Voorraadbeheer en Bullwhip effect
1 SCM
Gaat over het delen van informatie tussen alle leden ofwel alle betrokkenen en heeft als
doel om op die manier een competitief voordeel te verwerven door ervoor te zorgen dat alle
partners in die supply chain goed op elkaar afgestemd zijn. Met andere woorden dat er een
goede flow is van informatie en goederen (bv door een stockout of het niet voldoen aan een
vraag van de klant te vermijden) en dat draagt bij tot het creëren van waarde.
SCM gaat niet enkel over de fysieke flow van goederen en het puur logistieke maar ook over
het linken van de werking van al die verschillende partners binnen de keten.
Vragen die we kunnen stellen over het manufacturing niveau binnen deze plant? Gaan kijken
naar de interactie met alle andere betrokkenen, bijvoorbeeld:
• Hoeveel suppliers selecteren?
• Hoe gaan we ervoor zorgen dat we de juiste inputs op het juiste moment beschikbaar
hebt binnen het productieniveau
• Downstream flow: warehousing activtities, transport…
• Hoe voorspellen we de vraag van de eindklant?
2 Voorraadbeheer (Inventory management)
Het zal op het eerste zicht wel voor iedereen duidelijk zijn dat er in iedere supply chain een
voorraad nodig is stel je voor dat jij als een eindklant naar de supermarkt gaat je wil gewoon
een pakje suiker kopen iets heel eenvoudigs wel dan verwacht je natuurlijk dat er in de
,supermarkt en bepaalde voorraad van suiker aanwezig is zodanig dat je gewoon een pakje
suiker van het rek kan nemen en meteen meenemen.
Even opfrissen, er bestaan verschillende types van voorraad:
• Make to stock
• Make to order
• Assembly to order
Verder onderverdeeld in:
• Raw materials inventory: grondstoffen die getransformeerd worden binnen het
productieproces
• Components inventory: componenten die een deel worden van het eindproduct/ AP
maar worden niet getransormeerd of gemanipuleerd
• Work in process inventory: voorraad onafgewerkte producten
• Finished products inventory: voorraad afgewerkte producten
• Distribution inventory: de afgewerkte producten liggen in een bepaald warehouse of
zijn onderweg voor levering
• Maintenance, repair and operating inventory (=MRO): niet rechtstreek gerelateerd,
het zijn tools voor onderhoud of herstelling, bv een machine vertoont plots een
defect dan is het beter dat je de reserve onderdelen in voorraad hebt liggen dan dat
je zal moeten herstellen, want op deze manier zal je minder tijdverlies hebben
binnen het productieproces
Waarom gaat een bedrijf voorraad aanhouden?
Belangrijkste reden: gaat ons toelaten om verschillende fasen van het productieproces of in
een bredere context binnen het supply chain min of meer onafhankelijk van elkaar te laten
functioneren.
Er zijn aantal andere redenen:
• Seizoensvoorraad: producten waarvaan de vraag niet netjes is gespreid doorheen
het hele jaar, bv icecream versus ski’s. En natuurlijk wil een bedrijf daarop gaan
anticiperen, je zal dus in de week vooraf meer gaan produceren zodanig je een meer
afgevlakt productielevel zal hebben. Je zal je dus gaan voorbereiden op dat
seizoenseffect. Stel: er komt een periode aan met tal van promoties, je zal je daarop
gaan voorbereiden door een voorraad aan te leggen met afgewerkte producten.
, • Veiligheidsvoorraad: de vraag is niet altijd exact te voorspellen, er is altijd een
bepaalde variatie, bv in supermarkten zal men een iets grotere voorraad aanleggen
dan wat men verwacht te verkopen en dit om risico’s op een stockout te
minimaliseren. En dit komende vanuit de vraagzijde.
• Cycle stock : partners in de SC gaan een voorraad aanleggen door in batches te
bestellen (= grotere hoeveelheden ineens aanleggen), dit omdat ze dan van
hoeveelheidskortingen kunnen genieten waardoor het interessanter is om grotere
hoeveelheden in 1 keer te bestellen. Het is dus efficiënter omdat je maar 1x
transport, administratie… moet organiseren.
• Transport voorraad: goederen die onderweg zijn in het distributiekanaal
• Hedge voorraad: bedrijven moeten soms meer voorraad aanleggen om zich te
beschermen voor situaties die zich kunnen uiten in de toekomst (bv vakbondacties)
ofwel het speculeren vanuit een financieel perspectief komende vanuit de
aanbodzijde
Doelstellingen voor voorraadbeheer (=KPIS)
Het vinden van een balans tussen volgende 3 categorieën:
1. Een bepaald klantenservice realiseren (=voldoen aan klantvereisten)
Bij externe klanten kunnen we 3 criteria gebruiken die we gaan maximaliseren:
• Percentage van bestellingen die op tijd zijn toegekomen bij de klant: zegt iets
over efficiëntie van het voorraadbeleid
• Percentage van orderlijnen (= bestellingen kunnen bestaan uit verschillende
producten; verschillende maten, verschillende kleuren)
• Percentage van dollar volume: per orderlijn gaan berekenen wat de
hoeveelheid producten is die op jaarbasis verkocht worden en wat de waarde
van dat individueel product is
Bij interne klanten kunnen we 1 criteria gebruiken die we gaan minimaliseren:
• Idle time: tijd dat een bepaald werkstation niet kan produceren omdat we de
input van het vorige werkstation nog niet ontvangen hebben, we zullen deze
tijd dus zo klein mogelijk houden
2. Ervoor zorgen dat we zo kosten efficiënt mogelijk werken
• Tussen verschillende werkstations een work in progress inventory aanhouden
om op deze manier idle time te vermijden
• Anticiperen op seizoensvraag om aanwervingen en ontslagen te vermijden
alsook overtime te vermijden
• De keuze van de lengte van production runs: de duur van het omwisselen van
het ene product naar het andere wat gepaard gaat met tijdverlies en kosten.
Enerzijds zal je de production runs zo lang mogelijk maken waardoor de
setupkosten zullen verkleinen maar anderzijds zal je ook een bepaalde
eindvoorraad moeten aanleggen. Dit zorgt dus voor een trade off tussen
zowel setup kosten als de lengte van production runs
• Grote van ordervolumes om hoeveelheidskortingen te ontvangen
, • Voorbeeld: The Coach Motor Home Cpy heeft een jaarlijkste kost voor verkochte
goederen van 10 000 000 dollar. De gemiddelde voorraadwaarde op elk moment
in de tijd is 384 615 dollar. Bereken de inventory turnover en weeks of supply
Turnover = annual cost of goods sold/ average inventory value:
10 000 000/ 384 615= 26 inventory turns per jaar dwz de voorraad zal 26 keer per
jaar vernieuwd worden (hoe hoger dit getal, hoe beter omdat we een minimalisatie
doen van de voorraadinvesteringen (=we hebben relatief gesproken minder
voorraad)
Weeks of supply = average inventory on hand/ average weekly usage:
384 615/ (10 000 000/52w)= 2 weken dwz indien we geen voorraad meer opbouwen
kunnen we nog twee weken toekomen met onze voorraad
Inventaris gerelateerde kosten
In dit geval bestaan er verschillende soorten kosten:
• Item costs: directe kost geassocieerd met bestelling van een bepaald product; bv
btw, aankoopprijs…
• Holding costs: als we een bepaalde voorraad hebben kost dit iets om dat in stock
te houden; hoe meer voorraad we aanhouden, hoe meer dit zal kosten; bv
storage kosten (= het hebben van een magazijn), risk costs (= voorraad die in het
magazijn ligt, kan gestolen worden)
• Ordering costs: vaste kosten te maken met plaatsen van een bestelling; bv
administration cost, transportkosten
• Shortage costs: komen voor in geval het aanbod niet voldoende is om aan de
vraag van de klant te voldoen met als gevolg dat er verlies aan reputatie ontstaat;
deze kosten hebben dan 2 soorten scenario’s ofwel heb je het principe van back
order (= vertraagde levering die gepaard gaat met geven van een bepaalde
korting), ofwel verloren verkopen en dit omwille dat de klant overstapt naar een
concurrent, we proberen hierbij deze kosten zoveel mogelijk te vermijden
ABC classificatie
Niet alle producten zijn even belangrijk, het belang ervan wordt bepaald door het review
frequency (= hoe nauwgezet we het voorraadniveau van dat product gaan opvolgen)
Het gaat hierbij om producten op basis van een pareto analyse gebaseerd op jaarlijks dollar
volume:
• A items: items met een hoog dollar volume hierbij gebruiken we een EOQ model die
ons voorraadniveau zal opvolgen; gaat hier om 20 procent van de items die zullen
instaan voor 60 procent van de waarde van de voorraad
• B items: medium dollar volume gebruik maken van periodic review (= 1x per week
gaan kijken of we de voorraad moeten bijvullen); 30 procent van de items staan in
voor 30 procent van de waarde van de voorraad
• C items: low dollar volume gebruik makend van een two-bin system; gaat hierbij om
50 procent van de items die slechts instaat voor 10 procent van de waarde van de
voorraad
Dus principe hierbij geldt dat we gaan focussen op de belangrijkste items ofwel A items !
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lauravanhaelen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.