Deze economie samenvatting bevat alles wat jij moet weten voor het CE!! Alles wordt duidelijk uitgelegd aan de hand van de syllabus en het boekje samengevat.
Hoofdstuk 9 : conjunctuur,groei, milieu en duurzame ontwikkeling
Tout pour ce livre (5)
École, étude et sujet
Lycée
HAVO
Economie
5
Tous les documents sur ce sujet (1243)
Vendeur
S'abonner
sophieschroer1
Aperçu du contenu
Economie
Domein D Markt
Deel 1; vraag & aanbod / elasticiteiten
Markt: het samenkomen van vraag (kopers) en aanbod
(verkopers) waarbij een verkoopprijs tot stand komt van
een goed of dienst.
De meest belangrijke markten;
o Markt van goederen en diensten (markt).
o Kapitaalmarkt (rente; geld)
o Valutamarkt (wisselkoers).
Concrete markt: kopers en verkopers (fysiek) aanwezig op een geografisch
aanwijsbare plaats. markt van goederen en diensten.
Abstracte markt: geen duidelijke (fysieke) ontmoetingsplaats. kapitaalmarkt en
valutamarkt.
Vraag en aanbod; de vraagkant
Vraag: omvat alle personen die een goed of dienst willen aanschaffen.
Betalingsbereidheid: de hoogste prijs die een vrager zou willen geven voor een
goed of dienst.
Consumentensurplus: verschil tussen de
betalingsbereidheid en de (evenwicht)prijs die
consumenten uiteindelijk op de markt betalen.
surplus berekenen = lengte x breedte / 2
Vraag en aanbod; de aanbodkant
Aanbod: omvat alle personen die een goed of dienst
willen aanbieden.
Aanbiedingsbereidheid: de laagste prijs waartegen een
aanbieder zijn of haar dienst of product willen aanbieden
op de markt.
Producentensurplus: het verschil tussen de evenwichtsprijs die ontstaat op de
markt en de minimale prijs waartegen een aanbieder zijn of haar dienst of product
had willen aanbieden op de markt.
surplus berekenen = lengte x breedte / 2
Vraag en aanbod; evenwichtsprijs
Evenwichtsprijs: prijs die tot stand komt bij evenwicht tussen vraag en aanbod.
Vraag en aanbod; break-even point
Break-even point: het punt waar de totale opbrengsten gelijk zijn aan de totale
kosten. Vanaf dit punt wordt er winst gemaakt.
TO = TK
GO = GTK
Elasticiteiten
Elasticiteiten: worden in de economie gebruikt om sterkte tussen 2 procentuele
veranderingen aan te geven. product stijgt, met hoeveel % verandert onze vraag?
o Prijselasticiteit.
oorzaak = verandering in de prijs.
gevolg = verandering in gevraagde hoeveelheid.
o Inkomenselasticiteit.
oorzaak = verandering in inkomen.
gevolg = verandering in gevraagde hoeveelheid.
, Prijsgevoeligheid: hoe sterk reageert de vraag naar een goed op
prijsveranderingen?
Elasticiteit = procentuele verandering gevolg (g)
procentuele verandering oorzaak (o)
Elastische reactie: verandering gevolg is relatief groter dan verandering oorzaak.
(prijsgevoelig)
Inelastische reactie: verandering gevolg is relatief kleiner dan verandering oorzaak.
(niet prijsgevoelig)
Inkomenselasticiteit; soorten goederen
o Primaire goederen: noodzakelijke, nauwelijks elastische goederen.
o Inferieure goederen: des te hoger het inkomen, hoe minder het gekocht
wordt (voorbeeld = huismerkgoederen).
o Luxe goederen = des te hoger het inkomen, hoe meer het verkocht wordt
(voorbeeld = horloges).
Elasticiteiten; soorten goederen
o Substitutiegoederen: goederen die vervangbaar voor elkaar zijn.
o Complementair goed: goederen die bij elkaar horen.
Deel 2; marktstructuur / marktmaximalisatie / welvaart &
economische politiek
Marktvormen
Homogeen product: hetzelfde product (cacaomarkt).
Heterogeen product: vergelijkbaar product (Coca Cola en Pepsi)
Er zijn vier verschillende marktsoorten;
1. Volkomen concurrentie.
2. Monopolistische concurrentie.
3. Oligopolie.
4. Monopolie.
Volkomen concurrentie Monopolistische Oligopolie Monopolie
(brood/kleding) concurrentie (cola/pepsi) (smartphones) (ns)
o Veel aanbieders. o Veel aanbieders. o Weinig o Éen
o Veel vragers. o Veel vragers. aanbieders. aanbieder.
o Homogeen o Heterogeen product. o Veel vragers. o Veel vragers.
product. o Makkelijk toetreden. o Heterogeen of o Homogeen
o Makkelijk o Producent wel homogeen product.
toetreden. invloed op prijs. o Lastig o Producent
o Producent geen toetreden. grote invloed
invloed op prijs. o Producent op prijs.
grote invloed
op prijs.
Hoe kan een monopolie ontstaan?
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sophieschroer1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,69. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.