Bedrijfsvoering BOK GFA-1.BV1.1-13 CIJFER 9,4
Samenvatting Bedrijfskunde Integraal - Handelsonderneming starten
Bedrijfskunde notities jaar 1
Tout pour ce livre (94)
École, étude et sujet
Hanzehogeschool Groningen (Hanze)
Human Resource Management
Bedrijfskunde
Tous les documents sur ce sujet (9)
1
vérifier
Par: manolla1988 • 1 mois de cela
Vendeur
S'abonner
lindabusch
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting bedrijfskunde
Hoofdstuk 1:
Een organisatie is een menselijke samenwerking die doelgericht is en als
blijvend bedoeld is. Organisaties die goederen en of diensten
voortbrengen of handel drijven met het doel deze op een afzetmarkt te
verkopen noemen we een bedrijf. Er zijn twee soorten bedrijven te
onderscheiden:
Bedrijven zonder winstoogmerk (non-profit): streven naar levering
van goederen voor algemeen nut tegen een zo laag mogelijke prijs
(scholen of een ziekenhuis).
Bedrijven met winstoogmerk (onderneming): het verkopen van
goederen om er winst mee te behalen (Philips).
Een organisatie is alleen een bedrijf als zij goederen en diensten
produceren. Een bedrijf is pas een onderneming wanneer het gericht is op
het maken van winst. In een organisatie draait het om vier belangrijke
kenmerken, namelijk de mens, de samenwerking, doelgerichtheid en
continuïteit. Het synergie-effect wil zeggen dat het resultaat van het totale
samenwerkingsverband groter is dan een optelling van de resultaten van
de individuele prestaties (bijv. In een voetbalteam, je werkt samen om een
doelpunt te maken). Bij de going-concern-gedachte ga je bij het nemen
van managementbeslissingen uit van de continuïteit van het bedrijf. De
interne hoofddoelstelling voor bedrijven geldt het voortbestaan van het
bedrijf. De externe hoofddoelstelling van bedrijven is het voorzien in een
maatschappelijke behoefte.
Bedrijven worden opgericht met een bepaalde doelstelling. Om die
doelstelling te realiseren zal input veranderd moeten worden in output. Dit
proces wordt het transformatieproces genoemd. Als er niet is aangegeven
hoe input tot de juiste output wordt getransformeerd spreekt men van een
blackboxbenadering. Bedrijfskunde is het vakgebied dat zich bezighoudt
met het op de juiste wijze organiseren, in elkaar zetten en regelen van
bedrijven. Het aandachtsgebied betreft bedrijven en bedrijfsvoering. De
vraag hoe de omgeving van het bedrijf in elkaar zit, is binnen
bedrijfskunde belangrijk. Met omgeving wordt daarbij gedoeld op
elementen buiten het bedrijf die echter wel van invloed zijn op de werking
van het bedrijf (klanten, overheid etc.). De bedrijfskunde brengt op
zichzelf staande vakken samen omdat een op te lossen bedrijfsprobleem
vaak niet toe te splitsen is op een vakgebied. Daarom spreekt men van
een multidisciplinair karakter van bedrijfskunde. Vanwege de verbinding
van verschillende disciplines met elkaar wordt bedrijfskunde ook wel
interdisciplinair van aard genoemd.
Bedrijfskunde is die tak van de wetenschap die zich bezighoudt met de
organisatie en omgeving van bedrijven. Bedrijfskunde kent een integrale,
multi- en interdisciplinaire benadering waarin op een wetenschappelijke
manier aandacht wordt besteed aan praktijkgerichte vraagstukken binnen
bedrijven. Competenties van een bedrijfskundige zijn analytisch inzicht
(analyseren van de werking van een bedrijf), adviseren, samenwerken,
communiceren, leiding kunnen geven en stressbestendigheid.
Hoofdstuk 5:
,Strategisch management is het bepalen van de relatie tussen de
omgeving en het bedrijf. Het bedrijf moet, in relatie tot de omgeving,
vaststellen wat het wil bereiken en vervolgens zal het bedrijf moeten
aangeven hoe het dat wil bereiken. Wat je in relatie met de omgeving wilt
bereiken, wordt vastgelegd in het beleid of de missie (mission statement).
Het gaat hierbij om algemene doelen op het gebied van bijvoorbeeld de
marktpositie die je wilt innemen en de wijze waarop je dit wilt bereiken. In
de tweede plaats dienen de algemene doelen te worden vertaald in meer
specifieke strategische doelen. Die doelen moeten vertaald worden in
plannen die richting geven aan het functioneren van het bedrijf.
Indien je zo goed mogelijk wilt voldoen aan de eisen die de omgeving stelt,
dan is er sprake van een defensieve strategie. Dit betekend voor een
bedrijf vaak dat ze moeten reorganiseren. Als je de omgeving probeert
beter te laten passen bij het bedrijf door de omgeving te beïnvloeden
spreek je van offensieve strategie. Strategie is planbaar volgens drie
stappen:
1. Situatieanalyse: uitgangspositie in kaart brengen.
2. Strategieontwikkeling: ontwikkelen van de best mogelijke strategie.
3. Strategie-implementatie: strategie uitvoeren en in gang zetten.
Met raming bij ongewijzigd beleid (ROB) wordt nagegaan wat de situatie in
de toekomst zal zijn, indien het huidige beleid ongewijzigd wordt
voortgezet. De strategische kloof is het verschil tussen de gewenste
ontwikkeling en de verwachte ontwikkeling bij ongewijzigd beleid.
Wanneer uit de raming naar voren komt dat er een strategische kloof
ontstaan, dan is het de vraag hoe het bedrijf daarop moet reageren.
Levert de kloofanalyse een positief beeld op, dan zal het bedrijf het beleid
kunnen voortzetten en de strategie hoeft dan niet te worden bijgesteld.
De SWOT-analyse betreft aan de ene kant een omgevingsonderzoek,
waarin wordt gekeken naar de kansen en de bedreigingen die er voor het
bedrijf bestaan (extern). Daarnaast gaat het om een intern onderzoek
waarin de sterke en zwakke punten van het bedrijf in kaart worden
gebracht. Een handvat om te weten wat het bedrijf van een product kan
verwachten, is de productlevenscyclus (PCL). Als een bedrijf veel
producten heeft in de fase
‘groei’ of ‘rijpheid’ dan is
dat interessant voor een
bedrijf. Als een bedrijf veel
producten heeft in de
neergaande fase, vormen
deze producten de zwakke
kant van het bedrijf.
Een verfijning van de
productlevenscyclus is de
productportfolio. Dit is het totale
productpakket van een bedrijf welke in
, balans moet zijn. Om na te gaan of er een balans is tussen de
verschillende producten die het bedrijf verkoopt, kan men gebruik maken
van de BCG-matrix. Het doel van de BCG-matrix is dat het model laat zien
of er een balans bestaat tussen de verschillende producten binnen het
assortiment van een bedrijf. De kwadranten van de BCG-matrix:
Vraagteken: snel groeiende markt/klein marktaandeel.
Ster: snel groeiende markt/veel marktaandeel.
Gebeten hond: krimpende markt/veel marktaandeel.
Melkkoe: krimpende markt/weinig marktaandeel.
Het kan voor een bedrijf heel leerzaam zijn om de eigen situatie te
vergelijken met die van de concurrenten. Hierbij kan het verschillende
meet- of ijkpunten hanteren zoals de best practice-methode,
benchmarking, kerngetallen, flexibiliteitsvergelijking of de huidige situatie
vergelijken met de eigen prestaties in het verleden. Een nadeel van
benchmarking is dat de informatie moeilijk te verkrijgen is. De
waardeketen (Michael Porter) bestaat uit alle activiteiten die nodig zijn om
de waarde van het te produceren product of de te leveren dienst te
verhogen. Bij elke activiteit stijgt de waarde van het product of de dienst.
Als je die waarde toevoeging beter (bijv. efficiënter) weet te doen dan de
concurrent, kun je daaraan voordeel (concurrentiekracht) ontlenen.
Michael Porter geeft aan dat een
bedrijf drie fundamentele
uitgangspunten voor een strategie
kan nemen:
Kostenleiderschapsstrategie:
tegen zo laag mogelijke
kosten produceren (Aldi).
Differentiatiestrategie: het
bedrijf zoekt naar een unieke
positie in de bedrijfstak door
zich te onderscheiden van de concurrent (Bijenkorf).
Focusstrategie: een bedrijf richt zich op een bepaald marktsegment,
ook wel niche genoemd.
- Kostenfocus: het bedrijf richt zich op een klein segment en probeert
dit te veroveren door tegen lage kosten te produceren.
- Differentiatiefocus: een klein segment veroveren door differentiatie.
Johnson en Scholes geven aan dat het
bedrijf het uitgangspunt van de
strategie kan kiezen met behulp van
de strategische klok. In deze
strategische klok worden opties
weergegeven die van belang zijn voor
het bepalen van de keuze voor een
concurrentiestrategie. Twee dimensies
die van belang zijn:
1. De prijs van het product of de
dienst;
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lindabusch. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.