Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting urologie €3,49
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting urologie

1 vérifier
 15 fois vendu

Dit is een samenvatting van het onderdeel urologie van het vak Nier en Urinewegen zoals het in de 1e master gegeven wordt. Ik heb hiervoor gebruikgemaakt van de theoretische en klinische lessen, slides en mijn eigen notities. Het is duidelijk en helder uitgelegd en is geschreven op een manier die m...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 62  pages

  • 14 décembre 2021
  • 62
  • 2021/2022
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (31)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: ttttttttt • 2 mois de cela

avatar-seller
sartorius
Nier en urinewegen


Urologie
Urologie is de specialisatie die zich bezighoudt met aandoeningen van de nieren,
urinewegen en mannelijk geslachtsorgaan. Zowel mannen als vrouwen worden behandeld.

Hoofdstuk 1: Lower urinary tract symptoms (LUTS)
Dit komt frequent voor. Er zijn 2 benaderingen in de aanpak:
1) Symptoomgerichte benadering:
Dit is de eerste lijn.
De symptomen worden behandeld en vervolgen geherevalueerd.
2) Diagnosegerichte benadering:
Wanneer de aanvankelijke behandeling niet aanslaat of bij alarmsymptomen of hoge
kans op complicaties.
De lower urinary tract slaat op alles onder het niveau van de blaas.

1. Anamnese
Bij anamnese worden 3 onderdelen bevraagd:
1) Moeite met ophouden:
= irritatieve vullingssymptomen
− Toegenomen mictiefrequentie overdag of pollakisurie
− Nycturie
− Urgency
− Urinaire incontinentie
2) Moeite met plassen:
= obstructieve ledigingssymptomen
− Hesitatie: Even moeten wachten voor men kan plassen ondanks urge
− Onderbroken, zwakke straal
− Sproeien
− Persen nodig bij start
− Eind-druppelen: Afzwakken van de straal tot druppels
3) Klachten net na plassen:
= post-mictie symptomen
− Gevoel dat de blaas niet leeg is
− Nadruppelen: Meestal na verlaten toilet
De klachten moeten vervolgens uitgediept worden:
1) Incontinentie:
Stress vs urge vs continu
2) Pollakisurie:
− Dag/nacht
− Drinkgedrag
− Oedemen: Kunnen nycturie veroorzaken door leeglopen in de venen
− Medicatie
3) Pijn:
Locatie, aard, tijdsverloop, uitstraling,...
Er zijn verschillende soorten incontinentie:
1) Urgency incontinentie:
Men krijgt plots sterke aandrang die onweerstaanbaar is. Ook s’nachts verliest men
urine.

1

, Nier en urinewegen


Deze klacht is meestal recent. Er is verband met constipatie, roken, obesitas,
drankinname,...
2) Stress incontinentie:
Deze is valsalva-gerelateerd, vb lachen, hoesten,…
Deze klacht bestaat vaak al lang voor men naar de arts gaat. Er is een verband met
obstetrische voorgeschiedenis, leeftijd, obesitas,...
3) Gemengde incontinentie:
Combinatie van urge en stress incontinentie.
4) Continue of overloopincontinentie:
Vb. Tgv vesicovaginale fistel na hysterectomie of prostaathyperplasie met overvulde
blaas,...
Er zijn 2 grote alarmsymptomen: hematurie en pijn. Deze worden actief bevraagd. Ze
kunnen wijzen op:
− Transitioneel cel carcinoma (TCC): Vooral bij hematurie
− Urineweginfectie
− Nierkoliek door uretersteen
− Blaassteen

2. Klinisch onderzoek
KO bij de man:
1) Palpatie en percussie suprapubisch:
Nazicht op globus van de blaas.
2) Inspectie externe genitalia
3) Perineum en onderste lidmaat gevoelsonderzoek
4) PPA:
Nakijken op prostaatkanker, -hyperplasie en neurologisch nazicht.
KO bij de vrouw:
1) Palpatie en percussie suprapubisch
2) In gynaecologische houding:
− Atrofie van de externe genitalia
− Urineverlies, urethrale hypermobiliteit, verzakking,... bij persen
− Speculum bij verzakking
− Nazicht bekkenbodemkracht en proprioceptie
− Caruncula uretrae, episiotomie, cystocoele, rectocoele,...
3) Nazicht perineum en onderste lidmaat
Urethrale hypermobiliteit komt vaak voor bij stressincontinentie. De urethra hangt via een
ligament op aan de pubis. De urethrale sluitspier hangt hierover. Als deze aanspant, wordt
de urethra geplet tussen de spier en het ligament. Als dit ligament daarentegen uitgerokken
is, zal de urethra naar boven kantelen.




2

, Nier en urinewegen


3. Bijkomende onderzoeken
Er zijn vele onderzoeken mogelijk. Kies enkel degene die het beleid zullen veranderen.
1) Mictiedagboek:
De persoon houdt de vochtinname, mictiefrequentie, volume en 24-uur productie bij
in een document. Hierbij staat eventueel ook pijn, aandrang, activiteit of verlies
vermeld.
Dit is vooral nuttig bij vullingssymptomen, onduidelijke anamnese, nycturie,...
2) Urine onderzoek:
− Dipstick:
Snelle screening on site.
▪ Leukocyten esterasen en nitrieten: Voor UTI
▪ pH: Bij lithiase
▪ Hemoglobine: Microscopische hematurie, kan nog normaal zijn
▪ Proteïnurie en glucosurie
− Microscopie:
▪ RBC:
Het aantal en de morfologie wordt nagedaan. Dysmorfe cellen wijzen
op een glomerulaire origine.
▪ WBC, epitheelcellen, bacteriën, gisten, kristallen, spermatozoa, vet,...
− Cultuur:
We spreken van een significante bacteriële groei bij > 10^5 CFU/ml. Op deze
manier kunnen de oorzakelijke kiemen en hun resistentieprofiel bepaald
worden.
Cultuur is geïndiceerd bij symptomatische urineweginfectie, maar niet bij
ongecompliceerde cystitis.
Opvang van urine gebeurt na genitaal toilet. Enkel de midstream wordt
opgevangen en dit moet zo vers mogelijk blijven.
− Cytologie:
De meerlagige plaveiselcellen van de blaas schilferen af in de urine en
kunnen zo simpel en goedkoop onderzocht worden. Het klinisch belang in
afwezigheid van pijn is echter onduidelijk. Het heeft vooral zijn nut in de
opvolging van hooggradige letsels.
3) Bloedonderzoek:
− Ureum, creatinine
− Ionogram
− Specifieke tests: vb PSA. Deze is prostaatspecifiek en correleert met de
grootte van de prostaat en voorspelt ook de klinische progressie.
Dit is niet routine. Bij neurogeen blaaslijden moet wel de nierfunctie nagegaan
worden.
4) Uroflowmetrie of urodynamisch onderzoek:
Bij uroflowmetrie wordt de kracht van de plasstraal gemeten. Vervolgens wordt via
echo nagekeken op een postmictioneel residu. Het belang stijgt bij herhaalde meting.
Zowel de functie van de blaas als de uitgang worden hierbij nagegaan.
Bij urodynamisch onderzoek of vullingscystometrie wordt de druk in de blaas,
abdominaal en ter hoogte van de detrusor nagegaan tijdens vulling van de blaas. Er
worden gelijktijdig foto’s genomen.




3

, Nier en urinewegen


5) Echo:
Via TREP (transrectale echografie van de prostaat) kan het prostaatvolume
nagegaan worden. Dit gebeurt voor chirurgie en bij overwegen van het gebruik van
5-ARI's.
6) RX contrastonderzoek: IV vs urinair
7) CT: A blanc (geen contrast) of trifasisch
8) Endoscopie: Polyklinisch vs OKA
Cystoscopie gebeurt bij hematurie, vermoeden van een urethrastrictuur of een
blaashalsstenose.

4. LUTS
4.1 Overactieve blaas/urgency incontinentie
Overactief blaassyndroom is een toestand met symptomen van urgency met of zonder
urgency incontinentie, gewoonlijk met toegenomen dagfrequentie en nycturie.
Deze is het gevolg van:
1) Detrusor overactiviteit:
= urodynamische observatie van ongecontroleerde detrusorcontracties, spontaan of
uitgelokt leidend tot detrusor incontinentie.
− Neurogene detrusor overactiviteit
− Idiopathische detrusor overactiviteit
2) Andere aandoeningen
Dit is meestal idiopathisch, maar zelden secundair aan infravesicale obstructie of
onderliggend neurogeen lijden.
Behandeling:
1) Levensstijlmaatregelen:
Rookstop, gewichtsreductie, aanpassing drinkgedrag,...
2) Eenvoudige klinische interventies:
Steunkousen tegen oedemen, regeling diabetes,...
3) Blaastraining:
Dit is gedragstherapie die kan helpen om het plasgedrag te kunnen uitstellen.
4) Medicatie:
− Antimuscarinica: Oraal of transdermaal
De afferente en efferente innervatie wordt geïnhibeerd.
Neveneffecten: Droge mond, constipatie, geheugensstoornissen,
oogklachten,… Leidt vaak tot stop.
Contra-indicatie bij glaucoom.
− β-3 adrenoreceptor agonisten:
Werkt via stimulatie van de adrenerge neuronen in de detrusor voor relaxatie.
Neveneffecten: Urineweginfecties, tachycardie,...
5) Derdelijnstherapie:
− BoNTA-injecties:
Injecties met botulinum neurotoxine A verhinderen de ACh-release door
presynaptische fusie van de vesikels.
Soms is deze zo krachtig dat retentie optreedt met nood tot sondage.



4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur sartorius. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

65040 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€3,49  15x  vendu
  • (1)
Ajouter au panier
Ajouté