Sociaal Emotionele En Morele Ontwikkeling (SOWPWB1280)
Établissement
Radboud Universiteit Nijmegen (RU)
redelijk uitgebreide aantekeningen van het vak sociaal-emotionele en morele ontwikkeling zodat alle belangrijke informatie erin staat. Ik had zelf een 7,5 door alleen deze aantekeningen te leren!
Sociaal Emotionele En Morele Ontwikkeling (SOWPWB1280)
Tous les documents sur ce sujet (14)
1
vérifier
Par: koenleidelmeijer • 1 année de cela
Vendeur
S'abonner
XLisaMarie
Avis reçus
Aperçu du contenu
Sociaal-emotionele en morele ontwikkeling – aantekeningen colleges
Sociaal-emotionele en morele
ontwikkeling
Inhoud
College 1 – klassieke en moderne theorieën .......................................................................................... 3
Psychoanalytische visie ....................................................................................................................... 3
Behavioristische visie .......................................................................................................................... 4
Cognitieve sociaal-leren theorie.......................................................................................................... 4
(Moderne) evolutionaire perspectieven ............................................................................................. 5
College 2 – Emotionele ontwikkeling: emoties ....................................................................................... 8
Ontstaan en ontwikkeling van basisemoties ....................................................................................... 8
Ontstaan en ontwikkeling van complexe emoties .............................................................................. 9
herkenning en begrip van emoties...................................................................................................... 9
Regulatie van emoties ....................................................................................................................... 11
College 3 - Emotionele ontwikkeling: hechting ..................................................................................... 13
Synchronisatie ................................................................................................................................... 13
Vreemde situatie procedure ............................................................................................................. 15
Stabiliteit hechting ............................................................................................................................ 16
factoren die hechting beïnvloeden ................................................................................................... 17
Gevolgen van hechting ...................................................................................................................... 18
Sociale deprivatie, hechting en emotionele ontwikkeling ................................................................ 20
College 4 – klassieke theorieën: cognitieve ontwikkeling volgens Piaget en Vygotsky ........................ 21
Wat is een goede wetenschappelijke theorie? ................................................................................. 21
Cognitieve ontwikkelingstheorie Piaget ............................................................................................ 22
Vygotsky: sociocultural theory .......................................................................................................... 26
College 5 – temperament en sociaal-emotionele ontwikkeling............................................................ 27
Temperamentmodellen..................................................................................................................... 27
Temperament volgens Thomas & Chess ....................................................................................... 27
Temperament volgens Buss & Plomin........................................................................................... 28
Temperament volgens Rothbart ................................................................................................... 28
Temperament volgens Kagan ........................................................................................................ 28
Temperament en sociaal-emotioneel functioneren ......................................................................... 29
Van temperament naar persoonlijkheid ........................................................................................... 30
,Sociaal-emotionele en morele ontwikkeling – aantekeningen colleges
College 6 – sociale ontwikkeling: Peers & spel...................................................................................... 31
Sociabiliteit & interactie leeftijdsgenoten......................................................................................... 31
Acceptatie door leeftijdsgenoten & gevolgen................................................................................... 33
Start van spel ..................................................................................................................................... 35
College 7 – ontwikkeling agressie ......................................................................................................... 36
Definitie agressie ............................................................................................................................... 36
Ontwikkeling agressie........................................................................................................................ 38
Agressie en pesten ............................................................................................................................ 39
College 8 – altruïsme, prosociaal gedrag en morele ontwikkeling ....................................................... 41
altruisme............................................................................................................................................ 41
Empathie ........................................................................................................................................... 42
Vier fasen van de ontwikkeling van prosociaal gedrag ..................................................................... 42
Piaget over denken over rechtvaardigheid ....................................................................................... 44
Lawrence Kolhberg ............................................................................................................................ 44
College 9 – ontwikkeling van het zelf en sociale cognitie (theory of mind) .......................................... 46
Zelfwaardering: de evaluatie van het zelf ......................................................................................... 48
College 10 - Bronfenbrenner en het gezin ............................................................................................ 50
Socialisatie technieken, Model van Diana Baumrind ........................................................................ 52
,Sociaal-emotionele en morele ontwikkeling – aantekeningen colleges
College 1 – klassieke en moderne theorieën
Leerdoelen:
→ Kennis van de diverse theoretische stromingen en begrippen
o Invloed/kritiekpunten per stroming
o Overlap/overeenkomsten tussen stromingen
Wat is een goede wetenschappelijke theorie?
→ Biedt een raamwerk waarbinnen feiten en informatie geïnterpreteerd kunnen worden en
geïntegreerd met bestaande kennis.
→ Heeft assumpties die duidelijk zijn geformuleerd en empirisch getoetst kunnen worden.
→ Stimuleert nieuw onderzoek.
→ Leidt tot nieuwe kennis in een bepaald domein.
Psychoanalytische visie
→ Freud
→ Tabel 2.1 hoef je niet te leren, wel globaal theorie en instinct
o Id (aangeboren), kind wil poepen, plassen en eten
o ego (rationele)
o superego (morele)
H2 Psychoseksuele theorie: groei van de seks instincten zijn onderliggend aan de stadia van
persoonlijkheidsontwikkeling en hoe ouders omgaan met deze impulsen bepaalt de trekken die
kinderen vertonen.
H2 Onbewuste motieven: term voor gevoelens, ervaringen en conflicten die het denken en gedrag
van een persoon beïnvloeden, maar die buiten het bewustzijn van een persoon blijven.
Kritiek theorie: de theorie is te vaag, niet falsifieerbaar.
Belang theorie: vroege ervaringen en emoties, onbewuste motieven en conflicten
Voorbeelden ‘onbewuste’ processen huidige literatuur
→ Attentional Bias (AB), bijvoorbeeld via eye-tracking (aandacht voor bepaalde aantrekkelijke
stimuli zoals lekker eten of alcohol)
→ Training AB or approach bias
→ = onbewuste training? (als iemand alcohol verslaafd is moet die een joystick van zich
afduwen, helpt om niet op die alcohol in te gaan, is een klein deel bewust)
, Sociaal-emotionele en morele ontwikkeling – aantekeningen colleges
Ego psychologen Erikson (en Anna Freud): omgaan met sociale realiteit (niet seksualiteit)
Er zijn acht conflicten die kinderen en volwassenen moeten oplossen om tot een gezonde psychische
gezondheid te komen. Eén van deze conflicten is autonomie versus schaamte/twijfel, dit zie je bij 2-3
jarigen die zichzelf proberen aan te kleden.
→ Verschil met Freud:
o Minder passief
o Focus socioculturele ipv seksuele invloeden
o Theorie loopt door in volwassenheid
→ Kritiek:
o Descriptief: stadia en lastig falsifieerbaar
Behavioristische visie
→ Watson
→ Conclusies op basis van gecontroleerde observaties van openlijk gedrag (en dus niet
speculeren over onbewuste motieven)
→ Tabula rasa: mens wordt gevormd door omgang met omgeving
→ Verbinding externe stimuli en observeerbare reacties (‘habits’). Dit zijn aangeleerde
associaties die de stabiele aspecten van persoonlijkheid representeren
o Pavlov: klassieke conditionering
o Skinner: operante conditionering, consequentie vormt gedrag, d.m.v. bekrachtiger
(beloning) of bestraffing. je hebt van beide een negatieve (iets weghalen) en
positieve (iets toedienen) variant.
→ Ontwikkeling = continu proces van gedragsmatige verandering (geen stadia), dat je ook weer
kunt omkeren
→ Je kunt alles vormen, denk aan little Albert
Cognitieve sociaal-leren theorie
→ Bandura
→ Leren is meer dan operationele conditionering, want;
→ Mensen zijn cognitieve wezens, denken over gedrag en consequenties, ook lange termijn
→ Observationeel leren (‘no-trial’) = centraal ontwikkelingsproces
Observationeel leren: leren dat het gevolg is van de observatie van het gedrag van anderen.
Belangrijk hiervoor:
Emulatie: reproductie van de uitkomst van een model op een andere manier dan zoals door het
model tentoongespreid werd. (bijvoorbeeld lichtknop uitdoen met hoofd als handen vastgebonden
zijn)
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur XLisaMarie. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.