HOOFDSTUK 4: GESCHIEDENIS EN ACTUELE STAND VAN ZAKEN VAN HET GEVANGENISWEZEN
EN HET PENITENTIAIRE BELEID
Studiemateriaal:
Verplicht:
- Cursustekst + PP tijdens de lessen
- Daems, T. (2008). Baksteen in de maag, steengruis in de nieren. De beleidsnota
Justitie en het Masterplan 2008-2012 voor een gevangenisinfranstructuur in
humane omstandigheden, Panopticon, 4, 67-79.
- PP Minister Turtelboom
- Scheirs, V. et al. (2015). De atleet in Koen Geens. Penologische reflecties bij zijn
Justitieplan, Panopticon, 36(4), 361-374.(zeker belangrijk!! Ook na H9 lezen)
- De Ridder, S. & Scheirs, V. (2012). Maatregelen tegen de overbevolking in de
gevangenis. Een audit door het Rekenhof. Fatik, 28-32.
- Claus, H. (2009). De huizen, een concept voor de Belgische gevangenis van de
eenentwintigste eeuw, zie themanummer Orde van de dag
Vorige les: Doodstraf.
Amerika stelt executies uit (eind 2016/2017) wegens ontbreken Pentobarbital. In 2014 mislukten
3 executie (niet pijnloos & snel maar lang & pijnlijk). Hierdoor stikten de veroordeelden
langzaam. Tijdens deze executies werd een nieuw middle gebruikt ipv Pentobarbital (wordt
gemaakt in Denemarken, maar dit is tegen de doodstraf dus wil niets meer leveren aan
Amerika). Doordat Pentobarbital niet meer geleverd wordt, gaan kleine apotheken in Amerika
zelf cocktails en middelen uitvinden om Pentobarbital te vervangen. Executies worden nu dus
uitgesteld totdat erover wordt gestemd.
Film: kleine apotheken gaan dus zelf middelen uitvinden. Zij gaan dan leveren aan
gevangenissen, soms weten de apothekers dit bewust, soms niet. De apothekers die deze
middelen maken ontsnappen aan de controle van de Amerikaanse overheid.
________________________________________________________________________________
De vrijheidsberoving is niet de meest toegepaste sanctie, de geldboete wordt meer
toegepast en ook de gemeenschapsgerichte straffen zoals probatie en vooral de
werkstraffen zitten in de lift. Maar zowel symbolisch, naar het publiek toe, als in het
strafrecht wordt de vrijheidsberoving nog steeds als de belangrijkste straf beschouwd.
Daarom wordt ze in deze cursus als tweede straf besproken.
1. Voor 1830
e
(Zie ook cursus Inleiding tot de criminologie en de strafrechtsbedeling, 1 BA
criminologie.)
Vanaf het einde van de 18de eeuw nam de gevangenisstraf een steeds belangrijkere plaats
in ter vervanging van lijfstraffen, vermogensstraffen, de doodstraf, straffen die de
maatschappelijke positie aantasten ….
Daarvoor bestond zij hoofdzakelijk onder de vorm van voorlopige hechtenis of in afwachting
van de uitvoering van de straf, dus meer als bewarende maatregel dan als straf. Toch
waren er reeds een aantal uitzonderingen:
• In het Oude Rome hadden de Romeinse heren reeds een soort van privé-
gevangenis voor hun slaven
• In de middeleeuwen werden ketters die zich hadden bekeerd soms niet
terechtgesteld maar levenslang opgesloten in een klooster.
De echte voorlopers van de gevangenissen zijn de “tuchthuizen”, vanaf de 16e eeuw
opgericht en hoofdzakelijk bestemd voor bedelaars, vagebonden en jeugdige
delinquenten. Aangezien luiaardij als een belangrijke oorzaak van delinquentie werd beschouwd,
dienden deze “tuchthuizen” om de veroordeelden te onderwerpen aan een strakke discipline
en harde arbeid ter verbetering van hun levensstijl(utilitarisme)Discipline, dwangarbeid,
verbetering van de levensstijl van vagebonden, bedelaars en jeugdige delinquenten wilden ze
verbeteren. Het ging dus vooral om het tuchtigen/disciplineren van mensen door
, vrijheidsberoving met dwangarbeid. De vrijheidsberoving wordt hierdoor wel belangrijker. Het
eerste tuchthuis werd in London opgericht in 1555: “Bridewell”. Verder zijn de
Amsterdamse tuchthuizen bekend, met name het Rasphuis (1596) voor mannen en het
Spinhuis (1597) voor vrouwen. Coornhert was een denker die voor de eerste keer teksten schreef
over hoe hij ‘detentie’ zag in deze tuchthuizen. Hij sprak over vrijheidsstraffen met
godsdiensttolerantie.
e
De 18 eeuw was de eeuw van de Verlichting, er komen ideeën ter bescherming van de dader
via verschillende waarborgen, er komt kritiek op de bestaande toestand van de
gevangenissen.
• J. HOWARD (“The state of the prisons”, 1777) bekritiseerde het bestaande
strafstelsel en pleitte voor een verbetering van de levensvoorwaarden van de
gedetineerden. Het “Maison de Force” was voor hem het ideaal van de tuchthuizen (Vilain
XIIII, Gent) ! cf. Zie Gastles Prof. Vander Beken. Maison de Force: nadruk op arbeid in
gemeenschap als verbetering en sociale reclassering.
Villain 14e: wou nog steeds mensen disciplineren. Hij wou mensen arbeid laten
verrichten, ook ten baten van de staat (economische belangen). Dit was ook belangrijk
bij de tuchthuizen. Toen Howard Maison de Force bezocht was hij heel positief. De
delinquenten werden gescheiden op leeftijd, geslacht, misdrijf. 's nachts werden ze van
elkaar afgezonderd, maar overdag was er de stilzwijgende arbeid waar hetopvoeding en
sociale wederaanpassing centraal stonden.
Bij 2e bezoek was hij eerder vernietigend. Waar de dynamiek van het 1e bezoek deze
heel goed zaten, dat de economische belangen zijn blijven primeren. Het commercieel
rendement is gaan primeren boven het reclasseren.
• BECCARIA (“Over misdaden en Straffen”, 1764) besteedt eveneens veel aandacht
aan de gevangenisstraf. Volgens Beccaria is dit ook de beste straf, meer
afschrikwekkend en beter dan de doodstraf. Van Beccaria onthouden we ook
vooral begrippen als het legaliteitsprincipe, de individualisering van de straf en de
afschaffing van de doodstraf, welke doorgedrongen zijn tot ons klassiek
strafrecht. Hij wil propotionele straffen met bescherming van het legaliteitsbeginsel
(basis rechtswaarborgen). Zijn visie op straf was niet dat mensen volledig cellulair
moisten leven. Hij wou mensen van de vrijheid beroven, maar hij wou er dwangarbeid
aan koppelen.
Een voor de geschiedenis van de penologie belangrijk feit, betreft de oprichting van het
tuchthuis te Gent (“Maison de Force”) in 1775 op initiatief van burggraaf VILAIN XIIII. J.
Howard bezocht het tuchthuis en was zeer lovend over de werking. Hier gebeurde een
opsplitsing, een scheiding van de delinquenten naar geslacht, leeftijd, misdrijf. Vilain XIIII
probeerde de principes van heropvoeding van mensen door arbeid om te zetten in de
praktijk. Zijn principes waren afzondering ’s nachts en gemeenschappelijke,
stilzwijgende, productieve arbeid overdag, gericht op heropvoeding en sociale wederaanpassing.
’s Nachts werd men apart opgesloten om de promiscuïteit te beperken. De arbeid was voor
Vilain XIIII een zeer belangrijk aandachtspunt.
De VS hebben dit systeem overgenomen met twee
varianten:
1) QUAKERS en PURITEINEN (Pennsylvania systeem)
Men streefde hier eveneens heropvoeding na door opsluiting, maar de nadruk lag NIET op
de arbeid, maar WEL op de godsdienst. Men had dus geen nood aan collectieve
voorzieningen, men ontwikkelde een systeem van totale cellulaire afzondering.
Afgezonderd moest men tot bezinning komen, de godsdienst werd gezien als dé oplossing
om delinquenten tot morele inkeer te brengen.
Men noemde dit ook het Pennsylvania-systeem: de oprichting van een eerste dergelijke
gevangenis had plaats in Philadelphia in de staat Pennsylvania (systeem van absolute
isolatie met de bedoeling tot inkeer te komen). Door mensen af te zonderen (volledig cellulaire
afzondering) gaan ze via absolute isolatie dus via inkeer komen.
2) AUBURN systeem (1819)
Is een reactie op het Pennsylvania-systeem, te vergelijken met de ideeën van Vilain XIIII.
Het systeem is hier wel gebaseerd op arbeid en een minimum aan
gemeenschappelijke regimes: afzondering ’s nachts, overdag werken in stilzwijgen.