Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Landelijk Bedrijfseconomie Voor FM €4,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Landelijk Bedrijfseconomie Voor FM

 16 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

alles wat je moet weten voor je tentamen landelijke bedrijfseconomie

Aperçu 2 sur 9  pages

  • 9 juin 2022
  • 9
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Verschillen kosten en uitgaven, opbrengsten
en ontvangsten
Verschil tussen kosten en uitgaven
een afschrijving / waardevermindering is GEEN uitgave
- Wat zijn kosten
Zodra het Eigen Vermogen verandert, (kan door winst of verlies) spreken we van opbrengsten of
kosten. (kosten gaan naar de resultatenrekening)
- Wat zijn uitgaven
Zodra het kas of banksaldo verandert spreken we van een uitgave. Dit zijn de uitgaande geldstromen,
letterlijk alles dat je daadwerkelijk betaald. (uitgaven gaan naar de liquiditeitsbegroting)

Voorbeeld; een pizzeria betaald voor de aanschaf van een nieuwe bezorgscooter €2.500,- en verwacht
over 3 jaar €3.000,- aan inruilwaarde terug te krijgen. De waardedaling is over 3 jaar verspreid
€1.500,- dus dat is over 3 jaar berekend €500,- per jaar. Deze waardedaling wordt afschrijving
genoemd.

In het eerste jaar is er een uitgaven van €2.500,-, dat betaalt hij voor de aanschaf van de scooter. De
waardedaling en dus de afschrijvingskosten zijn in dat jaar €500,-.

Naast de waardedaling heb je ook nog andere kosten voor het hebben van een scooter. Zoals;
verzekering, wegenbelasting, brandstof, onderhoud en reparatie.

Kosten zijn niet hetzelfde als uitgaven. Als je aan een verkoper bij de dealer vraagt hoeveel de scooter
kost dan krijg je hoogstwaarschijnlijk als antwoord €2.500,-

Wil je de kosten weten dan moet je naar de waardedaling per jaar kijken (afschrijving) en ook naar
andere kosten. Deze kosten betaal je, namelijk per jaar en wanneer je deze betaald dan zijn het ook
meteen uitgaven. In dat geval zijn de kosten en uitgaven wel hetzelfde.

Verschil tussen opbrengsten en ontvangsten
- Wat zijn opbrengsten
Zodra het eigen vermogen verandert, (kan door winst of verlies) spreken we van opbrengsten of
kosten. Opbrengsten staan op de resultatenrekening.
- Wat zijn ontvangsten
Zodra het kas of banksaldo verandert spreken we van ontvangsten. Dit zijn de ingaande geldstromen,
letterlijk alles dat je echt binnenkrijgt/ontvangt

Voorbeelden van verschillen:
Geen uitgave wel kosten
Stel dat je iets koopt en een factuur ontvangt, maar nog niet betaald. Op basis van het factuurstelsel
moet je je aankoop al wel meenemen in je resultatenrekening, omdat het een kosten is. aangezien je
nog niet betaald hebt, heb je nog geen uitgaven gedaan en heb je een schuld (crediteur).

Geen kosten, wel uitgave
Vervolgens betaal je de factuur. Deze betaling is een uitgave. Doordat je betaald hebt, heb je geen
schuld meer.

Geen ontvangst, wel opbrengst
Evenzo kan het voorkomen dat je goederen verkoopt of diensten verleent en een factuur verstuurt aan
je klant, maar het geld nog niet ontvangt. Op basis van het factuurstelsel moet je je verkopen al wel
boeken in de resultatenrekening, omdat het een opbrengst is. Aangezien je nog geen geld van je klant
hebt ontvangen, is er nog geen sprake van een ontvangst en heb je een vordering op je balans erbij
(debiteur).

, Geen opbrengst, wel ontvangst
Vervolgens ontvang je het geld van je klant. Hierdoor heb je alles van de klant ontvangen en heb je
geen vordering/debiteur meer.

Geen kosten, wel uitgave
Stel dat je een nieuwe auto koopt voor €10.000 euro. Dit is een investering (bezit) die je op de balans
boekt. De €10.000 euro heb je echter al wel betaald, dis het is een uitgave. Een investering een
voorbeeld van een uitgave, maar geen kosten.

Geen uitgave, wel kosten
Vervolgens wordt de auto ouder, begint te sluiten en wordt minder waard. Als je schat dat de auto 10
jaren mee zal gaan, moet je dus elk jaar 1/10de deel afschrijven. Afschrijvingen zijn geen uitstroom van
geld en dus geen uitgaven.

Geen opbrengst, wel ontvangst
Stel dat je €10.000 euro leent van een familielid. Je ontvangst dus €10.000 euro op je bank en je hebt
een schuld van €10.000 aan dat familielid. Deze handeling verwerk je dus niet in je resultatenrekening,
zodat je geen opbrengst hebt. Wel heb je het geld ontvangen op je bank, zodat het wel een ontvangst
is. (schuld aangaan)

Geen kosten, wel uitgave
Vervolgens wil je familielid zijn/haar geld in 10 jaar terug hebben. Je moet dus elk jaar 1/10 de deel
terug betalen. Doordat je jaarlijks geld moet terug betalen, neemt zowel je banksaldo als je schuld af.
Beide staan op de balans, zodat er geen sprake is
van kosten. Aangezien er wel geld uit je
onderneming stroomt, is er wel sprake van
uitgaven. (aflossing)

Balans
Vaste activa = levensduur langer dan 1 jaar
Vlottende activa = levensduur korter dan 1 jaar

Eigen vermogen = eigen vermogen,
aandelenkapitaal en reserves
Vreemd vermogen lang = leningen en
voorzieningen, hypothecaire lening
Vreemd vermogen kort = crediteuren,
leverancierskrediet, banklening kort, rekening
courant krediet (rood staan)


Afschrijvingen
Lineair afschrijven
Elk jaar hetzelfde bedrag afschrijven. Dit heet een lineaire afschrijving. Afschrijvingen op vaste activa
houdt in; de waardevermindering van duurzame productiemiddelen, zoals machines, gebouwen,
vervoersmiddelen en software, als gevolg van normale slijtage en voorzienbare economische
veroudering.
- Economische levensduur is de maximale tijd waarin een bedrijf een productiemiddel
economisch verantwoord kan gebruiken
- De technische levensduur is de periode dat een product functioneert. Aan het einde hiervan is
het versleten/vergaan of kapot.

Formule = aanschafprijs – (restwaarde) / economische levensduur

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur cherelinh. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

80796 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,49
  • (0)
  Ajouter