Examenvragen Abs II
1) Welke leidingen lopen er door het dijkanaal?
Het dijkanaal is de holte die loopt van de lacuna vasorum (ernaast) naar de mediale kant van de
femur. Het is geen echt kanaal (ruimte is niet omgeven door een vlies), maar een virtueel kanaal
dat afgelijnd wordt door de m. sartorius, m. gracilis, m. adductor en m. pectineus.
Leidingen die hier door lopen:
a. femoralis (in distocaudale richting) en v. femoralis
Nn. Sapheni en rami musculares van de n. femoralis
Hoofdtak n. femoralis
Bij Eq wordt het lymphocentrum iliofemorale/inguinale profundum gevormd door een
omvangrijke groep van lymfeknopen die in het dijkanaal gelegen zijn en de a. femoralis
bedekken
↳ Ik denk dat die leidingen ook besproken moeten worden dan? Anders is het maar
een korte vraag.. :/
2) Welke leidingen lopen er door het lieskanaal?
Het lieskanaal wordt gevormd door de buikspieren (uitwendige + inwendige liesring).
Uitwendige liesring
De m. obliquus externus abdominis
Is de meest lateraal gelegen buikspier
De spiervezelrichting is caudoventraal
Origo:
‘Ribben’ gedeelte: gezaagd (afgewisseld met m. serratus ventralis pars thoracis) van het
middenste deel van de laatste 4 à 5 ribben
‘Lenden’gedeelte: laatste rib en fascia thoracolumbalis
Insertie:
Er w een aponeurose gevormd die splitst in 2 delen:
Mediale schenkel (buikpees):
* Loopt lateraal vd m. rectus abdominis
* fusioneert met de mediale schenkel vd andere m. obliquus externus abdominis thv
de linea alba
Laterale schenkel (bekkenpees):
* grijpt aan op tendo prepubicus, fascia iliaca en tuber coxae
* de verdikte achterrand van deze bekkenpees is vrij en w aangeduid als lig inguinale
(loopt dus van eminentia iliopubica naar tuber coxae)
Pagina 1
, Op de plaats waar de buik- en bekkenpees uit elkaar wijken, is er een ‘uitsparing’:
dit is de uitwendige liesring (anulus inguinalis superficialis)
→ Deze opening loopt van craniolateraal naar caudomediaal
→ Vanuit de laterale rand vertrekt er een BW-plaat, lamina femoralis,
naar de mediale vlakte van het bovenbeen
Inwendige liesring
De m. obliquus internus abdominis
ligt onder de m. obliquus externus abdominis
De spiervezelrichting is caudodorsaal
Origo:
Tuber coxae (bij Eq ook nog op fascia thoracolumbalis en fascia iliaca)
Lig inguinale
↳ maar er wordt een gedeelte van dit ligament niet benut: inwendige liesring
(anulus inguinalis profundus)
→ Doorheen deze uitsparing wordt er bij mannelijke dieren een spiertakje van de m.
obliquus internus abdominis in het lieskanaal gestuurt om te eindigen op de fascia
cremasterica omheen de testis: m. cremaster
Leidingen die hier door lopen:
Bij mannelijke dieren: m. cremaster (= spiertakje van de van de MOIA)
Bij mannelijke dieren (niet bij Eq.) : a. cremasterica (= aftakking vd a. epigastrica
caudalis) en v. cremasterica (= aftakking vd v. epigastrica caudalis)
Bij mannelijke dieren: aa. testicularis
a./v. pudenda externa
n. genitofemoralis - ramus genitalis
→ splitst hierin in 2 takken: ramus caudalis en ramus cranialis
n. iliohypogastricus – nn. inguinales
n. ilioinguinalis – nn. inguinales
3) Bespreek de fonteinstreek bij het paard
Fonteinstreek = gebied aan de dorsomediale zijde vd tarsus (distaal vd tibia naar de thaluskam)
In deze streek aan de mediale kant vd tarsus daar ligt:
Een slijmbeurs
De spatpees
Het spatbeentje (OT I + II versmolten bij het paard)
De r.cranialis vd v. saphena medialis
→anastomoseert met v. dorsalis pedis en loopt verder als v. digitalis dorsalis communis II
Waarom zo genoemd?
Het is een klinische structuur, die als plaats w aangeduid voor een punctie thv de sprong
Pagina 2
, Als de spatpees te hard drukt op de slijmbeurs en je wilt deze druk verminderen, moet je
rekening houden met de tak vh oppervlakking venensysteem, wanneer je een ingreep
gaat uitvoeren
Wanneer je een naald steekt in de fonteinstreek gaat het synoviaal vocht er uit spuiten
zoals een fontein, doordat er enorm veel tractie zit in het gewrichtskapsel
Pas dus op dat je hierbij de v. saphena medialis niet raakt!
Uitspuiten van vocht gebeurt alleen bij paard, niet bij rund
→ Dus die fonteinstreek kunnen bespreken en kunnen tekenen is heel belangrijk.
Bv. op examen: Tekening Barone of andere tekening met alle botjes aan
mediale zijde vd tarsus erop maar waarop alle structuren weggelaten zijn
Teken de vergeten structuren: a, v, n, spieren, slijmbeurzen
→ Tekening in bib zoeken!!
Pagina 3
, 4) Er wordt een snede gemaakt boven tuber calcaneus, welke structuren zijn er door en
welk verlies van functie is er als gevolg daarvan? Of Foto van trauma thv de tendo
calcaneus communis. Bespreek de beschadigde structuren bij Ru
Alle structuren die eindigen op de tuber calcaneus zijn: (tendo calcaneus communis)
- Achillespees of tendo calcaneus proprius
- tendo accessorius van de m. biceps femoris
- tendo accessorius van de m. semitendinosus
- eindpees van de m. flexor digitorum superficialis
- fascia cruris
Je moet dan gaan kijken hoe diep dat die wonde is:
Oppervlakkige snede: dan is het hoogstwaarschijnlijk dat, omdat alleen de eindpees van
de m. flexor digitorum superficialis helemaal langs mediaal naar de oppervlakte draait,
dat die eindpees kapot is
strekken tarsus kan nog perfect doorgaan
Diepere snede: achillespees misschien geraakt en de tendo accesorius
Je krijgt dus een veel groter effect: strekken van de tarsus kan absoluut niet meer
doorgaan want
- De oppervlakkige buiger doet dat en die werkt niet meer
- De m. gastrocnemius werkt niet meer
- De hulp van de broekspieren valt weg
- De enige die dat nog een beetje zou kunnen doen is de diepe buiger maar
die kan de schade niet opvangen door de zwaartekracht
Het doorzakken van de tarsus wijst vaak op een volledige ruptuur van de tendo
calcaneus communis
Zo een wonde gebeurt vaak bij het in- en opladen op de van want dan heb je vaak dat de
dieren schrikachtig zijn en er zijn vaak scherpe puntjes die uitsteken waar ze achter
kunnen blijven haken. Komt zeker bij jonge dieren frequent voor want hun coördinatie is
nog niet top.
Bespreking van de verschillende onderdelen vd tendo calcaneus communis
1. M. gastrocnemius
De m. gastrocnemius is opgebouwd uit 2 min of meer identieke spierbuiken.
↳ Beiden zijn lateraal bedekt door het einde vd m. biceps femoris en mediaal door het
einde van de m. semitendinosus
↳ Tussen de 2 spierbuiken vinden we de n. tibialis en de a. en v. poplitea terug
↳ Deze spier is doorspekt met peesstroken die ervoor zorgen dat op een passieve wijze
het doorzakken van de tarsus belet wordt.
Pagina 4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur diergeneeskundemasterstudent. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €12,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.