In dit document komen verschillende hoofdstukken aan de orde uit het boek Mens en Recht.
Hoofdstuk: 1, 2, 7, 8, 9, 10, 15
Daarnaast staat er ook informatie in van verschillende filmpjes die ik bij recht moest kijken. Deze geven voornamelijk de basisinformatie puntgewijs aan.
Mens en Recht Bunthof 12e editie 2023 / 55 meerkeuzevragen met antwoorden / hele boek / niveau: beginner
Mens en Recht, editie 11. Hoofdstuk 1,2,3,6,16
Samenvatting Mens en Recht 1
Tout pour ce livre (92)
École, étude et sujet
Christelijke Hogeschool Ede (CHE)
HBO Social Work
Recht
Tous les documents sur ce sujet (22)
Vendeur
S'abonner
Em203S
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting Recht
Leertaak 1: recht en regels
Het recht omvat een heel stelsel van regels waaraan zowel de overheid als de burger zich moet
houden. Deze regels zijn bedoeld om de samenleving te ordenen en conflicten te voorkomen of op te
lossen.
Het gaat om rechten en plichten van individuen en de overheid. Deze komen voort uit normen en
waarden die algemeen gelden in de maatschappij. Door deze normen en waarden in zogenoemde
rechtsregels vast te leggen, met de wijze waarop die regels gehandhaafd kunnen worden, krijgt het
recht vorm.
Het recht brengt een doelmatige ordening aan in de samenleving. Daarnaast geeft het recht
spelregels voor gedragingen tussen individuen onderling en voor het handelen door de overheid. Ten
derde stuurt het recht het individuele gedrag van burgers.
Recht en rechtvaardigheid zijn geen synoniemen van elkaar, maar het recht is in beginsel wel gericht
op rechtvaardigheid.
Niet iedereen is op de hoogte van zijn rechten en plichten. Ook is er een spanningsveld tussen de
verschillende belangentegenstellingen. Ten derde is er verschil tussen gelijk hebben en gelijk krijgen.
Rechtsbronnen = de vindplaatsen van het recht
Wet- en regelgeving
Wetten bevatten rechtsregels die zijn vastgesteld door de overheid. Een wet komt tot stand als de
regering (Koning en de ministers) en de Staten-Generaal (1 e en 2e kamer)met een wetsvoorstel
instemmen. Alleen wetten die afkomstig zijn van de hoogste wetgever worden met wet aangeduid
(Burgerlijk Wetboek, Jeugdwet).
Wetsartikelen -> de bepalingen in de wetten. Wetsartikel kan bestaan uit meerdere leden. Titel
wetboek afgekort -> Art. 1:247 lid 1 BW (Burgerlijk Wetboek). Te vinden in boek 1.
Wettenbundel -> een verzameling officiële wetten die door een uitgever zijn geselecteerd en samen
in een boek zijn opgenomen.
De grondwet (Gw) is de hoogste wet in Nederland. Hierin staan onder andere de grondrechten.
Een regeling die afkomstig is van de regering, zonder de Staten Generaal erbij, wordt een Koninklijk
Besluit (KB) genoemd.
Een KB dat wel regels bevat, wordt een algemene maatregel van bestuur (AMvB) genoemd.
Ministeriele regeling -> een regeling afkomstig van een minister.
Verordening -> een regeling van Provinciale Staten of van de gemeenteraad.
EU -> gemeenschapsverordeningen en -richtlijnen. Deze zijn hoger dan de Nederlandse grondwet.
Jurisprudentie (ook wel rechtersrecht genoemd)
Het is de taak van een rechter om uit te maken hoe de regels zijn bedoeld. Hij doet dit door de
rechtsregels te interpreteren en de uitkomst ervan te formuleren in een uitspraak. Afhankelijk van de
soort zaak of het niveau waarop er recht wordt gesproken, heet zo’n uitspraak vonnis, uitspraak of
arrest.
Uitspraak van de Hoge Raad der Nederlanden (hoogste rechter) heet een arrest. Elke uitspraak een
uniek nummer en wordt bij publicatie voorafgegaan door de letters ECLI.
1
, Gewoonte
De regels van gewoonterecht zijn niet ergens opgetekend maar ontstaan in de loop van de tijd door
het gebruik ervan in algemene kring. Regels van gewoonterecht komen maar weinig voor. Een
gewoonte die in strijd is met het recht valt niet onder het gewoonterecht.
Verdrag
Verdragen zijn afspraken tussen twee of meer staten die op schrift zijn gesteld en die gelden in de
staten die partij zijn bij het verdrag.
Daarmee moeten de staten dit verdrag wel hebben geratificeerd: zich ermee akkoord hebben
verklaard.
Verdragsregels staan, net als de regelgeving van de EU, boven de rechtsregels die in Nederland zijn
gemaakt.
Veel bepalingen in verdragen hebben directe werking, dat wil zeggen dat iedereen zich daar direct op
kan beroepen, ook als deze niet zijn opgenomen in wetten of lagere regelgeving in Nederland.
Dwingend recht -> sommige rechtsregels leggen aan individuen of partijen die een juridische relatie
ofwel rechtsbetrekking met elkaar hebben, dwingend bepaalde rechten of plichten op. Hiervan mag
niet worden afgeweken. (moet, is verplicht, is nietig (bestaat niet))
Semidwingend recht -> sommige rechtsregels geven partijen de mogelijkheid om zelf dingen nader te
regelen.
Aanvullend recht -> regels die alleen gelden als specifieke afspraken ontbreken.
Semidwingend en aanvullend recht komen vooral voor bij rechtsregels die betrekking hebben op het
sluiten van een overeenkomst. Inhoud zelf bepalen, wel vasthouden aan bepaalde regels.
Rechtskracht -> afhankelijk van het orgaan waarvan de regelgeving afkomstig is.
Rangorde:
Verdragen
Gemeenschapsverordeningen en richtlijnen
Grondwet
Overige wetten
Algemene maatregelen van bestuur
Ministeriële regelingen en richtlijnen
Provinciale verordeningen
Gemeentelijke verordeningen
Van belang om deze rangorde te kennen -> in de hogere regelgeving wordt niet alles tot in detail
geregeld, wordt overgelaten aan lagere regelgevers. Daarnaast bevat het recht in verdragen en in de
almaar omvangrijker wordende Europese regelgeving steeds vaker concrete, algemeen verbindende
regels. Rechter kan lagere regeling teniet doen als die in strijd is met hogere regeling.
Objectieve recht (als geheel) -> bevat alle geldende regels, dus alle rechten en plichten die in de
rechtsbronnen zijn vastgelegd. Geldt voor iedereen. (participatiewet, bijstandsuitkering)
Subjectief recht -> persoonlijk. Moet van het objectieve recht worden afgeleid. Een bepaald objectief
recht wordt specifiek toegekend aan een individu.
Subjectieve rechten en ook plichten (door rood rijden, boete betalen)
Alleen subjectieve rechten en plichten kunnen worden afgedwongen in een procedure voor de
rechter. Zonder subjectief recht kan er van gelijk krijgen geen sprake zijn.
2
,Grondrechten -> de meest elementaire en onvervreemdbare rechten van een individu, die zowel
door de overheid als door anderen gerespecteerd moeten worden. De grondrechten vormen als het
ware het fundament van een menswaardige samenleving. (vrijheid, respect, toegang rechter)
Klassieke grondrechten -> de overheid mag op deze rechten in het beginsel geen inbreuk maken,
tenzij de wet haar bevoegdheid verleent. (gerespecteerd worden)
Voor het maken van inbreuk op een grondrecht moet echter altijd een wettelijke grond bestaan. De
rechter oordeelt uiteindelijk of de inbreuk rechtmatig is, in overeenstemming met het recht.
Sociale grondrechten -> vormen feitelijk een opdracht voor de overheid om ervoor te zorgen dat er in
Nederland onder andere een goede gezondheidszorg, voldoende woon en werkgelegenheid en
welvaarsspreiding is waarvan ieder in beginsel gebruik kan maken. (zorgplicht)
Als overheid daarin tekortschiet, kunnen politieke middelen (acties, beïnvloeding) worden ingezet
om de naleving van de sociale grondrechten te bewerkstelligen.
Het recht vormt enerzijds het kader waarbinnen de hulp- en dienstverlening in het domein sociaal
werk plaatsvind (juridische verhouding hulpverlener en cliënt). Anderzijds bepaalt het recht de
juridische (on)mogelijkheden van de cliënt om zijn eigen welzijn vorm te geven.
Veel soorten regelgeving, recht verandert constant, maakt het moeilijk om inzicht te krijgen in eigen
rechtspositie voor de cliënt.
Juridisering van de maatschappij -> overal regeltjes voor bedenken. Hierdoor steeds vaker naar
juridische middelen grijpen om het welzijn van cliënten te beschermen of te bevorderen.
Als hulpverleners ook in juridische zaken helpen.
Begrippenlijst zie p. 30/31
Tussenvragen
Welke norm ligt ten grondslag aan de rechtsregel ‘mishandeling wordt gestraft’?
Het betreft de norm dat je de ander niet opzettelijk pijn mag doen.
Zijn recht en wet synoniemen van elkaar?
Nee. Het recht omvat alle rechtsregels in alle rechtsbronnen, dus ook het recht dat niet in wetten is
vastgelegd maar in de jurisprudentie en het gewoonterecht.
Jurisprudentie behoort tot het zogenoemde ongeschreven recht. Kun je deze term verklaren?
Jurisprudentie is het recht dat ontstaat doordat de rechter rechtspreekt. Dit is dus het gesproken
recht uit de mond van de rechter, ook al wordt het daarna wel op schrift gesteld.
Waarom is het belangrijk om te weten wat er in verdragen is geregeld?
Verdragen zijn hoger in rang dan andere regelingen. De regels in verdragen gaan dus boven andere
rechtsregels die daarmee in strijd zijn.
Wat zou een voordeel kunnen zijn om iets op Europees niveau te regelen?
Een voordeel van een Europese regeling is dat de regels vaak in meerdere lidstaten van de EU gelden.
Zo is de euro in verschillende lidstaten hetzelfde betaalmiddel.
3
, Welk subjectief recht verkrijgt degene die conform art. 7:446 BW een overeenkomst inzage
geneeskundige behandeling sluit met een arts?
Het artikel geeft dit zelf aan. De hulpverlener (arts) verbindt zich tot het verrichten van ‘handelingen
op het gebied van de geneeskunst’. De patiënt zelf of bijvoorbeeld zijn kind krijgt dus een subjectief
recht op een geneeskundige behandeling.
Mag de overheid gelet op art. 10 Gw, inbreuk maken op het recht op eerbiediging van de persoonlijke
levenssfeer?
Volgens art. 10 Gw heeft iedereen recht op eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer, behoudens
bij of krachtens de wet te stellen beperkingen.
De overheid mag dit grondrecht dus beperken maar moet wel in een wet de voorwaarden vastleggen
waaronder de inbreuk mag worden gemaakt. Het vastleggen van persoonsgegevens in een dossier
dat door anderen kan worden ingezien, is zo’n inbreuk op de privacy.
De Wet bescherming persoonsgegevens bevat diverse regels die bepalen door wie en met welk doel
de gegevens mogen worden vastgelegd.
Informatie uit de filmpjes
Introductiefilmpje
Recht -> alle rechtsregels die gelden binnen een (democratische) rechtsstaat.
Recht is uiteindelijk wat een rechter beslist. -> uitleggen, toepassen.
Recht is gevolg van geldende waarden en normen in de samenleving.
Invloed sociale rechtsstaat:
Recht biedt bescherming aan kwetsbaren in de samenleving.
Hoe sterker hoe meer beroep op eigen verantwoordelijkheid.
De hulpverlening en het recht:
De juridische positie van de cliënt (belangen)
De juridische relatie tussen de hulpverlener en de cliënt (rechten, plichten, privacy, klachten)
De hulpverlener als werknemer (arbeidscontract, aansprakelijkheid)
Filmpje Thema 1: recht en regels
Rechtsbronnen -> waarop kan een rechter zijn beslissing gronden?
Geschreven: verdrag, wet- regelgeving.
Ongeschreven: jurisprudentie, gewoonte
Verdrag: afspraken tussen twee of meer staten. Geratificeerd. Directe werking (iedereen kan
zich daarop beroepen)
Wetten en regels: regering en Staten Generaal. Hoogste wetgever. Genummerd ->
wetsartikelen. Leden. Grondwet is fundament. Rangorde in wetgeving. De lagere regelingen
niet in strijd zijn met de hogere.
Jurisprudentie: alle uitspraken die door rechters zijn gedaan. rechter interpreteert regels en
formuleren een uitspraak. Elektriciteitsarrest (is elektriciteit een goed?).
Gewoonte: in de loop van de tijd ontwikkelt. Komt maar weinig voor.
Dwingend recht: mag niet van worden afgeweken
Semi(half)dwingend recht: geven partijen de mogelijkheid om zelf dingen nader te regelen.
Aanvullend: gelden alleen als specifieke afspraken ontbreken.
Instructie wetten opzoeken
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Em203S. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,29. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.