Samenvatting tentamen 1
Samenvatting Introducing Islam – William E. Shepard
H1: Approaching the Subject
Wat is Islam?
- 3 levels van Islam: (1) submitting/committing to god, (2) refereert naar een religie en
(3) Islamitische cultuur & beschaving.
- Culturele moslims = Those who sit loosely by the religion, but are heirs to the
culture and civilization and identify with them.
- Rol culturele context en diversiteit: Religie en cultuur bestaan alleen in de mensen
die dit uitdragen. grote diversiteit.
Empathetic understanding:
- Bracketing = Het tussen haakjes zetten van onze eigen kijk op de Islam. Objectief
naar Islam kijken (empatisch en sympatisch).
- Apologetics/apologetiek = De positieve kanten extreem belichten, de negatieve
kanten wegcijferen.
- Oriëntalisten = Zo werden mensen (midden 20e eeuw) genoemd die de Islam op
een academische manier bestudeerden. Negatieve lading. Nu ‘Islamicists’.
An introductory overview of Islam:
- Formula of Witness = Islam means submission/commitment to God. This stated in
the words by which we witness to our faith, known as the shahada/‘Formula of
Witness’: There is no god but God; Muhammed is the Messenger of God’.
- Moslim als ordelijkheid in de natuur: De ordelijkheid in de natuur is een van de
meest krachtige bewijzen voor het bestaan van God. Hoofduitzondering hierop is de
mensheid. In het kort: de natuurlijk is altijd moslim (submitting to God), maar mensen
moeten kiezen om dit te doen.
- Sunna = De Sunna bevat woorden en daden van Mohammed, welke ook vastgelegd
en bewaard zijn. Het is niet de directe openbaring zoals de Koran, maar God
behoedde Mohammed voor fouten.
- Sharia = Koran/Sunna zijn basisbronnen voor Sharia: de wet van God zoals geleefd
moet worden. Fiqh (understandig/jurisprudence) is interpretatie door geleerden.
- Central beliefs: The central beliefs of Islam are beliefs in God, His angels, His
scriptures, His messengers, the Last Day, when all will be raised from the dead and
judged, ans His determination of good and ill.
H3: The Beginnings of Islam (Muslim history to about 700 CE)
The Arabs and their religion before Islam:
- Locatie Arabisch Schiereiland: Lag in periferie van de landen die overheerst
werden door de Byzantijnen en de Sassaniden, maar geen onderdeel. In centraal
Arabië leefden stammen.
- Quraysh-stam = Deze Arabieren in Mekka aanbeden krachten/spirits, welke
geassocieerd werden met natuurlijke dingen. Ook erkenden ze verscheidene Goden,
meestal gekoppeld aan bepaalde stammen. Erg op de achtergrond was Allah.
, Normen en waarden: De ethische normen en waarden gerelateerd aan de stam.
Voornamelijk focus op loyaliteit en identiteit. De meest belangrijke waarden waren
generositeit, moed, standvastigheid en loyaliteit.
Shaykh = De leden van de stam waren economisch gelijk, al hadden sommige
families meer prestige. De leider kwam uit een leidende familie, maar iedereen
moest hem willen/accepteren en hij leidde vooral in consensus.
- Jahiliyya = Omdat de stam de hoogste loyaliteit was, regeerde er een soort anarchie
onder stammen. Bloedwraak speelde een grote rol. Jahiliyya: benaming voor deze
periode. Dit woord impliceert ook wild, excessief gedrag.
The career of the Prophet Muhammad:
- 570: Vroege levensloop: werd in 570 geboren in Mekka. Hij werd geboren in de
Hashimclan van de Quraysh-stam. Opgevoed door oom Abu Talib. Hij trok al vroeg
in een karavaan naar Syrië. Hij behaalde reputatie door zijn eerlijkheid en werd
gezien als al-amin (the faithful one). Hij trouwde een oude, rijke weduwe, Khadija.
- 610: Eerste openbaringen: In 610 eerste openbaring in grot Hira’. Hierna meer
berichten van God (via Engel Gabriel) en hij kreeg volgers (o.a. vriend Abu Bakr).
- 619: Verlies dierbaren oom en vrouw: Hierna echter ervaarde hij een magische
tocht naar Jerusalem (isra) en vanuit daar een beklimming naar hemel (mi’raj).
- 622: Tocht Mekka naar Medina: Hij zocht steun in Yathrib (nu Medina) om daar te
mediaten tussen vechtende stammen. Deze tocht van Mekka naar Medina wordt de
Hijra genoemd begin kalender.
Muhujirun = Waren mensen die van Mekka naar Medina trokken.
Situatie in Medina: Mohammed ging naar Yathrib als mediator, maar werd daar
uiteindelijk de leider en vormde stammen, genaamd umma. Het Medina van toen
wordt nu vaak gezien als de eerste Islamitische Staat, de eerste politiek die
zichzelf probeerde te regeren bij de wet van God.
- 624-627: Mohammed en de Joodse stammen: deze wilden hem niet erkennen als
profeet en Joodse stammen kwamen in opstand. Mohammed plande rooftochten
(battles) tegen de karavanen vanuit Mekka, waardoor hij inkomen ontving door de
buit en het aanzien van de vijand afzwakte.
- 628: Wapenstilstand met de Joden: Hierdoor kon hij zijn boodschappen
verspreiden naar nabije volkeren en groeide de aanhang. Mekka gaf zich over in ruil
voor bescherming en werden Moslims.
- 632: Overlijden: Als resultaat van Mohammeds carrière werd Allah erkend als alle
overstijgende hoogste God. Individu kon door shadada te doen direct rechtstreeks
verband met Hem houden. Door dit te doen werd men ook deel van de umma.
- Hoofdredenen voor Mohammeds succes zijn:
1. Het feit dat de Arabieren klaar waren in die tijd voor deze transitie;
2. Zijn eigen visionaire- en leiderschapskwaliteiten.
Conflict and conquest after Muhammad to about 700:
- Doel na dood Mohammed: Na dood zouden ze naar buiten treden om de landen
buiten Arabië te openen voor hun heerschappij in de naam van God.
- Leiders na Mohammed:
1. 632-634: Abu Bakr = Vriend van Mohammed. De eerste kalief.
2. 634-644: Umar = Strenge en rechte leider. Een groot deel van de Byzantijnse en
Sassanidische landen kwamen dus onder Moslim-regime, en de Sassanidische
staat kwam te verdwijnen.
, 3. 644-656: Uthman = Uthman (lid van de Umayyaden-clan). Koran werd
samengesteld in de vorm waarin deze nu bestaat. Een van de redenen hiervoor
was dat er diversiteit was ontstaan in de verhalen, welke leidde tot onrust en
onzekerheid in de umma. fitna/burgeroorlog.
4. 656-661: Ali = Mensen in Medina kozen Ali ibn Abi Talib (ofwel Ali) als kalief.
Velen vonden dat Ali de opvolger van Mohammed was, maar dat de vorige drie
kaliefen zich hadden opgedrongen.
Strijd tegen Ali: Anderen vonden (waaronder Aisha, Mohammeds geliefde
vrouw) dat Ali moordenaars Uthman moest straffen, maar lukte hem niet.
Kharijis = De mensen die de arbitrage verwierpen en zich tegen Ali
keerden. Ali won van de Karijis in een slag in 661, maar daarna
vermoordde één van hen Ali. Ali werd door latere volgers (Sjiieten) gezien
als meest ridderlijk en idealistisch figuur.
5. 661-681: Muawiya = Na Ali’s dood Muawiya leider van de umma. Eerste van de
Umayyadendynastie, tot 750. Effectief leider. Zijn macht rustte op: loyaal leger in
Syrië, zijn kunde om de eenheid van de umma te symboliseren, en zijn stijl van
regeren. hij wou erfelijke monarchie, maar veel kritiek.
Soennieten = De mensen die accepteerden hoe alles zich ontwikkeld had
en die zich niet verzetten tegen de Umayyaden werden de Soennieten.
Sjiieten = De mensen die de Umayyaden verwierpen uit trouw naar Ali
werden de Sjiieten. De Kharijis vormden een derde, afzonderlijke groep.
6. 681-692: Ibn Zubayr = Hij werd door velen als kalief erkend en had even de
macht over Irak. In 692 werd hij echter verbannen door de Umayyaden.
7. 692: Abd al-Malik = Abd al-Malik voerde grote administratieve hervormingen en
Islamitische identiteit werd onderstreept (verandering taal en munt). nieuwe
Islamitische orde en Islamitische beschaving.
- Dhimmis = Niet-Moslims met een overeenkomst van bescherming (dhimma) die hen
toestand om in een moslim gemeenschap te wonen, onder gespecificeerde condities.
Some scholarly reservations:
- Sira = De biografie van Mohammed, de algemeen geaccepteerde lijnen van
Mohammeds leven.
Revisionisten = Vanaf 1970 zijn er echter kritische geleerden die juist een meer
radicale reconstructie geven: de revisionisten. Soorten kanttekening punten:
a. Bronnen te oud: te oud en tendentieus zijn om van historische waarde te zijn.
b. Archeologische opgravingen: Weinig hiervan.
c. Focus Iraanse/Hellenistische wereld: Vormende Islam in de vroege tijd veel
meer betrokken bij het milieu van de Iraanse en Hellenistische wereld.
d. Focus Joods/Christelijk materiaal: De aanwezigheid van veel Joods en
Christelijk materiaal in de Koran kan in dit licht ook begrepen worden.
Key Points:
1) Pre-Islamic Arabs: They had a distinct set of values focused on the tribe.
2) The period following Muhammad’s death was marked by military success but
considerable turmoil in the community.
, H7: Rituals and Ceremonies
Some basic distinctions and concerns:
- Ibadat = Daden van aanbidding, direct gericht tot God. Rituele acties en zuivering.
- Mu’amalat = Plichten die mensen elkaar verschuldigd zijn, wetten maatschappij.
- Intention (niyya) = Juiste intentie bij menselijk handelen. Belangrijk bij rituele acties.
- Ritual purity = Zuivering is erg belangrijk bij ritueel handelen.
Verschillende vormen van onzuiver:
1. Najasa = In contact komen met verboden en vieze dingen, zoals urine etc.
2. Hadath = Onderscheid in minor en major:
a. Minor Hadath = Slapen, naar toilet gaan, intoxicatie, iemand van andere
geslacht aanraken. zuiveren door wudu (= volgorde van wassen).
b. Major Hadath = Seksuele gemeenschap, menstruatie, uitstoot zuiveren
door ghusl (= compleet bad).
The Pillars: ibadat
- Belangrijkste pilaren: Arkan
1. Bevestiging van de shahada, salah: 5 keer bidden per dag;
Shahada = ‘’I testify that there is no god but God; I testify that Muhammad
is the Messenger of God.’’ Dit is de basis van alles in de Islam.
Salah = Refereert naar een hoog gestructureerde vorm van aanbidding,
die de meeste moslims vijf keer per dag uitvoeren.
o Eisen doen Salah: De mannen moeten het vrijdaggebed in een
moskee doen, is verplicht.
o Individuele en sociale dimensie: Het gaat om een sterk gevoel van
samenzijn met God (individueel). Zelfs als je alleen bid, doe je dit
met de umma (= gemeenschap), omdat je weet dat iedereen op
datzelfde moment met jou richting Mekka bidt.
Termen Salah:
o Imam = Wanneer mensen in een groep bidden (salah), moet er
een leider zijn, oudste en wijste persoon. Vlak voor de salah, wordt
adhan (= call to prayer) gereciteerd.
o Qibla = Tijdens de salah moet men zich richten tot Mekka.
o Rak’as = Uitvoering van salah bestaat volgorde van bewegingen
en recitaties.
o Salat al-jum’a = Het vrijdagmiddag gebed (noon salah). Deze
bestaat uit een soort preek: khutba (= quotaties etc.).
2. Vasten in de maand van de Ramadan; Sawm
Ramadan = Laatste maaltijd is de suhur. De iftar is de onderbreking van
het vasten, na het gebed. Na ramadan Id al-Fitr, het suikerfeest. Verplicht
is de Zakat al-fitr, wat betekent dat iemand de waarde van een maaltijd
aan het goede doel geeft. einde ligt aan stand maan.
o Khatima = Recitatie waarin de Koran gereciteerd in 30 nachten.
o Wat wordt er gevierd tijdens Ramadan? Ramadan is de maand
waarin de Koran ooit onthuld werd en het is ook de maand van de
Battle of Badr. Ook wordt gevierd dat de jinn’s (geesten)
opgesloten zitten. De Night of Power is het belangrijkst, waarin de
eerste vers van de Koran wordt onthuld.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur teun1105. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.