Peuter opvoedkunde – januari 2022 1
NAAR DE PEUTERKLAS!
VOOR DE PEUTERKLAS
Alle kinderen in Vlaanderen komen al héél vroeg in hun leven in contact met Kind & Gezin
= adviesorgaan gesubsidieerd door Vlaamse overheid die kinderen vanaf zwangerschap tot 3j opvolgt adhv:
- Preventieve gezinsondersteuning (medisch, psychosociaal, opvoedkundig), zoals kraam- en thuisbezoeken,
consultaties, infosessies, brochures, nieuwsbrieven …
- Regisseur kinderopvang
- Begeleiding kandidaat-adoptanten
FORMELE KINDEROPVANG
= een erkende, gesubsidieeerde kinderopvang die wordt opgevolgd door en onder toezicht staat van K&G, maar
ook onthaalmoeders met een statuut
- Systeem van opvolging K&G is alleen niet waterdicht, waardoor er grote verschillen zijn tussen de kwaliteit
en prijzen van crèches
- Eigenlijk heel veel gelijkenissen met de peuterklas! Denk maar aan het samen spelen, kringmomenten,
koek- en fruitmomenten, routines … verschillen zitten in de speeltijd, sociaal gedrag …
- ≠ informele kinderopvang, zoals de grootouders
De functies van kinderopvang:
Een pedagogische functie Biedt alles wat kinderen nodig hebben op vlak van opvoeding en ontwikkeling
Een economische functie Als de kinderen in de opvang zitten, geeft dit de mogelijkheid voor de ouders
om te gaan werken, zich op te leiden, geld te verdienen …
Een sociale functie Meerdere kinderen zitten samen, dus ze leren omgaan met anderen, leren van
elkaar …
ð Vooral op dit vlak ziet men grote verschillen tussen kinderen die naar
formele vs informele kinderopvang zijn geweest
Positieve elementen Verbeterpunten
- Goede score op welbevinden en emotionele - Baby’s en peuters maar matig tot laag betrokken,
ondersteuning van kinderen want te veel aandacht naar de fysieke verzorging
- Meeste ouders tevreden - Kinderbegeleiders missen vaak de juiste scholing
om kinderen uit te dagen en zo de ontwikkeling te
bevorderen
- Indeling ruimte en aanbod spelmateriaal (soms
heel ouderwets en grote verschillen onderling)
MeMoq is het nieuwe evaluatie- en inspectie-instrument voor pedagogische kwaliteiten in de kinderopvang,
zoals het welbevinden, de betrokkenheid, de omgeving, emotionele en educatieve ondersteuning …
- 2 negatieve evaluaties betekent dat de kinderopvang moet sluiten
INSTAPLEEFTIJD
Toelatingsleeftijd in de kleuterschool is 2,5j, wat héél vroeg is in vergelijking met buurlanden
- 7 instapmomenten (steeds na de vakanties en extra in februari en na het hemelvaartsweekend), want dit is
praktisch en organisatorisch makkelijker
- Onderzoek naar deze instapleeftijd toont aan dat dit oké is maar enkel indien de volgende voorwaarden zijn
voldaan:
• Diversiteit en flexibiliteit moet gerealiseerd worden, want gigantische verschillen in de ontwikkeling
tussen de kinderen
, Peuter opvoedkunde – januari 2022 2
• Nood aan ruime omkadering kleuteronderwijs (voldoende personeel, eventueel een fulltime
kinderverzorgster of een tweede KO)
• Nood aan passende accommodatie in kleuteronderwijs, zoals de mogelijkheid tot slapen
- Latere instap op 3j is ook mogelijk, alleen is er dan nood aan een sterk ontwikkelingsstimulerend aanbod in
de kinderopvang zodat deze maanden niet verloren gaan en de kinderen niet stagneren omdat ze niet
genoeg worden uitgedaagd
- Vaak is een peuter ook echt klaar om naar school te gaan; begint zich te vervelen, heeft nood aan
speelkameraden en meer uitdaging …
Er is steeds meer vraag naar het nauwer op elkaar laten aansluiten van de kinderopvang en het
kleuteronderwijs, een doorlopende lijn van 0 tot 6 jaar, zoals het gebruik van dezelfde pictogrammen
SCHOOLRIJPHEID
Er is geen pasklaar antwoord over wanneer kinderen klaar zijn om de overstap te maken naar de peuterklas,
want veel verschillen tussen kinderen onderling, en ze kunnen ook beïnvloed worden door de kansen die het
kind wordt geboden (zoals formele vs informele kinderopvang, broers/zussen, opvoeding van de ouders …)
Toch 4 parameters:
1- BASISVEILIGHEID
= basisgevoel van vertrouwen
1) Zich goed voelen bij de ouders
2) Zich goed voelen bij de ouders in aanwezigheid van vreemden, bv. babysit
3) Zich goed voelen bij vreemden zonder aanwezigheid van de ouders
2- ZELFREDZAAMHEID
= zich verstaanbaar kunnen maken, zich kunnen uitdrukken naar de KO, al een beetje voor zichzelf kunnen
zorgen, bv. kan het kind zelfstandig eten?
≠ zindelijkheid! Dit is geen vereiste, maar wel een duidelijke parameter!
Tip voor ouders: je kind aanmoedigen zelf al eenvoudige kledingstukken aan te doen
3- SOCIALE VAARDIGHEDEN EN NODEN
= anderen kunnen verdragen en goed met anderen kunnen omgaan
- Zichzelf kunnen zijn in een grotere groep
ð Peuters raken soms opgeslorpt door de massa, waardoor ze in hun schulp kunnen kruipen of agressief
gedrag kunnen vertonen
- Rekening houden met anderen
ð Peuters leven in het hier en nu, waardoor zaken als “om de beurt” moeilijk zijn
- Correct communiceren met anderen
ð Peuters vinden het soms moeilijk om hun wensen te uiten, waardoor ze hun doel zullen proberen
bereiken door dingen af te pakken, te slaan …
Tip voor ouders: je kind met andere leeftijdsgenootjes laten spelen, eenvoudige gezelschapsspelletjes spelen
4- AFSCHEID KUNNEN NEMEN
= snappen dat als iets/iemand weg is, het ook terug kan komen
ð Soms nog moeite met object-/persoonspermanentie en voorstelling van het begrip
“tijd”, waardoor ze dus woorden als “straks” nog niet goed begrijpen