Gezinspedagogiek: Niet Traditionele Gezinnen (FSWE2062A)
Établissement
Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR)
Samenvatting van de literatuur die hoort bij de problemen van het vak Gezinspedagogiek: Niet-traditionele gezinnen zoals gegeven in het studiejaar 2020/2021. Met de samenvatting heb ik een 8 gehaald voor het tentamen. Succes met studeren!
Gezinspedagogiek: Niet Traditionele Gezinnen (FSWE2062A)
Tous les documents sur ce sujet (2)
Vendeur
S'abonner
socialewetenschappeneur
Avis reçus
Aperçu du contenu
GEZINSPEDAGOGIEK
Probleem 1. Adoptie
Leestips: Focus op interlandelijke adoptie (en dus niet op binnenlandse adoptie, special needs
adoptie en open adoptie). Focus op de onderzoeksopzetten van de volgende studies: Leidse
Longitudinale Adoptiestudie (LLAS), Rotterdamse Longitudinale Adoptiestudie (RLA), The
English and Romanian Adoption (ERA), Canada: Romanian Adoption Project.
Leerdoel 1: Wat is de achtergrondinformatie rondom interlandelijke adoptie (definitie,
demografische trends, theorieën en interventies)?
DEFINITIE
Adoptie: de legale plaatsing van verlaten, afgestane of weeskinderen binnen een adoptie
familie. Adoptie families hebben verschillende risicofactoren en beschermende factoren.
DEMOGRAFISCHE TRENDS
Het aantal adopties neemt af over de afgelopen jaren. Wereldwijd is het beeld dat het
aantal adopties afneemt. Onder de ter adoptie in gezinnen in Nederland opgenomen
kinderen is het aantal kinderen met special needs sterk toegenomen. Het aandeel van
special needs is van 57% in 2012 gestegen naar 89% in 2017.
Hoewel uit Azië de meeste kinderen komen, daalt dit aantal gestaag. Opvallend is
daarentegen de stijging van het aantal geplaatste kinderen uit Europa. Met een lichte
fluctuatie in het aantal kinderen uit de andere continenten komen de percentages geleidelijk
dichter bij elkaar.
Het aantal kinderen jonger dan 1 jaar is in 2017 nagenoeg gelijk aan het aantal in 2016. Het
aantal kinderen van 1 tot 2 jaar is gestegen ten opzichte van 2016, het aantal kinderen van 2
tot 3 jaar is daarentegen weer gedaald. Het aantal kinderen van 3 tot 5 jaar en 5 jaar en
ouder laat een lichte stijging zien ten opzichte van het voorgaande jaar.
,Pinderhughes (2019)
Geschiedenis van adoptie
Vroeger, aan het einde van de 19e eeuw, had adoptie als doel om aan de behoeften van
volwassenen en de samenleving te voldoen, en niet aan de behoefte van kinderen. Vroeger
(1850) bestond adoptie alleen als informeel proces zonder legale erkenning van de transfer
van zorg voor kinderen van het ene individu naar de ander. In de koloniale tijden werden
wezen of verlaten kinderen vaak geplaatst bij familieleden om te leven , werken of leren. In
de vroege jaren van 1800 zorgden de overbevolking en groeiende armoede in grote steden
voor de opkomst van weesgestichten, waarin in de emotionele behoeften van kinderen
onvoldoende werden voorzien. De ontwikkeling van het adoptierecht en de opkomst van het
moderne adoptie bureausysteem leidde in de vroege jaren van 1900 tot een geleidelijke
verschuiving van de filosofie van adoptiepraktijken.
Evoluerende maatschappelijke mores gedurende het einde van de 20 e eeuw en begin de 21e
eeuw, nieuwe openbare wetten en verschuivende politieke opinies zorgde voor
verschuivingen in de adoptiepraktijk. Aan het einde van de 20e eeuw was er een
toenemende acceptatie van alleenstaand ouderschap, een ontwikkeling van
gezinsondersteuningsprogramma’s en de legalisatie van abortus, waardoor er minder blanke
en gezonde kinderen beschikbaar waren voor adoptie.
Een toenemende trend is de adoptie van kinderen met aversieve achtergronden (prenatale
complicaties, postnatale mishandeling of verwaarlozing) of kinderen met speciale behoeften.
Ouders hebben ondanks ondersteuning vaak moeilijkheden met het vervullen van de
behoeften van het kind.
THEORIEËN
Juffer & IJzendoorn (2009)
Hechtingstheorie
Bowlby stelde dat institutionele zorg negatieve effecten heeft op kinderen, ook wanneer aan
de basisbehoeften wordt voldaan. De kinderen ervaren deprivatie van ouderlijke liefde en
hadden weinig mogelijkheden om stabiele en blijvende relaties te ontwikkelen. Hypothese:
is adoptie een goede keuze, niet alleen in plaats van institutionele zorg maar ook na
institutionele zorg? Dus voor kinderen die beschadigd kunnen zijn door de gevolgen van
vroege verwaarlozing en deprivatie?
Cumulatieve risico framework
Theorie van risico en protectieve factoren: een accumulatie van risicofactoren
(verwaarlozing en mishandeling) leiden tot een minder optimale ontwikkeling, terwijl
beschermende factoren een buffer kunnen zijn tegen de negatieve effecten van
risicofactoren.
Kinderen in instituties
Kinderen in instituties hebben vaker een vertraging in fysieke groei, een onveilige en
gedesorganiseerde hechting en vertraagde cognitieve ontwikkeling. Institutionele
omgevingen met hoge stres kunnen de breinontwikkeling en hechtingsgedrag beïnvloeden,
die zorgen voor cognitieve en sociaal-emotionele vertragingen.
, • Fysieke groei: hoe langer kinderen in een instituut zitten, hoe groter de
groeiachterstand. Bij Indische kinderen bleek een groeiachterstand een achterstand
in het gewicht en een achterstand in hoofdomtrek.
• Hechting: de beangstigende aard van ernstige sensitiviteit en continue niet-
responsiviteit in institutionele settingen kunnen leiden tot gedesorganiseerde
hechting bij de kinderen.
• Intelligentie: kinderen in instituten ontwikkelden gemiddeld een IQ van 84, dit is
significant laag en kan leiden tot cognitieve en sociaal-emotionele vertragingen.
Kinderen verblijven vaak in een institutie voor ze worden geadopteerd. Instituties worden
gekenmerkt door een tekort aan sensitieve zorg en risico op ondervoeding, verwaarlozing en
mishandeling. Deze kinderen kunnen een inhaalslag laten zien in fysieke groei, veilige
hechting en cognitie.
Bewijs vanuit onderzoeken: een institutie is een omgeving die er in faalt om problemen op te
lossen, en daarnaast eerdere moeilijkheden kan uitvergroten.
INTERVENTIES
• Video feedback (Leidse studie)
Pinderhughes (2019)
Prevalentie
Er is een afname van internationale adoptie. Internationale adoptie is ongeveer 25% van alle
adopties. Bijna alle internationale adoptieouders zijn blank (92%). Doordat internationale
adopties meer geld kosten komen de ouders vaak uit de midden of hogere
sociaaleconomische klasse.
Pinderhughes (2019)
Motieven voor adoptie
Adoptie ouders hebben bijna altijd het doel bij het adopteren om een kind een thuis te
bieden en het gezin uit te breiden. Adoptie ouders die aan internationale adoptie doen
proberen hun kind ook een thuis te bieden, beschouwen binnenlandse adoptie als moeilijk
en proberen vaak adoptie te hebben zonder contact te hebben met de biologische ouders.
, Pinderhughes (2019)
Adoption socialisatie
Adoption socialisatie: het proces waarbij ouders adoptie informatie en ervaringen in de
familie introduceren op zo’n manier dat ze bijdragen aan het stimuleren van een gezonde
identiteit en psychologische aanpassing bij kinderen en de familie als geheel.
Adoptie bij verschillende levensfasen
• Adopteren van babies
• Adopteren van peuters en kleuters
• Adopteren van schoolkinderen
• Adopteren van adolescenten
Pinderhughes (2019)
Adoptie als risico of beschermende factor
Risico
De meerderheid van de geadopteerde kinderen functioneer binnen de normale grenzen.
Geadopteerde kinderen hebben wel een grotere kans op psychologische en academische
problemen. De risicofactoren hangen sterker samen met preadoptie risicofactoren
(genetische kwetsbarheid, prenatale complicaties, pre-placement negatieve ervaringen) dan
de ervaring adoptie.
• Geadopteerde kinderen zijn over gerepresenteerd in outpatient en inpatient mentale
gezondheidssettingen.
• Geadopteerde kinderen hebben een hoger risico op externaliserende en
internaliserende gedragsproblemen, mentale gezondheidsdiagnosen, school
gerelateerde problemen en een grotere waarschijnlijkheid om geplaatst te worden in
een residentieel behadelingscentrum.
Beschermend
• De meeste geadopteerde kinderen stijgen op de sociaaleconomische ladder na
adoptie. De adoptie ouders hebben vaker een gunstige financiële en materiële
positie dan de geboorteouders. De betere sociaaleconomische status biedt de
kinderen mogelijkheden die ze anders niet zouden kunnen krijgen.
• De meeste geadopteerde kinderen komen van leefomgevingen met onzekerheid,
instabiliteit, een tekort aan stimulatie en de adoptieomgeving biedt vaak meer
zekerheid, stabiliteit, motivatie en verzorging.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur socialewetenschappeneur. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.