1 Inleiding
2 Enkele begrippen
Normen = concrete richtlijnen voor het dagelijkse handelen, gedragsregels,
afhankelijk van religieuze, culturele, sociale en maatschappelijke achtergrond
Vb: wachten in rij, houden aan maximumsnelheid
Waarden = wenselijke opvattingen die men wil nastreven, principe van gedrag
Vb: respect & geduld, veiligheid & verantwoordelijkheid
Normen zijn de verbindingen tussen algemene waarden en concrete gedragingen.
3 Deontologie
Deontologie = plichtenleer = concrete aanbevelingen en richtlijnen om etisch te
handelen, heeft te maken met de houding
Medische ethiek = gedragcode voor medische beroepen, met 4 kernprincipes:
respect voor autonomie, niet-schaden, rechtvaardigheid en wel-doen
4 Sociale zekerheid
5 Basis en waarborg van de Belgische sociale zekerheid
Basis = solidatiteit (jong & oud, gezond & ziek, inkomen & geen inkomen)
Waarborg: wekende betalen in verhouding van hun loon, financiering door
gemeenschap en vakbonden/ziekenfondsel/werkgeverorganisaties beslissen mee
over verschillende aspecten in het systeem
Vr werknemers: Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ): int, beheert, financieert
→ int: bijdrage werkgever-werknemer, berekend op loon
→ beheert: dagelijkse tekorten en overschotten door beleggen en leningen
→ financieert: verdeling over de verschillende instellingen
6 Functies van de Belgische sociale zekerheid
→ bij verlies arbeidsinkomen: vervangingsinkomen
→ aanvulling op het inkomen bij bepaalde sociale lasten (ziekte, kids opvoeden)
→ bijstandsuitkereing bij onvrijwillig geen beroepsinkomen
7 Stelsels van de Belgische sociale zekerheid
1. Werknemers
2. Zelfstandigen
3. Ambtenaren
8 De zeven takken van de Belgische sociale zekerheid
- Rust- en overlevingspensioen
- Werkloosheid
- Arbeidsongevallenverzekering
- Beroepsziekteverzekering
- Gezinsbijslag
- Verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen
- Jaarlijkse vakantie
Kruispuntbank van de sociale zekerheid (KSZ): beheert de gegevensuitwisseling
tussen de verschillende sociale instellingen en waakt over de veiligheid en
voorkomt misbruik van de gegevens.
- Federale pensioensdienst (FPD)
- Federaal agenschap voor de kinderbijslag FAMIFED)
- Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie (RJV)
- Federale overheidsdienst (FOD)
- Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV)
- Nationaal intermutualistisch college (NIC)
- Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA)
- RSZ
- Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ)
, 9 Lonen
Brutoloon = bedrag overeengekomen met werkgever
Belastbaar bruttoloon = brutoloon – bijdrage voor sociale zekerheid (13,07 %)
Bedrijfsvoorheffing = belastingen: afhankelijke van loonhoogte en aantal kids
Bijzondere sociale bijdrage = om sociale zekerheid leefbaar te houden, afhankelijk
van jaarlijks inkomen
Nettoloon = belastbaar brutoloon – bedrijfsvoorheffing – bijzonder sociale bijdrage
Werkbonus = extra zodat inkomen hoger is dan werkloze, brutoloon niet verhoogd
10Pensioen
1 Pensioen voor werknemers en ambtenaren
→ FPD (berekent wettelijke pensioenen) en inkomensgarantie voor ouderen (IGO)
Repartitiesysteem = betaling pensioenen: actieven vandaag betalen
gepensioneerden van vandaag
Rust(- of ouderdoms)pensioen = uitkering voor werknemer of ambtenaaar op
bepaalde leeftijd voor eerdere werkperiode
Overlevingspensioen = uitkering voor overlevende echtgenoot van werknemer of
gepensioneerde werknemer
2 Pensioen voor zelfstandigen
→ RSVZ
3 Werkloosheid
1 Beroepsinschakeling voor schoolverlaters
Beroepsinschakelingstijd = periode die volgt op einde of stopzetting studies, duurt
310 dagen (1 jaar – zondagen) voor je recht hebt op inschakelingsuitkering
1. Inschrijven na beïndigen studies bij Vlaamse dienst voor arbeidsbemiddeling
en beroepsopleiding (VDAB) = start beroepsinschakelingstijd
2. Rechten: jobaanbod, opleiding, begeleiding, gelijke kanse, financiële voordelen
3. Plichten: actief werk zoeken, positief meewerken, ingaan op uitnodigingen
4. Automatische uitschrijving door VDAB na vast contract/intriem van >28dagen
5. Opnieuw werkloos? Opnieuw inschrijven bij VDAB, loopt wel door als je werkt
Inschakelingsuitkering = na doorlopen beroepsinschakelingstijd, afh van leeftijd
en gezinssituatie, maximum voor 3 jaar
Uitbetaling door: Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen (HVW) of door
vakbonden: Algemene centrale der liberale vakbonden (ACLVB), Algemeen
christelijke vakbonden (ACV) en Algemeen Belgische Vakverbond (ABVV)
2 Volledige werkloosheid
Toekenningsprocedure werkloosheidsuitkering:
1. Werkgever geeft aan werknemer: C4 (=werkloosheidsbewijs), bewijs van
tijdelijke werkloosheid en eventuele arbeidsbewijs (# dagen opzegtermijn)
2. Werkgever dient aanvraag in bij HVW en vakbond
3. RVA beslist: toekenning / beperking / ontzegging
3 Arbeidsongevallenverzekering
1 Arbeidsongeval
Arbeidsongeval = elk ongeval dat een werknemer tijdens en door een feit van de
uitvoering van de arbeidsovereenkomst overkomt en dat een letsel veroorzaakt
→ plotse gebeurtenis, oorzaak, letsel,
Woon-werk-route telt ook mee
Ongeval = arbeidsongeval → vastegesteld door verzekering, niet door werkgever