Biologie samenvatting thema 6+7: Ecologie en Milieu
4 vues 0 achat
Cours
Biologie
Type
HAVO
Book
Biologie voor jou 2 havo/vwo handboek deel 2b
Samenvatting met uitgelegde begrippen en bijbehorende plaatjes! Ik haalde normaal altijd 5en voor bio en voor dit hoofdstuk had ik een 6,4 door het doorlezen van deze samenvatting.
Biologie Hoofdstuk 5 Erfelijkheid en evolutie - samenvatting
Tout pour ce livre (13)
École, étude et sujet
Lycée
HAVO
Biologie
2
Tous les documents sur ce sujet (1964)
Vendeur
S'abonner
esmee23
Aperçu du contenu
Biologie samenvatting thema 6 en 7.
T6: Basisstoffen 1 t/m 5.
T7: Basisstoffen 1, 2, 3 en 7.
T6-B1, Wat is ecologie?
Het milieu heeft invloed op organismen. Maar op hun beurt beïnvloeden organismen ook het milieu.
Milieu= De leefomgeving.
Het deel van de biologie dat de relaties tussen de organismen en hun milieu onderzoekt, heet
ecologie. Ecologen onderzoeken bijv. waardoor het aantal vissen in de Nederlandse wateren
afneemt.
Relaties= Betrekkingen.
Ecologie= Het deel van biologie dat relaties tussen organismen en hun milieu onderzoekt.
De invloeden uit het milieu zijn in te delen in twee groepen: Biotische en abiotische factoren.
Biotische factoren= Invloeden afkomstig van levende natuur (bijv. planten en dieren).
Abiotische factoren= Invloeden afkomstig van levenloze natuur (bijv. neerslag, licht en water).
In ecologie is het vaak belangrijk om te weten welk niveau je onderzoekt. Je kunt de relaties tussen 1
individu en het milieu onderzoeken. Een individu behoort tot een bepaalde populatie. Een populatie
is een groep individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied, die zich onderling voortplanten.
Ook de relaties tussen een populatie en het milieu kun je bestuderen.
Individu= Een organisme.
Populatie= Een groep individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied, die zich onderling
voortplanten.
Levensgemeenschap= Populaties van verschillende soorten.
De levensgemeenschap in een bos bestaat uit populaties van eiken, beuken, adelaarsvarens,
regenwormen, spitsmuizen, koolmezen, vossen en nog veel meer soorten. Alle populaties en
abiotische factoren beïnvloeden elkaar.
Biotoop= Al de abiotische factoren n een bepaald gebied.
In een bos vormt de levensgemeenschap samen met de biotoop een eenheid.
Ecosysteem= Een bepaald gebied waarbinnen de biotische en de abiotische factoren een eenheid
vormen.
Voorbeelden van een ecosysteem zijn een duingebied, een bos, een sloot en een weiland.
, T6-B2, Voedselrelaties.
Je hebt planten-, vlees- en alleseters in de natuur. Deze vormen samen een voedselketen. Alle
voedselketens beginnen met een plantensoort. Vervolgens gaat er een pijl naar de tweede schakel:
Een planteneter. Van de planteneter kan een pijl naar de derde schakel gaan: Een vleeseter.
Planteneters= Dieren (en mensen) die alleen planten eten.
Vleeseters= Dieren (en mensen) die alleen vlees eten.
Alleseters= Dieren (en mensen) die zowel planten als vlees eten.
Voedselketen= Een reeks soorten, waarbij elke soort een voedselbron is voor de volgende soort.
Er is nooit sprake van 1 voedselketen. In een ecosysteem lopen dan ook meerdere voedselketens
door elkaar.
Voedselweb/Voedselnet= Het geheel van voedselrelatie.
In een Voedselweb komen planten-, vlees- en alleseters in voor. Wij als mens zijn de grootste groep
alleseters.
De glucose die bij fotosynthese ontstaat, gebruikt de plant om de stoffen te maken waaruit hij zelf
bestaat. Hiervoor heeft de plant ook mineralen nodig. Planten leveren het voedsel voor alle andere
organismen, daarom noemen we ze producenten.
Producenten= Planten, producenten zijn altijd de eerste schakel van een voedselketen.
Dieren eten de stoffen die door planten zijn gemaakt, daarom noemen we ze consumenten.
Consumenten= Dieren, consumenten behoren tot de tweede of volgende schakels in een
voedselketen.
In een voedselketen worden de producenten gegeten door consumenten van de eerste orde. Die
worden op hun beurt gegeten door consumenten van de tweede orde, enz.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur esmee23. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.