Samenvatting Feniks / VWO overzicht van de geschiedenis - Geschiedenis
Tout pour ce livre (273)
École, étude et sujet
Lycée
VWO / Gymnasium
Geschiedenis
4
Tous les documents sur ce sujet (4833)
Vendeur
S'abonner
louisegeus
Aperçu du contenu
4.1 Steden: handel en nijverheid
Kenmerkende aspecten
● De opkomst van handel en ambacht die de basis legden voor het herleven van een
agrarisch-urbane samenleving.
● De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.
Ontginningen
In de vroege Middeleeuwen waren de dorpsgemeenschappen economisch vrijwel geheel
zelfvoorzienend; horigen deden het werk, de heer kreeg pacht en de kerk tienden. Boeren
maakten alles zelf.
Door ontginning en inpoldering veranderde de autarkische samenleving. Die ontwikkeling
begon in West-Vlaanderen en verspreidde zich via de kustgewesten naar het noorden, tot in
Noord-Duitsland.
Ook nieuwe landbouwtechnieken zorgden voor verandering. I.p.v. ossen werden paarden
voor de ploeg gesponnen en ook de ploeg werd anders. Landbouwgrond werd intensiever
gebruikt door van het tweeslagstelsel over te stappen op het drieslagstelsel. Door de
toename van beschikbare landbouwgrond door ontginning en inpoldering in combinatie met
de nieuwe landbouwmethoden, nam de voedselproductie toe en groeide de bevolking sterk.
Nijverheid en handel in steden
De voedseloverschotten op het platteland maakten de ontwikkeling van steden mogelijk. In
de kustgewesten gingen de boeren steeds vaker over van akkerbouw naar veeteelt. Niet
langer iedereen hoefde boer te zijn; mensen konden ook door handel en nijverheid de kost
verdienen. Mensen in de steden maakten van hun ambacht hun beroep en maakten
producten die boeren anders in eenvoudige huisverheid maakten. Handelaren van een stad
organiseerden zich in koopmansgilden. Ze werkten samen om handelsvoorrechten te
krijgen, om elkaar bij te staan op reis en om het nodige kapitaal voor de verre reizen bijeen
te krijgen. Het organiseren van een Hanze, een aantal steden waarvan de handelaren
samenwerkten, was een volgende stap in de schaalvergroting van de handel tussen regio’s.
De lakenproductie is daar een voorbeeld van. In de elfde eeuw kwam de wol van schapen
uit het omringende platteland en door succes moest ook wol uit Engeland worden ingevoerd
(overzeese handel nam toe in Vlaamse steden). De Hanze van Londen verenigde met
steden als Brugge en Gent.
Brugge, haven voor Vlaanderen
In de twaalfde eeuw stimuleerden koningen, hertogen en graven de ontwikkeling van steden
door het bevorderen van de handel en nijverheid. De macht van de adel vergrootte indirect,
want de steden moesten zo meer belasting betalen en ook was het omliggende platteland
beter te besturen, te controleren en te verdedigen.
Brugge was eerst alleen te bereiken bij hoog water, een natuurverschijnsel veranderde dat.
In 1134 sloeg een vloedgolf een diepe bres in het moerassige land, het Zwin. Nu konden de
zeeschepen veel verder landinwaarts varen. Brugge werd vanaf dat moment voor heel
Vlaanderen de belangrijkste handelsstad voor de aanvoer van Engelse wol, want de stad
had ook veel kanalen en rivieren die waren verbonden met het achterland. Ook beschermde
Brugge het noordwesten van het graafschap Vlaanderen tegen eerst Noormannen en later
Hollandse graven.
, Steden in Noord-Italië
Ook in Noord-Italië vonden ontginningen en inpoldering plaats. Ook hier ontstonden steden,
meer dan in Vlaanderen. Ze waren groter dan Vlaamse steden. Rond 1340 had Brugge
46.000 inwoners, terwijl Italiaanse steden als Venetië, Milaan en Florence 100.000 inwoners
hadden. Samen met Genua en Bologna behoorden ze tot de grootste van Europa in die Tijd.
In Bologna en Florence ontwikkelde textielnijverheid en -veredeling. Genua en Venetië
bloeide door overzeese handel.
Jaarmarkten en 'handel van verre'
De belangrijkste handelssteden aan de Oostzee richtten onder leiding van de havensteden
Hamburg en Lübeck de bekendste Hanze op. Ook de handelssteden aan de Noordzee
sloten zich bij deze Hanze aan (Nederland: oudere handelssteden aan IJssel, Rijn, Maas).
Het Oostzeegebied werd een belangrijke leverancier van graan en vis voor steden in
drassige kuststreken. In het noorden was veel vraag naar wijn, gebruiksvoorwerpen uit de
nijverheid en luxestoffen.
Vlaamse handelaren voorzagen het hele Duitse gebied van lakens en kleding. Ook in
Frankrijk en Noord-Italië was er veel vraag naar. In Champagne (streek in Noord-Frankrijk)
organiseerden in de 12e en 13e eeuw verschillende steden een jaarmarkt. Daar werden
producten van De Hanze en van Vlaanderen uitgewisseld tegen spullen van Noord-Italië,
Azië of uit de Arabische wereld.
Er werd weer meer geld gebruikt. Voordeel was dat het de handel stimuleerde, nadeel dat
vorsten en steden elk hun eigen munt sloegen en het vervoer van geld gevaarlijk was. Geld
lenen was verboden in de christelijke wereld, daarvoor waren geldwisselaars. Dat waren
mensen die valuta wisselden. Het renteverbod werd omzeild, omdat ze voor een
wisseltransactie extra geld vroegen voor de gemaakte kosten. Handelaren betaalden dan
pas later voor de geleverde waar, wat de reden was voor een wissel (schriftelijke
betalingsopdracht). Later gingen ze handelen met deze papiertjes; geldtransport was niet
meer nodig.Wel was een goede boekhouding nodig en een juridische basis voor de
handelscontracten. In Bologna werd voor de rechtszaken over wissels die niet geïnd konden
worden in 1088 de eerste universiteit opgericht, waar les werd gegeven aan toekomstige
juristen.
In de 14e eeuw nam het belang van jaarmarkten af door onveiligheid vanwege oorlog. Door
de hoge belastingen van de Franse koningen was er ook minder te verdienen. Veel
handelaren reisden bovendien ook vanuit Venetië en Genua per schip naar Brugge. Door de
kruistochten en Reconquista waren Arabische handelaren vrijwel uit de Middellandse Zee
verjaagd en heersten Europese zeevaarder over belangrijkste zeeroutes.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur louisegeus. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,69. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.