Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Hoofdvragen examen Biologie (L08A4C) €4,49   Ajouter au panier

Autre

Hoofdvragen examen Biologie (L08A4C)

 18 vues  0 fois vendu

mogelijke hoofdvragen die gesteld kunnen worden. Zowel vragen die vorige jaren zijn gesteld als zelf bedacht.

Aperçu 3 sur 25  pages

  • 15 janvier 2022
  • 25
  • 2020/2021
  • Autre
  • Inconnu
Tous les documents sur ce sujet (4)
avatar-seller
ebenr
Biologie - Hoofdvragen


BIO – HOOFDVRAGEN +
ANTWOORDEN
VRAGEN
1) Eigenschappen van water + functie en belang ervan in leven (Les2)
2) Functies van nucleïnezuur en waar komen ze voor (Les3)
3) Bespreek het celmembraan (Les5)
4) Transport doorheen het celmembraan (Les5)
5) Oxidatie van glucose (Les6)
6) Krebscyclus/celademhaling (Les6)
7) Beschrijf zo volledig mogelijk de mitose en meiose, Gebruik tekeningen ter illustratie. Waarin verschillen ze van
elkaar. (Les8)
8) Bespreek de celcyclus (Les8)
9) Beschrijf het proces van DNA-replicatie (Les10)
10) Replicatie, transcriptie, translatie (Les10)
11) Hoe transfereren prokaryoten hun genen horizontaal (Les12)
12) Leg een chemische synaps uit (Les17)
13) Leg spiercontractie uit (Les18)
14) Beschrijf de verschillende ademhalingsstelsels bij de verschillende organismen (Les20)
15) Beschrijf de hartcyclus bij mammalia (Les20)
16) Bespreek Dunne darm (Les21)
17) Beschrijf de weg van ons voedsel (Les21)
18) Maagregulatie adhv cellen aanwezig id maag (Les21)
19) Bespreek de maag v/d mens (Les21)
20) Beschrijft functie en werking van de nieren bij de mens (Les22)
a. 14a) + hypertonische urine? (Les22)
21) Licht menstruale cyclus uit (Les23)
22) Verworven immuniteit (Les24)
23) Curve: hemoglobine: hoe zuurder->hoe meer verzadiging, Hoe warmer->hoe meer verzadiging, leg uit (?)




1

, Biologie - Hoofdvragen



ANTWOORDEN -> TO DO
1. EIGENSCHAPPEN VAN WATER + FUNCTIE EN BELANG ERVAN IN LEVEN
Water heeft een enorme elektronegativiteit door het verschil in elektronegatieve waarden waardoor het een polair molecule is.
De H2O bruggen zijn zwak en vluchtig met een enorm cumulatief effect.



- Eigenschappen:
o Cohesie: waterstofbruggen die watermoleculen samenhoudt (Vb. oppervlaktespanning, water dat omhoog kan
gaan in plant=adhesie)
o Warmtecapaciteit: waterstofbindingen absorberen warmte als ze breken en geven warmte af als ze vormen.
Temperatuur van water verandert hierdoor minimaal (Vb. water stabiliseert de temperatuur van organismen
en de omgeving)
o Hoge verdampingswarmte: Er zijn veel waterstofbindingen die moeten breken voordat water verdampt (Vb.
het verdampen van water zorgt voor het afkoelen van organismen)
o Lage densiteit van ijs: watermoleculen vormt ijskristallen waardoor de watermoleculen relatief ver van elkaar
zijn (Vb. het bevriezen van een meer zorgt dat er enkel ijs op oppervlakte is, waardoor niet alle vissen
bevriezen)
o Oplosbaarheid: hecht zich aan polaire moleculen en ionen zodat deze oplossen in water. (Vb. water is dankzij
de vele waterstofbruggen een zeer efficiënt oplosmiddel)
o Water kan ook opsplitsen in ionen: in H+ en OH-
De mens bestaat grotendeels uit water het zit zowel in bloed, organen, als heel wat chemische processen in en uit het lichaam.



2. FUNCTIES VAN NUCLEÏNEZUUR EN WAAR KOMEN ZE VOOR
Nucleinezuur is een aaneenschakeling van nucleotiden (5C suiker, fosfaatgroep en een stikstofbase) die covalent zijn gebonden
via phosphodiësterbindingen. De volgorde van deze nucleotiden bepaald het genetisch materiaal.




- DNA (deoxyreibonucleïnezuur) : coderend deel voor assemblage eiwitten
o Dubbele helix
o Complementaire baseparing via waterstofbruggen
o De stikstofbasen zijn Adenine, Guanine, Cytosine, Thymine
o De suiker is deoxyribose
o Komt alleen voor in de kern
- RNA (ribonucleïnezuur) : verschillende vormen
o Enkelstrengig
o De stikstofbasen zijn Adenine, Guanine, Cytosine, Uracil
o De suiker is ribose
o mRNA= kopieren info DNA , rRNA= ribosomaal , tRNA= transport , siRNA en miRNA= genregulatie , snRNA=
splicing
- ATP: een hoog energetische nucleotide
DNA en RNA komen vooral voor mitose en meiose en bepalen daarmee de genetische eigenschappen van het lichaam.




2

, Biologie - Hoofdvragen



3) CELMEMBRAAN
Het celmembraan bestaat uit 4 componenten:
- Fosfolipidendubbellaag
o Functie: vormt een doordringbare barrière en dient als matrix voor proteïnen
o Werking: de amfifiele moleculen gaan met hun apolaire uiteindes naar elkaar richten, terwijl de polaire koppen
naar het water is gericht
o Beweeglijkheid van fosfolipiden hangt af van samenstelling vetzuurstaarten: meer onverzadigde vetzuren
(dubbele binding in C-atoom) is meer vloeibaarder, meer verzadigde vetzuren (enkele binding) is meer rigide
- Transmembranaire proteïnen (= integrale membraanproteïnen)
o Functie: transport en communicatie
o Werking: de proteïnen zitten doorheen het membraan, waarbij apolaire gebied in membraan zit, en polaire
uiteindes langs beide kanten uitsteken. (apolair gebied bestaat uit hydrofobe aminozuren die meestal een α-
helix vormen)
o Klassen:
 Kanalen en permeasen (carriers) : transporters
 Receptoren: detectie van signalen
- Intern proteïnenetwerk
o Functie: membraanproteïne met cytoskelet verbinden, en vorm van cel behouden
- Celoppervlaktemerkers
o Functie: identiteitsmerkers, karakteriseren de cel
o Bestaan uit glycoproteïnen en glycolipiden




4. TRANSPORT DOORHEEN CELMEMBRAAN
Er zijn 6 verschillende mogelijkheden voor transport doorheen het membraan: actieve of passieve transport.
Passieve processen:
- Diffusie:
o Werking: kleine, apolaire stoffen kunnen bewegen van plaatsen waar ze in hoge concentratie voorkomen naar
plaatsen waar ze in lage concentratie voorkomen.
o Vb: O2


o
- Gefaciliteerde diffusie:
o Diffusie via proteïnen volgens het concentratiegradiënt. Geldt vaak alleen voor specifieke stoffen
o Werking kanalen: Vormen een hydrofiel kanaal door het membraan, waardoor polaire stoffen of ionen zich
kunnen verplaatsen naar een lage concentratie. (Vb. ionen)




o Werking Permeasen: binden specifieke moleculen en transporteren ze door het membraan (Vb. glucose)




- Osmose:
o Werking: diffusie van water door het semi-permeabel membraan m.b.v aquaporines, heeft een osmotische
concentratie nodig (=concentratie van alle opgeloste stoffen in een oplossing)
o Vb: water dat in een hypotonische cel gaat


o



3

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur ebenr. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67866 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,49
  • (0)
  Ajouter