1. Niet-wetenschappelijke methoden om kennis te vergaren
A. Vasthoudendheid (tenacity)
B. Intuïtie
C. Autoriteit
D. Rationalisme
E. Empirie
1. Niet-wetenschappelijke methoden om kennis te vergaren
I. Tenacity
II. Intuïtie
III. Autoriteit
IV. Rationalisme
V. Empirie
A. Tenacity
- op basis van gewoonte of bijgeloof
- cliché (tegenpolen trekken elkaar aan)
- overtuiging als feiten (spiegel breken brengt 7 jaar ongeluk)
B. Intuïtie
- op basis van instinct en buikgevoel
- pro: snel en bruikbaar bij weinig informatie
- contra: geen onderscheid tussen juist of fout
- bv ethische vraagstukken of morele dilemma’s
C. Autoriteit
- op basis van een autoriteit of expert in dat vakgebied
- pro: snel
- Contra: experts kunnen gebiast zijn, expertise gegeneraliseerd,…
- bv internet, tv, boeken,…
- Ook methode van geloof: extremere vorm = blind geloven
D. Rationalisme
- op basis van logisch redeneren
- starten met premissen (gekend feit of assumptie) daarna logica voor
conclusie
- als premissen en logica juist zijn is conclusie sowieso ook juist
- dus contra: premissen en logica moeten juist zijn voor een juiste conclusie
- kort: alle alternatieven logisch afwegen zonder ze uit te proberen
E. Empirie
- op basis van directe observatie of directe sensorische ervaring (zintuigen)
- pro: veel antwoorden beschikbaar door gewoon te observeren
1
,- contra: (1) waarneming is niet altijd correct, denk aan illusies en invloed van
gevoelens/verwachtingen/overtuigingen (2) kost meer tijd (3) kan gevaarlijk
zijn
- kort: alle alternatieven uitproberen
Les 2
1. De wetenschappelijke methode
2. Empirische cyclus
3. Hypothesen formuleren
1. De wetenschappelijke methode
met 3 principes
1) observaties zijn empirisch:
- systematisch (uitgevoerd in een set van condities)
- gestructureerd (ondersteuning en weerlegging)
2) wetenschap is openbaar
- replicatie moet mogelijk zijn voor verifieerbaarheid door middel van open
data
- peer review: mensen uit dezelfde branche gaan je artikel lezen en
beoordelen voordat het gepubliceerd wordt
3) wetenschap is objectief
- onderzoek mag geen invloed hebben van uitvoerder
- blinde procedure: persoon die onderzoek afneemt kent hypothese en
predicties niet
Vergelijking met pseudowetenschap
- geen empirische methode
- geen toetsbare en weerlegbare hypotheses
- blijft onveranderd
2. De empirische cyclus
Stap 1
- observatie
- interessante vraag
- direct (in jezelf opkomt) of indirect (via via)
- inductie: op basis van enkele observaties wordt een algemene conclusie
bereikt, lees gegeneraliseerd
Stap 2
- hypothese
2
,- definitie hypothese = selecteren van 1 mogelijke verklaring voor de
observatie
- moet nog getest worden
- identificatie variabelen
- definitie variabele = karakteristieken of condities die variëren binnen en/of
tussen verschillende personen
- hypothese bevat een verklaring van relatie tussen de variabelen
- observatie kan beïnvloed worden door variabele
Stap 3
- predicties door middel van rationele methode
- definitie predictie = hypothese toepassen op een specifieke observeerbare
situatie
- moet toetsbaar zijn
- uit 1 hypothese kunnen meerdere predicties volgen
- door middel van deductie: van algemene stelling naar specifieke conclusie
vs inductie: van een specifieke stellen naar een algemene conclusie
Stap 4
- evalueren van de predictie door middel van empirische methode
- onderzoek of dataverzameling van de hypothese
Stap 5 (circulair proces)
- hypothese ondersteunen, weerleggen of herspecifiëren door middel van
observaties
- vergelijken van observaties met predicties die gebaseerd zijn op hypothese
(Stap 2)
, - onderzoeksstrategie: algemene aanpak en doel
Stap 6
- onderzoeksdesign: algemeen plan om onderzoeksstrategie toe te passen
Stap 7
- onderzoeksprocedure: gedetailleerd stap-voor-stap plan
- uitvoeren van onderzoek
- dataverzameling
Stap 8
- evalueren van data door middel van statistiek
Stap 9
- maak resultaten openbaar
- studie moet deel worden van general knowledge base
Stap 10
- als hypothese wordt bevestigd: onderzoek de grenzen en verfijn de originele
onderzoeksvraag
- Als hypothese wordt weerlegd: premissen bijstellen
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur palumbolora. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.