Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Kwantitatieve Onderzoeksmethoden €6,99
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Kwantitatieve Onderzoeksmethoden

 47 vues  4 fois vendu

Samenvatting van de lessen en slider Kwantitatieve Onderzoeksmethoden gegeven door Katrien Van Driessen.

Aperçu 3 sur 26  pages

  • Non
  • Belangrijkste zaken aan de hand van de slider
  • 17 décembre 2021
  • 26
  • 2021/2022
  • Resume
book image

Titre de l’ouvrage:

Auteur(s):

  • Édition:
  • ISBN:
  • Édition:
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
samivos
KWANTITATIEVE ONDERZOEKSMETHODEN
Introductie
Statistiek = verzamelen, bewerken, interpreteren en presenteren van kwantitatieve (cijfermatige) gegevens.

Nut: instrument om vragen te beantwoorden, gegevens te ordenen, resultaten bruikbaar te maken.

Soorten statistiek:

Beschrijvende statistiek Gegevens ordenen en samenvatten
Kansberekening Kans op bepaalde gebeurtenis bepalen
Verklarende statistiek Bepaalde verwachtingen toetsen

Fasen in onderzoek:
Fase 3 – analyse:
Kwantitatief onderzoek
 steekproef: je maakt een samenvatting van verzamelde gegevens
 hypothesen: je toetst een aantal verwachtingen over de populatie
 meetniveau: keuze van de geschikte statistische methode hangt af
van verschillende factoren
 kansen: doel is om je conclusie te verbreden naar de populatie

Zijn de gevonden resultaten toevallig of niet?

Kwalitatief onderzoek
 geen cijfermatige gegevens
 als aanvulling op kwantitatief onderzoek

Beschrijvende statistiek – één variabele
1. Meetniveaus
Meetniveau bepaalt welke statistische methoden toepasbaar zijn.
 Wat is de aard van je metingen (variabelen)?

Nominaal = laagste, kwalitatieve meetschaal vb. haarkleur, woonplaats, postcode, sport,…

- Kenmerk: metingen bestaan uit enkele losse categorieën
- Beperkt aantal waarden: niets ‘ertussenin’, discreet
- Cijfers = codes: je kan er niet mee rekenen
- Tellen: frequenties/percentages berekenen kan wel

Speciale nominale gegevens
 Dichotoom: slechts 2 mogelijkheden (vb. succes/faling)
 Dummy’s: lijst met antwoordmogelijkheden (vb. hobby’s)
o Dummy = 1 (aangevinkt) / 0 (niet aangevinkt)
o Elke keuze wordt dummy
Ordinaal = tweede kwalitatieve meetschaal vb. opleidingsniveau, waardering, salarisschaal,…

- Logische volgorde: nominaal + rangorde
- Cijfers = codering: je kan er nog steeds niet mee rekenen
- Je kan wel midden bepalen van gerangschikte gegevens

Speciale ordinale gegevens
 Likert-items: mening over een bepaald onderwerp
o Keuze van 1 (= helemaal oneens) tot 7 (= helemaal eens)
o In praktijk toch scores optellen, uitmiddelen,…
Interval = laagste, kwantitatieve meetschaal vb. temperatuur in °C, tijd op de klok

1

, - Metrisch: heeft een meeteenheid
- Getalwaarden: je kan er mee rekenen
- ‘Afstanden’: ordinaal + gelijke intervallen tussen waarden
- ‘Oneindig’ veel waarden: discreet of continu
- Geen natuurlijk nulpunt: verhoudingen niet zinvol

Speciale intervalgeschaalde gegevens
 Likertschaal: combinatie (optellen, gemiddelde) van Likert-items
o Gecombineerde variabele heeft meer mogelijke waarden
o Betekenisvol? Niet eender wat combineren!
Ratio = hoogste, kwantitatieve meetschaal vb. aantal werkuren/week, inkomen, afstand in meter

- Metrisch: heeft een meeteenheid
- Interval + ‘betekenisvolle verhoudingen’: vb. dubbel zoveel
- Natuurlijk nulpunt aanwezig

! Meetschaal kan veranderen !
Vb. Leeftijd = ratiogeschaald




 opdelen respondenten in leeftijdscategorieën (-25, 25-50, 50+)
 leeftijd = ordinaal




2. Frequentieverdelingen
Variabele: X = oordeel (zwak tot uitstekend)  ordinaal

Frequentie: hoe vaak komt een bepaald oordeel voor? (aantal)
Percentage: hoe vaak komt een oordeel voor t.o.v. totaal? (relatief aantal)

Missing: waarden zonder beoordeling
Geldig percentage: missende waarden worden niet meegerekend (totaal - # missing)



2

, 3. Grafieken van één variabele
In één oogoplsag een overzicht van een kenmerk/variabele
Zeer verhelderend voor een breed publiek
Belangrijk om juiste grafiekkeuze te maken!
- Doel van je grafiek: wat wil je laten zien?
- Wat is het meetniveau van je variabele?

Cirkeldiagram Taartpunten geven idee over verhouding tussen categorieën
 grootste punt is voor categorie met grootste frequentie

Geschikt voor laag meetniveau en slechts enkele categorieën

Staafdiagram Per waarde een staafje, hoogste = (relatieve) frequentie
 waarde met hoogste staafje komt meeste voor

Geschikt voor laag meetniveau of hoog meetniveau met beperkt
aantal waarden (vb. aantal kinderen per gezin)
Histogram Gebruikt voor continue variabelen (bv. prijs)
 in (aaneengesloten even grote) categorieën verdelen
 ‘aaneengeplakt’ staafdiagram

Geeft een idee van de vorm van de verdeling van een variabele
 symmetrisch/scheef, 2 toppen … ?
Boxdiagram Geeft idee van verdeling van minimaal ordinale variabele
 middelste waarneming = streepje in de box
 in de box zitten middelste 50% van de waarnemingen
 ‘whiskers’ (snorharen) tot min/max (indien geen uitschieters)


4. Centrummaten

Centrummaten = samenvatting van gegevens/variabele in één getal. (‘midden’ van een set waarnemingen)
 keuze hangt af van o.a. het meetniveau

Modus = xmod = waarde/categorie die het meest voorkomt
- Speciaal geval: een bimodale gegevensset heeft 2 modi
- Modus kan ook bepaald worden voor nominale of niet-numerieke variabelen
Mediaan = xmed = middelste waarneming in een set geordende numerieke data
- ! altijd eerst ordenen dus !
- Bij een even aantal waarnemingen gemiddelde nemen van middelste 2
- Mediaan kan bepaald worden vanaf ordinaal meetniveau

Frequentieverdeling met cumulatieve (opgetelde) percentages
Mediane klasse = categorie die middelste waarneming bevat
 breuklijn ligt op 50%
= klasse die 50ste percentiel bevat (50% van de waarnemingen is kleiner,
dus de middelste waarneming
Gemiddelde = xgem = (rekenkundig gemiddelde van n waarnemingen x1, …, xn:



- Meest gebruikte en (soms verkeerd) geïnterpreteerd kengetal
- Minimaal interval/rationiveau (metrisch)
- ! Pas op met uitschieters (abnormale gegevens)
o Interpretatie van het gemiddelde is niet altijd zinvol

Gemiddelde (frequentietabel):

3

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur samivos. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53068 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,99  4x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté