Samenvatting: Grondslagen van het sociaal werk
Inhoudstafel
• Hoofdstuk 1: State of the Art
• Hoofdstukken 2 en 3 reconstrueren hoe ‘radicalisering’ betekenis krijgt vanuit de leefwereld van
voornamelijk Brusselse jeugdwerkers.
• Hoofdstuk 4 reconstrueert het gesprek tijdens de trekking in de Ardennen en geeft volle
spreekruimte aan jongeren en hoe zij ‘radicalisering’ benoemen vanuit hun intuïties en
ervaringswereld
• Hoofdstuk 5 reconstrueert hoe Brusselse jongeren betekenis geven aan maatschappelijke
transities die de leefomstandigheden in de Brusselse kanaalzone inkleuren. ‘Radicalisering’
verschijnt er in de gedaante van een alomtegenwoordige consumptiemaatschappij, van sociale
ongelijkheid en van polarisering rond religie.
Inleiding: Radicalisering
Doel: alternatief debat voeren over radicalisering
3 soorten benaderingen voor een debat:
- Academisch debat: overzicht over literatuur ‘State of the art”
- Mediadebat: Mediateksten verzamelen om radicalisering te framen. “framing-analyse” = op
bepaalde manier kaderen.
Beide desk-top onderzoek
- Actie-onderzoek: Werkterrein (wijken): leefwereld onderzoek
Debat voeren over radicalisering is “ONMOGELIJK in molenbeek” => vraag: waarom is debat over
radicalisering zo moeilijk?
Radicalisering is een taboe, een gespreksonderwerp dat vermeden wordt uit angst voor conflicten.
Moeilijkheden/ 3 Knelpunten?
• Complexiteit van het fenomeen
Door opeenstapeling van gebeurtenissen vb. Arabische lente, syriëstrijders, IS (= Propagandamachine
en mobiliseert foreign freedom fighters), Kalifaat, aanslagen…
Persoon verspreidt zijn ideeën door bloedbad aan te richten in 2 moskeeën => IS reageert met 8
aanslagen op kerken. => Terreurgeweld als visuele communicatie van gedachtengoed
Radicalisering heeft vaak te maken met internationale conflicten en geopolitieke belangen. Het zit
verstrikt in een extreem ideologische beweging.
Het voedt zich door regionale problemen en conflicten, maar verspreidt zich op wereldschaal.
Vraag na aanslagen in Parijs en Brussel : Hoe komt het dat jongeren zich willen bijvoegen bij IS en hoe
komen ze ertoe te willen sterven en doden in de naam van een heilige oorlog?
Yola Van Assche 2019 - 2020 1
,• Spraakverwarring
MAAR radicalisering verwijst ook naar fenomenen die niet verontrustend zijn vb. keuze van groep om
radicale breuk met verteleden te maken. Radicale ideeën kunnen creatief en motor van wenselijk
sociale verandering zijn.
Een radicaal persoon kan ook iemand zijn die beslist om terug te keren naar de fundamenten van zijn
overtuigingen en waarden zonder toe te geven aan compromissen.
➔ Meer neutrale of zelfs positieve betekenis van radicalisering.
Verschil tussen gevaarlijke radicale ideeën en bewonderingswaardige radicale ideeën.
• Stigmatisering
Radicalisering wordt te veel gelinkt aan “radicale moslim” : uitdaging is om verband tussen
radicalisering en viseren van moslimgemeenschap te doorbreken!
Moslims in het westen voelen zich geviseerd, gestigmatiseerd, gecontroleerd.
Ze komen in defensieve positie te staan.
Stigmatiseren = iemand of een groep ten onrechte een slechte reputatie bezorgen.
“Radicalisering”, om probleemkarakter van het begrip en het gebruik ervan te beklemtonen.
Er moet rekenschap gehouden worden met complexiteit van het fenomeen.
Verwarring met positieve invulling van ‘radicalisering’ te vermijden.
➔ Verhaal over radicalisering te bieden dat stigmatisering van minderheidsgroepen verhindert
en oog heeft voor verschillende uitingen van ‘radicalisering’.
Radicalisering na de aanslagen van Parijs en Brussel. -> Aanslagen zorgden voor verbijstering en
ontreddering.
Voor het onderzoek zijn 3 aanpakken nodig/ 3 brillen opzetten:
• Narratieve aanpak: We kijken naar complex fenomeen vanuit de verhalen van directe
betrokkenen. We gaan luisteren naar de verhalen.
➔ Diverse groep: slachtoffers, nabestaanden, ouders van syriëstrijders, jongeren uit
geviseerde wijken, jeugdwerkers…
Groep geografisch afbakenen, namelijk direct betrokkenen uit Brusselse Kanaalzone.
Media-aandacht had zich hier vooral op geviseerd.
We gaan ons richten op Brusselse jongeren en jeugdwerkers, want over hun is door
maatschappelijk debat veel gepraat, maar is weinig mee gesproken.
We verplaatsen ons in hun leefwereld, luisteren naar hun verhalen en herinneringen,
samen onderzoeken hoe het fenomeen daar bij hen betekenis heeft gekregen.
• Brede sociologische aanpak: Wat radicalisering betekent voor samenleving in het geheel, om
toestand van samenleving beter te begrijpen.
Samenleving is kwetsbaar.
• Kritische aanpak: Benadering van De-constructie.
Radicaliseringsmachine: een samenspel van actoren (overheid, media, jeugdwerkers,
wetenschappers). Het zorgt ervoor dat radicalisering een psychologisch probleem wordt bij
jongeren met migratie-moslimachtergrond, dat religieuze overtuigingen gezien worden als
Yola Van Assche 2019 - 2020 2
, begin van terreurgeweld en dat moslimgemeenschap onderworpen wordt aan toezicht,
controle en repressie. We moeten oog hebben voor impact van radicaliseringsmachine op
leefwereld van deze jongeren en jeugdwerkers.
Actie-onderzoek, waarbij jongeren en jeugdwerkers volwaardige partners waren in het onderzoek.
Ook onderzoeker was niet enkel observator, maar een betrokken actor.
Actie-onderzoek = een interactieve manier van onderzoeken. Al handelend probeert de onderzoeker
samen met de betrokkenen te onderzoeken of de geplande verandering het gewenste effect
oplevert.
4 ambities van Brussels actie-onderzoek (Donkere spiegel van een kwetsbare samenleving):
1. Emancipatorische ambitie: keuze voor perspectief van jeugdwerkers en jongeren vertrekt
van een ongelijkheid in positie van spreken. Beleidsmakers, journalisten en onderzoekers
bepalen voor groot deel hoe er over radicalisering gesproken en geschreven wordt. Jongeren
en jeugdwerkers zijn vaak het onderwerp, maar worden niet ernstig genomen als
volwaardige gesprekspartner.
Bij dit onderzoek werd beslist om ongelijkheid van positie te doorbreken en samen aan het
werk te gaan.
2. Therapeutische dimensie: Aanslagen van Brussel en Parijs hebben diepe wonden geslagen bij
veel bevolkingsgroepen en de directe betrokkenen ( nabestaanden, slachtoffers,
familieleden, geviseerde gemeenschap in Molenbeek, jongeren en jeugdwerkers…)
In onderzoek wordt bewust gekozen voor veilige scéne om met doelgroep in dialoog te
gaan om wonden te bespreken. Samenleving wordt veerkrachtig wanneer ze de moed toont
om haar kwetsuren bespreekbaar te maken en in beheer te nemen.
3. Pedagogische ambitie: Debat niet laten domineren door vraag: “ Wat zijn de oorzaken van
radicalisering bij jongeren?”, Aandacht ging naar “ wat kunnen we samen leren uit complexe
fenomeen dat achter radicalisering ligt.
Niet de focus op de oorzaken van radicaliserende groepen staat centraal, maar wel: wat
kunnen we uit de aanslagen in Parijs en Brussel samen leren over de samenleving waarvan
we deel uitmaken?
4. Grootstedelijk insteek: Bewust gekozen om te onderzoeken wat vertrek naar Syrië en
betrokkenheid van Brusselse jongeren in de Parijs- en Brusselaanslagen ons doen nadenken
over de grootstedelijke context waarin de Brusselse jongeren opgroeien.
“Hoe komt het dat vertrek naar Syrië en vooruitzicht naar martelaarschap een reëel
vooruitzicht is voor jongeren die opgroeien in de arme sikkel van Brusselse wijken rond de
kanaalzone?”
Lerende gemeenschap
Samenwerking tussen Odisee en D’Broej voor dit onderzoek. 2 Jeugdwerkingen van D’Broej werkten
mee, namelijk Boksclub Brussels Boxing Academy (BBA) (met Tom Flachet) en de vereniging voor
Marokkaanse jongeren (VMJ) (met Ali Moustatine) .
Yola Van Assche 2019 - 2020 3