In deze samenvatting word 'water' besproken en waarom het zo'n merkwaardige stof is. eest wordt er uitgelegd dat er 2 soorten atoombindingen zijn. Dan hoe dat water in die typische tetraëderstructuur komt. Wat zijn polaire en apolaire stoffen? Wat zijn ionvormers en iondragers? Hoe werkt een ionsp...
Chemie H4: Water, een
merkwaardige stof
1. Waarom noemen we een “gewone” stof als water
“merkwaardig”? Voor een stof met zo’n kleine
moleculen is dat verbijsterend
hoog.
Dat is levensnoodzakelijk: levende
cellen (in ons lichaam) bestaan
voornamelijk uit water. Dit water
kan allerlei stoffen transporteren.
2. Hoe komt het dat watermoleculen geladen zijn?
soorten atoombindingen
In atoombindingen worden elektronen altijd gedeeld tussen 2 atomen. Maar dat kan op 2 manieren:
Figuur links: Ze hebben dezelfde EN-waarde (2,1) en zullen dus
even graag elektronen willen opnemen. Ze delen een elektron.
Ze stabiel en hebben een duetstructuur.
Gevolg: de gedeelde elektronen zitten in het midden van de
atoombinding.
Figuur rechts: Chloor heeft een hogere EN-waarde (3,0) dan waterstof (2,1). Ze willen beiden
elektronen opnemen, maar chloor wil dat liever. De elektronen verschuiven dus richting
chlooratoom. Daardoor krijgen ze een schijnbare lading: Cl=“ -“ en H=“ +“. Beide zijn hierdoor
stabiel: chloor -> octetstructuur en waterstof -> duetstructuur. Aan de molecule ontstaan 2 elektrisch geladen
polen, die gescheiden zijn. We spreken over een dipoolmolecule. Water is ook een dipoolmolecule.
Zuurstof -> octetstructuur, waterstof -> duetstructuur. Alle atomen zijn dus stabiel. Omdat O 2 een
hoger EN-waarde heeft verschuiven de gedeelde elektronen naar daar. 2 extra elektronen
richting zuurstof opschuiven -> lading: “2 -“ Gevolg: 2 ladingsmiddelpunten ontstaan die
ruimtelijk gescheiden zijn: het positieve ladingsmiddelpunt valt meetkundig
tussen de 2 waterstofatomen.
Een molecule met twee gescheiden ladingsmiddelpunten noemen we een
dipoolmolecule. of polaire molecule.
Het afbuigen van een waterstraal:
De watermoleculen richten zich met hun positieve zijde (=waterstofatomen) naar de
Hoe geraken watermoleculen aan hun typische “V-vorm”
negatief geladen staaf en daardoor afbuigen. Mocht de straal met een positief
De twee H2-atomen en het 02-atomen liggen ruimtelijk in een plat vlak. Maar het zuurstofatoom -> 2 vrije
geladen staaf benaderd worden, dan gebeurd het omgekeerde.
doubletten over (niet gebruikt om een binding mee te maken). Daarnaast zijn er ook 2 verborgen
bindingsparen. Deze 4 paren stoten elkaar af en gaan zo ver mogelijk uit elkaar zitten in de ruimte rond
het zuurstofatoom.
Hierdoor ontstaat een ruimtelijke figuur die doet denken aan een kraaienpoot. De 2 waterstofatomen
worden ten opzichte van het zuurstofatoom in een “V-vorm” gewrongen. Wetenschappelijk spreekt men
over een tetraëderstructuur. Alle elektronen zitten vrijwel op de hoekpunten van een tetraëder.
, Doordat waterstof een V-vorm heeft, is de molecule asymmetrisch gebouwd. Daardoor zijn de
ladingsmiddelpunten gescheiden. En daardoor is water een dipoolmolecule of polaire molecule.
3. Wat zijn polaire en apolaire stoffen
2 geladen ladingsmiddelpunten
liggen NIET samen
Positieve en negatieve
ladingsmiddelpunt valt samen
Δ
E =0
N
4. Hoe komt het dat sommige stoffen of oplossingen
elektrisch geladen zijn?
Om een elektrische stroom te kunnen geleiden moeten stoffen bewegende, geladen deeltjes bezitten.
Negatief geladen ionen transporteren eigenlijk ook elektronen!
Stoffen die niet geleiden (isolators) hebben geen vrij bewegende geladen deeltjes (Suiker en alcohol).
Voor koper en ijzer -> hebben een metaalrooster dat bij elkaar gehouden wordt door vrij bewegende elektronen,
een elektronengaswolk.
Andere stoffen vormen op een of andere manier bewegende ionen in water. In vaste toestand geleiden ze
niet. Toch kunnen ze dan ionen bevatten. Keukenzout of natriumchloride bestaan uit ionroosters, maar deze
ionen zitten dan vast in het rooster door de onderlinge aantrekking! Geen beweging =geen geleiding.
Zoutzuur of HCl = atoombinding ->bevat geen ionen. Toch geleidt HCl eens het opgelost is in water. Dat betekent dat
zowel NaCl en HCl bewegende ionen zullen vormen indien ze opgelost worden in water. We noemen dergelijke
stoffen elektrolyten. Hetzelfde gebeurd als je deze stoffen smelt, want dan komen de ionen ook los van elkaar!
!!!Een elektrolyt is een stof die in opgeloste of gesmolten toestand de stroom geleidt doordat ze vrije, bewegende
ionen vormt. Elektrolyten zijn van uitzonderlijk belang voor het goed functioneren van de natuur. Onze spieren en
heel ons zenuwstelsel werken met elektrolyten.
Leidingwater -> geen zuivere stof maar een mengsel is. Leidingwater geleidt de stroom omdat er
bewegende ionen van andere stoffen in opgelost zijn.
Uit gedemineraliseerd water zijn alle bewegende ionen verdwenen => isolator.
Zuiver water vormt ook in uiterst beperkte mate bewegende ionen. Dit is echter
Voorbeeld: azijnzuur
onvoldoende om de stroom te kunnen geleiden.
De algemene regel is dat polaire stoffen meestal oplossen in andere
polaire stoffen en apolaire stoffen meestal in apolaire stoffen Een
Voorbeeld: NaOH en HCl
elektrolyt is dus altijd polair. Gevolg: metalen zijn geen elektrolyten zijn. Zouten, hydroxiden en zuren zijn
elektrolyten. Zouten en hydroxiden bevatten bijna steeds ionbindingen. Ze bevatten al ionen voordat ze opgelost
worden in water. We noemen ze iondragers. Zuren bezitten enkel atoombindingen en vormen pas ionen als ze
Hier zie je hoe bewegende ionen plots een vaste bewegingsrichting krijgen als ze in contact komen met een
stroomcircuit. De negatieve ionen bewegen zich naar de positieve pool. Daar geven ze de elektronen af: de
elektrische stroom loopt verder in een metalen draad bijvoorbeeld. De positief geladen ionen doen het
omgekeerde. Zo ontstaat een geleidend milieu.
opgelost worden. We noemen ze ionvormers.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur yelenasamyn. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.