Opvoedingsondersteuning
Opvoeding
Wat is opvoeding?
= opvoeden is een kind op weg helpen naar volwassenheid. Een heleboel mensen staan klaar: ouders,
grootouders, begeleiders in de opvang, leerkrachten, vrienden, andere kinderen… een liefdevol nest, zowel
thuis als waar een kind opgevangen wordt, bevordert de ontwikkeling en groei. (Kind en Gezin) —>
belangrijk is wat een opvoeding kan betekenen voor het kind, het is ook meer dan enkel de ouders.
= opvoeden is het in relatie staan van opvoeder en opvoedeling, waarin de opvoeder zich als persoon, als
zijn wijze van mens zijn present stelt, een klimaat schept dat persoonlijkheidsgroei bevordert en
leefsituaties zo hanteert, dat die optimale kansen bieden op zelfontplooiing. (Kok) —> hier staat de
wederzijdse relatie ouder-kind centraal. Opvoeding is een proces waarin een persoon, meestal een kind,
wordt gevormd naar de normen en waarden van zijn opvoeder(s) en daarmee meestal naar de
voornaamste normen en waarden van de samenleving waarin hij leeft.
= opvoeding is een interactie tussen ouder, kind en context. Aangezien alle actoren steeds verschillend
kunnen zijn, bestaat er niet één manier van opvoeden. Opvoeding is een zelfsturend proces. Het gaat
eigenlijk vanzelf: kinderen lokken opvoedingsgedrag uit. Het is niet omdat het een zelfsturend proces is, dat
ouders zich op bepaalde momenten geen vragen kunnen stellen. Opvoeding is ook een gedeelde
verantwoordelijkheid. Het is een samenspel tussen gezinsinterne en gezinsexterne factoren. De
maatschappij voedt mee op via scholen, vrijetijdsvoorzieningen, kinderopvang… In die zin kunnen we
stellen dat opvoeding een gedeelde verantwoordelijkheid is. (EXPOO) —> Ook hier staat de interactie
centraal: ouders voeden kinderen op, maar kinderen voeden ook hun ouders op. De relatie gaat in 2
richtingen.
Gezin voortdurend in beweging
Vroeger: kerngezin met de juridische, biologische en pedagogische ouders valt allemaal samen. Er was
sociale erkenning van 1 type kerngezin. Iedereen had een duidelijke rolverdeling, de moeder zorgde voor
de kinderen en de vader was het hoofd van het gezin.
Nu wordt een gezin maakbaarder en kunnen de mensen eigen keuzes maken. Hier is sprake van een
onderhandelingshuishouden. Er zijn meer adoptiegezinnen, pleeggezinnen…
Het kindbeeld en de opvoeding zijn erg gebonden aan de tijd, de context, de cultuur en de plaats. Zo mag
het onderhandelingshuishouden wel op de norm lijken, binnen bepaalde groepen en culturen is dat niet
het geval. Hier speelt ook onderwijs een zeer grote rol in de opvoeding, wat niet wereldwijd het geval is.
1
, Maatschappelijke invloed op opvoeding
Uw visie is uw manier van kijken en is bepalend voor je manier van handelen en communiceren. Elke
samenleving en cultuur heeft verschillende en veranderende visies. Onze visie op het mens zijn, is ons
mensbeeld. Een mensbeeld is bepalend voor de bejegening van anderen, het is bepalend voor de manier
waarop de hulp- en dienstverlening de cliënt benadert. De heersende visie in de samenleving bepaald mee
de organisatie van de hulp- en dienstverlening.
Maatschappelijke invloed op opvoeding
Opvoeding kan niet los gezien worden van de omgeving. De maatschappij (als context) is steeds bepalend
geweest voor de manier waarop we naar opvoeding kijken:
- Plaatsen: mensbeelden zijn in elk continent anders. De opvoeding in Azië is verschillend van die in
Europa.
- Context: opvoeding wordt ook gekoppeld aan je verleden, je sociale achtergrond en je
referentiekader.
- Tijd: opvoeding is niet altijd hetzelfde geweest. Ooit was er een periode van de moeder aan de
haard en de vader die ging gaan werken. In veel situaties is dit nu al voorbij.
Samenvattend
Opvoeding is als begrip onderhevig aan de factoren plaats, context en tijd. Het wordt mee bepaald door
wat de maatschappij op dat moment voorschrijft, door wat op dat moment de heersende sociale
perspectieven zijn op opvoeding.
2
,Kindbeelden als basis voor de opvoeding doorheen de geschiedenis
Kinderen, als groep, zullen er altijd zijn. In de opvoeding gaat het over hoe een individueel kind opgroeit
naar de volwassenheid. We hebben ook (te) vaak de neiging om het kind als een toekomstproject te zien,
alles in het teken van later te zien. Kindertijd wordt zo steeds voorbereidingstijd. Maar het kind is ook hier
en nu, niet enkel de volwassene van morgen. Daarnaast blijven kinderen en jongeren binnen de
samenleving als groep wel bestaan. Dat is een dimensie die we soms vergeten.
Opvoeding in het oude Griekenland
Opvoeding lag zeer dicht bij onderwijs. De opvoeding van jonge mannen uit de heersersklasse bestond uit
retoriek (= woordkunst, kunst van het argumenteren) en militair onderricht. Normaal gezien was het de
vader die instond voor de opvoeding. Andere specialiteiten van de opvoeding werd ook overgelaten aan
anderen dan de gezinsleden, zoals de heelkunde, muziek en kunsten.
Het gaat hier over een jonge man en niet over een kind. Deze Spartaanse opvoeding was een heel harde
opvoeding, waarbij de militaire doeleinden het belangrijkst waren. Van bij de geboorte werd al gekeken
naar de militaire geschiktheid. De baby’s die te zwak waren werden ofwel gedood of weggegeven. De
jongens mochten in hun eerste jaren door hun moeder opgevoed worden waar spel gezien werd als
voorbereiding. Vanaf hun zeven jaar werden ze aan het gezin ontnomen en begon de militaire opvoeding.
Bv. The Crown, waarin de kroonprinses in een heel streng internaat in Schotland wordt opgevoed.
Opvoeding bij de Romeinen
De opvoeding diende om kennis over te dragen om een goede burger te worden. De kinderen werden
voornamelijk in het gezin opgevoed. Hierbij was enerzijds het goed gedrag (vitrus) en het gevoel voor de
maatschappelijke verplichtingen (pietas). De vader werd verantwoordelijk gesteld voor de doctrina, de
intellectuele opvoeding en de moeder voor de educatio, de opvoeding in het algemeen.
Hier was weinig sprake van de scholing en opvoeding van meisjes.
Quintilianus had het moeilijk met de te strenge discipline en veroordeelde krachtig de lijfstraffen.
Het kind in de middeleeuwen: een noodzakelijk kwaad
Kinderen in de middeleeuwen zijn ver te zoeken. Ze werden niet afgebeeld in de visuele kunsten
(schilderkunst en beeldhouwkunst). De mensen tussen de tiende en dertiende eeuw hadden weinig of
geen oog voor het kind. Het kind was voor hen niet belangrijk of werkelijk. De kindertijd in de
middeleeuwen was een overgangstijd die snel voorbij was en snel vergeten was. Het was een noodzakelijk
kwaad, waar je snel door moest daarom was ook de kans groot dat het kind vroeg stierf. Zodra een kind
geen borstvoeding meer kreeg (vanaf 7 jaar ongeveer) werd het een natuurlijke levensgezel van de
volwassene. De middeleeuwen waren een duistere overgangsperiode, hier was de intellectuele opvoeding
vanuit de Griekse en Romeinse oudheid vergeten.
De term opvoeden bestond niet in de middeleeuwen. De kinderen moesten zien te overleven en als je de
eerste jaren al overleefde, rolde je zo het volwassen leven in.
3
, Het kind na 1600: de ontdekking van het kind
Hier veranderde het kindbeeld, de kinderen worden meer afgebeeld in schilderijen. Er was plaats voor een
echte kindertijd.
Klassieke humanisme: de mistoestanden van de kerk waren achterlijk en enkel de klassieke culturele
vorming kon verandering brengen (Erasmus). De godsdienst moest wijzen op verantwoordelijkheden. De
godsdienst hervormingen brachten nieuwe inzichten in de opvoeding. Hierdoor was er een radicale
ommekeer in het onderwijs. Een leraar moest kinderen stimuleren, door middel van speelelementen. Ook
vond hij dat niet de kerk maar de overheid moest instaan voor het onderwijs.
Montaigne: kinderen moesten met toewijding opgevoed worden. Hij waarschuwde ook voor verwenning.
Vives: was de eerste die het ook over meisjes heeft. Meisjes dienen volgens hem opgevoed te worden tot
moederschap. Ook armoede kon bestreden worden door opvoeding en onderwijs.
Door de humanisten werd nog een ander kindbeeld ontwikkeld, doordrongen door de moralisten. De
godsdienst moest wijzen op verantwoordelijkheden en (godsdienstig) verantwoord handelen. De vrije
scholen werden colleges met een streng toezicht.
Verlichting en 19e eeuw: van romantisch kindbeeld naar kind in gevaar
De Verlichting maakte komaf met de Goddelijke voorbestemdheid van alles. Vanaf nu is er de menselijke
rede. Hier gaat het om een maatschappelijk veranderingsproces in politiek, wetenschap, cultuur,
opvoeding, economie en religie.
De Verlichting gaf aanleiding tot modernisering van de samenleving door middel van individualisering,
emancipatie, secularisering en globalisering. Het gelijkheidsbeginsel, de mensen rechten en de
burgerrechten vinden er hun wortels. Het vrije denken begint centraal te staan met het klassiek
liberalisme, het socialisme en het anarchisme.
Rousseau = natuurlijke opvoeding: dit resulteert in het niets opdringen, bevelen of verbieden aan kinderen,
want dat leidt tot wat hij ‘negatieve opvoeding’ noemt. De opvoeder heeft een ondersteunende functie. Hij
hield er ook een ‘ontwikkelingspsychologische’ levensfasentheorie op na:
- Peuters (0-2j): het kind elementaire handelingen aanleren door ervaring en eigen inspanning.
- Tot 12j: moeten de zintuigen geprikkeld en getraind worden.
- 12-15j: ontwikkelen ze het verstand en leren ze de wereld om zich heen kennen.
- Adolescentieperiode: het geweten komt tot ontwikkeling en het kind leert wat deugdzaam is en
wat niet.
4