Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
INLEIDING
ALGEMENE INLEIDING:
Cultuur = gedeelde waarden en normen in een systeem
doel leidt tot
SOCIAAL SYSTEEM gedragsvoorschriften
gemeenschappelijk
vb. college sociologie
vb. sociologisch inzicht
Structuur met verschillende posities
Waarom normen
volgen?
Intrinsieke reden Extrinsieke reden
= intern aan het doel = extern aan het doel
→ gedrevenheid / motivatie van binnenuit → beloning en straffen
(vb. een interesse in sociologie) (vb. een 10/20 voor het examen, buizen, …)
Gaat het langst mee
Beloningen en straffen kunnen wegvallen
→ gevolg: reden om de norm te volgen valt
dan ook weg
Waarderationeel handelen Doelrationeel handelen
°Max Weber
→ goed om mee te starten MAAR beter
omschakelen naar een intrinsieke motivatie!
OVER DE VISSEN EN HET WATER:
METAFOOR “Het sociale is voor de mens zoals het water is voor vissen.”
‣ Zonder water leeft een vis niet, maar een vis weet niet dat hij in water leeft
‣ Het sociale is zo VANZELFSPREKEND dat we niet weten dat het er is
‣ We worden continu beïnvloed / bepaald door het sociale MAAR we bepalen het zelf ook !
‣ Doel van sociologie: doorbreken van die vanzelfsprekendheid
1
,Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
IS SOCIOLOGIE NUTTIG?
Ja en nee.
JA NEE
Men krijgt inzichten (= abstracte concepten) Sociologie is geen instrumentale
‣ Concepten kunnen herkend worden in de realiteit kennis en geeft geen vaste
‣ Hoe meer perspectieven, hoe meer keuzemogelijkheden voorschriften
en dus hoe meer vrijheid
‣ Sociologie geeft een andere kijk op de realiteit
‣ Sociologie zorgt ervoor dat men gaat handelen met
meerdere perspectieven
‣ Tegengaan van suivisme (= blindelings de massa volgen)
‣ Kennis = macht!
WETENSCHAP EN PROFESSIONALITEIT:
‣ Professionaliteit = wat je kan en hebt, inzetten op een doordachte en professionele manier
‣ Eigen ervaringen vs. wetenschap: eigen ervaringen maken iemand GEEN professional!
o Alles moet steeds onderbouwd zijn met wetenschappelijke inzichten
‣ Empirisch = een voor iedereen waarneembare werkelijkheid
o Wetenschappelijke inzichten die meermaals getoetst zijn!
o ↔ complot denken
VERBEELDENDE WETENSCHAP:
‣ Sociologie vergt een verbeelding en conceptueel denken
Conceptueel denken = abstracte begrippen linken aan concrete contexten
= een idee waardoor men anders naar de werkelijkheid kijkt om de realiteit
praktischer te maken
(vb. concept ‘cirkel’ → bestaat niet echt, maar kan wel vertaald worden
naar cirkelvormige voorwerpen in de realiteit)
ONDERWIJS EN HET VERWERVEN VAN LEER-KRACHT:
Onderwijs = een soort culturele erfenis van wetenschappelijke expertise die wordt doorgegeven
‣ Intergenerationele solidariteit: het wordt gegeven omdat het gegeven moet worden (solidariteit)
en het wordt doorheen verschillende generaties doorgeven (intergenerationeel)
‣ Interpersoonlijk
2
,Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
DEEL 1: DE SOCIOLOGISCHE KIJK
HOOFDSTUK 1 – WAT BESTUDEERT SOCIOLOGIE?
Sociologie = het sociale als feitelijkheid
Het begrip ‘sociaal’: kan op 2 manieren gedefinieerd worden → als morele kwaliteit
→ als feitelijkheid
1.1. SOCIAAL ALS MORELE KWALITEIT
Morele kwaliteit heeft te maken met ethiek, “wat is goed”, “ik ben sociaal”, “ik wil mensen helpen”
2 DIMENSIES:
HORIZONTAAL VERTICAAL
‣ “Hoe stelt men zich op tegenover ‣ Verhouding tussen mensen en systemen
elkaar?” errond
‣ Interpersoonlijk ‣ “Hoe organiseert de maatschappij de
‣ Sociale verhoudingen algemene samenleving?”
‣ Compassie, begrip, empathie, respect, ‣ Het grotere geheel
welwillendheid, … ‣ Minder zichtbaar
‣ Solidariteit, collectiviteit, …
‣ Eigen gedrag bepaalt het systeem +
systeem bepaalt het eigen gedrag
vb. de warmste week, baby Pia, alles rond charity en vb. studiebeurzen, terugbetaling van dokter,
goede doelen, … leeflonen, sociale bijstand, belastingen, …
LIEFDADIGHEID RECHT
1.2. HET SOCIALE ALS FEITELIJKHEID
Een feit = materieel vast te nemen Een feitelijkheid = beïnvloeding maar is niet vast te nemen
2 DIMENSIES:
HORIZONTAAL VERTICAAL
‣ Actoren ‣ Sociale systemen:
‣ Sociaal handelen o subsystemen
‣ Onderling tussen actoren o supersystemen
‣ Actoren = niet enkel mensen, maar ook o suprasystemen
sociale systemen! ‣ handelen tussen actor en sociaal systeem
vb. relatie tussen lector en student binnen een college vb. relatie tussen Vlaamse gemeenschap (subsysteem)
sociologie, relatie tussen alle gemeenschappen en België (supersysteem), …
binnen een land, …
3
,Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
ACTOR VS. SOCIAAL SYSTEM:
Ook wel: Agency – Structure genoemd
Merton: deviantie theorie
Sociaal systeem bepaalt sociaal handelen
Weber: sociaal vb. in een sociaal systeem ‘de winkel’ weet
Durkheim:
handelen men dat men niet mag stelen
le suicide
Sociale bepaaldheid
ACTOR
= sociaal handelen SOCIAAL SYSTEEM
= alles wat er tussen Hier zit de
“equals” gebeurt socioloog
(vb. visjes in een bokaal)
(vb. de bokaal zelf)
H
V
Sociale constructie
“actorperspectief” “systeemperspectief”
Sociaal handelen bepaalt het sociaal systeem
AGENCY STRUCTURE
vb. stel dat er oorlog is (systeem) maar niemand
vecht (sociaal handelen), dan is er ook geen oorlog
Circulaire causaliteit
Mead
(INTERACTIE):
Cooley: the looking glass self
sociale bepaaldheid
Thomas-theorema
en sociale constructie
Self-fulfilling prophecy & self-denying prophecy
gebeuren tegelijkertijd
4
,Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
1.3. SOCIALE CONSTUCTIE: HET ACTORPERSPECTIEF
DE IDEAALTYPES VAN WEBER: SOCIAAL HANDELEN
Weber = de grondlegger van de ideaaltypologie
‣ Ideaaltypes = karakteristieken van dingen die in het echt niet zo zijn
= theoretische constructies
= conceptuele constructies o.b.v. kenmerken
o Ze benoemen de SOORTEN van sociaal handelen
o Ze bestaan niet in de realiteit (vb. meetkundige figuren zoals een parallellogram bestaat niet
in het echt maar helpt om figuren in de werkelijkheid met dezelfde vorm te bestuderen)
Sociaal handelen = zinvol betrokken zijn op anderen
‣ Gebeurt tussen actoren
‣ ‘zinvol’ heeft niks te maken met wie er baat bij heeft of wat efficiënt is of niet
‣ Sociaal handelen heeft niks te maken met het resultaat van het handelen
‣ Sociaal handelen = een wederzijdse beïnvloeding, een interactie
‣ Gaat over de feitelijkheid van de handeling, niet over de moraliteit
‣ vb. op micro niveau: het gras afrijden omdat je de buurman hetzelfde ziet doen, jezelf kleden om naar
school te gaan, een moord plegen, …
‣ vb. op meso niveau: concurrentie tussen Hogent en Artevelde → beide organisaties zijn betrokken tot
elkaar
‣ vb. op macro niveau: Gent als onderwijsstad vs. Leuven als onderwijsstad
‣ Iets dat per ongeluk gebeurt, is geen sociaal handelen!
4 soorten van sociaal handelen:
Het doel van het handelen ligt in de waarde van het sociaal handelen
vb. studeren om te studeren, om credits te halen, …
vb. ware vriendschap omwille van de waarde van de vriendschap
→ de mens staat centraal
Waarderationeel
→ echt waarderationeel handelen is wederkerend
→ er kunnen echter wel steeds opportunistische handelingen in zitten,
maar het uiteindelijke doel van het handelen is niet opportunistisch
= LEEFWERELD
Het doel van het handelen ligt buiten het sociaal handelen
vb. vriendschap omwille van geld of omwille van wat iemand je kan bieden (=
iemand gebruiken)
Doelrationeel → de mens staat niet centraal
→ economisch denken = dominante denken in de Westerse wereld (op
macro niveau)
= SYSTEEMWERELD
Handelen omdat het moet, niet rationeel
vb. de deur openhouden voor een vrouw, niet uit respect maar omdat het moet
Traditioneel volgens een traditie (indien uit respect: eerder waarderationeel handelen),
trouwen in de kerk, beleefdheid en etiquette, …
→ “het is zo”
Emotie tonen, niet rationeel, is onbewust
Affectief → uiting van emotionele, passionele, instinctieve en meestal
ongecontroleerde reactie op een stimulus
vb. lachen, verkeersagressie, …
5
,Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
SOCIALE CONSTRUCTIE:
Thomas theorema:
‣ De definitie van een situatie bepaalt de situatie
‣ “If men define situations as real, they are real in their consequences.”
‣ Vorm van sociale constructie
‣ Je handelt volgens hoe je het definieert
‣ Het gedrag wordt afgestemd op de definitie
‣ vb. je ziet jezelf als een loser → je gaat jezelf effectief gedragen op die manier
‣ Kan aanleiding geven tot stereotypen, vooroordelen en discriminatie
o Stereotypen = de andere wordt gezien als een lid van een bepaalde categorie of groep
en als dusdanig gekenmerkt door de daarbijhorende eigenschappen
= een versimpeld, veralgemeend beeld van een groep mensen
= “a standarized picture in our head”
o Vooroordelen = het toevoegen van een waardering aan een bepaald stereotype
(waardering kan zowel positief als negatief zijn)
o Discriminatie = een niet gerechtvaardigd onderscheid maken in ons gedrag o.b.v.
voordelen en stereotypen
→ negatieve discriminatie: vb. niet toelaten van jongeren met migratieachtergrond in
dancings
→ positieve discriminatie: vb. een vrouw aannemen in een bedrijf om een meer
gelijkwaardige geslachtsvertegenwoordiging te hebben
The looking glass self:
‣ °Cooley
‣ Zelfbeeld wordt geconstrueerd door te denken over wat anderen over jou denken
‣ ‘wie ben ik’ = een sociale constructie
‣ De menselijke identiteit komt tot stand omdat mensen zich voortdurend afvragen hoe zij
er in de ogen van anderen uitzien én hoe ze beoordeeld zullen worden
‣ = zelfbepaling door het resultaat van zelfbespiegeling a.d.h.v. de interpretaties van de reacties
van anderen op het eigen gedrag
‣ Door hoe anderen met je omgaan, maak je zelf een beeld van jezelf
‣ Bevat 3 elementen:
o “The imagination of our appearance to the other person”
o “The imagination of his judgement of that appearance”
o “Some sort of self-feeling such as pride or mortification”
‣ Experiment van Guthrie:
o Groep jongens deed mee aan het experiment met als doel een verlegen meisje populair
te maken
o Het verlegen meisje werd door de jongens behandeld alsof ze populair was
o Binnen een jaar gingen de jongens haar echt zien als een aantrekkelijk populair
persoon, ook al was het experiment al afgelopen
6
, Sociologie – samenvatting 2021 – 2022
SOCIALE GEVOLGEN:
Self-fulfilling prophecy:
‣ °Merton
‣ Een prophecy = definitie van een toekomstige situatie die uitkomt
‣ Doordat men nu al handelt naar hoe men denkt dat het gaat gebeuren, zal het ook
effectief gebeuren
‣ Sociale constructie ten gevolge van sociaal handelen op actorniveau
‣ vb. stress hebben voor een examen uit angst dat je buist → kan leiden tot een black-out waar je
inderdaad niets meer weet over de leerstof → leidt tot buizen
Self-denying prophecy = self-defeating prophecy:
‣ Doordat men nu al handelt naar hoe men denkt dat het gaat gebeuren, zal het juist niet
gebeuren
‣ vb. knelpunt beroepen → veel inschrijvingen in die opleiding → na een opleiding van 3 jaar studeren er
te veel studenten af → wat voorheen een knelpuntberoep was is nu oververzadigd
‣ vb. file vermijden → iedereen anticipeert erop en neemt sluipwegen → gevolg: file op sluipwegen
‣ Sociale constructie ten gevolge van sociaal handelen op actorniveau
PERVERSE EFFECTEN:
°Boudon
‣ Sociaal handelen is de interactie van de actoren en is meer dan de som van de delen
‣ = effecten van sociaal handelen die door de actoren zowel onbedoeld als ongewenst zijn maar
ontstaan door het samenspel van interacties
‣ Wederzijdse beïnvloeding tussen 2 actoren zorgen voor een effect op systeemniveau
o Effect op actorniveau is logisch en rationeel
o Effect op systeemniveau is ongewenst tegenover de rationele intentie van de actoren
o vb. voorrang geven aan gerenommeerde wetenschappers bij publicaties
→ onbedoeld en ongewenst gevolg: geen stimulatie van vernieuwende ‘out of the box’
denkende wetenschappers
▪ reden voor de actor (de uitgeverij) is logisch: zij willen grote namen publiceren
▪ MAAR op systeemniveau moet wetenschap nieuwe inzichten bieden en is dit dus een
pervers effect
‣ Pervers effect bewijst dat er systemen zijn → anders zouden er geen effecten op
systeemniveau waarneembaar zijn
‣ Pervers effect benoemt het effect OP SYSTEEMNIVEAU → is niet te herleiden naar
actorniveau!
Op actorniveau Op systeemniveau
logisch, rationeel schadelijk, pervers effect
7