METHODIEKEN
ZINTUIGELIJK LEREN
Basale stimulatie
Doel: Contact maken/vertrouwen in eigen lichaam en met buitenwereld
Waarom?
Opent nieuwe ervaringswerelden
Primair uitwisselingsproces tussen ik en wereld
rechtstreeks of onrechtstreeks lichaam stimuleren
Lichaamsbesef vergroten, openstellen voor prikkels, reactie uitlokken,…
Vormen:
Belevingsgericht theater (nodigt publiek uit om vanuit diepe persoon te reageren)
snoezelen (= selectief aanbieden van zintuigelijke prikkels. Actief of rust)
Beleven in muziek (=muziek vertalen in lichaamsgebonden ervaring)
Multi sensory telling (=persoonlijk verhaal dat gebaseerd is op de dagelijkse activiteiten van de
luisterraar)
APA: Daems, J. Op de Beeck, K. (2018) Hoofdstuk 5 zintuigelijk leren. (pp. 85-87). In Denolf, Deams
(red), ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Leuven: Acco
Shernborne bewegingspedagogiek p252
Wat? Bewegingsactiviteiten worden individueel, met twee of meer aangeboden met als doel de
ontwikkeling van de totale persoonlijkheid te bevorderen.
Hoe? Samen te bewegen met andere wordt het kind zich bewust van zijn eigen identiteit, bouwt
relaties op met volwassenen en andere kinderen. Ontwikkelt zelfvertrouwen en vertrouwen In de
omgeving initiatief namen en exploratie
2 pijlers: zelfbewustzijn en bewustzijn van de andere (waarin meerdere bewustwordingsvelden zijn
ondergebracht)
4 bewegingskwaliteiten: kracht flow ruimte en tijd
voor wie? baby's, peuters, kleuters, kinderen, jongeren en volwassenen met/Zonder sensorische,
motorische of verstandelijke beperking, bij kinderen en jongeren met gedrags-, sociale of emotionele
problemen. bij personen met een psychiatrische problematiek een gezinsgerichte therapie.
Uit onderzoek:
Verbetering van sociale gedragingen in de vorm van samenwerken, beurt afwachten en
delen bij kinderne van het 1ste leerjaar. (Marsden et al., 2007)
Ouder- kind relatie verbeterd. (meer zelfvertrouwen en minder snel boos worden op de
kinderen, minder gedragsproblemen) Filer., 2007)
APA: Van Geel, S. (2018) Hoofdstuk 12 Tussenmenselijke interacties en relaties. (pp. 252). In
Denolf, Deams (red), ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Leuven: Acco
Multi-sensory storytelling
Doel: Info, advies en ondersteuning bieden voor omgeving van de mensen, plezier, betere relatie
tussen ouders en begeleiders
Wat is het?
, Verhaal dat gebaseerd is op de dagelijkse activiteiten vd luisteraar.
persoonlijk aangepast aan mogelijkheden en beperkingen
opgesteld door ouders of opvoeders.
APA: Daems, J. Op de Beeck, K. (2018) Hoofdstuk 5 zintuigelijk leren. (pp. 89). In Denolf, Deams
(red), ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Leuven: Acco
Snoezelen
Doel:
snuffelen: Actief, verkennend gebeuren
doezelen: overgave, rust
selectief aanbieden van zintuigelijke prikkels
APA: Daems, J. Op de Beeck, K. (2018) Hoofdstuk 5 zintuigelijk leren. (pp. 91-92). In Denolf, Deams
(red), ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Leuven: Acco
Ervaar het maar (p93)
Doel: Stimuleren van de motoriek, zintuigen en de communicatie in begeleiding van mensen met een
ernstige meervoudige beperking.
Uitgangspunten:
theorie van ervaringsordening (Timmers-Huigens, 2005)
communicatiemodel van communicatie (Oskam & Sheres, 2005)
basale stimulatie (Frörhlich, 1995)
motorische ontwikkeling
sensorische integratie
geven handvaten voor de planning van de activiteiten en de banderingen en begeleiding van
de cliënt.
Hoe? Door rekening te houden met de dominante ervaringsordening en de het communicatieniveau
van de persoon kan de persoon met een beperking een zinvol aandeel hebben in ADL.
Activiteiten
Worden op maat beschreven en concreet welke handeling er moet gebeuren
Gebeurd in de vss fase van ervaringsordening
o Lichaamsgebonden/beginnend associatief
Associatief/beginnend structurerend
Structurerend/vormgevend
Beknopte uitwerking
De houding vd begeleider is afgestemd op: motorische mogelijkheden, communicatieniveau,
ervaringsordering.
Act worden in kleine stapjes aangeboden, prikkels worden beperkt.
Cl. Doet zoveel mogelijk zelf: voelen, vastpakken, roeren,….
o Eventueel met guiding
Exploratie via vss zintuigkanalen: voelen, ruiken, smaken, kijken. Materialen hebben vss
texturen.
Lichaamsgebonden act is 1-1 aangewezen. Niet teveel prikkels tegelijkertijd aanbieden.
Associatieve ordening: werken in kleine groepjes, omdat de aandachtspanne vaak te kort is
en het lang wachten niet haalbaar is.
Kinderen die voornamelijk structurerend ordenen: kunnen redelijk zelfstandig de act
uitvoeren. Kan in kleine groepjes gewerkt worden.
Verzorging momenten
o Gevoel van onveiligheid door de vss werkwijze van de verzorgende.
, o Er werd een 6 stappenplan uitgewerkt voor een eenduidige, persoon gerichte
aanpak.
o Verzorgingskaart met afbeeldingen aan de voorzijde, aan de achterzijde
lichaamsdelen die als gevoelig bevonden kunnen worden, welke volgorde
gehanteerd moet worden bij het wassen en aankleden.
o Cl heeft een persoonlijke verzorgingstas met aangepast materiaal (washandje,..)
Onderzoek:
Wordt als positief onthaald in de praktijk.
APA: Daems, J. Op de Beeck, K. (2018) Hoofdstuk 5 zintuigelijk leren. (pp. 93-95). In Denolf, Deams
(red), ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Leuven: Acco
Belevingstheater
Doel: Plezierige ervaring laten ervaren. Voelen en doorvoelen van het lichaam staat centraal.
Hoe?
Gelijkwaardige relatie tov elkaar tussen deelnemers, spelers en begeleiders
afzonderlijk benaderen om te observeren, stimuleren en op te volgen
Reacties bepalen verloop (aard prikkels + tempo)
lichamelijke gewaarwording
snoezelmoment: activerende + relaxerende component
niveau van lichaamsgebonden ervaring
APA: Daems, J. Op de Beeck, K. (2018) Hoofdstuk 5 zintuigelijk leren. (pp. 95-96). In Denolf, Deams
(red), ergotherapie en ontwikkelingsproblemen. Leuven: Acco
Besluit
Bevinden zich vooral op het niveau vd lichaam gebonden en associatieve ervaringsordening.
BASAAL LEREN EN TOEPASSEN KENNIS
Spelend leren om te leren spelen: 103
Floortime (Greenspan)
Wat? Gericht op de gehele ontwikkeling van het jonge kind, waaronder het stimuleren van de
sociaal- emotionele vaardigheden.
Hoe? De therapeut gaat dmv het opbouwen van relationele band en vertrekkend vanuit de
mogelijkheden en sterktes van het kind, kind uitdagen om zich verder te ontwikkelen.
Men gebruikt de tijd met het kind om de band te versterken, interesses aan te wakkeren,
nieuwsgierig, creatief en spontaan te zijn in het spel.
3 principes voor elke leeftijd
o Volg het tempo van het kind
o Zorg dat alle zintuigen, motorische vaardigheden en verschillende emoties aan bod
komen
o Daag het kind uit om creatief en spontaan te zijn
Voor wie? Stimuleren van sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind.