INLEIDING TOT HET RECHT
D E E L 1 : H E T F E N O M E E N R E C H T
H 1: H E T B E G R I P R E C H T
1. INLEIDING
Wat is recht?
- recht is een normensysteem dat gecreërd wordt dr de overheid
(handhaven/sanctioneren)
- controlesysteem (nagaan of normen worden nagegaan)
= de overheid maakt normen, legt die op, handhaaft die en kan ze dus ook
sanctioneren.
2. RECHT ALS GEHEEL VAN BINDENDE REGELS
1. ALGEMEEN GELDENDE REGELS
= regels die gelden vr iedereen (elk rechtssubject)
4 SOORTEN NORMEN / BINDENDE REGELS
1. bepaald gedrag opleggen -> algemene gebodsbepaling (iets dat je
moet doen)
vb. houden aan verkeersregels, kind inschrijven na geboorte,
belastingen betalen
2. bepaald gedrag verbieden -> algemene verbodsbepaling (iets dat je
niet mag doen)
vb. diefstal, verkrachting
3. bepaald gedrag toelaten -> verlofbepaling (iets dat je mag doen)
vb. eigenaar van woning: je mag die verkopen/verhuren/weggeven/...
4. bepaald gedrag beloven -> belovende regels (iets dat je beloofd
wordt)
vb. elke persoon in BE heeft het recht op arbeid, recht op sociale
zekerheid, ...
een belofte = iets in het vooruitzicht stellen:
een regel die iets beloofd, de overheid moet zoveel mogelijk mensen
stimuleren om te werken
2. REGELS TOEPASBAAR NAAR KEUZE
= regels die toepasbaar zijn na keuze (gelden pas als je een bepaalde
keuze hebt gemaakt)
vb. regels rond trouwen -> als je niet trouwt heb je er geen last van
regels rond loondienst -> als je niet in loon gaat krijg je er nooit mee te
maken
recht geeft een aantal regels bij belangrijke veel voorkomende keuzes
-> wat komt veel voor? daar worden regels voor gemaakt (huwen, adoptie,
...)
,3. WILSAANVULLENDE / SUPPLETIEVE REGELS
recht gaat er vanuit dat hij/zij keuzes moet maken en dat de overheid zich
er zo min mogelijk mee moet bemoeien
doen we door:
wilsaanvullende/suppletieve regels (= uw wil gaat voor) kan afwijken van
contract,
regels die de meeste mensen rechtvaardig vinden, mag je van afwijken,
als je er niet van afwijkt = bindend
4. TECHNISCHE REGELS
= rechtsregels die technisch zijn
vb. procedure regels, hoeveelheden van goederen, handtekening onder
document
3. RECHT EN DE MAATSCHAPPELIJKE ORDE
4. RECHT EN GEZAG
RECHT
= een maatschappelijk product want het wijzigt veel
vb. pensioensrecht verandert continu
= zo oud als de mensheid (Romeinen)
= een instrument van sturing en beleid
doel
= de mens id samenleving met andere te ondersteunen, richting te geven,
te verbeteren
waar er een samenleving is, is er recht (zie latijnse spreuk)
“Ubi societas, ibi ius; ubi ius, ubi societas”
-> je kan geen samenleving hebben zonder recht
-> zelfs bij de Romeinen was er strafrecht
,H 2: D E I N D E L I N G E N V A N H E T R E C H T
1. RECHTSTAKKEN – PUBLIEKRECHT EN PRIVAATRECHT
PUBLIEKRECHT PRIVAATRECHT
doel: doel:
-> verdediging, waarborgingen vd private belangen van
algemene belangen van de overheidparticulieren/personen beschermen
karakter: karakter:
-> dwingend = kan je nt van afwijken
-> suppletief karakter (grootste deel
(grootste deel = bindend) = suppletief)
verhouding tss rechtsobjecten
verhouding tss rechtsobjecten: -> horizontaal karakter = de ene
-> verticaal karakter burger is niet meer waard dan de
= relatie burgers/overheid ander
= ondergeschiktheid
vb:
vb: over huur, verkoop, ...
bestuursrecht
grens tussen publiek en privaatrecht wordt dr de jaren heen vager!
vb. arbeidsrecht
-> vroeger bestond weekend niet, geen regels voor fabrieksbaas
-> overheid is zich meer en meer mee gaan bemoeien
-> is u arbeidrecht dan privaatrecht?
= voorbeeld van hoe grens vervaagt
onderscheidt vervaagt afh van keuzes die je in de maatschappij maakt
2. NATIONAAL RECHT EN INTERNATIONAAL RECHT
NATIONAAL RECHT
recht is een nationaal product, gekoppeld aan staten
elk land heeft zijn eigen recht, maakt zijn eigen regels en keuzes
, INTERNATIONAAL RECHT
staten die met elkaar afspraken maken (=verdrag)
-> min. 2 staten
-> internationaal recht gaat boven nationaal recht
2 MODELLEN
MODEL 1
aan de hand van verdrag staten die met elkaar afspraken maken
verdrag = afspraken tss staten
MODEL 2
SUPPRANATIONAAL RECHT
= overnationaal recht is recht gemaakt door intern. instellingen
opgericht door staten
-> Europese unie (EU)
3. OBJECTIEF RECHT EN SUBJECTIEF RECHT
Objectief recht VS subjectief recht
-> 2 verschillende brillen om nr recht te kijken
OBJECTIEF RECHT (BRIL 1)
= alle rechtsregels die op dit moment ter beschikking zijn in een bep.
land/BE
- het recht zoals het is = ‘law’ (codex)
- we bekijken het recht los van een subject/personen (print het eens uit)
SUBJECTIEF RECHT (BRIL 2)
- we bekijken het recht vanuit een subject/persoon
- we vragen ons af wat zit daar eigenlijk in voor mij?
= het recht v/e rechtssubject om op basis v/e eigenbelang een bepaalde
juridische verplichting die afgeleend is uit een regel v/e objectief recht,
rechtstreeks af te dwingen v/e derde (iem anders dan jezelf) dr middel v/e
rechtsvorming
een rechtssubject bekijkt het subjectief recht uit een bepaald recht voor
hem/haar
-> rechtssubject afdwingen v/e ander uit eigenbelang
vb.1 lekkend dak in kot, wie betaald de herstelling (= juridische
verplichting)? Kotbaas (derde) wil het niet betalen, dus je moet het via
rechtsordering afdwingen (techniek om het af te dwingen)
-> je doet het voor eigenbelang
vb.2 je koopt iets op het internet, zag er op internet beter uit en het is
beschadigd, je neemt contact op om te vragen voor geld terug te krijgen
of een nieuw (niet beschadigd) product
-> je subj. recht om geld terug te krijgen afdwingen v/e derde (verkoper)
je doet het dr middel v/e rechtsordering voor je eigen belang