Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Beleid en Praktijd €5,39
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Beleid en Praktijd

 3 vues  0 fois vendu

Samenvatting van de hoorcolleges. Ik heb geen andere bron gebruikt voor het examen.

Aperçu 2 sur 14  pages

  • 19 mai 2022
  • 14
  • 2019/2020
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
robdralants
1


Beleid en praktijk
1. Welzijnszorg
1.1. Wat is welzijnszorg?
Welzijnszorg is het antwoord van de omgeving op de noodsituatie van een individu. De omgeving
probeert de breuk (tussen de noden en de capaciteiten) te herstellen. Wat als breuk of noodsituatie
beschouwd wordt is afhankelijk van tijd en ruimte. Vroeger was kinderopvang geen noodsituatie.

1.2. Welzijnszorg: van gunst naar recht
Welzijnszorg en sociaal beleid: vroeger was dat een gunst (hulp bieden aan armen als gunst).
Daardoor willen mensen niet geassocieerd worden met het OCMW. Nu is het een recht, maar niet
iedereen heeft dezelfde toegang. Niet iedereen kan er altijd terecht (hangt af van je sociale
competenties om hulp te vinden).

In de 18e eeuw schreven de Franse filosofen al over welzijnszorg als rechtsaangelegenheid. Door de
industrialisering en verstedelijking werden noodsituaties zichtbaarder. Er ontstonden daardoor in de
19e eeuw onder andere verzekeringskassen en ziekenfondsen. In 1925 stond het ‘recht op bijstand’ in
de wet.

1.3. De positie van de welzijnssector in Vlaanderen
In de 20e eeuw ontstaat de I.A.O (internationale arbeidsovereenkomst). De basisnormen daarvan
zijn: vakbondsvrijheid en collectieve overleg, geen dwangarbeid, geen kinderarbeid en gelijkheid en
verbod op discriminatie.

Voor WOI was de maatschappelijke overtuiging in verband met mensen met een beperking dat het
hun eigen schuld was. Ze wilden die mensen wegsteken. Na WOII waren er echter veel gekwetsten
en de mening over mensen met een beperking verandert naar ‘we moeten die mensen bijstaan’.
Door de oorlogen hebben de vrouwen ook meer rechten gekregen doordat zij tijdens de oorlog de
samenleving draaiende hielden. Na WOII is er ook veel armoede. Dit gaf een boost in het ‘sociaal
welzijn door de overheid georganiseerd’. Er kwam toen ook het Marshallplan. Er kwam toen veel
tewerkstelling dat zorgde voor economische groei.

Vlaanderen had en heeft een sterk ontwikkelde welzijnssector die vooral vanaf de jaren 60 een boost
kreeg. In die periode werd de basis gelegd voor zorg voor onder andere ouderen en mensen met een
beperking. In 1963 kwam er de ‘wet op sociale zekerheid’. Er kwam een akkoord tussen de
mutualiteiten, ziekenhuizen en overheden. In 1976 werden de OCMW’s opgericht. Met die oprichting
erkende de overheid het recht op maatschappelijke dienstverlening voor iedereen. Tegelijkertijd
ontstonden er ook de wachtlijsten.

In 1973 en 1979 waren er oliecrisissen. Er was een werkloosheidscijfer van 35%. Er was een grote
staatsschuld. Dehaene loste dit op door hogere belastingen te heffen. Die periode werd overbrugt
door tijdelijke arbeidsplaatsen te creëren. Er werd geëxperimenteerd met bijvoorbeeld: begeleid
wonen en het JAC.

, 2


Toen in de jaren 90 welzijn een Vlaamse bevoegdheid werd, waren er nog steeds onvoldoende
middelen. De wachtlijsten groeiden. In de jaren 2000 werd er weer wat geïnvesteerd in welzijn. Men
investeerde in de kwaliteit en het personeel.

1.4. Welzijnsbeleid groeit uit tot chaos
Een langetermijnvisie is moeilijk door het ‘lapjesbeleid’ van de overheid. Beleid is een container
begrip, het zijn potentiële beslissingen. Beleid is al datgene dat overheden verkiezen te doen of niet
te doen. Het sociaal beleid is niet statisch

2. Uitdagingen voor het welzijnsbeleid
Er zijn verschillende uitdagingen (welk geld geven we aan wie?):

 Wachtlijsten
 Vraag & aanbod: vandaag; aanbodgestuurd: we geven hulp in de dingen die er zijn (het
aanbod). Dit staat tegenover vraag- of behoeftegestuurd
 Positie van de client: vroeger kon een getuigenis van een kind niet gebruikt worden (kinderen
waren ‘onbekwaam’. Nu: client centered
 Gelijke toegang tot zorg: (a) de ‘achterstand’ is progressief opgebouwd. Men moet jongeren
begeleiden, want bij ouderen is het vaak al te laat. (b) remgeld; je moet een deel van je zorg
zelf betalen. Dit werd ingevoerd om misbruik tegen te gaan. Diensten van de Vlaamse
gemeenschap zijn 5 keer duurder dan de Waalse. De duurde zorg kan er voor zorgen dat
mensen hun zorg gaan uitstellen
 Organisatie: (a) federaal ↔ regionaal. (b) het geldtekort in 2050: in de VS is de discussie
rond: ‘moet de overheid zich meer moeien met het sociaal beleid’. Het systeem moet herzien
worden
 Financieel luik: indien de organisatie verandert, moet ook de financiering veranderen.
Onderwijs en sociaal beleid zijn de twee ‘duurste’ departementen voor de Vlaamse begroting
2.1. Wachtlijsten worden almaar langer
2.1.1. De demografische evolutie
Er is een ‘gap’ tussen levensverwachting en gezonde-levensverwachting. Vrouwen leven langer, maar
leven niet langer gezond dan mannen. Er is een demografische evolutie aan de gang. Een normale
bevolkingspiramide heeft de vorm van een piramide (veel jongeren, minder ouderen). Op basis van
dat is ook het pensioenstelsel gevormd. De demografische situatie wordt bepaald door: (1) de
levensverwachting , (2) geboortecijfer , (3) sterftecijfer en (4) met migratie.

2.1.1.1. De vergijzing
Niet alleen zijn er steeds meer mensen die ouder worden dan 60, ook zijn er steeds meer mensen die
ouder worden dan 80. We zien dus vergijzing (=dat het aantal ouderen tegenover het aantal jongeren
toeneemt). Door de vergrijzing zien we een hogere nood aan zorgbeleid en die zal verder toenemen.
Tegen 2050 gaat het aantal dementen verdriedubbeld zijn. Ook zullen er tegen 2050 maar twee
actieven op één niet-actieve staan, tegenover vier op één nu. We zullen in de toekomst dus minder
middelen hebben, maar wel meer kosten.

2.1.1.2. Vergroening?

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur robdralants. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

50155 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,39
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté