Inleiding recht
I. Wat is recht?
1. Kenmerken en definitie van het recht
Kenmerken van het recht
- Samenleving ordenen
- Samenleving bepaalt regels
- Naleving kan worden afgedwongen
Soorten regels
- Gedragsregel: hoe je je moet gedragen BV: niet door rood (SUBJECTIEF RECHT)
- Toepassingsregels- en structuren: over toepassing van recht BV: rechtbanken en hoven
- Regels voor maken en wijzigen van het recht
Definitie
Recht = het geheel van afdwingbare regels, afgesproken door een samenleving, teneinde het
menselijk handelen in die samenleving te ordenen.
Objectief recht vs subjectief recht
Objectief recht: een geheel van gedragsregels/normen die aan individu wordt opgelegd door
overheid
- Alle rechtsregels die bestaan BV: art. 1382 BW
- Abstract & algemeen BV: stoppen bij rood
à verleent:
Subjectief recht: een concrete aanspraak die individu kan hebben op een gedraging van anderen
op bepaalde middelen
- Concreet, toegepaste recht BV: andere heeft groen dus mag doorrijden
à subjectief recht op schadevergoeding voor andere partij als je toch door rood rijdt en
schade aanricht
Verbintenis (p274)
= algemeen verbindend bevel waaruit verplichtingen voortvloeien voor individu
= rechtsband waarbij één/meerdere personen jegens één/meerdere personen gehouden zijn,
ofwel – iets te geven (BV: loon) – doen – laten (niet concurreren)
à vloeit voort uit overeenkomst
Overeenkomst = contract tussen twee of meer bedrijven, waarbij wederzijdse verbintenissen zijn.
BV: werkgever: loon – werknemer: werken
à de wilsovereenstemming = tussen partijen met de wil tot het doel ontstaan, wijzigen, uitdoven
van verbintenissen.
Geldigheidsvoorwaarden;
1. Geldig voorwerp BV: drugs of kinderen NIET geldig
2. Geoorloofde oorzaak: beweegreden waarom je overeenkomst aangaat
3. Bekwaamheid: rechtsbekwaam -> je hebt rechten en plichten
- handelingsbekwaam -> je kan rechten en plichten uitvoeren (art. 1108 BW)
4. Overeenstemming tussen partijen
Soorten overeenkomsten (p284)
Eénzijdig: verbintenis voor één partij BV: schenking/kosteloze bewaargeving (vestiaire)
,Wederkerige: beide partijen verbintenissen op zich BV: koop
Consensuele (=vormvrij): door wilsovereenstemming BV: koop, huur
Plechtige (=vormelijke, solemnele): naar notaris, rechter BV: scheiding
Zakelijke: geldig vanaf afgifte van zaak BV: bewaargeving vestiaire: ovk onstaat wanneer je je jas
al geeft
Onderhandse akte: akte tussen twee partijen, zonder derden
Authentieke akte: opgesteld door ambtenaar van burgerlijke stand BV: notaris, burgemeester
Rechtssubject vs rechtsobject
Rechtssubject (p38)
= houder van subjectieve rechten BV: vrijheid van meningsuiting, recht voorrang bij groen
- Natuurlijke personen: mensen van vlees en bloed
- Rechtspersoon: fictie van het recht, een groepering met eigen rechten, plichten en
vermogen BV: Action, Albert Heijn
Rechtsobject
= zaken/rechten waarover subjectieve rechten gelden.
Onrechtmatige daad (p299)
= buitencontractuele aansprakelijkheid, Aquiliaanse aansprakelijkheid, foutaansprakelijkheid
Art. 1382 BW:
Voorwaarden:
- Fout: schending van rechtsregel
Schending van zorgvuldigheidsplicht
- Schade
- Oorzakelijk verband (tussen fout en schade)
Rechtsfeit en rechtshandeling
Rechtsfeit = feit waaraan het objectief recht, rechtsgevolgen verbindt
à Geen menselijke wil, gebeurd gewoon
à rechtsgevolgen: doen ontstaan, wijzigen, doen verdwijnen
BV: auto-ongeluk, corona, 18j stemrecht, geboorte, sterfte, moord
Rechtshandeling = handeling die wordt gesteld met als doel, rechtsgevolgen te doen ontstaan à
OVK
à wilsautonomie
BV: autokopen à verzekering, boek kopen à koopcontract (eigendomsrecht)
Rechtshandeling is steeds een rechtsfeit met de wil om rechtsgevolgen te doen ontstaan
Rechtsfeit is niet een rechtshandeling, want de wil ontbreekt.
Soorten rechtshandelingen:
- Publiekrechtelijke RH: gesteld door openbaar orgaan, ambtenaar of magistraat
1. Normerende: bv parlement maakt en stemt wetten
, 2. Individuele: bv politie die u boete oplegt OF onteigening
3. Gerechtelijke: bv vonnis/arrest
- Privaatrechtelijke RH: niet gesteld door overheid BV: erkenning van kind
- Éénzijdige RH: wilsuiting één persoon BV: erkenning kind
- Meerzijdige RH: wilsuiting meerdere personen BV: arbeidscontract
- Vestigende RH: ontstaan van nieuwe rechten BV: huwelijk
- Overdragende RH: draagt bestaand recht over op nieuwe titularis BV: koop à
eigendomsrecht, huur à genotsrecht
- Aanwijzende RH: bevestigd juridisch statuut van bepaalde persoon, zaak of situatie.
Zonder nieuwe rechten toe te kennen BV: nalatenschap, schriftelijke bevestiging van
mondelinge uitspraak
- Vormelijke/plechtige/solemnele: BV: huwelijk, adoptie
- Vormvrij/consensueel: BV: koop
P187 NIET kennen 1.1.4.
Rechtsmisbruik
= in op het eerste gezicht rechtmatige handelswijze worden gezien als misbruik van het recht.
à eerste zicht lijkt rechtmatig, maar is TOCH misbruik van recht
Schoorsteenarrest (ARB)
2 buren, één buur laat schoorsteen zetten zonder reden, om zonlicht tegen te houden voor de
andere buur
à rechtspraak: eerste zicht niks verkeerd, maar je misbruikt recht
- Bedoeling om te schaden
- Afwezigheid van belang
- Kennelijk onredelijk
Geluidsinstallatie om koeien niet meer te horen
Sanctie
- Herstel in oorspronkelijke toestand, anders:
- Schadevergoeding op basis van art. 1382 BW
2. Soorten subjectieve rechten
Politieke rechten: rechten die burger tegenover overheid kan uitoefenen en opeisen
- Politieke vrijheden: onaantastbare vrijheid, dus overheid heeft plicht om geen
wetgevende, administratieve of feitelijke handelingen te stellen die deze vrijheid aantast.
(BV: vrije meningsuiting, vrijheid van onderwijs)
- Participatierechten = politieke rechten in enge zin: mogelijkheid om deel te nemen aan
overheidsbeleid. (BV: kiesrecht, passief: recht kandidaatstelling verkiezingen EN actief:
stemrecht)
- Sociaal-economische rechten: recht om van de overheid financiële tegemoetkomingen of
bepaalde diensten te vragen. (BV: steun aan behoeftigen en gratis onderwijs)
à onrechtstreeks via belastingen gefinancierd door burger zelf of door andere burgers
(herverdeling van de vermogens)
Burgerlijke rechten/civiele rechten: rechten die een burger tegenover zijn medeburgers kan
uitoefenen. Soms overheid ook medeburger (als overheid geen gebruik maakt van machtspositie)
, Extra-patrimoniale rechten: geen financiële waarden, kunnen niet verkocht worden en eindigt bij
de dood van de titularis
- Persoonlijkheidsrechten: het recht op eigen lichaam, ook tot na de dood, het recht op
zedelijke integriteit wat betreft naam, eer, privacy.
- Familierechten: rechten die voortvloeien uit huwelijk, afstamming, ouderschap, voogdij
à deze rechten hebben betrekking op de beschikking over de eigen persoon (fysieke en
psychische integriteit) EN op de staat van de persoon binnen de familie
Patrimoniale rechten/vermogensrechten: betrekking op economische, in geld waardeerbare
goederen, die verhandelbaar zijn. De titularis mag erover beschikken, ze overdragen en afstand
doen ervan.
- Zakelijke rechten: heerschappij over een goed. Volledig (eigendom) of gedeeltelijk
(vruchtgebruik, erfdienstbaarheid)
- Vorderingsrechten: bevoegdheid om van iemand anders de uitvoering van een
verbintenis te eisen om iets te doen, geven of laten.
- Intellectuele rechten: exclusieve heerschappij over een intellectuele creatie BV:
auteursrecht, octrooi/patent (= eigendomsrecht op uitvinding van technisch product of
proces), merkenrecht.
Extra: patrimonium/vermogen = de som van de patrimoniale rechten verminderd met zijn
patrimoniale verplichtingen (schulden)
Vermogen is ook het geheel van rechten en plichten van een persoon.
Zakenrecht:
- Eigendomsrecht, art. 3.50 nieuw BW
- Vruchtgebruik, art. 3.117 nieuw BW
- Erfdienstbaarheid
- Opstalrecht, art. 3.117 nieuw BW à als je wil afwijken van jouw grondgebied, kan je
opstalrecht krijgen gedurende periode van max. 50 jaar.
3. Het objectief recht ingedeeld
Privaat recht: verhouding tussen burgers onderling
Publiek recht: verhouding tussen burgers en overheid, overheden onderling en de interne
organisatie van de overheid
Nationaal recht: recht dat enkel binnen grenzen van een staat geld
Internationaalrecht: grensoverschrijdend recht
Nationaal privaat recht,
Nationaal publiek recht,
Internationaal privaat recht (IPR)
Internationaal publiek recht (volkenrecht)
Europees recht = internationaal privaat- en publiek recht
(Nationaal) Privaatrecht
Principe: contactsvrijheid = bevoegdheid om vrij over zijn middelen te beschikken, vrij op te
bepalen welke afspraken er tussen hen gelden
Aanvullend/suppletief recht vs. Dwingend/imperatief recht
Aanvullend recht
- Partijen zijn zelf vrij om te kiezen hoe ze OVK regelen = wilsautonomie
- Als partijen vergeten iets af te spreken à bepaalt overheid regeling
- Regeling is dus modelregeling in het wetboek
BV: secundair huwelijksstelsel, wetgeving rond koopcontract