Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting CHE Psychologie Social Work leerjaar 1 €4,79   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting CHE Psychologie Social Work leerjaar 1

 11 vues  0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Het document bevat een grote samenvatting van het vak Psychologie in het eerste jaar van Social Work. Dit document bevat theorie uit boeken, info vanuit de colleges, enkele voorbeelden. Het gaat vooral over de psychologie stromingen.

Aperçu 3 sur 28  pages

  • 5 juillet 2022
  • 28
  • 2021/2022
  • Resume
avatar-seller
Toets Psychologie
Waarom psychologie? Het helpt om gedrag van anderen te beschrijven, te verklaren en te
voorspellen. Psychologie (wetenschap)  methodiek (toepassing)  hulpverlening.
Psychologie = Letterlijk kennis van de ziel/geest. Is de wetenschap van geestelijke processen en
gedrag (Zimbardo)
Psychologie in de hulpverlening:
Werken vanuit verschillende perspectieven: Precies deze volgorde weten!!!
- Psychoanalyse
- Humanistische psychologie
- Behaviorisme/gedrag
- Cognitief
- Positieve
- Systeem
Persoonlijkheid in drie niveaus:
- Dat wat iemand met alle mensen gemeen heeft
- Dat waarin je lijkt op sommige anderen
- Dat wat je zo persoonlijk uniek maakt

De oude grieken (Hippocrates)  Griekse arts Claudius Galenus (129-199)
- Stoffen in lichaam hebben grote invloed op je persoonlijkheid. Hippocrates was ervan overtuigd dat
gezondheid bij de mens afhing van de balans tussen lichaamssappen; onbalans zou ziekte
veroorzaken. Dit is de leer der humores. Hij dacht dat een overheersing van een van de vier
lichaamssappen, bloed, slijm, gele gal en zwarte gal, kon leiden tot een bepaald karaktertype. De vier
temperamenten zijn:

 Sanguinisch (bloed), vurige, energieke types. Bij deze mensen overheerst het bloed (Lat. sanguis).
Ze staan verbonden met lucht en zijn opgewekt en vrolijk, maar ook oppervlakkig, passievol, snel
afgeleid en hebben veel interesses en hebben altijd tijd te kort.
 Melancholisch (zwarte gal), sombere types. Bij deze mensen overheerst de zwarte gal (Gr. melas
cholè). Zij staan verbonden met de aarde en zijn zwaarmoedig, somber en ernstig, maar ook
zorgelijk. Ze houden van een overzicht, onthouden goed en denken veel na, vooral om te begrijpen.
 Flegmatisch (slijm), Kalme, trage, flegmatiek (rustig), koel, vlakke types. Bij deze mensen
overheerst het slijm (Gr. flegma). Ze staan verbonden met water en zijn rustig, kalm en reageren vaak
onbewogen. Ze laten niet veel mensen toe, zijn dromerig en hebben veel tijd nodig.
 Cholerisch (gele gal), Driftige, boze, opvliegerige types. Bij deze mensen overheerst de gele gal
(Gr. cholè). Ze staan verbonden met vuur en zijn druk en opvliegend, maar ook vasthoudend en
actief. Ze hebben een duidelijk doel, nemen de leiding en zijn gefocust op de toekomst.

Nature-nurture: Is de persoonlijkheid aangeboren of aangeleerd?
Nature: Temperament, is aangeboren, ‘’dat is typisch zo iemand die’’, ‘’zo ben ik nou eenmaal’’
Nurture: wordt bepaalde door je karakter, door levenservaring. Het is aangeleerd.

- Traittheorieen: Niet in hokjes denken, maar achterhalen welke kenmerken relevant zijn voor
iemand persoonlijkheid
Een bekende traittheorie is Big Five: 5 kenmerken die je bij elk persoon kunt waarnemen:
1. Extraversie tegenover introversie (mensen sterk gericht op de wereld buiten of met eigen
gedachte en dingen)
2. Vriendelijk tegenover onvriendelijk
3. Zorgvuldig tegenover slordig
4. Emotioneel stabiel tegenover neurotisch (stabiel is of snel in paniek raakt of stress)

,5. Open staan voor nieuwe ervaringen tegenover geslotenheid/koppigheid

Psycho-biologisch model:
Persoonlijkheid gedeeld in 2 kopjes: temparament en karakter

Temparament (aangeboren)
- Harm-avoidance (Vermijden van leed)
- Novelty-seeking (Neiging om nieuwe dingen te willen ervaren)
- Reward-dependence (afhankelijkheid van waardering, voor hen maakt het uit wat anderen over hen
denken en voelen)
- Persistence (Neiging om vol te houden.

Karakter(ontstaat op basis van levenservaring, vooral de opvoeding)
- Self-directedness (Zelfsturing, de mate waarin je zelf keuzes maakt)
- Cooperativeness (De neiging tot samenwerken in ruime zin)
- Slef-transcendence (zelftranscendentie, zelf overstijging is de neiging om op een meer wijze, minder
ik-gerichte manier naar jezelf en het leven op aarde te kijken. Oog hebben voor het grote geheel, dus
natuur, universum.

Het persoonlijkheidsmodel van Cloninger:  Voor cliënten die te maken
hebben gehad met verlies!




Persoonlijkheid in testen:
- Mechanistische tests: leugendetector, MRI-scan, electroden.
- Intentionalistische tests: Zelfrapportagetests, projectietests (wat zie je in een afbeelding).
- Persoonlijkheids tests: MMPI-2, NEO-PI, NPV (vragenlijsten)


Persoonlijkheidsstoornissen ingedeeld in 3 groepen / clusters:
- Type A: paranoïde, Schizotypische, schizoïde
 contact met buitenaardse wezens, achtervolgd worden, moeite met contacten
- Type B: Borderline, antisociale, narcistische, theatrale
 moeite met impulsbeheersing en emoties, onderhouden relaties slecht.
- Type C: Afhankelijke, ontwijkende, obsessief-compulsief
door angsten.

, Het Rosenhal-experiment (David Rosenhan)
- Hij stuurde acht gezonde mensen naar psychiatrische instellingen. Allemaal kregen ze een diagnose,
daarna gingen ze weer normaal gedrag tonen en dat ze weer naar huis wilde, maar dat ging niet
gemakkelijk. Het is belangrijk in welke bril je kijkt.  stigma (een krachtig negatief sociaal stempel).
Hierdoor krijgen mensen met een diagnose vaak te maken met onbegrip, vooroordelen, uitsluiting en
discriminatie.

APA – Amerikaanse psychiatrische Associatie
DSM – Diagostic and Statistical Manual

Criteria voor wat abnormaal is
Er zijn drie voorwaarden waaraan voldaan moet zijn, willen we kunnen spreken van een
psychiatrische stoornis:
1. Abnormaal gedrag dat afwijkt van de norm.
2. Dit abnormaal gedrag wordt een teken van een stoornis als het lijden veroorzaakt
3. Het gaat om een psychiatrische stoornis als het gedrag ook bij andere personen is vastgesteld.

Het diathese-stressmodel stelt dat psychiatrische stoornissen ontstaan door een combinatie van een
diathese (kwetsbaarheid of aanleg voor stoornis) en stress in de omgeving.
Copingstijl: de manier waarop je geneigd bent om, om te gaan met stressvolle omstandigheden en
tegenslagen,

Een psychische stoornis krijg je nooit zomaar, er zijn twee dingen nodig: er moet een aanleg zijn, een
zekere kwetsbaarheid en er moet een trigger in de omgeving zijn die de stoornis als het ware aanzet.

De overige zaken vergroten de kans op een stoornis: een goede Copingstijl kan ervoor zorgen dat een
persoon effectiever met een trigger omgaat en daardoor geen stoornis ontwikkelt. Risicofactoren
vergroten de kans op het ontstaan van een stoornis. Een gebrek aan empowerment benadeelt het
sociale functioneren en kan daarmee de kans vergroten op een stoornis.

Hoorcollege 2 psychoanalyse
Freud/psycho-analyse: vrije associatie toepassen, kijken wat relatie met vader vanuit kindertijd nu
nog doet, wat zit er allemaal in het onbewuste/wat verdringt hij zoal, welke afweermechanismen
spelen een rol?

Sigmund Freud  Mensbeeld: je ik (ego) wordt onbewust geleid door lusten als
sex & agressie. Hij ontdekte het onbewuste wordt zichtbaar door: dromen, hypnose en vrije
associatie.
1897  psychoanalyse

- Fraud maakte geen typologie (onderverdeling op basis van kenmerken) (een
classificatie van typen mensen zoals Galenus deed)

Ik denk dat het de id/es:
- Eros  libidoprincipes  Liefde
- Thanatos  Doodsdrift  woede
Behandelingstechnieken:
- hypnose: om vrouwen te behandelen, om onbewuste conflicten boven water te halen.
- Later de techniek de vrije associatie, waarbij de patiënt in een ontspannen houding, liggend op een
divan(lage bank), in een veilige sfeer wordt aangemoedigd alles te zeggen wat er in hem opkomt.
- Droomanalyse

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur marstorm. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,79. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

77858 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,79
  • (0)
  Ajouter