Inhoud
Week 1...................................................................................................................................................2
Bloedproef II.......................................................................................................................................2
Braak bij binnentreden.......................................................................................................................2
HR Stille sms.......................................................................................................................................2
Onderzoek smartphone......................................................................................................................3
Week 2...................................................................................................................................................5
Hof Hollende Kleurling........................................................................................................................5
HR Plastic-boodschappentasje............................................................................................................5
HR Zeedijk...........................................................................................................................................6
HR Parfumflesje..................................................................................................................................7
Scherpe Voorwerpen..........................................................................................................................7
Week 3...................................................................................................................................................9
HR De Auditu......................................................................................................................................9
HR Moord en doodslag.......................................................................................................................9
HR Onduidelijke tenlastelegging.........................................................................................................9
Week 4.................................................................................................................................................11
HR Onbehoorlijk gedrag...................................................................................................................11
HR Tongzoen II..................................................................................................................................11
HR Vertonen in de zin van art. 240a Sr.............................................................................................12
Week 5.................................................................................................................................................14
HR Porsche.......................................................................................................................................14
HR Spookrijder..................................................................................................................................14
HR Klimwand....................................................................................................................................15
HR Verpleegster................................................................................................................................16
Week 6.................................................................................................................................................17
HR Bijlmer tasjesroof........................................................................................................................17
HR Taxichauffeurs.............................................................................................................................17
HR Noodweer en huisrecht...............................................................................................................18
HR Overzichtsarrest noodweer(exces)..............................................................................................20
Week 7.................................................................................................................................................23
HR Detentie van een blinde..............................................................................................................23
1
,Week 1
Bloedproef II
Relevantie: het strafvorderlijk legaliteitsbeginsel, welke is neergelegd in art. 1 Sv, bepaalt dat
strafvordering alleen mag plaatsvinden op de wijze bij de wet voorzien. Dit betekent dat
inbreuken op rechten en vrijheden van burgers slechts toegestaan zijn in de gevallen waarin de
wet dat toestaat. Het onderhavige arrest laat dit zien.
Hoge Raad: Het afnemen van bloed van een verdachte is alleen rechtmatig indien dit geschiedt
met toestemming van de verdachte. Het is immers niet in de wet geregeld dat een verdachte een
verplichting heeft tot het dulden van een dergelijke ingreep.
Gelet op de strekking van het Wetboek van Strafrecht (strafvorderlijk legaliteitsbeginsel),
zouden de resultaten van het bloedonderzoek niet tot het bewijs mogen worden toegelaten in
het geval dat het afnemen van bloed als een onrechtmatige aantasting van diens lichamelijke
integriteit moet worden beschouwd.
Braak bij binnentreden
Casusschets: Een politieambtenaar is zonder toestemming van de bewoner een woning
binnengetreden door een van de ruiten van de tuindeur in te drukken.
Hoge Raad: Ook indien de wet erin voorziet dat een opsporingsambtenaar in een bepaald geval
de bevoegdheid heeft tegen de wil van de bewoner een woning binnen te treden, is hij niet onder
alle omstandigheden gerechtigd zich de toegang tot die woning te verschaffen door middel van
braak. Er moet rekening worden gehouden met de beginselen van de goede procesorde. Dit
brengt met zich mee dat als het belang van het onderzoek een inbreuk op het recht van huisvrede
noodzakelijk maakt, de opsporingsambtenaar gehouden is er zorg voor de dragen dat die
inbreuk niet groter is dan wordt gerechtvaardigd door de omstandigheden.
De Hoge Raad oordeelt dat het hof heeft nagelaten te onderzoeken of de opsporingsambtenaar
binnen de grenzen was gebleven van de noodzakelijke inbreuk op het recht van huisvrede.
Rechtsregel: De beslissing van een opsporingsambtenaar om een woning binnen te treden
tegen de wil van de bewoner, kent niet alleen een wetmatigheidstoets, maar ook een
rechtmatigheidstoets. De opsporingsambtenaar dient rekening te houden met het
proportionaliteitsbeginsel en het subsidiariteitsbeginsel:
- Proportionaliteit → de inbreuk op het recht op huisvrede mag niet groter zijn dan door
de omstandigheden worden gevorderd
- Subsidiariteit → alvorens dwang te gebruiken, dient men eerst de gelegenheid tot
vrijwillige medewerking te verlenen
HR Stille sms
Relevantie: In sommige gevallen mogen opsporingsambtenaren zonder specifieke wettelijke
grondslag handelen – dan wordt gegrepen naar de algemene opsporingsbevoegdheid op grond
van art. 3 Politiewet jo. 141 en 142 Sv. Dit arrest geeft hier de vereisten voor.
Casusschets: De verdachte wordt vervolgd wegens “het opzettelijk bereiden, bewerken,
verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen het grondgebied van
Nederland brengen van amfetamine”. In de hoop een amfetaminelaboratorium op te sporen, is
tijdens het opsporingsonderzoek tegen verdachte gebruik gemaakt van de “stille sms”: verspreid
over vijf dagen gedurende een tijdspanne van tussen zes en twaalf uur, is elk half uur een stil –
2
, niet zichtbaar – sms’je naar de telefoon van de verdachte verzonden (in totaal 91 sms’jes). Met
bijzondere software kon op deze manier globaal de locatie van de verdachte worden vastgesteld.
Uiteindelijk is het laboratorium ook daadwerkelijk gevonden.
(r.o. 2.2.1 en 2.3)
Verweer: De verdediging stelde dat het gebruik van een niet wettelijk geregeld dwangmiddel,
de stille sms, een inbreuk op verdachtes privacy had opgeleverd. Dit zou moeten leiden tot
uitsluiting van het bewijsmateriaal dat hiermee was verzameld.
(r.o. 2.2.2)
Hof: Het hof heeft vastgesteld dat de stille sms niet onder een specifiek in de wet geregelde
opsporingsbevoegdheid valt. Op basis van art. 3 politiewet en artikel 141 en 142 Sv heeft de
politie de bevoegdheid om van een niet specifiek in de wet geregelde opsporingsbevoegdheid
gebruik te maken indien het een beperkte inbreuk maakt op grondrechten van burgers (1)
en niet zeer risicovol is voor de integriteit en beheersbaarheid van de opsporing (2). Verder
kan toepassing van deze opsporingsmethode onrechtmatig zijn jegens de verdachte indien zij
in verband met de duur, intensiteit en frequentie ervan geschikt is om een min of meer
compleet beeld te verkrijgen van bepaalde aspecten van het persoonlijke leven van de
betrokkene (1.1).
(r.o. 2.4)
1) Het hof heeft geoordeeld dat de inzet van de stille sms slechts een beperkte inbreuk heeft
gemaakt op de privacy van de verdachte. Het globaal vaststellen van de locatie van de
telefoon door vijf dagen lang, gedurende een periode van tussen zes en twaalf uur, om
het half uur een stille sms te verzenden, heeft slechts zo een beperkt beeld van de
bewegingen van de verdachte opgeleverd dat van een betekenende inbreuk op privacy
geen sprake kan zijn.
2) Verder heeft het hof geoordeeld dat de inzet van de stille sms geen bijzondere risico’s
oproept voor de integriteit en beheersbaarheid van de opsporing. Om die reden vergt
deze opsporingsmethode ook geen bijzondere wettelijke grondslag.
(r.o. 2.2.2, alinea 3 en 5)
Hoge Raad: De Hoge Raad gaat mee met het oordeel van het hof.
(r.o. 2.5)
Onderzoek smartphone
Casusschets: De politie heeft de iPhone van verdachte in beslag genomen en vervolgens de
inhoud daarvan onderzocht en gegevens (een Whatsappgesprek) toegevoegd aan het
strafdossier.
Verweer: De verdediging stelt dat het door de politie verrichte onderzoek aan de telefoon van
verdachte onrechtmatig is, omdat het een inbreuk op zijn privacy maakt (schending art. 8
EVRM). De inbeslagneming van de iPhone wordt weliswaar gerechtvaardigd door de wettelijke
grondslag in art. 94 Sv, maar het nadere onderzoek aan die telefoon heeft geen wettelijke
grondslag. Daarnaast ontbreekt een rechterlijke machtiging of bevel tot onderzoek aan de
smartphone en was dat onderzoek niet noodzakelijk noch proportioneel.
Het uit dit onderzoek verkregen bewijs dient daarom volgens verdediging te worden
uitgesloten.
(r.o. 2.3)
A-G: De A-G stelt dat de algemene bevoegdheid van opsporingsambtenaren, neergelegd in art.
94 Sv in verbinding met art. 95 jo. 96 Sv, voldoende legitimatie biedt voor het onderzoek, indien
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur demivanderlee. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.