Educatieve Technologie – P0L38A Prof. Fien Depaepe & Joke Torbeyns
How people learn II: Learners, contexts, and cultures
NAP-tekst
ALIGNING TECHNOLOGIES WITH LEARNING GOALS
Affordances Mogelijkheden om technologie te verbinden met leren en instructie
Key affordances van ‘learning technologies’
- Interactivity De technologie reageert systematisch op de acties van de lerende.
- Adaptivity De technologie presenteert informatie die verder bouwt op het gedrag, de kennis
en de karakteristieken van de lerende.
o Technologie kan interactief, maar niet adaptief zijn wanneer de technologie de
lerende wel keuzes biedt, maar vervolgens niets aanpast in de game aan deze
keuzes.
- Feedback De technologie geeft feedback aan de lerende over de kwaliteit van diens
‘performance’, soms wordt daarbij aangegeven hoe de prestatie verbeterd kan worden.
- Choice De technologie geeft de lerende opties over wat te leren en hoe ze dat kunnen
leren zodat ze hun eigen leren kunnen reguleren
- Nonlinar acces De technologie staat de lerende toe om de activiteiten in een volgorde te
doen die afwijkt van een vaste volgorde
o De lerende kan dus zelf een volgorde kiezen
- Linked representations De technologie biedt een snelle verbinding tussen diverse
conceptuele standpunten, pedagogische strategieën en media (zoals gesproken berichten,
teksten, diagrammen, video’s en interactieve simulaties).
- Open-ended learner input De technologie laat de lerende zichzelf uitdrukken middels taal,
tekenen en andere vormen van open-ended communicatie die actief leren aansporen.
- Communication with other people De lerende communiceert met één of meer personen, die
kunnen variëren van peers tot experts van het onderwerp.
LEARNING THROUGH REPETITION
Leren dat een bepaalde hoeveelheid oefening en herhaling nodig heeft past het beste in een schema
waar het leren over de tijd is verspreid. Interactiviteit en feedback zijn 2 affordances die met name
behulpzaam zijn voor het ondersteunen van deze soorten van leren.
DEEPER LEARNING WITH MODELS
“Deeper learning” gaat over het begrijpen van complexe concepten en systemen en is gemanifesteerd
in het gebruik en het construeren van modellen, de mogelijkheid om informatie te integreren van
diverse documenten en ervaringen en de mogelijkheid om correct en incorrect gedrag te benoemen.
Uitdagingen voor het implementeren van intelligente tutorsystemen:
1. Duur
2. We moeten onze leerkrachten trainen en de curricula hierop aanpassen
COLLABORATIVE AND COOPERATIVE LEARNING
- Collaborative learning Heeft interdependentie nodig, waarin groepsgenoten samenwerken
om een probleem op te lossen door het plannen en organiseren van gezamenlijke activiteiten
- Cooperative learning Een taak opbreken in stukjes; groepsleden werken voor zich, hoewel
er wel wat activiteiten parallel gepland kunnen worden.
Wat kunnen we door collaboration tools?
- Content toevoegen, veranderen of verwijderen
- Gedeelde/deelbare content delen waar anderen op kunnen reageren of die ze kunnen
bewerken
- Gratis (video)bellen
- Online meetings houden
- Deelnemen aan sociale media
TECHNOLOGIES THAT STIMULATE ACTIVE LEARNING
AJ 2021-2022 Pagina | 1
,Educatieve Technologie – P0L38A Prof. Fien Depaepe & Joke Torbeyns
- Learning through game play
o Dit is niet motiverend voor iedereen, maar dat geldt voor technologie in het algemeen
- Leveraging stories and favourite characters
o Transmedia learning Een schaalbaar systeem voor berichten die een narratief of
‘core experience’ representeren, waardoor lerenden echt persoonlijk en emotioneel
geëngageerd raken in het verhaal
- Empowering learners as producers and creators
o Om lerenden zelf content te laten produceren, doorlopen ze een aantal stadia
Identify Relevante netwerken identificeren
Lurk ‘Op de loer liggen’ in de virtuele wereld en meer ervaren spelers
observeren om de culturele normen en waarden en de regels voor deelname
te leren kennen.
Contribute Lerenden dragen kleine beetjes informatie of tijd bij aan het
netwerk
Create Lerenden creëren hun eigen materiaal, mogelijks door sommige
aspecten van de digitale omgeving wat aan te passen of door nieuwe
uitwerkingen toe te voegen.
Lead In deze laatste fase leiden lerenden anderen, ze mentoren nieuwe
spelers of ‘managen’ netwerken waartoe ze behoren.
- Making
o Makers zijn mensen die zich engageren in het bouwen en creëren, maken is een
vorm van actief leren
o Dat kan onder meer in makerspaces.
- Embodied cognition
o Het idee dat cognitie is gevormd door ieder aspect van een iemands ervaring.
- Conversational agents
o Dit laat studenten toe te engageren in een driehoeksconversatie, ook wel een trialoog
genoemd. In deze trialoog zitten twee computeragenten die verschillende rollen
aannemen.
o Resultaten: Dieper en conceptueel leren, met name als de lerende wat verwarring
ervaren.
TECHNOLOGIES FOR INSTRUCTION
- Linked formal and informal learning
o Kan bijvoorbeeld door flipped classroom
- Orchestrating instruction
o Er zijn 3 levels van technologiegebruik in instructie:
1. De leerkracht gebruikt technologie om content te presenteren of laat
leerlingen technologische tools gebruiken om hun interesse te prikkelen.
2. Studenten gebruiken technologie om hun individuele leren te ondersteunen
op manieren die zij, in plaats van hun docenten, richting geven/regisseren.
3. Digitale tools laten lerenden toe samen te werken met individuen in en
buiten de klas.
Hiervoor moeten wel alle lerenden toegang hebben tot het netwerk en
een apparaat bezitten die ze hiervoor kunnen gebruiken.
- Writing instruction
o Deze systemen kunnen gebruikt worden om opdrachten en leermiddelen te verdelen,
directe feedback te voorzien voor lerenden, feedback op plagiaat geven en studenten
toestaan om hun schrijven in te dienen bij de leerkracht of bij peers voor evaluatie en
feedback.
OPPORTUNITIES AND CHALLENGES
Opportunities:
- Digital dashboard
o Digital dashboards Staan een lerende toe om diens eigen progressie te monitoren
door een leeromgeving
AJ 2021-2022 Pagina | 2
,Educatieve Technologie – P0L38A Prof. Fien Depaepe & Joke Torbeyns
o Open learning environments Laten lerenden toe om hun eigen performantiescores
te observeren (op lessen en vaardigheden) doorheen de tijd. Dat kan motiverend
werken en de metacognitieve vaardigheden verbeteren.
- Distance learning
o Synchronous learning
o Asynchronous learning
- Mobile personal devices
Challenges:
- Technologie kan een afleiding zijn
- Linkjes kunnen vloeiend lezen of vertellen verstoren en daardoor de lerende cognitief teveel
belasten.
- Van print naar e-reading zorgt voor vermindering van tekstbegrip en metacognitie bij lerenden.
Mayer’s principles to guide multimedia learning (= guidelines, ≠ universal rules!)
- Coherence principle Mensen leren beter wanneer vreemde (teveel) woorden en plaatjes
worden weggelaten.
- Signaling principle Mensen leren beter wanneer belangrijke dingen zijn
gemarkeerd/aangeduid.
- Spatial contiguity principle Mensen leren beter als woorden, zinnen en plaatjes die bij
elkaar horen dicht bij elkaar staan ipv ver weg.
- Temporal contiguity principle Mensen leren beter wanneer corresponderende woorden en
plaatjes direct naast elkaar gepresenteerd worden dan na elkaar.
- Segmenting principle Mensen leren beter als de stof in kleine stukjes wordt aangeboden
- Pretraining principle Mensen leren beter als ze eerst al kennis hebben gemaakt met
belangrijke begrippen/namen.
- Modality principle Mensen leren beter van grafieken en tekst dan van animaties en tekst.
- Multimedia principle Mensen leren beter van woorden en plaatjes samen dan van woorden
alleen.
- Redundancy principle Mensen leren beter van grafieken en gesproken tekst dan van
grafieken, gesproken tekst en geschreven tekst
- Personalization principle Mensen leren beter als de tekst in informele stijl is in plaats van in
formele stijl
- Voice principle Mensen leren beter wanneer de gesproken tekst door een mens wordt
verteld dan door een robot
- Image principle Mensen leren niet perse beter als de spreker met een plaatje/video op
beeld te zien is.
CONCLUSIONS
- De keuze om technologie te gebruiken voor leren moet gebaseerd zijn op bewijs dat aantoont
dat de technologie een positieve impact heeft in situaties die gelijkend zijn, met respect voor
o De verschillende types van leren en doelen voor het leren
o Karakteristieke voor het leren
o De leeromgevingen
o Onderdelen van de sociale en culturele context zullen waarschijnlijk het leren
beïnvloeden
o Het ondersteuningsniveau van de technologie moet door de leerkrachten aan de
lerenden worden aangeboden.
- Effectief gebruik van technologie in formeel onderwijs en training vraagt om voorzichtige
planning voor het implementeren van factoren die invloed hebben op het leren. Deze factoren
zijn onder meer uitlijning van de technologie met de lerende goals, provisie van de
ontwikkeling van de professional en andere ondersteuningsfactoren.
AJ 2021-2022 Pagina | 3
, Educatieve Technologie – P0L38A Prof. Fien Depaepe & Joke Torbeyns
AJ 2021-2022 Pagina | 4