Samenvatting van de lessen Geschiedenis deel 1, zoals gegeven in . Als je er een inhoudsopgave bij maakt kun je heel gemakkelijk op je openboek examen zoeken wat waar staat om het juiste antwoord te geven.
Geschiedenis van onderwijs, opvoeding en vorming deel 1 Prof. Pieter Verstraete
College 1 – Een inleiding pedagogisering
§1: Pedagogisering: een schoolvoorbeeld
Pedagogisering: een specifieke oplossing voor een probleem naar voren schuiven zodat dit probleem niet meer
voorkomt → Bij het maken van de keuze voor een specifieke oplossing kijken we vaak naar scholen
Voorbeeld pedagogisering: Iedereen heeft enige vorm van verkeersopvoeding gehad. Het probleem van
kinderen in het verkeer ontstond rond de jaren ’30. Als oplossing is hier verkeersopvoeding voor gekomen. In
onderstaande tekst is een voorbeeld van een van de eerste vormen van verkeersonderwijs.
POV: Jan Klaassen en Corrie spelen verstoppertje op straat.
‘Jan Klaassen, kruip nu weg!;
Jan Klaassen vind een mooi plekje. Hij kruipt achter een auto. Daar kunnen ze hem vast niet vinden…
‘Corrie, kom ook hier!’ Maar Corrie komt niet. Er komt wel een meneer aan. Maar Jan Klaassen ziet hem
niet. Die meneer stapt in de auto. Hij wil wegrijden. Maar eerst moet de auto een eindje achteruit.
‘Pas op, Jan Klaassen, pas op! …’ Maar het is te laat.
Jan Klaassen krijgt een stoot. Hij rolt om. En een wiel van de auto rijdt over zijn buik.
Gelukkig, dat Corrie er niet zat! Die zou dood geweest zijn!
Uit bovenstaand fragment blijkt dat Jan Klaassen zelf moet opletten, omdat hij onverantwoord speelt en zich
onverstandig verstopt. Let ook op de genderongelijkheid in het fragment; Jan Klaassen (jongen) overleeft het
wel, maar Corrie (meisje) zou dood zijn.
Pedagogisering moet gezocht worden in de pedagogische of educatieve wereld, dat kan de school zijn maar dat
moet niet perse.
Voorbeeld van pedagogisering in de maatschappij: Een man in een auto vertelt mensen op de fiets dat ze zich
voorzichtig door het verkeer moeten verplaatsen.
§2: Wat is pedagogisering?
Pedagogisering: een historisch concept waarmee een bepaalde historische evolutie wordt beschreven.
Een historisch pedagoog → gebruikt concepten om iets over het verleden te zeggen. Al die concepten willen
iets zeggen
Voorbeeld concept: pedagogisering. Pedagogisering verwijst naar de tendens in de westerse wereld waarbij
sociale, politieke en culturele problemen worden opgelost in de school.
§2.1: Kwantitatief en kwalitatief proces
Kwantitatief:
- Proces waarbij steeds meer pedagogische instituten (voorbeeld: de school) ontstaan en van steeds
meer mensen verwacht wordt dat ze hier een deel van hun leven (of levenslang) spenderen.
o Mensen hebben wel altijd geleerd, maar niet altijd op zo’n gestructureerde wijze als in
pedagogische instituten gebeurd.
Kwalitatief is belangrijker dan kwantitatief!
Kwalitatief:
- Proces waarbij het oplossen van sociale problemen steeds meer een verantwoordelijkheid wordt van
de school.
o Proces waarbij sociale problemen hertaald worden in termen van pedagogisch
verantwoordelijkheid
o Proces waarbij fysieke straffen worden vervangen door subtielere vormen van
(pedagogische) beïnvloeding.
Chantal Michels
,Geschiedenis van onderwijs, opvoeding en vorming deel 1 Prof. Pieter Verstraete
Voorbeeld van een kwalitatief proces: Kansarmoede. Als we op een individuele wijze kijken naar kansarmoede
(→ mensen moeten in kansarmoede moeten ‘het zelf oplossen’) , kijken we op een gepedagogiseerde manier
naar kansarmoede.
Pedagogisering zet altijd in op het individu dat specifieke kwaliteiten moet verkrijgen om zo boven
zichzelf uit te stijgen om zo het probleem op te kunnen lossen.
Voorbeelden van pedagogisering
- Ongelijkheid tussen mannen en vrouwen/genderongelijkheid of radicale ongelijkheid
- Spoetnik (eerste satelliet) & Koude Oorlog
- Duurzaamheidseducatie
- Door de opkomst van AIDS is seksuele voorlichting ontstaan
- Door veel drankgebruik achter het stuur wordt een simulatie ontwikkeld waarbij je ervaart hoe het is
om dronken achter het stuur te zitten
- Burgerschapseducatie: Hierbij leer je tolerant en respectvol te zijn ten aanzien van mensen van een
andere cultuur.
§3: De totaal gepedagogiseerde maatschappij (Bernstein)
Voor een aantal auteurs is de totaal gepedagogiseerde maatschappij het toppunt van het proces van
pedagogisering.
In alle domeinen van het leven is een pedagogische reflex voelbaar. Het lijkt alsof wij niet meer in het leven
kunnen staan zonder te leren.
Voorbeelden
- Levenslang leren
o Denk aan opa’s en oma’s die cursussen volgen en zo up to date blijven
- Zwangerschap
o In de Middeleeuwen deed men maar wat, je leerde niet hoe je moest ademhalen bij de
bevalling en voor vaders was er al helemaal geen leerschool. Vandaag de dag is het eigenlijk
min of meer sociaal verplicht om deze bevallingscursussen te en dergelijken te volgen, anders
voel je je bijna schuldig ten opzichte van je toekomstige kind.
Kennismaatschappij – mensen opvoeden: Hen in staat stellen om een antwoord te bieden op veranderende
arbeidsomstandigheden.
➔ We reduceren pedagogiek tot een puur technische aangelegenheid
➔ Het zingevende aspect wordt over het hoofd gezien; opvoeding wordt geïnstrumentaliseerd, leren lijkt
tegenwoordig enkel wat gereedschappen aan te bieden om te kunnen leven → Kanttekening van
Bernstein op pedagogisering.
§ 4: Pedagogisering & pedagogische historiografie
Pedagogisering is het resultaat van kritische reflecties over en commentaren op vroegere manieren van
geschiedschrijving,
Pedagogisering is het eindpunt van een historiografische evolutie.
Hoewel datgene wat zich ooit in het verleden afspeelde nooit verandert, wijzigt de manier waarop we naar dat
verleden kijken continu.
Er is een verschil tussen verleden, geschiedenis en historiografie.
- Het verleden
o Het niveau waar we intuïtief aan denken bij ‘geschiedenis’, ‘de tijd die achter ons ligt’.
o De gebeurtenissen en de feiten.
o Het verleden is onlosmakelijk verloren, althans om er op een directe manier toegang tot te
hebben
▪ We kunnen enkel over het verleden spreken op een indirecte wijze (voorbeeld: door
films)
Chantal Michels
, Geschiedenis van onderwijs, opvoeding en vorming deel 1 Prof. Pieter Verstraete
- De geschiedenis
o Wordt geschreven door de bronnen waar we het verleden uit kunnen aflezen. Een historicus
schrijft deze geschiedenis; een historisch narratief → de herwerkte versie van het verleden.
- De historiografie
o Het nadenken over hoe kunnen wij dat verleden transformeren tot historische verhalen, hoe
doen we dat? Met welke zaken kunnen we rekening houden en welke bronnen kunnen we
gebruiken?
o We verplaatsen ons hierbij in de geschiedenis
Wat kan er wijzigen doorheen de tijd?
- De verantwoording voor onze interesse in het verleden
- De keuzes die we maken met betrekking tot de thema’s die we interessant en belangwekkend vinden.
- De bronnen die we gebruiken om de geschiedenis te reconstrueren
- De wijze waarop we onze historische verhalen vormgeven
Het verleden kan niet veranderen, maar de geschiedenis en de historiografie zijn wel onderhevig aan veranderingen over de tijd
→ komt omdat wij deel uit maken van een bepaalde tijdsgeest en wij maken de geschiedenis en de historiografie
§ 4.1: Van historisme naar historiseren
Historisme (achterhaalde opvatting om te kijken Historiseren
naar het verleden)
- Focus op het verleden - Focus op het heden
- Mens is de motor van de geschiedenis - Mens is de resultante van de geschiedenis
- Archief is de vindplaats bij uitstek van de - Archief is geconstrueerd en waarheid is
waarheid altijd perspectivistisch (één bepaalde blik
- Lineair vooruitgangsideaal op het verleden)
- Continuïteit of discontinuïteit - Verstrengeling van complexe en toevallige
processen
- Continuïteit én discontinuïteit
Historisme
- De historicus moet proberen om op een waarachtige manier het verleden terug te brengen naar het
heden.
o ‘We zullen tonen hoe het er echt aan toe is gegaan’
- Geschiedenis is voor iedereen hetzelfde
o We kunnen het verleden niet exact kopiëren.
o Historici maken keuzes en zijn afhankelijk van keuzes gemaakt in het verleden
Historiseren
- Wij zijn het resultaat van vroegere gebeurtenissen
Voorbeeld historisme: Een meisje deed een masterproef en wilde mannen laten denken op basis van een proef
van een halfuur dat zorgende beroepen tof en niet beschamend zijn voor mannen. Zij gaat dan uit van de mens
als motor van de geschiedenis.
Kern verschil historisme en historiseren:
Er moet een evenwicht gezocht worden tussen continuïteit en
discontinuïteit.
§4.2: De fout van het presentisme
De fout van het presentisme: Het heden lijkt het verleden te overheersen
Men gebruikt hedendaagse termen om iets wat in het verleden gebeurd is te beschrijven en
illustreren.
Chantal Michels
, Geschiedenis van onderwijs, opvoeding en vorming deel 1 Prof. Pieter Verstraete
Voorbeeld fout van het presentisme: Een kind uit een gedicht van midden 19e eeuw vertoont kenmerken van
ADHD en je trekt de conclusie dat het kind dus ADHD heeft, maar die term bestond toen nog niet dus het is
onzin om dat kind ADHD toe te schrijven.
Herhaling
- Historici gebruiken vandaag de term ‘pedagogisering’ om het
verleden van opvoeding en onderwijs te reconstrueren.
- Die term beschrijft en bekritiseert een bepaalde evolutie
waarbij
o Steeds meer mensen worden opgevoed/onderwezen
o De school als ultiem middel wordt gezien om bepaalde
sociale problemen op te lossen.
- Dit is niet altijd de manier geweest waarop historici nadachten
over de geschiedenis van opvoeding en onderwijs.
§ 4.3: Welke historische evoluties hebben aan deze historiografische evoluties bijgedragen?
1. Linguïstic turn of het onvermogen van de representatie
2. Evolutie binnen de geschiedschrijving zelf – opkomst van de Annales-school (Febvre & Bloch) en
micro-geschiedenis
Men moet niet enkel aandacht hebben voor de grote figuren in de geschiedenis
3. 20e eeuwse emancipatorische bewegingen
De toenmalige werktuigen van pedagogen waren onvolkomen, ze moesten worden
bijgesteld.
1. Linguïstic turn of het onvermogen van de representatie
De linguïstic turn = theoretische beweging → Chomsky
Linguïstic turn: afkeer hebben van grote verhalen in de geschiedenis.
Voorbeeld: nazisme
‘We mogen geen geloof meer hechten in een bepaalde kijk naar taal’ – Chomsku
- Er is een geloof dat het mogelijk is om het verleden in een tekst te tonen zoals het zich toentertijd
heeft voorgedaan, we geloven dat de taal in staat is om de werkelijkheid te representeren.
- De taal is een soort van spiegel.
o Een woord is een exacte kopie van het object → een tekst is een exacte kopie van een
verhaal (iets wat zich toen/eerder heeft afgespeeld) → taal reflecteert de werkelijkheid →
taal = de spiegel van de werkelijkheid
- De subjectiviteit van de historisch-pedagoog speelt geen enkele rol bij de representatie van het
verleden.
- Vanaf WOII werd meer en meer gedacht dat de relatie tussen het woord en het object niet zo
eenduidig was; de taal kreeg een actieve functie toegedeeld, ze reflecteerde niet alleen, maar greep
ook in in de werkelijkheid → de taal krijgt een agency, een wil op zichzelf, iets dat oncontroleerbaar is
→ linguïstic turn
- Overtuiging dat elke representatie van het verleden tekort schiet:
o Men kan nooit alles in een tekst representeren
o Want men representeert is altijd in zekere zin vervormd door de eigen blik, door de keuzes
die gemaakt werden.
o Spiegelpaleis = metafoor voor teksten na de linguïstische wending (door bovenstaande
puntjes)
Voorbeeld: opvatting van een gedicht
Oude opvatting (voor linguïstic turn): het gedicht bevat enkel de
betekenissen die de dichter heeft bedacht toen hij het opschreef.
Nieuwe opvatting (na linguïstic turn): als ik het gedicht lees dan ken ik er
een andere en extra betekenis aan toe dan de dichter initieel heeft
bedoeld.
Chantal Michels
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur chantalmichels. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.