Orthopedie
Termen die afwijkende stand beschrijven
Houdingsdeformiteit - Door onvoldoende spieractiviteit.
Statische deformiteit - Door inwerking van zwaartekracht.
VB: enkelzijdige beenverkorting door bekkenscheefstand + daardoor scoliose.
Dynamische deformiteit - Door overmatige of verkeerd uitgeoefende spieractie.
VB: spastische spitsvoet door hypertonie van kuitspieren
Structurele deformiteit - Door misvormingen gewrichten of botten + enkel chirurgisch te behandelen
VB: coxartrose met flexiecontractuur.
Varus en valgus - In frontale vlak die hoekstand aangeven met convexiteit naar lichaamsas toe (valgus), of van
de lichaamsas af (varus).
Calcaneus en equinus - Hakkenvoetstand en spitsvoetstand
Cavus en planus - Pes cavus: holvoet door verhoging van normale lengtegewelf.
-> Komt voor na compartimentsyndroom bij onderbeenfractuur.
- Pes planus: platvoet (bij kinderen)
5) Operaties aan de wervelkolom
5.3) Lumbale hernia pulposi
- Uitpuiling van weke + onder druk staande nucleus pulposus van discus intervertebralis, door scheurtje in annulus
fibrosus.
- Hernia drukt op zenuwwortel die op dat niveau uittreedt.
- Bij zeer grote hernia’s -> druk thv cauda equina ontstaan, met uitvalsverschijnselen tot gevolg.
- Uiteinde van ruggenmerg ligt thv discus tussen L1 + L2
- Meest voorkomende niveaus zijn L3-L4, L4-L5 en L5- S1.
Symptomen van discus hernia?
- Gradueel ontstane pijn die steeds toeneemt
- Vaak initieel vage, doffe pijn thv wervelzuil, soms met bewegingen en activiteiten
- Pijnklachten gaan op en af
- Pijn in dij, kuit en tenen
- Voos gevoel, speldenprikken, “mieren” lopen over de benen
- Bij verhoogde druk op zenuw -> spierfunctie verminderen + reflexen zullen afnemen
Diagnose dmv aantal onderzoeken?
- Anamnese, klassieke RX-opname, CT-scan, NMR-onderzoek, EMG
- 90% acute discus hernia -> conservatief behandelen
Conservatieve therapie: rust, wisselhouding + niet continu in bed + NSAID + pijnstillers, soms in combo met
spierontspannende GM (Diazepam- Valium).
Soms epidurale infiltraties met hoge dosis cortisone + corset (beweeglijkheid van wervelzuil vermindert +
spieratrofie optreden)
Indicaties voor operatie van lumbale hernia?
- Falen van conservatieve therapie: bestaat uit pijnGM + pijn vermijdend gedrag.
- Belangrijke sensorische stoornissen of spierparesen
- Cauda equina syndroom: met neurologische uitval waarbij mictie/defaecatiedrang zijn opgeheven en paresen
kunnen optreden.
, 6) Ingrepen
Discectomie - Microdiscectomie: even effectief als klassieke discectomie.
- Volledig narcose + genupectorale houding (rug bol staat)
- Met radioscopie het tussenwervelschijfniveau opzoeken + aanduiden + rug onstmetten en afdekken
- Op middellijn tussen boven + onderliggende wervelboog -> insnijding tot bij wervelkanaal
- Onder vergroting met operatiemicroscoop -> zenuwwortel geïdentificeerd + naar midden getrokken.
- Discus hernia bloot liggen + verwijderd.
- Soms -> ucleus pulposus van tussenwervelschijf verwijderen (recidief te verminderen)
Posterior Lumbar - Specifieke arthrodese of fusie van rug.
Interbody Fusion - Fusie: wervels aan elkaar vastgezet zodat deze wervels nadien aan elkaar vastgroeien.
(PLIF) - Doel: stevige, stabiele arthrodese te krijgen van spinale segmenten, die belasting kunnen verdragen.
- Bij PLIF worden botgreffes/cages gebruikt ter vervanging van discus.
Indicaties en contra- indicaties?
- Ernstige, hardnekkige, mechanische rugpijn + conservatieve therapie niet helpt
Indicaties - Instabiliteit van wervelzuil
- Spinale stenose, misgroeiingen, recidiverende discus hernia
- Aangeboren afwijkingen aan wervelzuil
Contra- - Aanwezigheid van lokale of systemische infectie
indicaties - Metastasen thv wervelkolom
- Zwangerschap, fractuur wervelzuil, morbide obesitas
Ingreep?
- Incisie in midden van rug, thv wervels (wervelbogen + wervelgewrichtjes worden vrijgelegd)
- Pedikel schroeven geplaatst als fixatie voor wervels.
- Langs de dura + zenuwen -> tussenwervelschijf benaderd en uitgeruimd.
- Leeggemaakte werveltussenruimte opgevuld met 2 koolstofcages die gevuld zijn met auto/allo-greffes
- Koolstofcages -> solide basis -> wervels niet meer naar elkaar toe kunnen zakken.
- De ruimte waar de zenuwwortels uit de kanaal komen vergroten (neuroforamina)
- Hierdoor valt de druk + irritatie weg en verdwijnt de uitstralende pijn.
- Ligamenten worden weer onder spanning gebracht -> druk op ruggemerg vermindert.
- Wervels vastgemaakt met pedikelschroeven
Anterior Lumbar - Vastzetten van de lage rug via anterieure weg.
Interbody Fusion - Chirurg werkt niet door darmstructuren, maar erachter (retroperitoneale toegangsweg)
(ALIF) Indicaties?
- Symptomatische posttraumatische kyfose
- Iatrogene, lumbale kyfose
- Pijnlijke, lumbale, degeneratieve scoliose met aantasting van de discus
- Mislukte PLIF
- Instabiliteit veroorzaakt door uitgebreide laminectomie of posterieure decompressie
Voor- en nadelen van ALIF tegenover PLIF?
Nadelen
Voordelen
- Operatietechniek eenvoudiger - Postop complicaties: postop littekenbreuk,
- Minder bloedverlies + kortere operatietijd darmobstructie, posto ileus, trombose V. Iliaca
- Minder postop pijn thv rug en urologische problemen door beschadiging
- Geen littekenvorming in spinale kanaal. van hypogastrische plexus.
- Grootste nadeel ALIF: posterieure incisie
voor decompressie van zenuwen
Ingreep?
- Via horizontale incisie in onderbuik wordt de wervelkolom benaderd.
- Via deze weg heeft hij een perfect zicht op tussenwervelschijf
- Slechte tussenwervelschijf volledig verwijderen + vervangen door kunststof, titanium of carbon blokje
gevuld met eigen bot of kunstbot.
- Meestalfixatieplaatje aanbrengen om meer stevigheid + meer kans tot botingroei te creëren
Preop periode?
- Rugoperaties krijgen aantal standaard onderzoeken en vpk zorgen.
, - Specifiek bij fusie- operatie: inspectie tanden + huid.
Postop periode?
- PCIA- pomp.
Pijn - Chirurgie via posterieure weg is pijnlijker dan bij anterieure benadering
- Na ingreep is uitstralingspijn nog niet verdwenen (lange tijd blijven)
- Inflammatie zenuw moet verminderen vooraleer de pijn afneemt.
- Postop pijn thv rug + gerefereerde pijn vooral thv been + heup
Epiduraal - Na spinale chirurgie is een zeldzame, maar zeer gevreesde complicatie.
hematoom - Ontstaan op afstand van plaats van ingreep.
- Neurologische controles moeten onmiddellijk postop uitgevoerd worden + herhaald
Infectie - Complicatie na spinale chirurgie.
- Risicofactor: ouder 60, roken, diabetes, morbide obesitas en alcoholmisbruik.
- Binnen de 3 maanden na ingreep. Bij koorts -> arts contacteren
Mobiliteit - 1 of 2 dagen in bed.
- Corset of lumbostaat -> 6 weken dragen
Trombo- - Bij spinale chirurgie minder frequent voorkomt dan bij artroplastie.
embolie - Ouder 70j + operatietijd +360min -> grootste risicofactor voor postop longembool
- TED kousen dragen + LMWH toegediend worden.
Vasculaire - Doordat VC heel dicht bij operatiegebied ligt.
complicatie - Postop controles van parameters + gedraineerde vocht -> belangrijk
s
Gastro- - Na ALIF procedures, omdat het darmpakket gemanipuleerd werd.
intestinale - Vooral paralytische ileus en constipatie!
complicatie
s
Ontslag?
- Na 6-tal dagen naar huis als alles vlot verloopt.
- Snelheid van herstel zal afhangen van ernst + duur van aandoening.
- Langdurig pijn of uitvalsverschijnselen genezen veel trager + herstel zenuwen maanden /1-2 jaar dure
- Uitstralingsklachten in benen herstellen naargelang de ernst van zenuwletsel sneller of trager
- Activiteit 1ste 3 maanden strikt beperkt!
- Voorovergebogen staande houding aan te nemen + voorwerpen onder niveau van gordel op te rapen
- Dagelijkse bezigheden onmogelijk zijn.
- Normale activiteit na 6 maanden toegestaan!
- Grote kans na fusie -> sneller moe, last bij extreme bewegingen, last bij optillen van voorwerpen
- Rug levenslang beschermen tegen snel evoluerende slijtage
7) Operaties aan de heup
- Heupgewricht bestaat uit: caput femoris + acetabulum in heupbeen (os coxae).
- Dit laatste is samengesteld uit os pubis, os ilium + os ischii (samen in acetabulum)
- Belangrijk spieren: gluteus maximus, medius en minus, tensor fasciae latae, musculi gemelli + musculus piriformis
7.3) Onderzoeken bij heupproblemen
Artrografie - Ouder dan NMR MAAR zeer bruikbaar voor diagnose van heupletsels.
- Om gewrichtsholte te visualiseren
Artroscopie - Kijkoperatie om gewricht grondig te ïnspecteren.
Botscan - Opsporen van botbreuken, gewrichts- en botontstekingen, of bottumoren.
CT scan - Zichtbaarheid van horizontale en verticale doorsnedebeelden van beenderen en gewrichten.
Echografie - Weke delen weergeven, vocht in gewricht enz.
EMG (elektromyografie) - Test uitgevoerd van zenuw- en spierfunctie.
Infiltratie - Met lokaal verdovend product gegeven in heup.
- Gewrichtsverdoving -> pt met heupproblemen onderzoeken of pijn vanuit de heup komt.
NMR, MRI - Uitvoeren NMR scan is ook standaard geworden bij de diagnosestelling.
RX opnames - 1ste onderzoek na klinisch onderzoek, Belangrijk beeld geven vanbotstructuren