H1: (Introductie les) What’s in a name Universal design: product en omgeving ontwerpen die door Privatisering
iedereen gebruikt kan worden, zonder aanpassingen of Probleem zorgsector: veel org waren afh v subsidies vd
gespecialiseerd ontwerp. overheid, hierdoor veel gesloten
Management (denken): plannen, organiseren, controleren
Privatisering kan pos zijn, maar moet bewaakt w, zodat
en beslissen
Principes: niet alles rond winst draait
1. Bruikbaar voor iedereen
Leidinggeven (groepen coördineren, praktisch): verandering,
2. Flexibiliteit in gebruik - Van afhankelijk naar onafhankelijk
innovatie, inspireren
3. Eenvoudig en intuïtief - Marktdenken
4. Begrijpbare informatie - Vermaatschappelijking
Coachen (individueel motiveren): grotere betrokkenheid, 5. Marge voor vergissingen - Privé/profit-initiatieven
functioneren, optimale ontwikkeling 6. Beperkte inspanning - Juridische SMK’s (= erkenningsvereisten waaraan
7. Geschikte afmetingen en gebruiksruimten moet voldoen om geld te krijgen v overheid)
Ondernemer:
- Opportuniteiten en nieuwe ideeën H3: Uitdagingen sociale sector Invloed op organisaties en het beroep
- Oog voor maatschappelijke waarde Kritiek verzorgingsstaat:
- Bouwt netwerken - 1st netwerk, dan vrijwilligers, dan pas betaalde/prof hv
- Stimuleert medewerkers om hetzelfde te doen Uitdagingen in de non-profitsector
(subsidiariteitsprincipe)
- Kloof profit en non-profit verkleinen: profit = interessant
- Steeds minder werk voor hv of onbetaald
(winst) en non-profit = oninter. (kunst, elkaar leren knn)
H2: Design thinking en Universal thinking - Iedereen moet levenslang zorgen
- Burn-out bij wie geen ‘nee’ kan zeggen
- Efficiëntie en effectiviteit: op maat, sneller, beter werken,
- Andere job-invulling: ondersteunen mz, vrijwilligers...
Design thinking: acties ontwerpen/bedenken en bestaande doelstellingen opstellen en behalen
situaties omzetten in voorkeurssituaties.
- Complexe/unieke problemen Nood aan innovatie en creativiteit
- Juiste personeel vinden: schaarste, op creatieve manier
- Meer dan 1 oplossing - Nieuwe doelgroepen, markten/diensten,
proberen mensen aantrekken
- Actief engagement, empowerment, mensgericht financieringsbron
- Meer op vraag werken
- Levenslang leren/bijleren: steeds meer kunnen, maatsch - Fusioneren (nieuwe netwerken creëren)
Profiel: empathisch, holistische kijk, integratief denken, verandert steeds, waardoor leerproces niet stopt
experimenteert, teamplayer, duurzame focus
Begeleider 2.0
- Transparantie: transparant in samenwerking, doelen, - 2005: v opvoeder naar begeleider
Stappen (niet lineair): handelingsplan, waar geld naartoe gaat,… - Voeden niet op maar begeleiden en coachen
1. Empathie: gebruiker leren kennen
- Boeiender en uitdagender (niet simpeler)
2. Define: kernuitdaging?
- Leidinggeven/management: zonder scholing kan je niet
3. Ideate: brainstorm v ideeën
aan hoofd v organisatie staan, overzicht kunnen bewaren Toekomst:
4. Prototype: lightversie
5. Test - Meer en meer zelfstandigen en eigen organisatie
6. Implent: op meerdere plaatsen starten - Flexibiliteit: meerdere functies invullen starten
- Verder deïnstitutionaliseren, meer straathoekwerk,
outreach werk, ambulante zorg, …
- Globalisering: internationaall kennis delen
,H4: Sociaal ondernemen
Evolutie in ondernemen: managementmodellen en -rollen Entrepreneur vs. Intrapreneur
Rationeel doelmodel Intern procesmodel Human relations model Open systeemmodel Entrepreneur Intrapreneur
- Start v 0 - Start uit organisatie
Ken- - Productiviteit en winst - Stabiliteit en - Inzet, moreel en - Aanpassingsvermogen
- Hoog risico, - Weinig risico,
merken - Duidelijke leiding continuïteit samenhang en externe
snel succes nodig gespreid in tijd
- Rationeel eco klimaat: - Routines (efficiëntie) - Lichtexperiment ondersteuning
- Vrijheid - Vrijheid door org bep
snel en veel produceren - Hiërarchie cult en struct (betrokkenheid) - Concurrentie
- Controle - Gedeelde controle
zonder ruimte voor - Participatie-consensus- (innovatie, flexibiliteit)
- Eigenaarschap - Eigenaarschap bij org
geweten/medelijden teamgericht
- Alles of niets - Meer mogelijkheden
- Zoekt eigen - Kan rekenen op
Leiding- Bestuurder en producent Controleur en coördi. Mentor en stimulator Innovator en bemiddelaar
middelen middelen organisatie
gevende
Symbool Dollarteken Driehoek Cirkel Amoede
Ontstaan v sociaal ondernemen
(winstgerichtheid) (stevigheid en hiërarchie) (verbondenheid en (snel aanpassend
Eco en financiële turbulentie op wereldschaal,
menselijke relaties) organisme)
klimaatproblematiek, toenemende ongelijkheid
- Kritische kijk op welvaartstaat
Quinn Resultaatgerichte/markt- Beheersgerichte/ Mensgerichte/familie cultuur Innovatiegerichte/ - Maatschappelijke tendensen
georiënteerde cultuur hiërarchische cultuur adhocratie cultuur - Inzet op levenskwaliteit: jongeren die
ouderen helpen bv. elektronica
Hardy& Machtscultuur Rollencultuur Persoonscultuur Taakcultuur - Opkomen voor natuur: klimaatzaak
Harrison - Burgerinitiatieven: speelstraten,
ontmoetingsplaatsen
Model v concurrerende waarden
Staat voor alle zaken die men moet bezitten om een goede leidinggevende te zijn = ondernemende coachende manager. Vormen v sociaal ondernemen
1. Maatschappelijk verantwoord ondernemen
- Winst = vorm v geld
Human relations model: - Bedrijven met een ‘goed geweten’
1. Mentor: inzicht in zichzelf en anderen, effectief communiceren, ontw v medewerkers
2. Stimulator: teambuilding, participerende besluitvorming, conflict managen
Intern procesmodel: 2. Sociale economie
3. Controleur: info beheren door kritisch denken, omgaan met overvloed info, kernprocessen beheren - Winst = tewerkstelling, doorstroom
4. Coördinator: projectmanagement, taken ontwerpen, structuur ondersteunen, cross functioneel management - Focus op sociale winst: zoveel mogelijk
Rationeel doel model: mensen weer aan het werk krijgen
5. Bestuurder: visie ontw en comm, doelstellingen formuleren, ontwerpen en organiseren
6. Producent: productief werken, taakoriëntatie, productieve werkomgeving bevorderen, tijd- en stress management 3. Sociaal ondernemen
Open systeemmodel: - Winst = sociale impact
7. Bemiddelaar: machtsbasis opbouwen en handhaven, onderhandelen over inzet en overeenstemming - Sociale winst moet ingezet worden om
, 8. Innovator: leven met verandering, creatief denken sociale impact te krijgen
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO): Maturiteitsniveaus: Vormen v sociale economie
In bedrijfsactiviteit en relaties andere partijen, vrijwillige 1. Defensief: plots slechte imago herstellen 1. Collectief maatwerk (aangepaste arbeid, doorstroom)
aandacht schenken aan sociale kwesties en milieu. - Wetgeving of publiek verplicht acties Maatwerkbedrijf Maatwerkafdeling
- Kerntaak: inschakelen - Kerntaak: economisch
- Gericht op economische prestaties (profit) 2. Filantropisch: af en toe ondernemen vanuit liefdadigheid - Aangepaste eco - Beperkte groep
- Respect voor sociale (people) activiteiten - Alle bedrijfsvormen
- Binnen ecologische voorwaarden (planet) - Vzw, coöperatie of soc - Loon- en begeleidings-
3. Promotioneel: goede vibes, naam versterken onderneming premie
- Branding en reputatiemanagement (reclame)
Volwaardig MVO: aandacht mensenrechten, sociale, milieu, 2. Lokale diensteneconomie (lokale noden, doorstroom)
ethische, consumentenbelangen in bedrijfsactivi, kernstrat 4. Strategisch: opnemen in doelstellingen, 5P’s in elke
integreren in nauwe samenwerking met stakeholders. beslissing afgewogen 3. Coöperaties: iedereen kan medeaandeelhouder zijn,
- MVO geïntegreerd in bedrijfsbeleid, rapporteren zowel bedrijf als consument betrokken in winst
Kenmerken: over de impact v bedrijfsactivi op milieu en maatsch
- Continue verbetering (uiteindelijke doel is en blijft winstmaximalisatie)
- Vrijwillig engagement (niet vanuit regering) 4. Starterslabo: langdurig werkloos, ondernemingsidee
- Systematische integratie v eco, soc en milieu activeren, coachen/trainen in ondernemerschap
5. Transformatie: overgaan naar sociaal ondernemen,
- Overleg/dialoog stakeholders profit vs. non-profit verdwijnt, komt in midden terecht
- Centraal: maatschappelijk doel, winst: soc impact Sociaal ondernemen
Sustainable Development Goals (SDG): ontwikkelingsdoelen = rond sociale missie een activiteit creëren, financiële en
waar bedrijven meet bezig zijn. sociale meerwaarde tot stand. Kernactiviteit; maatsch
Sociale economie uitdaging combineren met economische activiteit
= winst voor bereiken v specifieke sociale missie:
5P’s: gerelateerd aan gezondheidszorg, cult behoeften in
1. People: leefomstandigheden gemeensch, onderwijs, milieubescherming en inclusie 1. People
(armoede, honger, gelijkheid,...) versch soc groepen door creëren v banen. - Centraal: sociale missie = maatsch uitdaging
2. Planet
- Balans centraal: om People Planet te bereiken winst
2. Planet: planeet beschermen 1. People nodig, geld gebruiken voor versterken sociale
(achteruitgang, consumptiedrang, voor huidige en - Centraal: mens 3. Profit
toekomstige generaties,…) - Arbeid met oog op ontplooiing v talenten - Heel breed: mechanismen in maatsch, klimaat...
2. Planet - Inkomsten vooral uit eco activiteiten
3. Prosperity: bevredigend leven (economische, sociale, - Lokaal gericht - Geen of beperkte winstverdeling
technologische vooruitgang in harmonie met natuur) - Duurzaam werken - Naast eco waarde, soc waarde creëren
3. Profit (klassieke scheiding, instrumenten: IDBM)
- Winst is een middel, geen doel (sociale winst)
4. Peace: vreedzame, rechtvaardige, inclusieve samenleving - Doel: maatsch zinvolle behoeften bevredigen
anders vastlopen met doelen Voorbeeld: