1. Inleiding
Waarom leren we op schooltaal?
a) Om allerlei situatie in de wereld beter te kunnen aanpakken (= communiceren)
= cultuurgebonden ontwikkeling (de ander)
b) Om eigen gedachten, gevoelens en ervaringen te kunnen verwoorden
(=conceptualiseren)
= persoonsgebonden ontwikkeling (ik)
2. Een chronologische kijk op taalverwerving
Het is noodzakelijk dar een leraar weet hoe een ‘normale’ taalontwikkeling verloopt:
- Om de taalontwikkeling van kleuters te kunnen opvolgen
- Om problemen te herkennen
- Om de taalontwikkeling te kunnen stimuleren
Het is gebaseerd op gemiddelden: tempoverschillen
- Aanleg
- Taalaanbod
- Karakter
Babybrein (gehaktbroodje):
- Een gehaktbroodje stelt de grootte van de hersens van een baby voor.
- Hersencelletjes van een baby wegen +- 350 gram.
- De hersencellen moeten verbinden met elkaar dus er ontstaan takjes en pootjes die
ze verbinden.
- De takjes beginnen zich te vormendoor interactie hierdoor worden de cellen
geprikkeld.
Praten tegen de baby
Strelen
Kijken
- Prikkels die heel vaak terug komen zorgen voor dikkere takjes.
- Sommigen hebben een groot gehaktbrood omdat ze veel interactie hebben gekregen
- Baby’s zijn afhankelijk van hun ouders
Taal
Emotie
Lichamelijk
Hebben ze allemaal nodig om te overleven
, Kleuterjuffen zijn ook heel erg belangrijk voor kleuters. Als kleuterjuf moet je
als zoveel prikkels geven zodat hun hersentjes groeien
- Kinderen die geen taal hebben gekregen tussen hun 0-6 jaar = wolfskinderen
(Ze kunnen enkel nog klanken nabootsen)
De taalgevoelige fase (van 0-6 jaar)
2.1.De prelinguale fase (van 0 jaar tot ongeveer 1 jaar)
Dit zijn betekenisloze klanken
Spreken: klanken produceren
Luisteren: klanken onderscheiden
Taalontwikkeling = hersenproces
Bestaat uit de verzorgstaal
Begint al van voor de geboorte
Het kind kan klanken en geluiden van elkaar onderscheiden & experimenteren met
klanken
Het vermogen luisteren is ook al van voor de geboorte aanwezig
Baby’s spreken met lichaamstaal (kijken, bewegen, voelen, luisteren)
Één eigen tweelingen imiteren niet enkel elkaar maar ook volwassenen. Hierdoor hebben
sommige een geheime taak
Child directed speech (CDS)
- Taal van volwassene in een 1-1 interactie met het kind
- Anders dan gewone taal
- Taal van volwassen speech in een 1-1 interactie met het kind
- Verandert mee met (en loopt voor op) de taalontwikkeling van het kind
Betekenis geven aan klanken
Dingen benoemen
Vagen stellen
Vocaal spel:
- Niet gebonden aan 1 taal
- Experimenteren met klanken en geluiden die niet of nauwelijks in onze taal komen
Repetitief brabbelen:
- Steeds herhalen van dezelfde combinaties
Gevarieerd brabbelen:
- Afwisselen van verschillende klankcombinaties
2.2.De vroeglinguale fase (van 1 jaar tot 2 jaar en 6 maanden)
De fonologische ontwikkeling gaat verder
2 andere pijlers:
- Semantiek: stap van brabbelen naar betekenisvol taalgebruik
- Syntaxis: peuter evolueert van losse woorden tot combinaties van woorden of
meerwoordzinnen
Labelen:
- Ze koppelen woorden dus aan concrete dingen uit de omgeving. Kinderen in deze
fase vinden het heel leuk om prentjes te bekijken en voorwerpen of dieren te
benoemen.
- Aanwijsboekjes zijn hiervoor geschikt
Categoriseren:
- Ze leren spontaan dat een woord niet alleen verwijst naar één specifiek object, maar
naar een ruimer object.
- Het kind kan woorden ook in andere contexten gaan gebruiken
, Overextensie:
- Het gebeurd soms dat kleuters eend zeggen tegen alle vogels of bal tegen alles wat
rond is. Ze gebruiken het woord dus verkeerd.
Child directed speech (CDS)
- Verandert mee met de taalontwikkeling van het kind
Benoemen wat het kind doet
Vragen stellen
Eenvoudige, korte zinnen gebruiken en losse woorden aanvullen tot zinnen
Herhalen , corrigeren en uitbreiden
Eigennamen gebruiken i.p.v. verwijswoorden
Syntactische ontwikkeling
- Peuter evolueert van losse woorden tot combinaties van woorden of
meerwoordzinnen
- Éénwoordfase (+- van 1j – 18 maanden)
Losse zelfstandig naamwoorden en verwerkwoorden
Context en intonatie nog nodig om te begrijpen
Veel vervorming: reduplicatie, klanknabootsing, klanken vervangen/weglaten
- Tweewoordfase (+- tussen 18 & 24 maanden)
Combinatie van 2 woorden
Minder vervorming
Veel vragen
- Meerwoordfase
Zinnen tot 5 woorden
Werkwoorden niet vervoegde
Bijvoorbeeld:
Mama: Wat wil Anna eten?
Anna: Ja
Mama: Een banaan of een appel
Anna: Naan
Mama: Een banaan. Mama zal de banaan in stukjes doen
2.3.De differentiatiefase (van 2 jaar en 6 maanden tot 5 jaar)
Morfologische ontwikkeling
- Werkwoorden regelmatig vervoegen
- Naamwoorden verbuigen
- Meer woordsoorten, zoals verwijswoorden
Bv: gezwemd, koeitjes, zakdoeks
Betekenisrelaties:
- Tussen woorden en woorden los van concrete ervaring om de betekenis van nieuwe
ervaringen te omschrijven
- Een kind die in deze fase vraagt “Wat is dit?” vraagt niet meer naar één woord, maar
na de betekenis die erachter steekt
Syntactische ontwikkeling
- Langere zinnen met onderwerp en vervoegd
Vraagzinnen met vragende voornaamwoorden
Samengestelde zinnen met ‘en’
Samengestelde zinnen met andere voegwoorden, zoals ‘want’ of ‘omdat’
Semantische en lexicale ontwikkeling
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur staceyhuysentruyt. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,48. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.