Caviteit = er is zoveel weefsels verloren gegaan dat het tandoppervlak een gat vertoont dat
klinisch kan worden waargenomen.
Structuur tandglazuur
Glazuur is opgebouwd uit glazuurprisma’s: regelmatige, staafvormige structuren met een diameter
van ongeveer 4um, die zich uitstrekken vanaf de glazuur-dentinegrens tot aan het tandoppervlak.
Tussen de prisma’s is er ruimte voor een interprismatische substantie. Zowel de prisma’s als de
interprismatische ruimten zijn gevuld met hydroxylapatietkristallen (kristallieten). Ondanks
overeenkomst in bouwstenen verschillen de prisma’s en interprismatische substanties:
- De ordening van de kristallieten is verschillend
- Gehalte aan water en organische bestanddelen is verschillend.
- Poreusheid van interprismatische materie is groter dan de prisma’s.
Witte-vlekcariës
Eerst zichtbare aantasting van een element is waarneembaar als een witte vlek. Deze witte kleur is
het gevolg van een lokale verhoging van de poreusheid van het tandglazuur. De laesie kan zich tot
relatief grote diepte uitstrekken, terwijl aan het oppervlak de contour van het element niets
veranderd is. Er is sprake van een selectief proces van oplossen van tandweefsel. Door lokale
verschillen in oplosbaarheid lost glazuur niet laagsgewijs op en via porositeit in het glazuur
kunnen zuren binnendringen tot op grotere diepte. Langs deze porositeit kunnen ook de
opgeloste mineralen worden afgevoerd.
Glazuur, dentine en wortelcement bestaan uit een anorganische component, namelijk
hydroxylapatiet: Ca10(PO4)6(OH)2. De oplosbaarheid van dit mineraal is afhankelijk van de
zuurgraad in het omringende milieu. In een zure omgeving lost er apatiet op en bij neutrale PH kan
het kristalliseren. In de mondvloeisto en zitten calcium- en fosfaationen, afhankelijk van de
zuurgraad, is er sprake van verzadiging. Als er sprake van over- of onderverzadiging is dan kan
het mineraal neerslaan of oplossen. Het mineraal bestaat uit anorganische bestanddelen die de
oplosbaarheid kunnen bepalen. Natrium, magnesium, carbonaat en uoride ionen kunnen de
plaats van de calcium, fosfaat en hydroxyl-ionen in de apatietkristallen innemen. Hierdoor kunnen
de tandweefsels meer of minder oplosbaar zijn. De inbouw van uoride vermindert de
oplosbaarheid en is daardoor cariespreventief.
De chemische samenstelling van tandweefsel kan veranderen, het ligt aan het aanbod van ionen
tijdens de remineralisatiefase. Het zal leiden tot minder oplosbaar mineraal. De meest oplosbare
bestanddelen zullen het eerst oplossen waardoor het voortdurend oplossen en neerslaan van de
buitenste lagen zal leiden tot een geleidelijke afname van oplosbaarheid. Binnen een element
grote verschillen in oplosbaarheid. Bijv. glazuur aan het tandoppervlak heeft een andere
chemische samenstelling met minder carbonaat en meer uoride-ionen.
Witte vlaklaesie legt 3 lagen bloot:
- Oppervlaktelaag is niet aangetast, dit is karakteristiek voor een initiële cariëslaesie. Ongeveer
5 tot 10% van het mineraal is opgelost vooral in de ruimten tussen de glazuurprisma’s
waardoor transportkanalen zijn gevormd waarlangs zuren naar binnen kunnen dringen en
minerale ionen het glazuur kunnen verlaten. Oppervlaktelaag lost niet op omdat het
uoridegehalte hoog is. Apatietkristallen zijn groter in de oppervlaktelaag dan dieper gelegen
glazuur.
- Centrum van de laesie is een groter percentage mineraal opgelost. Deze laag kan in de diepte
ver uitstrekken. De kristallieten in de laesie zijn door inwerking van zuren kleiner dan die in
gezond weefsel. Cariës leidt tot een uitholling van de individuele kristallen, ze vertonen een
holle kern. Kristallieten lossen als eerst op bij het eerste gevormde deel. Het oplossen van het
binnenste deel van een kristal doet geen afbreuk aan de ordening van kristallen.
fl ff fl fl fl
, - Laesiefront bestaat uit twee lagen: de donkere laag en de doorschijnende laag die aan het
onderliggende gezonde glazuur grenst. In de donkere laag zijn de kristallieten groter dan in
onaangetast glazuur.
Remineralisatie
Witte vlekken kunnen door inwerking van speeksel grotendeels worden verhard. Remineralisatie
gaat door zolang speeksel en tandplaque oververzadigd zijn aan de bestanddelen waaruit
tandglazuur is opgebouwd. Speeksel bevat naast ionen waar het glazuur uit is opgebouwd ook
organische bestanddelen die mineraalafzetting verhinderen. Hierdoor overmatige
mineraalafzetting (tandsteen) tegen gaan.
Structuur van dentine
In dentine zitten tubuli, dit zijn kanaaltje die gevuld zijn met uitlopers van odontoblasten. De tubuli
hebben een S-vormige baan en nemen in diameter toe van de glazuur-dentinegrens tot aan de
pulpakamer. Rond de tubuli ligt een schil van peritubulair dentine, dit ontstaat door
mineraalafzetting vanuit de tubuli. Het heeft een hogere mineraaldichtheid dan intertubulair
dentine. Dentine heeft een lagere mineraalgehalte dan glazuur doordat het voor een groot deel
bestaat uit collageen type I. Het mineraal van dentine is hydroxylapatiet en bestaat uit kleinere
kristallieten dan in glazuur. Hierdoor lost dentine bij een hogere PH waarde al op.
Bij dentinogenese wordt primair dentine gevormd. Daarnaast is er ook secundair dentine, dit
wordt door odontoblasten afgezet op de grens van de pulpakamer en dentine. Dit proces zorgt
ervoor dat de pulpakamer steeds kleiner wordt. Tertiar (reperatief) dentine wordt gevormd onder
invloed van chemische of mechanische prikkels. Er is ook reactief dentine.
Het cariesproces op de glazuur-dentine grens
Een laesie is in het glazuur zowel zijwaarts als in de diepte duidelijk afgebakend. Het cariesproces
gaat langs de prisma’s en er treedt bijna geen laterale di usie van zuren op. Op de glazuur-
dentinegrens wordt de carieslaesie verbreed. Dit kan meerdere oorzaken hebben:
- Door een lagere mineralisatiegraad van het diepste glazuur en meer organische matrix.
- Doordat dentine sclerotiseertr onder glazuur met een verhoogde poreusheid.
Dentinecaries en tandhalscaries
Dentinecaries = Coronaal aantasting van dentine zodra de laesie tot voorbij de glazuur-
dentinegrens reikt.
Tandhalscaries = Door bijv. gingivarecessie komt de tandhals bloot te liggen en kan hier cariës
ontstaan. Eerst wordt het dunne laagje wortelcement aangetast, waarna het cariesproces zonder
onder breking verder kan gaan in het worteldentine.
Via de dentinekanaaltjes kunnen bacterieproducten zich snel tot grote diepte verplaatsen. Cariës
kan zich niet zo snel voortschrijden in dentine doordat dentine reageert op de chemische prikkels:
in de tumuli wordt mineraal afgezet waardoor de kanaaltjes geblokkeerd raken. Ook kan de pulpa
reageren op de aanval door de odontoblasten aan te zetten tot de vorming van tertiair dentine op
de grenslaag van dentine en pulpa.
Dentine dat door cariës is aangetast kan worden verdeeld in twee lagen. Buitenste laag zijn
bacteriën in grote aantallen te zien. De onderliggende laag vertoont ook sporen van
demineralisatie maar geen bacteriën. Door het dentineweefsel te kleuren kunnen deze lagen
worden onderscheiden. Caries in dentine zorgt niet alleen voor aantasting van het mineraal door
zuren, maar de bacterie produceren naast zuren ook enzymen die collageen kunnen afbreken.
ff
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur judithdehaan. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.