Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Uitgebreide samenvatting Theoretische criminologie €5,49   Ajouter au panier

Resume

Uitgebreide samenvatting Theoretische criminologie

4 revues
 217 vues  11 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Uitgebreide samenvatting van 132 pagina's. Heb je meteen alle HC en verplichte stof. Ik had er een 9,5 voor gehaald met deze samenvatting

Aperçu 4 sur 132  pages

  • Non
  • Verplichte hoofdstukken
  • 26 mars 2022
  • 132
  • 2020/2021
  • Resume

4  revues

review-writer-avatar

Par: loisschirm8 • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: myrthelejeune • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: gwynverschoor • 1 année de cela

review-writer-avatar

Par: VC12Mc • 2 année de cela

avatar-seller
HC 1 Theoretische criminologie -> verklaren van criminologie aan de hand van sociologie en
psychologie

- Multidisciplinariteit -> inzichten uit verschillende wetenschap gebruiken
- Objectwetenschap
- Criminologie als wetenschap van regelovertreding
o Aard en omvang
o Oorzaken
o Reacties

Victomology (slachtofferschap) = de studie van fysieke, emotionele en financiële schade door
criminaliteit
De definitie van criminaliteit en schade:

1. Verschillende soorten criminele activiteiten: individuele spontane activiteit of georganiseerde
criminelen groepen
2. Profielen van daders en slachtoffers
3. Statistieken over criminaliteit (incl dark figure): slachtofferenquête en zelfrapportage
4. Oorzaken van criminaliteit

Criminaliteit: is wat er onder verstaan, en veranderd over tijd en plaats -> kijken naar de context

Als je gaat kijken naar criminaliteit is het belangrijk om te kijken naar wat er gedefinieerd wordt als
criminaliteit en hoe dat wordt gemeten -> een crimineel vrije buurt; is dat ook echt zo? Of is dat
alleen wat de politie denkt te weten?

Hagan’s Piramide

3 categorieën:

1. Mate van consensus = de mate waarin mensen
accepteren dat iets goed of slecht is. Mate van
overeenstemming dat het gedrag strafbaar is.

2. De mate van sociale reactie op deviantie -> hoe
zwaarder de straf, hoe erger mensen het vinden
en hoe zwaar het maatschappelijke inbreuk heeft. De verschillende straffen als reactie op de
misdaad.

3. Ernst van de schade = slachtofferloos (drugs, gokken) of schadelijk gedrag met slachtoffer
(geweld)

De piramide beschrijft de definitie van criminaliteit en de 3 dimensies hebben een sterke samenhang
met elkaar.

Kritiek: kijkt niet naar de bewustwording van slachtoffers. Criminaliteit is divers heeft veel
verschillende vormen van schade en slachtoffers (aantal slachtoffers). Niet iedereen beseft dat die
slachtoffer is:

- Dader is zelf slachtoffer: gokken, drugs
- Misdaden door overheid/bedrijven: milieuschade

,Ernst van de reactie kritiek: niet weten hoe er wordt gereageerd ookal is het strafbaar ->
machtelozen eerder dan machthebbers). De piramide suggereert dat misdaden waarbij er conflicten
zijn over hun misdadigheid niet volledige schade toe rekenen. Dit klopt niet omdat er misdaden zijn
die heel veel schade toebrengen maar die toch door de hele maatschappij niet als schade
toebrengend worden gezien door de manier waarop de media de misdaad presenteert.

Prism of crime
Visibility = neemt ook slachtofferloze criminaliteit erin mee.

Number harmend = En het aantal slachtoffers (1 slachtoffer of
9/11)

Seriousness of response = bij de powerless is hoge response
en bij powerful lage response

- Bovenaan = moord, diefstal -> gebeurt in het openbaar
met veel slachtoffers (9/11). Misdaden die gezien worden
als typische misdaden gepleegd door machtelozen

- Midden = sociale afwijkingen en deviantie; dronkenschap, jongeren -> weinig schade en niet echt
consensus of het echt misdaad/misdadiger is

- Onderaan = witteboordencriminaliteit -> speelt zich niet in het zicht af: werkplek. Door machtige
en minder directe schade. Misdaden hebben geen directe consensus in de maatschappij en
verschilt ook per plaats en tijd. Eerder bestuursrechtelijke dan strafrechtelijke sanctie.

Crime of the powerless: worden eerder opgepakt (economisch en politiek) en worden eerder
veroordeeld, maar niet zo dat zijn minder crimes plegen.

Crime of the powerfull: wittteboordencriminaliteit -> niet alleen individuen maar ook van bedrijven,
organisaties en de overheid. De powerfull zijn beter in staat om hun activiteiten te verbergen en te
verdedigen

Problemen met de legale definitie van criminaliteit = wat het strafrecht zegt

1. Het is te limitatief -> geen rekening gehouden met bv witteboordencriminaliteit wat onder
bestuursrecht valt. En moet gekeken worden naar de sociale schade
2. Het negeert de culturele en historische context van de wet -> wat als crimineel wordt
gedefinieerd verschilt over tijd en plaats.
3. Gaat ook in de interpretatie van een wet

Kennisopbouw via:

- Theoretische noties en concepten
- Falsificatie, weerleggen, (en – tijdelijke – verificatie) via empirie

Zonder theorie geen wetenschap: als je geen kader van onderzoek hebt dan geen wetenschap ->
theorie als kader gebruiken

Theoretische vernieuwing

Criminologie = jonge wetenschap -> voortgekomen uit theoretische ontwikkelingen

Ontwikkelingen onder invloed van

,- Wetenschapsinterne factoren = dingen die van binnen die wetenschap komen; door
ontwikkeling, inzichten en wisselwerking tussen de theorieën
- Wetenschapsexterne factoren = buiten de wetenschap komen en invloed hebben op de
wetenschap/criminologie -> Na WOII geen biologische verklaring van criminologie

Paradigma = Algemene wijze van kijken naar de wereld, dat impliceert wat je kan zien, doen en
theoretiseren -> achterliggend die bepaald wat voor theorieën we maken en hoe, verschilt per tijd en
paradigma’s volgen elkaar op -> overkoepelend

De vier paradigma’s

1. Klassieke paradigma = de mens is een rationeel wezen, genotsmaximalisatie -> kijken naar
effectieve manier van strafrecht (reactie op onterecht)
2. Positivistische paradigma = reactie op klassieke -> wetenschap onderzoek moet worden gedaan.
Meten is weten. Kwantitatief onderzoek. Biologische determinisme (lombroso)
3. Interpretatieve paradigma = de wereld is heel complex en steeds in beweging -> kwalitatief
onderzoek; eigen betekenis aan werkelijkheid geven. Subjectieve interpretatie. Werkelijkheid
wordt niet verklaard door algemene wetten maar door interpretaties
4. Kritische paradigma = de wereld is ongelijk en niet waarden vrij, kennis is nooit objectief, de
macht hebbers bepalen hoe de wereld in elkaar zit. Kritisch kijken naar de sociale werkelijkheid.
Machtscultuur bestuderen en veranderen = actieonderzoek. Onderzoeker is subjectief; kiest een
kant

Theoretische benadering/perspectief

- Fundamenteel/samenhangend beeld van de samenleving
- Concreter dan paradigma’s
- Verzameling die gebaseerd is op een paradigma
- Richtsnoer voor theorie en onderzoek -> Daarbinnen allemaal theorieën

Theorie

- Consistent stelsel van (gegeneraliseerde) uitspraken die met elkaar samenhangen
- Verklaart sociale werkelijkheid -> theorieën zijn verklarend
- Toetsbaar d.m.v. onderzoek




Concept = niet/minder uitgewerkte theorie -> kan onderdeel zijn van theorie, is één van de
uitspraken.

Etiologie = “Oorzakenleer” : Causaliteit ≠ correlatie

- Heel moeilijk aan te tonen in sociale wetenschap

Verklaringsniveaus

, 1. Macro
- Focus op samenleving als geheel
- Totaalbeeld van sociale structuren in de samenleving
2. Meso
- Focus op ‘middelgrote’ analyse-eenheden
- Groepen
3. Micro
- Focus op individuen
- Interacties

Maatschappijbeelden:

- Consensus = gaan uit van dat de samenleving met elkaar eens is, bv wat criminaliteit betekend ->
gedeelde moraal. Begrip staat niet ter discussie -> daarom gedrag verklaren. Durkheim
Sociaal moraal: criminaliteit is dus een overtreding van het collectieve moraal. En dan maakt de
economische, sociale en politieke positie van een persoon niet uit.
o Kritiek: wie zijn moraal is belangrijk bij de definitie van gedeelde moraal? Minderheid of
meerderheid. Misbruik: in een oorlog; legaal om andere te doden? Dan niet als moord
gezien. Kijken naar de context van de geschiedenis en sociale ontwikkelingen. Wat als
criminaliteit wordt gedefinieerd is afhankelijk van de macht -> wie toegang tot de
middelen

- Conflict = er zijn verschillende groepen in de samenleving die eigen belang hebben -> er is geen
consensus (Marx). Gaat om de machtige en niet machtige (economisch). De verschillende
groepen hebben een andere definitie van criminaliteit. Deze definitie wordt bepaald door de
machtige groep en benadeeld de andere groepen.
Tussen culturen:
o Primary conflict = een persoon is opgegroeid in een bepaalde cultuur maar leeft in een
andere cultuur -> dan is er een conflict tussen wat nou deviant is (Islamitisch en westers)
o Second conflict = groepen die in hetzelfde gebied wonen maar hun eigen waarde
systeem hebben (skateboarders)
Marx: conflict theorie: de definitie van criminaliteit is een conflict in een kapitalistische
samenleving met een klassen systeem -> macht en geld. Deviant is het gene wat een bedreiging
is voor de machtige. Daarom witteboordencriminaliteit niet ernstig.
‘’The definition of crime is a political tool used to protect power, wealth, and position in a
society’’ = critical criminology.

- Interactie = maatschappij wordt gevormd door onderlinge interactie -> niks staat dus vast.
Criminaliteit is een sociaal begrip en wordt door interactie gevormd.

Mensbeelden: passen binnen paradigma’s

- Rationele actor = klassieke paradigma -> mensen zijn rationele wezens die in vrijheid afgewogen
keuzes maken. Deviant persoon kiest er voor om deviantie te plegen. In vrijheid rationale
afweging maken
- Gedetermineerde actor = mensen worden gedwongen tot hun acties. Positivisme.
Omstandigheden dwingen tot deviantie
- De actor als slachtoffer (victimised actor) = de ator is het slachtoffer van een oneerlijke
samenleving (kritisch) niet aan dader wijten, want is slachtoffer van het systeem. Macht
dominante groepen -> daardoor worden sommige mensen neergezet als deviant. Nadruk op

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur CrimiVU123. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

77254 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,49  11x  vendu
  • (4)
  Ajouter