§1. AANKNOPINGSPUNTEN VAN HET ECONOMISCH RECHT
• Belang: wie valt wel en niet onder de regels van economisch recht
• Verraderlijke terminologie: Bepaald begrip in bepaald artikel kan een andere betekenis hebben in
een ander artikel in dezelfde wet
• Traditioneel: Handels-en economisch recht
o Vroeger zou dit vak Handels- en economisch recht hebben genoemd
o Laatste jaren trend ontstaan om de indeling waarop ons recht is ingedeeld op een verfrissende
manier te zien: Als onderdeel hiervan is dit het economisch recht geworden
o Traditioneel begrip ‘handelsrecht’: regels die verhoudingen beheersen tussen handelaars
▪ Wie is dan een handelaar?
• Synoniem: kooplieden
• Tegenovergestelde van burgerlijk recht
o Burgerlijk recht: ‘gemeen’ privaatrecht met regels die gelden voor iedereen
o Handelsrecht: bijzondere regels die alleen maar gelden tussen handelaars
• Tegenovergestelde van economisch recht in enge zin (sensu stricto)
o Economisch recht in enge zin: regels van publiek recht waarbij de overheid
bepaalde aspecten van het bedrijfsleven regelt
o Handelsrecht: eerder privaatrechtelijke component hiervan
• Huidige benadering
o Loop 20ste eeuw: onderscheid handelsrecht & burgerlijk recht onder spanning
▪ 19de eeuw: ontstaan van begrippen: handel & nijverheid:
• idee om nieuwe vormen van economische activiteiten te bevorderen door
bepaalde specifieke, soepele regels te maken voor transacties die courrant zijn in
het commerciële verkeer
• Komen in systeem van productie en consumptie: dienstensector wordt ook steeds
belangrijker
• Vrije beroepsbeoefenaars gaan zich steeds meer met winstoogmerk gedragen.
o Onderscheid steeds meer achterhaald
▪ Reden voor die ‘soepelere’ regels verdwijnt
o Na WOII: Systeem gaat van nachtwakersstaat naar welvaartstaat
▪ Steeds meer reglementering
• Ook Europese invloeden:
o Evolutie van EGKS naar eu
o EU insteek is altijd economisch geweest: bv Staat mocht niet bepaalde ondernemingen steun
verlenen om economische activiteiten te doen
o Eind jaren 80: harmonisatie interne markt
▪ Men wil eengemaakte markt met zelfde regels voor een fair level playing field is voor alle
Europese actoren
▪ Europese wetgever treedt steeds meer en meer op via verordeningen en richtlijnen
• Treedt altijd functioneel op: altijd aanknopingspunt nodig in primair Unierecht
• Treedt op tegen alle ondernemingen tegen de consument
o Maken geen onderscheid over vrije beroepsoefenaar, landbouwer
o Enig onderscheid: onderneming vs de consument
• Handelaarsbegrip in België dus strijdig met Unierecht:
o Steeds meer gaten in concept ‘handelaar’: beetje bij beetje verdwijnt dit
• NU: ‘de onderneming’: centrale aanknopingspunt
o = economisch recht in brede zin (sensu lato)
1
, • Economisch recht sensu lato vandaag
o 1. Ondernemingsrecht: privaatrechtelijke pijler
▪ Synoniem: klassiek handelsrecht maar dan geüpgraded
▪ De regelgeving betreffende het statuut van onderneming en instrumenten waarover zij
beschikt om haar doelstellingen te bereiken
o 2. Marktrecht: publiekrechtelijke pijler
▪ Synoniem: marktordening of economisch recht sensu stricto
▪ Regelgeving mbt het marktgebeuren en op het handelen van de daarbij betrokken
hoofdspelers: ondernemingen, consumenten en overheid
• Met uitzondering van: arbeidsmarkt & sociaal recht
▪ Wetgever treedt op met fair play doelstelling: veld gelijk houden voor iedereen
o Economisch recht sensu lato afsplitsbare onderdelen
▪ Financieel recht
▪ Vennootschapsrecht
▪ Fiscaal recht
Opgelet!
• Aanknopingspunten van economisch recht zijn steeds functioneel:
o Als je betekenis van bepaalde begrippen wilt weten: steeds het doel in gedachten houden en
desnoods hetzelfde begrip in verschillende plaatsen een verschillende interpretatie geven
o Bv begrip ‘onderneming’
Algemene beginselen
A. HET ONDERNEMINGSBEGRIP
§1. ONDERNEMING IN DE ZIN VAN BOEK I WER
• A. Definitie van onderneming
o Geschiedenis: wetgever wou een zeer ruime definitie van onderneming om het Belgische
recht te doen afstappen van het handelaarsbegrip met bijpassende daden van koophandel
▪ Wetboek van Koophandel opheffen: bepalingen integreren in WER
▪ Onderscheid tussen handelszaken en burgerlijke zaken afschaffen
o Doel: uniform ondernemingsbegrip dat zou gelden voor hele WER
▪ Wet 15 april 2018: nieuwe definitie van onderneming als belangrijkste doelstelling
• Zuiver formele criteria ipv huidig materiële criterium
o Oorspronkelijke definitie:
▪ “elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel
nastreeft, alsmede zijn verenigingen”
▪ Dus hierbij nog materieel criterium: uitoefenen van economische activiteiten
• Nu met nieuwe formeel criterium is er meer rechtszekerheid
• B. Het nieuwe begrip onderneming
o Definitie in art. I.1, 1ste lid WER
o Toepassingsgebied: bijzondere regels voor ondernemingen in WER, Ger.W en BW
▪ Zelfde definitie van begrip ook gebruikt voor “inschrijvingsplichtige onderneming” en
“boekhoudplichtige onderneming”
▪ Oude/oorspronkelijke definitie (zie hierboven bij A): wel nog gebruikt voor
mededingingsrecht, marktpraktijkenrecht en prijsreglementering.
• Blijft dus nog aanknopingspunt voor boeken IV, V en VI WER
o Doel van dit nieuw verruimde, algemene ondernemingsbegrip:
▪ Alle actoren die economisch actief zijn kunnen dekken
• Begrip dat zowel economische als niet-economische ondernemingen dekt
• Gebruik dus van formeel criterium ipv materieel criterium: zie verder
2
,o a. Iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent
▪ 2 criteria: zelfstandig en beroepsmatig
▪ ‘ Zelfstandig beroepsactiviteit uitoefenen’
• Bedoeling: Zonder ondergeschiktheid: niet onder gezag en tegen betaling
o Tegenovergestelde van werknemers
• Idee: is dit een natuurlijke persoon die zelf de financiële en commerciële risico’s
draagt voor de ondernemingsactiviteit?
• Wat bedoelt men NIET: ‘zelfstandige’ in zin van vrije beroepers
o Want anders zou de definitie te eng worden: enkel vrije beroepers
o Anderzijds ook vrij beroepers die werknemers zijn
▪ Bv arts als werknemer werkzaam in ziekenhuis
• Zelfstandige: wie draagt financiële en commerciële risico’s?
o Hoe weet je dit: mogelijke indicaties?
▪ Indicatie kan statuut zijn vd persoon bij sociale zekerheid
• Wanneer men als zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent zal men
in SZ moeten aansluiten bij sociaal verzekeringsfonds
▪ Of onderworpen aan bepaalde belastingen als NP
▪ ‘Uitoefenen beroepsactiviteit?’
• Parl. Voorb: zeer ruim interpreteren
o Elke mogelijke praktijk die beroepsmatig kan worden uitgeoefend
o “Beroepsmatige uitoefening”: Zekere regelmaat, frequentie, organisatie die
duurzaamheid geeft aan activiteit
• Wat staat er niet: ECONOMISCHE beroepsactiviteit
o Niet de bedoeling vd wetgever om enkel betrekking te hebben op mensen
die economische beroepsactiviteit uitoefenen: zeer bewust vd wetgever
▪ Vreemd: toepassingsgebied economisch recht en toch vallen hier
ondernemingen onder zoals een NP die geen economische activiteiten
nastreeft maar wel beroepsactiviteiten uitoefent
▪ Ongeacht of men met winstoogmerk handelt
▪ Irrelevant als dit het hoofdberoep is of in bij beroep
• Parl.voorbereidingen: ook duurzame activiteiten in kader van deeleconomie
▪ GEEN ondernemingen:
• Consumenten die zich bezighouden met het normale beheer van hun privé
vermogen ook al streven ze hierbij winst na
o Vb: dat je aandelen koopt met als bedoeling om je spaargeld te doen
renderen = maakt van jou nog geen onderneming
▪ Zelf al ben je hier vaak mee bezig
▪ Schijn ‘particulier’
• Als je probeert te verbergen dat er een bepaalde duurzaamheid is aan je activiteit
om je zo te onttrekken aan de regels voor ondernemingen
o Rechtbank zal kijken: is dit een ondernemingsactiviteit of niet
o Vanaf dat je bepaalde activiteit doet met zekere regelmaat en zeker
winstoogmerk: ga je toch richting onderneming
▪ Zal geval per geval moeten worden bekeken of je kwalificeert als
onderneming
3
, • Platform en deeleconomie problematiek?
o Houder van dit platform: entiteit die dit platform tot stand brengt (uber bv)
▪ In de mate dat dit geen RP is maar NP: zijn dit dan ondernemingen?
▪ Is dit een beroepsactiviteit?
o Wanneer is een gebruiker van zo een platform een onderneming?
▪ Uber chauffeur? Onderneming in zin van art. 1 WER?
▪ AirBnB: verhuurder
• Je doet dit occasioneel: geen onderneming
• Maar wanneer is iets occasioneel en wanneer is iets echt je
beroepsactiviteit?
• Parl. Voorb: zolang het gaat om onderbenutte goederen, en onderbenutte
diensten, en er wordt geen inkomen nagestreefd, is er geen onderneming
o Maar wetgever zegt dat winstoogmerk irrelevant is? Toch soms relevant dan
• Wat zijn onderbenutte goederen?
▪ Wel in RS aan bod: wat doen we met zaakvoerders en bestuurders ondernemingen?
• Bestuurder NV/zaakvoerder BV: persoon die onderneming kan vertegenwoordigen
• BV of NV is een onderneming: maar bent u als natuurlijke persoon bestuurder dan
ook een onderneming?
o Bestuurders willen onderneming zijn: omdat alleen ondernemingen failliet
kunnen worden verklaard: eenmaal failliet verklaard geldt het principe vd
fresh start = kun je opnieuw schulden maken, en al je oude schulden van
voor het faillissement kunnen niet aan je nieuw vermogen
▪ Kapitaalverstrekkers hier geen grote fan van: hebben liever dat
bestuurders niet als onderneming kunnen worden gekwalificeerd
• Daarom al veel RS hierover: banken die leningen terugwillen: discussie RS
o Brussel: zaakvoerder is beroepsactiviteit = onderneming
▪ Is de activiteit bedoeld voor de zaakvoerder om zichzelf
levensonderhoud te verschaffen?
• Ja: onderneming
• Neen: geen onderneming
o Bergen: zaakvoerder is geen onderneming want bestuur vd vennootschap is
geen beroepsactiviteit, tenzij men als zaakvoerder een specifieke organisatie
zou opzetten met als activiteit ‘het besturen van vennootschappen’
▪ Irrelevant of dit voor levensonderhoud is
▪ Zaakvoerder handelt altijd in de plaats vd vennootschap: geen
zelfstandige beroepsactiviteit
o Luik. 2019: heersende opinie
▪ Wanneer de wetgever zegt ‘beroepsactiviteit’: moet meer zijn dan
duurzaamheid & structuur:
• Men moet ergens inkomen ontvangen en met die bezoldiging
moet men in staat zijn om in levensonderhoud te voorzien
▪ Kernvraag: is er een activiteit waarmee men de bedoeling heeft om
inkomen te verwerven om in levensonderhoud te kunnen voorzien?
• Ook bestuurders/zaakvoerders die geen onderneming zijn?
o Sommige doen de activiteit zonder dat ze hiermee instaan voor hun
levensonderhoud
▪ Bv in vrije tijd in het bestuur van een voetbalclub zitten
• ! Belangrijkste criterium: bedoeling van deze activiteit om deze persoon in staat
te stellen om in zijn levensonderhoud te voorzien
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur margothorowitz. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.