Alle tentamenstof uit de nieuwste versie (2021) van het boek 'Media and Society' van Nicholas Carah. Deze samenvatting bestaat uit de introduction, en hoofdstukken 1 tm 12.
samenvatting media en maatschappij (incl. voorbeelden)
Tout pour ce livre (2)
École, étude et sujet
Universiteit Utrecht (UU)
Communicatie- En Informatiewetenschappen
Media En Maatschappij
Tous les documents sur ce sujet (19)
1
vérifier
Par: IH14 • 1 année de cela
Traduit par Google
Many misspellings, an inconsistent text structure and missing many important details about the description of concepts.
Vendeur
S'abonner
anouk11
Avis reçus
Aperçu du contenu
MM Samenvatting Carah
Stof: Introduction, Chapter 1 tm 12
Introduction
Media= sociale processen van het overdragen en circuleren van betekenis, deze vormen hoe wij de
wereld en onze relaties met anderen begrijpen
Het delen van betekenis zorgt voor zowel consensus (over de sociale relaties en instellingen die zij
hebben opgericht) als conflict (de sociale relaties of de verdeling van middelen zou kunnen
veranderen op manieren die hun voordeel kunnen opleveren).
Cultuurindustrie: scala van instellingen die de circulatie van betekenis maken en beheren en zo de
massabevolking vormen en beheren. Het beheren en maken van de betekenis wordt gedaan door
proffesionele communicators. Bv. Scholen, universiteiten, overheidsbeleid, industriën die media en
populaire cultuur produceren.
Het publiek van de cultuurindustrie uit het industriële tijdperk werd gezien als de ontvangende kant
van een standaard stroom van betekenis. Kritische/dystopische beshouwingen zien het publiek als
passieve ontvangers van betekenis die gemanipuleerd werden door de machtige groepen die de
culturele productie beheersten.
Meer genuanceerde beschouwingen wezen erop dat de media niet aan het publiek kan vertellen wat
ze moesten denken, maar wel waar over ze moeten denken.
Basisbegrippen van dit boek:
1. Meaning (betekenis)= gebruikt door mensen om hun percepties, bedoelingen, gevoelens en
acties uit te drukken. Door het maken en delen van betekenis erkennen we het bestaan van
anderen, hun leven, hun verlangens en hun plaats in de wereld. Betekenissen worden
gecreëerd via onderhandelingen en krijgen vorm in taal, beelden, gebaren en rituelen.
2. Power (macht)= het vermogen om je wil te realiseren tegen de wil van anderen.
3 concepten die nuttig zijn bij het onderzoeken van de relatie tussen betekenis en macht:
1. Ideology= kader van ideeën op basis waarvan mensen beslissingen nemen en handelen (hoe
machtige groepen betekeniskaders construeren die samenhangen met hun belangen) vb.
Christendom, communisme, speciësisme (eten en houden van dieren)
2. Discourse= systeem van betekenissen en ideeën die de regels, procedures en praktijken van
een samenleving en haar instellingen vormen. (discourse markeert sommige manier van
leven als aanvaardbaar en andere als onaanvaardbaar) vb. voorbereiden op colleges
(discours over gedrag van studenten)
Specifieke en historisch en cultureel bepaalde manieren van communiceren over een
onderwerp.
3. Hegemony= culturele toestand waarin een bepaalde manier van leven en de bijbehorende
ideeën, identiteiten en betekenissen worden geaccepteerd als normaal door een bevolking.
(groepen moeten werken aan het bereiken/handhaven van hun hegemoniale status) vb.
mannen die aan de top staan van de bedrijfswereld
Hegemoniale ideeën zijn vanzelfsprekend, worden gezien als common sense. Hegemoniale
ideeën kunnen veranderen in de loop van de tijd (bv. homoseksualiteit) en zijn dus cultureel
en historisch bepaald.
Het uitoefenen van macht, door het produceren/beheren van ideologieën, hegemonieën en
discoursen, hangt af van het vermogen om de creatie van voorstellingen (representation) en
identiteiten (identity) te controleren. Representation= maken en uitwisselen van betekenis, hoe
mensen de wereld begrijpen organiseert hoe ze handelen in de wereld. Identity= geproduceerd door
representation, proces van onszelf plaatsen binnen de sociale wereld en zijn machtsrelaties.
,Media platforms= participatory en algorithmic-> deelnemers creeëren en consumeren inhoud,
geven en krijgen aandacht en zetten hun sociale ervaring om in stromen van gegevens. Die gegevens
worden gebruikt om algoritmische modellen te trainen die stromen van inhoud, aandacht en actie
classificeren en ordenen. De cultuur industrie gebruikt digitale technologieën om de deelname van
het publiek in de gaten te houden, te organiseren en te controleren.
Vroeger werkte de cultuurindustrie publieksparticipatie tegen door te beperken wie betekenis kan
verspreiden, tegenwoordig wordt publieksparticipatie juist gestimuleerd.
Kritische theorieën: hoe de constructie van sociale relaties is vastgelegd in de uitoefening van macht,
ze kijken naar de rol die media speelt in het vormen van onze sociale wereld. Deze theorieën geven
inzicht op de relatie tussen betekenis en macht. Macht wordt niet als slecht gezien maar er wordt
gekeken naar hoe macht georganiseerd is en hoe betekenis relaties vormt.
Journal article: een onderzoeksstudie/essay waarin academici hun resultaten en argumenten
presenteren aan een wetenschappelijk veld. Een artikel moet peer-reviewed zijn hiervoor. Er wordt
beoordeeld op twee punten: nauwkeurigheid van de argumentatie, methode en bevindingen & de
bijdrage van het artikel aan het debat.
Structuur van een journal article:
1. Vraag/bewering
2. Positie in het academisch debat (aangegeven door een literatuur overzicht)
3. Uitleg van de onderzoeksmethode of -benadering
4. Presentatie van bevindingen en argumentatie (bijdrage leveren aan de literatuur)
5. Verklaring van implicaties en bijdragen van het onderzoek studie (discussie)
Chapter 1
Media is technologisch (info wordt verzameld, opgeslagen, verwerkt en gedeeld) en cultureel
(content gebruiken we om de wereld te begrijpen).
Medium= iets wat tussen twee punten in zit, kanalen van massa communicatie. Definitie is veranderd
door de eeuwen heen.
Het menselijk gebruik van media is uniek, de inhoud van hun communicatie leggen ze vast in een
materiele vorm buiten hun lichaam.
Meaning= menselijke vermogen om onze lichamen te gebruiken om te communiceren met elkaar
Media= menselijke vermogen om materiële structuren, instrumenten en instellingen te creëren om
informatie te verzamelen, op te slaan, te verwerken en te verspreiden
Geschiedenis van het opslaan van informatie:
- Symbolic technologies= mensen die hun eigen lichaam gebruikten om de wereld waar te nemen en
te vertalen in een handgetekende tekening of geschreven schrift bv. kerven in steen, postduiven,
rook signalen
-> mens in staat om complexe samenlevingen te ontwikkelen
- Technical media= 1440-> uitvinding drukpers, machines konden symbolen produceren, informatie
verzenden en licht en geluid opvangen en opslaan. De inhoud van het ene medium wordt opgeslagen
in een ander medium (bv. camera slaat licht op in video).
-> ontwikkeling van nieuwe vormen van media en dus nieuwe culturele praktijken en groepen
- Uitvinding van de telegraaf: mogelijkheid tot het verzenden van informatie
- Uitvinding van de camera: mogelijkheid tot het opslaan van de realiteit
- Uitvinding telefoon: uitzenden van menselijke stem in real time
- 20e eeuw: moderne media-industrieën & beroepen ontstaan, media neemt een centrale plaats in in
het dagelijks leven, media werden belangrijke instellingen in de politieke en economische processen
van de samenleving.
- 2e helft 20e eeuw: ontstaan mobiele vormen van media (bv. Walkman)
, - Digitale media zet alle informatie (licht, geluid, tekst) om in binaire code-> media kan niet alleen
info opslaan en overdragen maar ook verwerken en manipuleren.
Zodra politieke en economische elites doorhadden dat media een groot deel was van het dagelijks
leven, ontstond er een academische discipline die communicatie ging analyseren om erachter te
komen hoe deze gebruikt kon worden om de publieke opinie te beheersen. Hieruit ontstonden
modellen van communicatie met 4 elementen: communicator, medium, boodschap/signaal en een
ontvanger.
Twee theorieën over communicatie:
Beide een lineair proces-> verschil: Lasswell was geïnteresseerd in hoe communicatie gebruikt kan
worden om ideeën te organiseren in maatschappijen, Shannon was geïnteresseerd in technologieën
die informatie efficiënt van punt naar punt kan brengen.
Shannon stelt dat er drie problemen zijn die interessant zijn voor communicatieonderzoekers:
1. Technisch: Hoe nauwkeuring kunnen de symbolen van communicatie worden overgebracht?
2. Symbolisch/sociaal: Hoe precies brengen de symbolen de gewenste betekenis over?
3. Politiek: Hoe effectief beïnvloedt de ontvangen betekenis het gedrag op gewenste manier?
Betekenisgeving: communicatie-medium-ontvanger proces
Power= het vermogen om te krijgen wat je wilt wanneer je interacteert met anderen
Drie vragen rondom macht:
1. Wat is de relatie tussen macht en elite groepen?
De mediaproductie wordt door machtige groepen gebruikt om de macht te handhaven.
Maar dit betekent niet dat ze de media zomaar kunnen gebruiken om directe manipulatieve
controle over mensen uit te oefenen. Hegemonische overheersingsmodel: Hegemonie is een
cultuur die als algemeen geld. Hegemoniale ideeën zijn ideeën waar mensen mee in stemmen.
Hegemonische elites worden gevormd uit allianties van belangengroepen, hun macht schommelt
omdat er sprake is van verschillende elites.
2. Waar komt macht vandaan?
- Toegang tot matariële en culturele middelen-> gebruik of dreiging van geweld
- Sociale posities die je mogelijkheden vergroten (om je zin te krijgen/anderen te beperken)
- Gebruiken en controleren van betekenis om sociale relaties te structureren
Credentials zijn ook een belangrijk machtsmiddel, het zijn criteria opgesteld door instelling
om toegang tot instellingen te regelen. Bv. leraar uni krijgt dr.
Ook je representatie in de media is belangrijk om macht te verkrijgen of te behouden.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur anouk11. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.