1.1 Het begrip kosten
Kosten
= de in geldwaarde uitgedrukte productiemiddelen die doelmatig werden of zullen
worden ingezet in een onderneming om het gewenste eindproduct/dienst voor te
brengen
→ middelen : grondstoffen, arbeid, machines
= geldwaarde van middelen die worden opgeofferd of verbruikt door bedrijf
Onkosten
= kosten die vermeden konden worden
→ afschrijvingen (jaarlijks)
Uitgaven
= betaling van productiemiddelen
→ afschrijvingen (eenmalig)
→ terugbetaling lening (meerdere keren)
→ rente terugbetalen om geld aan te wenden (uitgave + kost)
1.2 De doeleinden van de kostenberekening
Kostenobject
= hetgeen waar je kosteninformatie voor verzamelt
→ heel breed
= productgroepen, afdelingen, klanten
→ specifiek voor elk bedrijf
Bepaling kostprijs
→ som van alle kosten voor kostenobject
= waarde doelmatig ingezette middelen
→ verzameling van kostengegevens
= berekening op basis van werkelijk gemaakte kosten
→ toewijzen aan elk kostenobject
1.2.1 Planning op lange termijn
Kostencalculatie
= 3 tot 5 jaar
→ kosten-batenanalyse
= oprichting, uitbreiding of samenwerking
→ welke producten, capaciteit
Marike Vernier
,1.2.1 Planning op korte termijn
Realiseren winstoptimalisatie
= Max. 1 jaar
→ budgetteren
= voordelig verkoop - en productieplan
→ kostenbeheersing
= normatieve of standaardkostprijs bepalen
1.3 De standaardkostprijsberekening
Standaardkostprijs
= Som noodzakelijke / maximaal toegestane kostprijs per eenheid
→ standaardprijs
= noodzakelijke/maximaal toegestane kostprijs per eenheid
= op basis van verwachte prijzen in toekomst
→ standaardhoeveelheid
= vermoedelijke benodigde hoeveelheid
= op basis van berekening/kennis/ervaring
= standaardkostprijs
→ standaardprijs x standaardhoeveelheid
1.3.1 Bepaling van de standaardkostprijs
Bepaling
= standaardprijs
→ gemiddelde prijzen in toekomstige periode voor aanschaffen
productiemiddel
= standaardhoeveelheid
→ vaststellen door wetenschappelijk onderzoek
1.3.2 Belang van standaardkostprijs
Voordelen standaardkostprijs
- kostenbeheersing
= voorcalculatie : opgemaakt voor productieperiode
= nacalculatie : door budgetcontrole werkelijke kosten nagaan
- budgetten bepalen
= vb. raming totale kosten
- prijsbepaling producten
= grensprijs : verkoopprijs zonder verlies te lijden
= winstmarge : toelage op kostprijs
Marike Vernier
,1.4 Kostenindeling
Kostensoorten
= kosten met gelijkaardige economische kenmerken
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marikeverniers. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.