Geschiedenis boek MEMO historische contexten samenvatting HAVO 5 COMPLEET
42 vues 0 fois vendu
Cours
Geschiedenis
Type
HAVO
Alle historische contexten voor eindexamen HAVO. Door deze samenvatting en veel oefenen een 7.6 gehaald op 2021 eindexamen. (moeilijk examen kijk n-term). Ook begrippen en samenvatting alle hoofdstukken beschikbaar!
1.1 Eind 16e eeuw verkenden de Engelsen Noord-Amerika als mogelijke uitvalsbasis in de strijd met
het katholieke Spanje en als eventuele kolonie. In 1620 stichtten de protestantse Pilgrim Fathers er
een Engelse nederzetting, met als doel er een geheel nieuwe samenleving te beginnen. In de 17e
eeuw groeiden de groepen kolonisten in Amerika blijvend. Aanvankelijk bestonden er
handelscontacten met de inheemse bevolking. Bloedige oorlogen en geïmporteerde ziekten zorgden
er daarna snel voor dat die inheemse bevolking werd uitgedund. De noordelijke koloniën aan de
oostkust waren vestigingskoloniën, gericht op landbouw, handel en nijverheid. De koloniën in het
zuiden ontwikkelden zich steeds meer tot plantage koloniën, waar producten als tabak en katoen
voor de export werden verbouwd. De dertien koloniën aan de oostkust van Noord-Amerika vormden
slechts een deel van het Britse rijk in Amerika. Andere Engelse plantagekoloniën in het Caribische
gebied, zoals Barbados en Jamaica, waren winstgevender. Alle Engelse koloniën maakten gebruik van
de arbeid van slaafgemaakten, maar in de zuidelijke plantagekoloniën vormden zij een groter deel
van de bevolking. De driehoekshandel, waarvoor de Engelsen de Royal African Company oprichtten,
was lucratief. Europese kolonisten kwamen in aanraking met Verlichte ideeën zoals de trias politica,
het idee van volkssoevereiniteit en van natuurlijke rechten. Zij hadden geen politieke
vertegenwoordiging in het parlement in Groot-Brittannië maar betaalden wel belastingen aan dat
land. Dat frustreerde de kolonisten. Zij kwamen in 1776 in opstand en vormden een onafhankelijke
federale staat, de Verenigde Staten van Amerika. Vanaf het einde van de 18e eeuw kwam in verlichte
en in religieuze kringen het abolitionisme op. Een verbod op de slavenhandel in het Britse Rijk in
1807 betekende de economische neergang van Barbados en Jamaica. In 1833 verbood Groot-
Brittannië slavernij daarna in grote delen van het rijk.
1.2 Na de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten verschoof het zwaartepunt van het Britse rijk
naar India. Sinds het begin van de 17e eeuw had de East India Company hier factorijen van waaruit zij
handel dreef met de Mogol-vorsten. Toen de positie van deze vorsten verzwakte, breidde de East
India Company haar macht over India uit. Het verdrag van Allahabad in 1765 betekende het begin
van het Britse rijk in India. Al snel heerste de East India Company over een groot deel van het Indiase
subcontinent en was het innen van belasting een belangrijke inkomstenbron. Bij de controle over het
Britse rijk en voor het afdwingen en beschermen van de handel speelden de Royal Navy en het Brits-
Indische leger een grote rol. Dat leger bestond uit Indiase soldaten onder leiding van Britse officieren.
Migratie vanuit Groot-Brittannië was er nauwelijks. Een kleine groep Britten voerde het bestuur over
miljoenen Indiërs. Zij maakten hierbij gebruik van het bestaande inheemse bestuur. Hoewel de
Britten talrijke Indiase religieuze en sociale gebruiken afwezen, accepteerden veel Indiërs hun gezag.
Toen het in 1857 toch tot een opstand kwam onder ontevreden Indiase soldaten sloegen de Britten
deze hard neer. India kwam daarna onder direct gezag van de Britse regering. Koningin Victoria werd
keizerin van India. Heerschappij over India gaf politiek en militair aanzien maar was voor Groot-
Brittannië vooral economisch belangrijk. Zo werden ook in India plantages opgezet voor de teelt van
handelsgewassen. Tegelijk werd het subcontinent een belangrijk afzetgebied voor Engelse
industrieproducten. De import hiervan concurreerde sterk met de Indiase huisnijverheid. Lokaal
breidde de Britse koloniale macht zich uit via spoorwegen. Stoomschepen en de opening van het
Suezkanaal zorgden daarnaast voor snellere verbinding met het moederland, hetgeen ook grotere
controle mogelijk maakte. Vanuit een gevoel van superioriteit voerden de Britten de Engelse taal,
hun rechtssysteem en hun onderwijssysteem in. Hoogopgeleide Indiërs richtten hierop in 1885 het
Indian National Congress op. In eerste instantie streefden zij naar gelijke kansen binnen het Brits-
Indische bestuur. De Britten gaven hier niet aan toe. De ontwikkeling van Groot-Brittannië tot
grootmacht bepaalde hun zelfbeeld. Zij zagen het als hun taak om de wereld naar Brits model te
beschaven.
, 1.3 Het bezit van koloniën vergrootte de economische voorsprong die Groot-Brittannië in de 18e en
19e eeuw nam op andere landen. In de tweede helft van de 18e eeuw ontstond in Groot-Brittannië
de industriële revolutie. Deze werd mogelijk door uitvindingen zoals de Spinning Jenny en de
stoommachine. Door verbeteringen in de landbouw en door ziektebestrijding groeide de bevolking
en nam de vraag naar goederen en het aanbod van goedkope arbeid toe. Ondernemers investeerden
winsten uit de koloniën in industrie en transport in Groot-Brittannië, waar eerst vaarwegen en
daarna spoorwegen werden aangelegd. Grondstoffen, met name katoen, kwamen uit de koloniën in
het Caribische gebied, uit de Verenigde Staten en uit India. Daarnaast werd vooral India in de loop
van de 19e eeuw een steeds belangrijkere afzetmarkt voor de katoenindustrie. De Britse markt werd
gevoelig voor gebeurtenissen op mondiaal niveau. Door de industrialisatie veranderde het
handelskapitalisme naar industrieel kapitalisme. Ondernemers streefden naar een liberale
markteconomie met vrijhandel en een kleine rol voor de overheid, ook binnen het Britse wereldrijk.
Om die vrijhandel af te dwingen zetten Britten desnoods de marine in, ook in gebieden die niet direct
gekoloniseerd waren. Ondernemers wilden meer politieke invloed. Die kregen zij met de Reform Bill
in 1832. De industrialisatie leidde tot de vorming van nieuwe sociale klassen. Fabrieksarbeiders
leefden en werkten onder slechte omstandigheden in snelgroeiende steden en kwamen in protest.
De overheid greep aanvankelijk niet in, maar probeerde vanaf 1833 met de Factory Acts om het
overschrijden van de grenzen te voorkomen. Mede onder invloed van mensen als Robert Owen
wisten arbeiders via vakbonden meer rechten af te dwingen. Fabrikanten investeerden ook in
winstgevende projecten in de koloniën. Londen werd het financiële hart van de wereld. De eerste
wereldtentoonstelling in 1851 liet zien dat Groot-Brittannië de werkplaats van de wereld was. Na
1870 kreeg de Britse industrie te maken met groeiende concurrentie van de Verenigde Staten en
Duitsland. Op zoek naar nieuwe markten breidden de Britten hun wereldrijk aan het einde van de
19e eeuw nog verder uit. Rond 1900 heerste Groot-Brittannië over een kwart van de
wereldbevolking.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur danielvanos. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.