Deze samenvatting is een complete uitwerking van blok 2 kennis HRM.
Deze overzichtelijke samenvatting is een samenvatting van het boek ‘De strijd om talent: employer branding in theorie en praktijk’ (3289). H1 - Wat is employer branding?, H2 - Bouwstenen van een aantrekkelijk en onderscheiden...
Samenvatting De strijd om talent (9789401443289)
Samenvatting Werving en Employer branding UGent 2019-2020
Samenvatting Werving & Employer Branding
Tout pour ce livre (4)
École, étude et sujet
Hogeschool van Amsterdam (HvA)
Human Resource Management
Kennis 2 Werving En Selectie
Tous les documents sur ce sujet (11)
1
vérifier
Par: dejanbeleski • 3 année de cela
Vendeur
S'abonner
HRMstudent2021
Avis reçus
Questions d'entraînement disponibles
Oefenvragen werving en selectie - blok 2
Fiches22 Fiches
€2,990 vendus
Fiches22 Fiches
€2,990 vendus
Quelques exemples de cette série de questions pratiques
1.
Wat is de betekenis van competenties?
Réponse: Het geheel van individuele kwaliteiten van een medewerker die tot uitging komen in dienst houding en gedrag en die hem of haar in staat stellen om succesvol te zijn in een bepaalde functie. (ookwel de eisen waaraan een medeweker die een bepaalde functie moet vervullen, moet voldoen).
2.
Wat is de betekenis van employer brand?
Réponse: De percepties van relevante interne en externe doelgroepen over kenmerkende, centrale en onderscheidende eigenschappen van de organisatie als werkgever (imago van organisatie).
3.
Wat is de betekenis van employer branding?
Réponse: Het creëren, communiceren en managen van een aantrekkelijk, onderscheidend en authentiek werkgeversimago, zowel bij huidig als potentiële medewerkers.
4.
Wat zijn instrumentele kenmerken van een organisatie?
Réponse: Objectieve, tastbare eigenschappen van een job of werkgever, ze hebben een utilitaire functie.
5.
Wat zijn symbolische kenmerken van een organisatie?
Réponse: Subjectieve, abstracte en ontastbare persoonlijkheidskenmerken van een job of werkgever (associaties, ideeën en gevoelens).
6.
Wat houdt de employer value proposition in?
Réponse: Het gewenste werkgeversimago. Het is de belofte die je als werkgever intern en extern moet waarmaken aan je (toekomstige) medewerkers waardoor ze kiezen om bij jouw bedrijf te komen werken.
7.
Wat is de betekenis van interne branding?
Réponse: Het creëren, communiceren en managen van een aantrekkelijk, onderscheidend en authentiek werkgeversimago of employer brand bij de huidige medewerkers.
8.
Wat is de betekenis van externe branding?
Réponse: Het extern uitdragen, promoten en waarmaken van je employer brand om de voor jou geschikte sollicitanten aan te trekken (dit is hoe een organisatie zich aan de buitenwereld laat zien).
9.
Wat zijn belangrijke wervingskanalen?
Réponse: - Eigen bedrijfswebsite
- Eigen medewerkers als ambassadeurs
- Via-via rekrutering/ referral recruitment
- Jobbeurzen en campusevents
- Sociale media
- Advertentiecampagne in kranten of online
10.
Wat zijn de 4C\'s en wat houden zij in?
Réponse: 1. Compliance
alle wettelijke en bedrijfsspecifieke voorwaarden en regelgeving die geldend zijn binnen deze baan.
2. Culture
waarden, nomen, missie en visie van de onderneming en de bedrijfscultuur zelf zijn zaken die de cultuur van werken vormgeven binnen de organisatie.
3. Connection
binnen de sociale structuur van de organisatie en vooral binnen de specifieke afdeling zal een verbinding moeten worden gevonden met al aanwezige medewerkers.
4. Clarification
alle verwachtingen aan het nieuwe personeelslid, zoals taken, verantwoordelijkheden en exacte doelen moeten helder zijn.
Aperçu du contenu
Samenvatting Kennis 2 – werving en selectie
Omgevingsfactoren waar organisaties rekening mee moeten houden:
1. Economische (markt)factoren
- HRM-beleid wordt beïnvloed door de aard van de afzetmarkt, de arbeidsmarkt en de
grondstoffen- en kapitaalmarkt.
- Bedrijven hebben weinig ruimte om zelf te bepalen welke producten ze aanbieden tegen welke
prijs, en hoe ze hun HRM-beleid willen vormgeven.
2. Technologische factoren
- HRM-beleid wordt beïnvloed door technologische ontwikkelingen, met als gevolg investeringen in
machines, technologieën en in medewerkers (opleidingen).
3. Politiek-maatschappelijke factoren
- HRM-beleid wordt beïnvloed door de institutionele regulering van arbeidsrelaties, die de laatste
jaren meer ruimte laat voor het eigen (HRM-) beleid.
Hoofdstromen van het bepalen van een strategie:
• Positioneringsbenadering/ strategische fit
- Welke positie neemt de organisatie in op de markt?
- Kijkt van buiten naar binnen, HRM-beleid is afgeleid van de strategie en volgt de strategie (is dus
volgend).
- Nadruk wordt gelegd op het bestaande, op wat er al is. Doelen worden niet te hoog gesteld.
• Resource-basedbenadering
- Wat kan de organisatie zelf?
- Kijkt van binnen naar buiten, HRM-beleid is gericht op de verdere ontwikkeling van
kerncompetenties van de organisatie (is dus actief).
- Organisatie stelt bewust hoge doelen, de organisatie wil zich onderscheiden van concurrenten, wil
eigen markt creëren
Strategische waardedisciplines (manieren om klanten tevreden te stellen):
1. Operational excellence – foutloze levering van producten.
2. Productieleiderschap – het steeds aanbieden van innovatieve producten of diensten.
3. Customer intimacy – creëren van een sterke band met klant door snel en goed op zijn vragen en
wensen in te spelen.
Organisatiestructuur = manier waarop het werk binnen de organisatie wordt verdeeld en geregeld.
Deze manier hangt af van de omgeving waarin de organisatie zich bevindt en de doelen die bereikt willen
worden.
Transformatieprocessen = een organisatie heeft een nieuwe structuur nodig wanneer de omgeving van de
organisatie verandert
, Indeling van Harrison
Vier soorten cultuurpatronen:
• Rolcultuur
- men houdt zich aan afspraken, regels en procedures.
- machinebureaucratieën
• Taakcultuur
- Resultaten zijn belangrijker dan regels
- divisiestructuren
• Persoonscultuur
- mens staat centraal, competenties, behoeften en vaardigheden zijn het belangrijkst voor de
organisatie
- professionele bureaucratieën
• Machtscultuur
- competentiestrijd voor de goede functies.
- eenvoudige structuren
Typering van Quinn en Cameron:
Indeling culturen gebaseerd op twee dimensies, stabiliteit en flexibiliteit die vier organisatietypen met
bijbehorende cultuurtypen onderscheiden:
1. Hiërarchische organisatie
- volgen van regels en procedures (rolcultuur)
2. Marktorganisatie
- sterk resultaatgericht (taakcultuur)
3. Familieorganisatie
- veel aandacht voor de medewerkers (persoonscultuur)
4. Adhocratie
- tijdelijke organisatie (combinatie van persoons- en taakcultuur)
Arbeid is een resource, een bedrijfsmiddel dat een organisatie nodig heeft om haar doelen te bereiken.
Indeling Lepak en Snell:
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur HRMstudent2021. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.