook
met cliënten. Positieve dingen met betrekking tot:
Uiterlijk, relaties met anderen, persoonlijkheid, manier waarop anderen jou zien, functioneren
op werk/school, functioneren in dagelijkse bezigheden, sport, interesses, waar je goed in bent.
Als iemand weinig sterke kanten kan vinden vragen:
- waar haal je moed vandaan om te veranderen?
- Hoe slaag je erin vastbesloten te zijn?
- Wanneer was je laatste succes, wat deed om dat te laten gebeuren?
- Welke goede eigenschappen/vaardigheden horen bij je?
- Hoe vind verandering in je leven meestal plaats?
Oefeningen
- Let op wat allemaal goed gaat in je leven? Hoe krijg je dat voor elkaar? Wat mag niet
veranderen?
- Stel je de gewenste situatie voor met voldoende vertrouwen in je eigen effectiviteit.
- Denk aan wat al heeft gewerkt om van een probleem af te komen, hoe ver ben je al, hoe is dat
gelukt?
- Positieve zelfuitspraak bedenken en hardop zeggen elke dag, op kaartje, spiegel etc schrijven.
- Drie sterke kanten van jezelf kiezen en elke dag bedenken wanneer je deze die dag hebt
gebruikt.
Hoofdstuk 5: Zelfrespect
Zelfrespect of gevoel van eigenwaarde. Het gaat om wat je denkt en gelooft over jezelf en hoe je
je daarbij voelt.
Kent bepaalde positieve cognities; ik ben van waarde.
Positieve emoties; trots, tevredenheid.
Komt tot uiting in gedrag; assertiviteit, gedrag dat zelfvertrouwen uitstraalt.
Maslow zag zelfrespect als een basale menselijke behoefte. Zonder zelfrespect blijven mensen
zoeken, kunnen ze niet groeien en niet toekomen aan zelfactualisatie.
Definitie: Sociaal geconstrueerde emotie. Een emotie die in sociale processen gedurende langere
tijd wordt ontwikkeld. Hierdoor is het minder een persoonlijkheidstrek en meer afhankelijk van
de situatie hierdoor beter hanteerbaar.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Lizzy-182. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.