Dit document bevat de samenvatting en aantekeningen van alle hoorcolleges (1 t/m 12) van het vak Forensische Psychopathologie met een heldere inhoudsopgave. Als bonus vind je aan het einde een overzicht van de forensische relevantie per stoornis.
Inhoudsopgave
HC 1 – Inleiding Forensische Psychopathologie............................................................................................... 2
HC 2 – Juridische kaders................................................................................................................................. 5
HC 3 – Psychotische stoornissen..................................................................................................................... 8
HC 4 – Stemming, angst en PTSS................................................................................................................... 12
HC 5 – Persoonlijkheidsstoornissen.............................................................................................................. 17
HC 6 – Ontwikkelingsstoornissen: autisme en ADHD.....................................................................................22
HC 7 – Seksuele stoornissen en parafilie....................................................................................................... 26
HC 8 - Neuropsychiatrie van verslavingen (Judith Beerten-Duijkers)..............................................................30
HC 9 – Culturele overwegingen in pro Justitia-rapportages...........................................................................33
HC 10 – Stoornissen in de impulsbeheersing................................................................................................. 36
HC 11 – Zwakbegaafdheid en IQ................................................................................................................... 40
HC 12 – Tbs in getal (de tbs-maatregel)........................................................................................................ 43
Forensische relevantie per stoornis.............................................................................................................. 47
1
, HC 1 – Inleiding Forensische Psychopathologie
DSM-5 Veel observeerbare dingen,
maar kernsymptomen van bijvoorbeeld
depressies zijn niet observeerbaar. Gaan
meer over gevoel. Dit boek heeft alles
verzameld.
Wat is een stoornis? De makers van het
boek hebben eigenlijk de criteria
bepaald. De definitie in de DSM-5 is
ENORM uitgebreid.
Forensische psychiatrie kan heel veel
impact hebben op het leven van mensen:
gedwongen opname en therapie,
dwangmedicatie.
Psycho-organische stoornissen Direct bewijs dat het brein is aangetast, of sterk vermoeden.
Bv dementie. Neuronen verdwijnen door je leven en komen niet meer terug.
Stoornissen alcohol / drugs Belangrijkste vanuit forensische psychiatrie. Gaat over
innemen, onder invloed zijn ervan, mensen kunnen dan dingen doen die ze anders
nooit hadden gedaan. Maar mensen kunnen ook verslaafd raken: gaat veel geld in om,
ontwikkelen criminele activiteiten om verslaving te onderhouden. Het kan ook dat je
last hebt van onttrekkingsverschijnselen.
Schizofrenie / psychosen Is een verlammende diagnose, klinkt alsof je er niks aan kunt
doen. Daarom spraken ze van psychosegevoeligheid (waar je volgens DSM spreekt
van schizofrenie). Drugspsychose kan ook voorkomen.
Stemmingsstoornissen Depressie, manie.
Angststoornissen Paniek, gegeneraliseerde angst (piekeren).
Eetstoornissen Anorexia nervosa
Seksuele stoornissen Forensisch van belang!
Slaapstoornissen Veel mensen met bv een angststoornis hebben ook slaapproblemen.
Impulscontrole stoornissen Agressief is forensisch relevant.
Persoonlijkheidsstoornissen Antisociale persoonlijkheidsstoornis (deel van deze mensen
voldoet ook aan criteria voor psychopathie), borderline en narcistische forensisch
relevant.
Stoornissen bij kinderen en adolescenten Besteden we minder aandacht aan. Deels ten
onrechte: leeftijd dat de meeste mensen voor het eerst met justitie in aanraking komen
is jong, 12 jaar. Als je wilt ingrijpen moet je het daar doen.
De Hersenen
Voorbeeld: man die familie de Mol geld probeerde af te persen met brieven om te geven aan
het goede doel.
Hij had frontotemporale dementie, een psycho-organische stoornis.
Atrofie Hersenweefsel verdwenen, in dit geval in het voorste deel van de hersenen.
2
,Belangrijk om te weten bij de DSM: of je uiteindelijk tbs opgelegd krijgt, wordt uiteindelijk
bepaald door de rechter, niet door de DSM. De straf kan zo dus ook verschillen per land: wat
als toerekeningsvatbaar wordt gezien kan verschillen. Het is natuurlijk goed als rechters wel
goed luisteren naar de gedragsdeskundigen. Nederlandse rechters doen dat ook. Er zijn vaak
veel deskundigen betrokken bij de diagnostiek (bv bij dementie: psycholoog, neuroloog,
neuropsycholoog).
Phineas Gage casus Hersenschade door ongeluk. Staaf door prefontale cortex, waardoor hij
veranderde als persoon. Het bleek dat de prefontale cortex de hele dag bezig is met het
controleren van impulsen, zorgt dat je geen domme dingen doet.
Het brein is dus ontzettend belangrijk om naar te kijken. Hoe vaak heeft iemand een
hersenschudding gehad bijvoorbeeld, heeft iemand een ongeluk gehad en een tijdje in coma
gelegen?
Psychose
Bv Jack de Prikker: prikte random mensen in Lelystad in hun nek. Stemmen in zijn hoofd
vertelden hem om dat te doen. Een psychose is een stoornis in de realiteitstoetsing.
- Waan Stoornis in de inhoud van het denken (je bent overtuigd van iets wat niet
waar is, bv je wordt achtervolgd door de CIA). Meest voorkomend is paranoïde
waan, achtervolging. Grootheidswaan komt ook voor. Auto’s zijn er
bijvoorbeeld wel echt, maar de interpretatie is anders.
- Halluciaties Sensorische gewaarwording zonder zintuigelijke input. Dus je hoort
een stem die er niet is. Kan in elke zintuigelijke modaliteit: horen, zien, voelen,
ruiken, proeven. ‘Horen’ komt het meeste voor, en dan voornamelijk stemmen
horen. Zien komt ook vaak voor. De andere 3 relatief weinig.
Waan en hallucinatie kunnen ook tegelijk voorkomen.
Niet iedereen die een psychose heeft, heeft schizofrenie! Bij schizofrenie:
- Psychose (wanen / hallucinaties)
- Functioneren (sterk) verminderd
- Langer durend: vaak elkaar opvolgende psychotische episoden zonder (volledig)
herstel
Schizofrenie is niet een meervoudige persoonlijkheidsstoornis. Deze laatste wordt eigenlijk
niet of nauwelijks gebruikt in de psychiatrie.
Stoornissen drugs / alcohol
Psychoactieve stoffen:
1. Directe gevolgen = invloed / intoxicatie
2. Afhankelijkheid (delicten plegen om aan geld te komen, onttrekking)
3. Hersenschade
Culpa in causa = Middelen kunnen zorgen dat jij in een mentale toestand komt waardoor jij
domme dingen doet. Alsnog kan een rechter het jou toerekenen, want je hebt het middel zelf
genomen.
3
, Stemming
Wanneer is een stemming
pathologisch? Als je een depressie
hebt, dan is het ‘te erg’. Negen criteria
in de DSM.
Veel criteria kunnen beide kanten
opgaan: afgenomen of toegenomen
eetlust, insomnia of hypersomnia ,
agitatie of remming etc. Mensen
kunnen dus geen symptoom gemeen
hebben, en toch allebei een depressie
hebben.
Wat is meer ontregelend bij stemmingsdaling? Als je je werk niet meer kunt doen, studie niet
meer kunt doen en suïcidaal wordt.
Bij stemmingsstijging Manie. Slapen weinig, veel energie, doen veel domme dingen
omdat ze door een roze bril kijken. Kunnen financiële situatie sterk overschatten.
Iemand met een ernstige depressie (ernstige stemmingsontregeling) kan psychotisch worden,
zowel bij een daling als een stijging.
Hoe ziet een psychose er vaak uit? Stemmingscongruente waan als je manie hebt bij
stijging, en depressie bij daling.
Manische episodes zijn heel heftig, maar hypomane episodes kunnen ook als positief ervaren
worden. Mensen zijn dan vaak heel creatief.
Antisociaal
DSM-5 criteria:
A Een diepgaand patroon van gebrek aan achting voor en schending van de rechten van
anderen vanaf het vijftiende jaar aanwezig, zoals blijkt uit drie of meer van de volgende:
1. Niet in staat zich te conformeren aan de maatschappelijke norm dat men zich aan de
wet moet houden zoals blijkt uit het bij herhaling tot handelen komen die een reden
voor arrestatie kunnen zijn.
2. Oneerlijkheid, zoals blijkt uit herhaaldelijk liegen, het gebruik van valse namen of
anderen bezwendelen ten behoeve van eigen voordeel of plezier.
3. Impulsiviteit of onvermogen ‘vooruit te plannen’
4. Prikkelbaarheid en agressiviteit zoals blijkt uit bij herhaling komen tot vechtpartijen of
geweldpleging.
5. Roekeloze onverschilligheid voor de veiligheid van zichzelf of anderen.
6. Constante onverantwoordelijkheid zoals blijkt uit het herhaaldelijk niet in staat zijn
geregeld werk te behouden of financiële verplichtingen na te komen.
7. Ontbreken van spijtgevoelens, zoals blijkt uit de ongevoeligheid voor of het
rationaliseren van het feit anderen gekwetst, mishandeld of bestolen te hebben.
B De leeftijd is ten minste 18 jaar.
C Er zijn aanwijzingen voor een gedragsstoornis beginnend voor het 15e jaar.
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lisannekuiper44. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,22. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.