Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting sem&prag €5,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting sem&prag

 4 vues  0 fois vendu

samenvatting lessen + boek

Aperçu 4 sur 46  pages

  • 25 mai 2022
  • 46
  • 2020/2021
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
yentevandeneede
BASISBEGRIPPEN SEMANTIEK EN PRAGMATIEK
1. Inleiding : soorten betekenis
 Semantiek = betekenis van woorden en zinnen
 Pragmatiek = betekenis van zinnen en teksten
-> verschillende soorten en niveaus van betekenis introduceren
1.1 Conceptuele en referentiële betekenis

Eenvoudige zin begrijpen = bij verwerking gesproken/geschreven taal koppelen aan
concepten of mentale representaties

Bv. ‘de honden zijn aan het blaffen’
-> 1ste concept, ‘honden’ : (= entiteit) visuele kenmerken diersoort + info typisch gedrag
(blaffen)
voorstelling = individueel, iedereen heeft ander idee van ‘hond’
-> 2de concept, ‘blaffen’ : mentale voorstelling van handeling die geluid produceert
-> 3de concept, ‘aan het zijn’ : abstract idee van ‘bezig zijn met de handeling’
 concepten integreren tot mentale voorstelling van situatie

 Propositie
= complex concept

 Conceptuele betekenis
= van woorden en zinnen, mentale representaties van entiteiten (bij nw)
handelingen (bij ww) en situaties (bij zinnen)
= ‘betekenis als mentale representatie’
= staat centraal in de theorie van cognitieve semantiek

 Referentiële betekenis
Fundamentele bouwstenen: entiteiten en waarheidswaarden
= verwijzen met woorden en zinnen naar entiteiten of gebeurtenissen in
buitentalige werkelijkheid
= ‘betekenis als verwijzing naar de buitentalige werkelijkheid’
= staat centraal in de theorie van formele semantiek (= waarheidsfunctionele of
waarheidsconditionele semantiek)
We kunnen een zin beoordelen op vlak van z’n referentiële betekenis (is die zin waar of is die
zin niet waar?) -> waarheidswaarde van een zin
Als we een zin begrijpen kunnen we aanduiden in welke situatie de zin juist is en in welke
niet -> waarheidsvoorwaarden (= aan welke criteria de zin moet voldoen om waar te zijn)



1

,  Denotatie
= proces van verwijzing naar de letterlijke betekenis van een woord
Bv. denotatie van ‘de honden’ -> verzameling mogelijke referenten in de
buitenwereld van categorie ‘hond’
- denotatie van ‘aan het blaffen’ -> verzameling van blaffende entiteiten
Aan propositie toekennen :

- waarheidswaarde ‘waar’ -> concrete situatie wordt beschreven
- waarheidswaarde ‘onwaar’ -> concrete situatie wordt niet beschreven
-> waarheidsvoorwaarden/waardheidscondities kennen
= weten aan welke eisen betrokken situaties moeten voldoen


 Extensie (reference/beteutung)
= referenten gebonden aan één tijdstip, één concrete context, typisch de
buitenwereld

 Intensie (sense/sinn)
= verzameling referenten die voor verschillende tijdstippen of contexten (mogelijke
werelden) verschillende objecten kunnen aanduiden

Bv. ‘koning van België’ & ‘Albert II’
-> verwijzen naar zelfde individu
-> verschillende intensie : afhankelijk van het tijdstip zal ‘de koning van België’ naar 1
van de voorgangers verwijzen
1.2 Uitingsbetekenis en communicatieve betekenis
Conceptuele en referentiële betekenis hebben
-> uitdrukkingsbetekenis (expression meaning)
-> uitingsbetekenis (utterance meaning)
= over veel meer informatie beschikken dus over de concrete uitingscontext
= verzameling omstandigheden die relevant zijn voor de referentie en de waarheid
van de concrete uiting
-> participanten in communicatieve gebeuren, spreker en toehoorder
-> omstandigheden van communicatie : tijdstip, plaats, achtergrondinformatie
Bv. ‘je hond heeft me daarnet gebeten’
-> we moeten weten wie tot wie spreekt en op welk moment (je, me, daarnet)
-> elementen die zorgen voor verankering in uitingscontext
 Deictische elementen
= (aanwijzende) elementen die zorgen voor de verankering van een uitdrukking in de
uitingscontext

2

,  Deixis
= algemene verankeringsmechanisme

 Uitingsbetekenis
= betekenis van uitdrukking in combinatie met de interpretatie van deictische
elementen in een concrete uitingscontext
-> uiting van spreker interpreteren = vaak nog extra inferenties (conclusies) maken
 Conversationele implicatuur
= een conclusie nemen op basis van wat de spreker zegt
-> maakt geen deel uit van uitdrukkingsbetekenis (m.a.w. wat letterlijk gezegd is)
-> gemeenschappelijke achtergrondkennis maakt het mogelijk dat implicatuur deel
uitmaakt bedoelde communicatie

 Communicatieve betekenis
= niveau waarop we talige uitdrukkingen interpreteren
-> sociale interactie = uitwisselen uitingen in concrete context
-> die interactie impliceert realiseren van communicatieve bedoelingen
-> interpretatie = wat spreker bedoelt en wat hij daarbij van toehoorder verwacht

 Taalhandelingen/speech arts
= stellen van een vraag of geven van een bevel
= communicatieve handeling (communicatieve betekenis van een uiting)
Bv. ‘Ga ermee wandelen!’
Deixis + implicatuur + taalhandeling in terrein van PRAGMATIEK ipv semantiek
 Pragmatiek
= wetenschappelijke studie van taal vanuit perspectief van de taalgebruiker als
participant in communicatief gebeuren in sociale interactie
-> terreinafbaking semantiek & pragmatiek blijft onduidelijk
-> andere klassieke binaire opposities
 Langue
= abstracte taalsysteem
 Parole
= concreet gebruik

 Competence
= abstracte kennis van taalsysteem in het brein van de (ideale) spreker-
toehoorder
 Performance
= (soms onvolmaakte) prodcutie van concrete uitingen door concrete taalgebruikers


3

, 1.3 Expressieve en sociale betekenis
Referentieel + uiting
-> onder 1 noemer
 Descriptieve betekenis
= betreffen de beschrijving van referenten en situaties
= uitdrukking correct gebruiken? –> nagaan in welke mate ze in overeenstemming
met de feiten
-> niet-descriptieve betekenis waaronder
 Expressieve betekenis
= heel wat uitdrukkingen in een taal
= drukken persoonlijke gevoelens, attitudes en waardeoordelen uit
= subjectieve betekenis

-> verschillende categorieën :

1. Interjecties
= enige betekenis is uitdrukking geven aan gevoelens van pijn, opluchting,
verbazing,..
Bv. ‘au, oef, amai, verdorie’

2. Bijwoorden van attitude
= drukken persoonlijke attitude uit van de spreker tov de stand van zaken
Bv. ‘hopelijk, gelukkig,’ -> ‘hopelijk heeft hij een oplossing’

3. Vloeken en scheldwoorden
= weerspiegelen negatieve evaluatie van de referent van een uitdrukking door de
spreker
Bv. ‘stomkop, idioot’
-> connotationele betekenis van een uitdrukking
-> bv bijklank bij ‘vrouw en wijf’, ‘zuinig en gierig’, hoeven niet negatief te zijn en
kunnen sterk verschillen van cultuur tot cultuur
-> het woord ‘winter’ bv zal andere associaties oproepen in België dan in Mexico


 Sociale betekenis
= 2de type niet-descriptieve betekenis
= bepaalde uitdrukkingen verwijzen intrinsiek naar sociale relaties en naar het stellen
van sociale handelingen
= correcte gebruik hangt af van sociale gedragsregels
-> typische vbn :


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur yentevandeneede. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

66579 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,49
  • (0)
  Ajouter