2021-2022
ETHISCHE
VRAAGSTUKKEN
,Les 1: inleiding
Lessen worden opgenomen! Er zijn twee docenten (Luc Faes, Stijn Rottiers), voor vragen bij Stijn,
tenzij bij leerstof Luc Faes. Beoordeling: examen in november gedeelte Stijn 65%, Luc 35%. Het is niet
noodzakelijk om voor allebei de delen een 10 te halen, je kan 1 tekort ophalen met het ander. Bij
herkansing doe je opnieuw allebei de delen.
Volg het verhaal, probeer elk hoofdstuk adhv een rode draad op te bouwen, een verhaal. Ethiek
toont zich in dilemma’s, het draait om lastigheden. Er valt niet zomaar te zeggen ‘dit moet je doen’
(bijvoorbeeld: zwarte lijst sociale woningen -> waar trek je de grens?, beter afstand of nabijheid in
een jeugdvoorziening?, wanneer vertel je iets aan ouders van een jongere?). Of bijvoorbeeld sociaal
werker wordt bedreigt maar kan aan gezin niet vertellen door wie, of wie laat je voor in een asiel? Ze
kunnen zich voordoen op micro (cliënt), meso (bv organisatie wil bepaalde methode niet meer
toepassen), macro niveau ( bv beleidsmaatregelen die meer genomen worden in een bepaalde
richting zoals zwarte lijst sociale woningen). Solidariteit: warme en koude solidariteit, waar zit het
sociaal werk? Wantrouwen vs vertrouwensvol mensenbeeld, zorgethisch vs mensrechtetisch
benadering SW, deontologie (= de beroepsethiek, de regels, wetgeving), vs SW-opdracht (deze twee
kunnen ook botsen). Deze moet je doorheen verschillende hoofdstukken meenemen!
Als je dit vak goed vanbuiten zou
leren, kan je de inhoudstafel zelf
opgeven. Veel logica zit in de
inhoudstafel. Hieruit kan je dan
ook opmaken waarom het ene
onderwerp voor het andere staat.
Pagina 1 van 37
, Etiologie: ethiek komt van het woord éthos wat
staat voor gewoonte, gebruik. Het gaat over
gewoontes, gebruiken. De gebruiken hier zijn
bijvoorbeeld dat we vriendelijk zijn tegen
medestudenten. De norm is dat het eigenlijk zou
moeten. Bijvoorbeeld: bij het ene gezin mag je al
beginnen eten aan tafel, bij het andere gezin
moet je wachten tot wanneer iedereen aan tafel
zit. Een ander voorbeeld: geen seks met
minderjarigen (vanaf nu mogen 14 en 15 jarigen
enkel seks hebben met iemand die een jaar ouder is). Norm: de norm, de regels, bepalen wat er in
een bepaalde setting normaal is en abnormaal, wat dwingend is. Bijvoorbeeld: incest waar zowel
broer als zus toestemming geven -> vinden wij dit normaal? Normen zijn dwingend en gevaarlijk voor
relativisme. Zoals bij de tafelgewoonten: je kan relativeren omdat het in een ander gezin wat anders
loopt dan in jouw gezin. Maar tegelijkertijd wil je bepaalde normen/gebruiken niet relativeren bij
bijvoorbeeld het extremisme, hierbij kan je moeilijker zeggen dat dit even goed is als jouw waarden.
In onze opleiding leren wij zeer goed relativeren, je switcht voortdurend van perceptie bij
verschillende cliënten, maar als ze over de lijn gaan kan het gevaarlijk zijn (je moet diversiteit kunnen
toelaten maar er is ook ergens een grens, hierover kan je een hele discussie aangaan). Een tweede
reden waarom waarden/normen gevaarlijk zijn heeft te maken met (ab)normaal, wat gevormd wordt
door normen. Synoniem van ethiek is moraal (mores). Norm = hoe iets zou moeten zijn. Het
onzichtbare van de filosofie zit in ethiek, er is niks tastbaar aan hoe iets zou moeten zijn. Stel je voor
dat er op de schelde een leeuw loopt en hij een persoon in stukken verscheurt, wat een afschuwelijk
beeld is voor de mensen die dit zien. Ethisch gezien is hier eigenlijk niks aan de hand, we zien iets dat
verschrikkelijk is maar stel je voor dat de dag later hetzelfde zich afspeelt, maar nu is de leeuw niet
agressief maar de mens wel. Agressie vanuit mensen (bijvoorbeeld overpoort) speelt het ethische.
Dat zou niet mogen, zou anders moeten zijn. Waarom is die agressie van de leeuw niet moraal en van
de mens wel? Het zou zo moeten zijn dat we vriendelijk zijn, de meeste van ons zijn hier mee eens.
Prescriptief: draag het mondmasker op de campus als we
rondlopen. Dit heeft te maken met voorschrijven,
verplichten, regels en richtlijnen. Adviseert ons om dingen
te doen. Een andere manier om aan ethiek te doen is
descriptieve ethiek: hoe ethisch zijn mensen eigenlijk? Dit
is de beschrijvende ethiek, observeren. Bijvoorbeeld: je
vindt een portefeuille op de grond: breng je het naar de
politie of haal je het geld eruit? Hoe ethisch handelen wij
naar de norm, brengen wij de portefeuille naar de politie?
Hoe ethisch zijn wij als mens? Prescriptieve en descriptieve
ethiek moeten we dus uit elkaar houden. Ieder sjoemelt wel eens als de kans zich voordoet, sommige
mensen zouden zeggen ‘ik wil wel eens zien hoeveel mensen die portefeuille terug gaan brengen’ =
discours. Iedereen kent onze norm, maar als je gelooft dat niemand zich aan de norm houdt, waarom
zou je jou hieraan toch nog houden? -> ethiek is poging die tot mislukking gedoemd is. Descriptieve
analyse leidt er dan toe dat prescriptieve ethiek nutteloos ofwel hoogstnoodzakelijk lijkt (als je dat
gelooft dat men deze portefeuille niet terugbrengt, hoe kunnen we dan nog samenleven? Dan wordt
prescriptieve ethiek hoogstnoodzakelijk want we moeten controle houden. We moeten prescriptieve
ethiek uitsmeren als een vernislaag over de mensen. (=WANTROUWEN VS VERTROUWENSVOL).
Pagina 2 van 37
, Sociaal werk is een ethisch beroep: wat we
doen is onrechtvaardigheid rechttrekken:
kansen versterken en creëren. Het zou
anders moeten zijn, dit is al de basis van de
opdracht van een sociaal werker. Op een
andere manier is ons beroep een ethisch
beroep, onze opdrachten zijn niet neutraal.
Bepaalde opdrachten zijn niet altijd
neutraal (bijvoorbeeld taken die
controlerend zijn), wat je dan liever niet zou
willen uitvoeren. Maar tegelijkertijd moet ik
controleren want dat is mijn opdracht, de wetgeving is streng. Ook de methoden waarmee we aan
de slag gaan zijn niet neutraal, de laatste 10 jaar staat sociaal werk vol van Empowerment, maar je
kan je hierbij ook wel vragen stellen. Empowerment vertrekt van het paradigma van de
onafhankelijkheid van hert individu (we stellen het individu recht en nu moet het individu goed
zelfstandig kunnen lopen in de samenleving: dit is niet helemaal neutraal). Definitie sociaal werk: We
willen dat een persoon meer aan de norm voldoet (= ethische vraagstukken).
Les 2: descriptieve ethiek
Handelen mensen goed? Handelen we eigenlijk wel goed?
Je kan er veel termen op hangen maar het gaat allemaal in
dezelfde richting. Descriptieve ethiek: zit er iets in ons als
basis voor dat handelen? De getemde mens: boek waar
men uitlegt waar de basis van ethiek vandaan komt, maar
niet noodzakelijk qua leerstof. Mila en mensen aan
overkant: mila is drie jaar, woont in rijhuis en wou in het
gebouw aan de overkant, een appartement waar vader
uitleg gaf over waar men woont in een appartement. Mila
zei dat het niet eerlijk was omdat men op het gelijkvloers
loopt, de ander erboven,… Wij leven op drie
verdieppingen en een ander op één verdiep. Het zou een indicatie kunnen zijn dat zelf kinderen hier
al met bezig zijn. Je hebt twee tegengestelde visies in de descriptieve ethiek, namelijk het
wantrouwen en vertrouwen. Wantrouwen: mensen zijn niet geneigd om goed gedrag te stellen,
mensen doen het omgekeerde. Het andere is het vertrouwensvolle.
Je hebt dus het wantrouwende mensbeeld en daar
tegenover het vertrouwensvolle mensbeeld. Er zijn twee
uitersten en de waarheid ligt in het midden op de lijn.
Iemand met een wantrouwend mensbeeld gaat er van uit
dat de descriptieve ethiek weinig spontaan goed gedrag
zal vaststellen. Iemand met een vertrouwend mensbeeld
gaat ervan uit dat de descriptieve ethiek makkelijk
spontaan goed gedrag zal vaststellen. Op het examen is er
vaak vastgesteld dat een mens een wantrouwend
mensbeeld kan hebben dus denken over anderen dat ze
niet zozeer te vertrouwen zijn, of omgekeerd. Het gaat er
niet om of er een vertrouwend/wantrouwend beeld is, maar de kern is vooral waar het ligt bij de
andere. Zijn anderen inderdaad geneigd om niet eerlijk of wel eerlijk te handelen? Je gaat mensen
Pagina 3 van 37